Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Vlaamse Regering van 12 januari 2018
gepubliceerd op 09 februari 2018

Besluit van de Vlaamse Regering houdende de financiële responsabilisering van de zorgkassen in het kader van de Vlaamse sociale bescherming

bron
vlaamse overheid
numac
2018010456
pub.
09/02/2018
prom.
12/01/2018
ELI
eli/besluit/2018/01/12/2018010456/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

12 JANUARI 2018. - Besluit van de Vlaamse Regering houdende de financiële responsabilisering van de zorgkassen in het kader van de Vlaamse sociale bescherming


DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet van 24 juni 2016Relevante gevonden documenten type decreet prom. 24/06/2016 pub. 06/09/2016 numac 2016036210 bron vlaamse overheid Decreet houdende de Vlaamse sociale bescherming sluiten houdende de Vlaamse sociale bescherming, artikel 22, derde lid;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 16 november 2017;

Gelet op advies 62.590/1 van de Raad van State, gegeven op 27 december 2017, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad Van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Overwegende het besluit van de Vlaamse Regering van 14 oktober 2016Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 14/10/2016 pub. 16/12/2016 numac 2016036593 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende de uitvoering van het decreet van 24 juni 2016 houdende de Vlaamse sociale bescherming type besluit van de vlaamse regering prom. 14/10/2016 pub. 08/12/2016 numac 2016036550 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende de voorwaarden van de vaststelling, de uitbetaling en de terugvordering van de subsidies van de zorgkassen in het kader van de Vlaamse sociale bescherming sluiten houdende de uitvoering van het decreet van 24 juni 2016Relevante gevonden documenten type decreet prom. 24/06/2016 pub. 06/09/2016 numac 2016036210 bron vlaamse overheid Decreet houdende de Vlaamse sociale bescherming sluiten houdende de Vlaamse sociale bescherming;

Overwegende het besluit van de Vlaamse Regering van 14 oktober 2016Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 14/10/2016 pub. 16/12/2016 numac 2016036593 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende de uitvoering van het decreet van 24 juni 2016 houdende de Vlaamse sociale bescherming type besluit van de vlaamse regering prom. 14/10/2016 pub. 08/12/2016 numac 2016036550 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende de voorwaarden van de vaststelling, de uitbetaling en de terugvordering van de subsidies van de zorgkassen in het kader van de Vlaamse sociale bescherming sluiten houdende de voorwaarden van de vaststelling, de uitbetaling en de terugvordering van de subsidies van de zorgkassen in het kader van de Vlaamse sociale bescherming;

Op voorstel van de Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.De zorgkassen worden financieel geresponsabiliseerd op basis van een set van indicatoren, die toelaat een uitspraak te doen over de kwaliteit van de werking van de zorgkassen. Aan elke indicator wordt een gewicht toegekend.

De indicatoren, vermeld in het eerste lid, hebben betrekking op het lidmaatschap bij de Vlaamse sociale bescherming of op de zorgverzekeringstegemoetkoming. Het gaat om volgende indicatoren: 1° de eerste indicator: tijdige uitnodiging tot betaling naar leden met bijdrageplicht;2° de tweede indicator: mutatiedossiers van personen met een tegemoetkoming worden correct en tijdig doorgegeven;3° de derde indicator : dossiers met een positieve beslissing hebben de correcte ingangsdatum;4° de vierde indicator: de maximum geldigheidsduur van een positieve beslissing wordt niet overschreden;5° de vijfde indicator: dossiers met een positieve beslissing hebben de correcte uitbetalingsmaand;6° de zesde indicator: dossiers met een positieve beslissing worden tijdig uitbetaald. Aan de indicatoren, vermeld in het eerste lid, wordt volgend gewicht toegekend: 1° de eerste indicator: 50 procent;2° de tweede indicator: 1 procent;3° de derde indicator: 4 procent;4° de vierde, vijfde en zesde indicator: elk 15 procent; De jaarlijkse selectie van de doelgroep van de indicatoren, vermeld in het eerste lid, is als volgt: 1° de eerste indicator: dossiers van het huidig jaar;2° de tweede tot en met zesde indicator: dossiers van het voorgaand jaar. De indicatoren, vermeld in het eerste lid, worden verder gedefinieerd in de eerste bijlage bij dit besluit.

Art. 2.Per indicator, vermeld in artikel 1, eerste lid, wordt jaarlijks nagegaan welk percentage de zorgkas correct heeft afgehandeld.

De globale indicatorscore is een percentage dat als volgt wordt berekend:

Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld I = de globale indicatorscore; i = de indicatorscore voor de betrokken indicator; g = het gewicht van de betrokken indicator; n = het totaal aantal indicatoren.

De globale indicatorscore per zorgkas wordt omgezet naar een af te dragen percentage, hierna Apzk genoemd. Dat percentage wordt vastgesteld overeenkomstig de tabel die is opgenomen in de tweede bijlage bij dit besluit.

Art. 3.De subsidie die per erkende zorgkas wordt toegekend na toepassing van de financiële responsabilisering wordt in verschillende stappen als volgt berekend: 1° het maximumbedrag dat per zorgkas kan afgedragen worden voor de financiële responsabilisering, hierna Rzk genoemd, wordt als volgt berekend: Rzk = Wzk x 4% Wzk = de werkingssubsidie per zorgkas van het betrokken kalenderjaar vóór de financiële responsabilisering is toegepast en berekend overeenkomstig artikel 9 van het besluit van de Vlaamse Regering van 14 oktober 2016Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 14/10/2016 pub. 16/12/2016 numac 2016036593 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende de uitvoering van het decreet van 24 juni 2016 houdende de Vlaamse sociale bescherming type besluit van de vlaamse regering prom. 14/10/2016 pub. 08/12/2016 numac 2016036550 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende de voorwaarden van de vaststelling, de uitbetaling en de terugvordering van de subsidies van de zorgkassen in het kader van de Vlaamse sociale bescherming sluiten houdende de voorwaarden van de vaststelling, de uitbetaling en de terugvordering van de subsidies van de zorgkassen in het kader van de Vlaamse sociale bescherming.2° per zorgkas wordt het effectief af te dragen bedrag, hierna Azk genoemd, als volgt berekend: Azk = Rzk x Apzk 3° De werkingssubsidie vermeld in artikel 8 van het voornoemde besluit van de Vlaamse Regering van 14 oktober 2016Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 14/10/2016 pub. 16/12/2016 numac 2016036593 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende de uitvoering van het decreet van 24 juni 2016 houdende de Vlaamse sociale bescherming type besluit van de vlaamse regering prom. 14/10/2016 pub. 08/12/2016 numac 2016036550 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende de voorwaarden van de vaststelling, de uitbetaling en de terugvordering van de subsidies van de zorgkassen in het kader van de Vlaamse sociale bescherming sluiten wordt als volgt verhoogd: W' = W + A W = de werkingssubsidie vermeld in artikel 8 van het voornoemde besluit van de Vlaamse Regering van 14 oktober 2016Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 14/10/2016 pub. 16/12/2016 numac 2016036593 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende de uitvoering van het decreet van 24 juni 2016 houdende de Vlaamse sociale bescherming type besluit van de vlaamse regering prom. 14/10/2016 pub. 08/12/2016 numac 2016036550 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende de voorwaarden van de vaststelling, de uitbetaling en de terugvordering van de subsidies van de zorgkassen in het kader van de Vlaamse sociale bescherming sluiten; A= de som van de bedragen die de zorgkassen in het kader van de financiële responsabilisering afdragen; 4° De aangepaste werkingssubsidie vermeld in 3° wordt over de verschillende zorgkassen verdeeld volgens de criteria vermeld in artikel 9 van het voornoemde besluit van de Vlaamse Regering van 14 oktober 2016Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 14/10/2016 pub. 16/12/2016 numac 2016036593 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende de uitvoering van het decreet van 24 juni 2016 houdende de Vlaamse sociale bescherming type besluit van de vlaamse regering prom. 14/10/2016 pub. 08/12/2016 numac 2016036550 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende de voorwaarden van de vaststelling, de uitbetaling en de terugvordering van de subsidies van de zorgkassen in het kader van de Vlaamse sociale bescherming sluiten, hierna W'zk genoemd.5° De toegekende subsidie voor werking na toepassing van de financiële responsabilisering wordt per zorgkas als volgt berekend: Szk = W'zk - Azk Szk = de subsidie per zorgkas.

Art. 4.In afwijking van artikel 1, derde lid, heeft voor het jaar 2018 de eerste indicator, vermeld in artikel 1, tweede lid, 1°, een gewicht van 100 procent en hebben de indicatoren vermeld in artikel 1, tweede lid, 2° tot en met 6°, een gewicht van nul procent.

Art. 5.In afwijking van artikel 3, 1° wordt het percentage om tot het RzK te komen vastgelegd op 8% voor het jaar 2019, 12% voor het jaar 2020, 16% voor het jaar 2021 en 20% voor het jaar 2022 en alle daaropvolgende jaren.

Art. 6.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2018.

Art. 7.De Vlaamse minister, bevoegd voor de bijstand aan personen, is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 12 januari 2018.

De minister-president van de Vlaamse Regering, G. BOURGEOIS De Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, J. VANDEURZEN

Bijlage 1 Definities van de indicatoren, vermeld in artikel 1 1. Indicator 1: tijdige uitnodiging tot betaling naar leden met bijdrageplicht De zorgkassen streven ernaar de uitnodiging tot betaling voor 1 april van het lopende jaar te versturen naar de officiële leden met bijdrageplicht op 31 januari van het huidige jaar.De uitnodiging tot betaling wordt ten laatste voor 10 april verstuurd om sanctionering te vermijden. Voor personen met een domiciliëring wordt de datum van eerste poging tot innen meegegeven. Een poging tot innen vindt ten laatste plaats op 30 april van het huidige jaar.

Volgende leden behoren niet tot de doelgroep van de indicator: 1° personen met een lopende of nog niet besliste tegemoetkoming op 31 december van het vorige jaar;2° personen overleden voor of op 15 april van het huidige jaar; 3° personen die tussen 1 januari en 15 april van het huidige jaar minstens één dag een speciale NIS-code (van ambtswege afgevoerd, verlies verblijfsrecht, vrijgesteld van inschrijving, afwezig verklaard, ...) hadden; 4° personen met een MOB-mutatie.2. Indicator 2: mutatiedossiers van personen met een tegemoetkoming worden correct en tijdig doorgegeven. Voor alle personen met een lopend dossier, een aanvraag waarin nog geen beslissing genomen is of een persoon voor wie in het laatste kalenderjaar voor de mutatie een beslissing genomen is en die van zorgkas veranderd zijn, wordt het dossier correct, volledig en tijdig doorgeven door de oude zorgkas aan de nieuwe zorgkas. De oude zorgkas streeft ernaar de dossiers uiterlijk op 9 januari van het huidige jaar over te dragen aan de nieuwe zorgkas. De oude zorgkas draagt de dossiers ten laatste op 15 januari over aan de nieuwe zorgkas om sanctionering te vermijden. Enkel dossiers uit de eerste mutatieronde en enkel mutaties die gestart zijn in december van het vorige jaar, worden geïncludeerd.

Een mutatiedossier is volledig als het de volgende elementen bevat: 1° de infofiche met de naam van de vertegenwoordiger 2° een kopie van de beslissingsbrief;3° het laatste attest of de laatste indicatiestelling;4° de aanvraagdatum van de laatste beslissing;5° het rekeningnummer van de zorgbehoevende.3. Indicator 3: dossiers met een positieve beslissing hebben de correcte ingangsdatum Voor alle personen met een goedgekeurde aanvraag voor een tegemoetkoming in het vorige jaar, geldt er een carensperiode van 3 tot en met 4 maanden.Meer bepaald eindigt de carensperiode de eerste dag van de vierde maand na de aanvraagdatum of de datum van de automatische opening van rechten: 1° voor een aanvraag heeft dit betrekking op de periode tussen de aanvraagdatum en de datum start van de tegemoetkoming;2° voor de automatische opening van rechten heeft dit betrekking op de periode tussen de datum automatische opening van rechten en de datum van de start van de tegemoetkoming.De datum automatische opening van rechten bestaat uit de startdatum van het attest of het verblijf in een residentiële voorziening.

Volgende tegemoetkomingen behoren niet tot de doelgroep van de geanalyseerde indicator: 1° personen overleden voor de start van de tegemoetkoming;2° personen met een geweigerde aanvraag tot tegemoetkoming of een aanvraag tot tegemoetkoming die nog in behandeling is;3° personen die in het vorige jaar gemuteerd zijn naar de zorgkas. De jaarlijkse selectie van de doelgroep voor deze indicator is als volgt: 1° enkel aanvragen en automatische openingen van rechten waarvan de beslissingsdatum zich tussen 1 januari en 31 december van het vorige jaar bevindt, worden genomen;2° enkel automatische openingen van rechten waarvan de beslissingsdatum zich tussen 1 januari en 31 december van het vorige jaar en waarvan een datum automatische opening van rechten zich tussen 1 januari 2015 en 31 december van het vorige jaar bevindt, worden genomen.4. Indicator 4: de maximum geldigheidsduur van een positieve beslissing wordt niet overschreden Voor alle personen met een goedgekeurde en lopend dossier is de periode tussen de start en einde van de tegemoetkoming correct berekend.De duurtijd verschilt per type attest en kan afhankelijk zijn van de leeftijd. Het gaat hier om aanvragen, automatische openingen van rechten en verlengingen. Bij de Katz-schaal in de thuisverpleging wordt er geen rekening gehouden met dossiers met automatische opening van recht.

Bij een BEL-score of een score op de BEL RAI screener geldt voor personen die op de datum van indicatiestelling jonger dan 80 jaar zijn, een duurtijd van 1 tot en met 36 maanden. Bij een Kine-E-attest geldt voor personen die op de aanvraagdatum jonger zijn dan 80 jaar, een duurtijd van 1 tot en met 36 maanden. Voor personen met een attest gezinszorg geldt, ongeacht de leeftijd, een duurtijd van 1 tot en met 36 maanden. Bij een Katz-schaal in de thuisverpleging geldt een duurtijd van 1 tot en met 6 maanden.

De jaarlijkse selectie van de doelgroep voor deze indicator is als volgt: 1° lopende dossiers met een beslissingsdatum tussen 1 januari en 31 december van het vorige jaar worden genomen;2° enkel het laatste en lopende dossier van een lid wordt opgenomen.5. Indicator 5: dossiers met een positieve beslissing hebben de correcte uitbetalingsmaand De eerste prestatiemaand heeft betrekking op de eerste maand waarop een gerechtigde recht heeft op een tegemoetkoming.Voor alle personen met een goedgekeurde aanvraag of automatische opening van rechten, is de eerste prestatiemaand: 1° de vierde maand na de aanvraag;2° de vijfde maand na de startdatum van het attest of het verblijf in een residentiële voorziening, maar maximum zes maanden voor de aanvraagdatum bij automatische opening van recht, tenzij de persoon op het moment van de startdatum van het attest niet aan alle formele voorwaarden voldoet. Volgende dossiers behoren niet tot de doelgroep van de geanalyseerde indicator: 1° personen met een dossier dat behandeld wordt bij de bezwaarcommissie;2° personen met een cumulatie met een tegemoetkoming van het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap;3° personen die in het vorige jaar gemuteerd zijn naar de zorgkas. De jaarlijkse selectie van de doelgroep voor deze indicator is als volgt: aanvragen en automatische openingen van rechten met een eerste prestatiedatum tussen 1 januari en 31 december van het vorige jaar worden genomen. 6. Indicator 6: dossiers met een positieve beslissing worden tijdig uitbetaald Voor alle personen met een goedgekeurde aanvraag en een uitbetaling van een tegemoetkoming, valt de eerste uitbetalingsdatum van de tegemoetkoming: 1° in de maand van de eerste prestatiedatum van de tegemoetkoming bij mantel- en thuiszorg;2° de maand na de eerste prestatiedatum van de tegemoetkoming bij residentiële zorg. Volgende dossiers behoren niet tot de doelgroep van de geanalyseerde indicator: 1° personen met een dossier dat behandeld wordt bij de bezwaarcommissie;2° personen met een cumulatie met een tegemoetkoming van het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap;3° personen die in het vorige jaar gemuteerd zijn naar de zorgkas;4° personen die een aanvraag indienen op basis van een attest bijkomende kinderbijslag, een VESTA-attest of een attest op basis van de medisch sociale schaal. De jaarlijkse selectie van de doelgroep voor deze indicator is als volgt: enkel de aanvragen met een eerste prestatiedatum tussen 1 januari en 31 december van het vorige jaar worden genomen.

Gezien om gevoegd te worden bij het besluit van de Vlaamse Regering van 12 januari 2018 houdende de financiële responsabilisering van de zorgkassen in het kader van de Vlaamse sociale bescherming.

Brussel, 12 januari 2018.

De minister-president van de Vlaamse Regering, G. BOURGEOIS De Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, J. VANDEURZEN

^