10 JULI 2020. - Besluit van de Vlaamse Regering tot toekenning van steun aan jeugdverblijven tot beperking van de negatieve economische impact die voortvloeit uit de dringende maatregelen van de Nationale Veiligheidsraad om de verspreiding van het coronavirus COVID-19 te beperken

Rechtsgronden Dit besluit is gebaseerd op: - De wet tot vaststelling van de algemene bepalingen die gelden voor de begrotingen, de controle op de subsidies en voor de boekhouding van de gemeenschappen en de gewesten, alsook voor de organisatie van de controle door het Rekenhof van 16 mei 2003, het laatst gewijzigd bij de wet van 10 april 2014Relevante gevonden documenten type wet prom. 10/04/2014 pub. 30/04/2014 numac 2014009232 bron federale overheidsdienst justitie Wet tot wijziging van artikel 8 van de wet van 22 maart 1999 betreffende de identificatieprocedure via DNA-analyse, teneinde de internationale uitwisseling van DNA-gegevens te vergemakkelijken type wet prom. 10/04/2014 pub. 25/11/2014 numac 2014000843 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot wijziging van artikel 8 van de wet van 22 maart 1999 betreffende de identificatieprocedure via DNA-analyse, teneinde de internationale uitwisseling van DNA-gegevens te vergemakkelijken. - Duitse vertaling type wet prom. 10/04/2014 pub. 11/02/2016 numac 2016000068 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet houdende invoeging van de bepalingen die een aangelegenheid regelen als bedoeld in artikel 77 van de Grondwet, in boek XI "Intellectuele eigendom" van het Wetboek van economisch recht, houdende invoeging van een bepaling eigen aan boek XI in boek XVII van hetzelfde Wetboek, en tot wijziging van het Gerechtelijk Wetboek wat de organisatie van de hoven en rechtbanken betreffende vorderingen inzake intellectuele eigendomsrechten en inzake transparantie van het auteursrecht en de naburige rechten betreft. - Duitse vertaling sluiten, artikel 11 tot en met 14; - Het decreet houdende de Vlaamse Codex Overheidsfinanciën van 29 maart 2019, artikel 72 tot en met 76; en - Het decreet tot oprichting van het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid "Toerisme Vlaanderen" van 19 maart 2004, artikel 5.

Vormvereiste De volgende vormvereiste is vervuld: - De Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, heeft zijn akkoord gegeven op 10 juli 2020.

Motivering Dit besluit is gebaseerd op de volgende motieven: - De federale coronamaatregelen zoals beslist door de Nationale Veiligheidsraad om de verspreiding van het coronavirus COVID-19 te beperken hebben een negatieve economische impact op de jeugdverblijven. - De Vlaamse minister van Toerisme wenst deze jeugdverblijven, die hierdoor economische problemen ondervinden, waardoor zij onder meer met een tekort aan of zelfs de niet-beschikbaarheid van liquiditeit kampen door een gebrek aan inkomsten en omzet, financieel te ondersteunen en hen te vrijwaren van mogelijke falingen.

Juridisch kader Dit besluit sluit aan bij de volgende regelgeving: - Het besluit van de Vlaamse Regering betreffende de erkenning en de financiële ondersteuning van verblijven in het kader van "Toerisme voor Allen" van 28 mei 2004, gewijzigd bij besluit van de Vlaamse Regering van 18 april 2008; en - Het besluit van de Vlaamse Regering ter uitvoering van de Vlaamse Codex Overheidsfinanciën van 17 mei 2019, artikel 71 tot en met 77.

Initiatiefnemer Dit besluit wordt voorgesteld door de Vlaamse minister van Justitie en Handhaving, Omgeving, Energie en Toerisme.

Na beraadslaging, DE VLAAMSE REGERING BESLUIT:

Artikel 1.In dit besluit wordt verstaan onder: 1° Coronamaatregelen: de maatregelen van de Nationale Veiligheidsraad genomen vanaf 12 maart 2020 inzake het coronavirus en de daaruit voortvloeiende maatregelen van de bevoegde autoriteiten inzake burgerlijke veiligheid;2° Jeugdverblijven: de verblijven die uiterlijk op 15 maart 2020 door Toerisme Vlaanderen overeenkomstig het decreet betreffende de verblijven en verenigingen die een werking uitoefenen in het kader van "Toerisme voor Allen" van 18 juli 2003 als sociaal-toeristisch verblijf zijn erkend en overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering betreffende de erkenning en de financiële ondersteuning van verblijven in het kader van "Toerisme voor Allen" van 28 mei 2004 het label jeugdtoerisme zijn toegekend;3° Jeugdverblijven type A: de jeugdverblijven, zoals omschreven in punt 2° hierboven, die overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering betreffende de erkenning en de financiële ondersteuning van verblijven in het kader van "Toerisme voor Allen" van 28 mei 2004 in de categorie type A zijn ingedeeld;4° Jeugdverblijven type B: de jeugdverblijven, zoals omschreven in punt 2° van dit artikel, die overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering betreffende de erkenning en de financiële ondersteuning van verblijven in het kader van "Toerisme voor Allen" van 28 mei 2004 in de categorie type B zijn ingedeeld;5° Jeugdverblijven type C: de jeugdverblijven, zoals omschreven in punt 2° van dit artikel, die overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering betreffende de erkenning en de financiële ondersteuning van verblijven in het kader van "Toerisme voor Allen" van 28 mei 2004 in de categorie type C zijn ingedeeld;6° Toerisme Vlaanderen: het agentschap, opgericht bij decreet tot oprichting van het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid "Toerisme Vlaanderen" van 19 maart 2004;

Art. 2.De jeugdverblijven krijgen een financiële ondersteuning voor de exploitatiebeperkingen ingevolge de coronamaatregelen tijdens de periode vanaf 14 maart tot en met 7 juni 2020, waarbij het subsidiebedrag per jeugdverblijf wordt bepaald op basis van: 1° het gemiddelde van het aantal overnachtingen per jeugdverblijf in de periode van 14 maart tot en met 7 juni van de jaren 2017 tot en met 2019, vermenigvuldigd met de factor per type jeugdverblijf zoals bepaald in het tweede lid van dit artikel;2° de verhouding van het gewogen gemiddeld aantal overnachtingen per jeugdverblijf ten aanzien het totaal van het gewogen gemiddeld aantal overnachtingen van alle jeugdverblijven samen die voor financiële ondersteuning overeenkomstig dit besluit in aanmerking komen;3° reeds toegekende of ontvangen steun, voor zover toepasselijk: a) het bedrag van de erfpachtvergoeding voor het jaar 2020 verschuldigd aan Toerisme Vlaanderen maar door Toerisme Vlaanderen als eerdere steunmaatregel kwijtgescholden;en b) het bedrag van enige andere premie die jeugdverblijven ontvangen als financiële ondersteuning om de gevolgen van de coronamaatregelen op te vangen.4° de beschikbare kredieten in de begroting van Toerisme Vlaanderen.

Art. 3.De jeugdverblijven krijgen een financiële ondersteuning voor de nasleep van de exploitatiebeperkingen ingevolge de coronamaatregelen tijdens de periode vanaf 8 juni tot en met 31 augustus 2020, waarbij het subsidiebedrag per jeugdverblijf wordt bepaald op basis van de criteria voorzien in artikel 2 van dit besluit, met dien verstande dat in artikel 2, 1° : 1° de periode voor het berekenen van het gemiddelde wordt gewijzigd in de periode vanaf 8 juni tot en met 31 augustus van de jaren 2017 tot en met 2019;en 2° het aantal overnachtingen per jeugdverblijf in de periode vanaf 8 juni tot en met 31 augustus 2020 in mindering wordt gebracht van het gemiddelde van het aantal overnachtingen per jeugdverblijf.

Art. 4.Het gemiddelde van het aantal overnachting per jeugdverblijf volgens artikel 2, 1°, wordt vermenigvuldigd met volgende factor: 1° voor de jeugdverblijven type A: een factor één;2° voor de jeugdverblijven type B: een factor anderhalf;3° voor de jeugdverblijven type C, overnachtingen zelfkook: een factor twee;en 4° voor de jeugdverblijven type C, overnachtingen vol pension: een factor vier. Voor jeugdverblijven die het gemiddelde van het aantal overnachtingen per jeugdverblijf niet volgens artikel 2, 1° kunnen bepalen, of voor wie de periode van respectievelijk 14 maart tot en met 7 juni en 8 juni tot en met 31 augustus van één of meer van de jaren 2017 tot en met 2019 omwille van welbepaalde omstandigheden niet representatief zijn, bezorgen de jeugdverblijven bij hun aanvraag tot financiële ondersteuning volgens artikel 6 van dit besluit een motivering in die zin met een voorstel van eigen gemiddelde onder toevoeging van passende stavingstukken.

Art. 5.De jeugdverblijven komen enkel voor financiële ondersteuning overeenkomstig dit besluit in aanmerking als zij voor alle geboekte overnachtingen tijdens de periode van 14 maart tot en met 7 juni 2020 de reeds betaalde voorschotten terugbetaalden of dit voorzien, dan wel een gepaste tegoedbon of voucher uitreikten tot beloop van het volledige bedrag van de voorschotten.

Art. 6.De jeugdverblijven dienen een aanvraag tot financiële ondersteuning via het digitale loket van Toerisme Vlaanderen in.

Toerisme Vlaanderen kondigt de oproep tot aanvraagmogelijkheid op haar website aan. Voor de financiële ondersteuning voor enerzijds de periode vanaf 14 maart tot en met 7 juni 2020 en anderzijds de periode vanaf 8 juni tot en met 31 augustus 2020 gebeurt een afzonderlijke oproep en aanvraagmogelijkheid.

Toerisme Vlaanderen bepaalt per periode de uiterlijke indieningsdatum voor de aanvraag, waarbij de indieningstermijn minimaal vijftien dagen en maximum dertig dagen bedraagt.

Toerisme Vlaanderen onderzoekt elke subsidieaanvraag op de naleving van de voorwaarden die zijn opgelegd bij dit besluit en beslist over de toekenning en het bedrag van de financiële ondersteuning. Deze beslissing gebeurt bij besluit van de administrateur-generaal van Toerisme Vlaanderen, die hiervoor delegatie wordt verleend en dit ongeacht de hoogte van het subsidiebedrag.

Toerisme Vlaanderen bezorgt een kennisgeving van de beslissing, vermeld in het derde lid hierboven aan de subsidieaanvrager hetzij schriftelijk hetzij elektronisch hetzij een combinatie van beide.

Als Toerisme Vlaanderen beslist om een financiële ondersteuning toe te kennen, dan betaalt Toerisme Vlaanderen het subsidiebedrag uit op het rekeningnummer van de jeugdverblijven zoals opgegeven bij de aanvraag.

Art. 7.Toerisme Vlaanderen kan de waarachtigheid van door de jeugdverblijven bezorgde stavingstukken of enig ander gegeven dat noodzakelijk is voor deze financiële ondersteuning controleren op basis van administratieve gegevens en van de boekhouding van de jeugdverblijven, en dit zowel voorafgaandelijk aan als tot vijf jaar na de uitbetaling.

Art. 8.De financiële ondersteuning volgens dit besluit kan niet worden toegekend aan jeugdverblijven die zich in een rechtstoestand van ontbinding, stopzetting, faillissement en vereffening bevinden.

Art. 9.De Vlaamse minister, bevoegd voor het toerisme, kan bijkomende modaliteiten en preciseringen bepalen.

Art. 10.Dit besluit treedt in werking op de datum van ondertekening.

Art. 11.De Vlaamse minister, bevoegd voor het toerisme, is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 10 juli 2020.

De minister-president van de Vlaamse Regering, J. JAMBON De Vlaamse minister van Justitie en Handhaving, Omgeving, Energie en Toerisme, Z. DEMIR De Vlaamse minister van Brussel, Jeugd en Media, B. DALLE