10 FEBRUARI 2017. - Besluit van de Vlaamse Regering over de regels betreffende de toekenning van een eenmalige subsidie aan verenigingen voor personen met een handicap om personen met een handicap te informeren over persoonsvolgende financiering

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet van 7 mei 2004Relevante gevonden documenten type decreet prom. 07/05/2004 pub. 11/06/2004 numac 2004035909 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet tot oprichting van het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap sluiten tot oprichting van het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap, artikel 8, 4° en artikel 8, 7° ;

Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, gegeven op 20 oktober 2016;

Gelet op advies 60.600/1 van de Raad van State, gegeven op 23 december 2016, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op voorstel van de Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.In dit besluit wordt verstaan onder agentschap: het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap, opgericht bij het decreet van 7 mei 2004Relevante gevonden documenten type decreet prom. 07/05/2004 pub. 11/06/2004 numac 2004035909 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet tot oprichting van het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap sluiten tot oprichting van het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap.

Art. 2.Het agentschap kan een eenmalige subsidie toekennen om informatiesessies te organiseren waarop informatie gegeven wordt over persoonsvolgende financiering, en het traject dat doorlopen moet worden om een budget te verkrijgen voor niet-rechtstreeks toegankelijke zorg en ondersteuning, waaronder de processen van vraagverheldering en ondersteuningsplanning: 1° een subsidie van maximaal 10.000 euro (tienduizend euro) kan toegekend worden aan maximaal vijf verenigingen van personen met een handicap, die voldoen aan de criteria vermeld in artikel 5 van dit besluit; 2° een subsidie van maximaal 5.000 euro (vijfduizend euro) kan toegekend worden aan maximaal vijf verenigingen van personen met een handicap, die voldoen aan de criteria vermeld in artikel 6 van dit besluit.

De verenigingen van personen met een handicap worden geselecteerd na een projectoproep van het agentschap.

Art. 3.De eenmalige subsidie, vermeld in artikel 2, heeft betrekking op de periode van 1 februari 2017 tot en met 31 juli 2017.

Art. 4.De subsidie, vermeld in artikel 2, is de financiële ondersteuning voor de realisatie in de periode, vermeld in artikel 3, van de volgende activiteiten: 1° de organisatie van provinciale informatiesessies voor personen met een handicap.Tijdens die informatiesessies: a) wordt informatie gegeven over het nieuwe ondersteuningsbeleid voor personen met een handicap en over het nieuwe systeem van persoonsvolgende financiering;b) wordt informatie gegeven over het traject dat doorlopen moet worden om een budget te verkrijgen voor niet-rechtstreeks toegankelijke zorg en ondersteuning, met inbegrip van de processen van vraagverheldering en ondersteuningsplanning;c) wordt informatie gegeven over de nieuwe procedure voor de aanvraag van een persoonsvolgend budget en de opmaak van een ondersteuningsplan persoonsvolgende financiering;d) worden methodieken aangereikt om zelf aan vraagverheldering en ondersteuningsplanning te kunnen doen;e) worden workshops georganiseerd waarin personen met een handicap de methodieken van vraagverheldering en ondersteuningsplanning kunnen uitproberen of waarbij ze aan de hand van voorbeelden kunnen ervaren hoe vraagverheldering en ondersteuningsplanning werken;2° het meedelen aan het agentschap van de volgende gegevens die het heeft vastgesteld: a) de bereikte doelgroep;b) het resultaat van de georganiseerde sessies;c) de problemen bij het doorlopen van het traject en in verband met vraagverheldering en ondersteuningsplanning die gedurende de sessies zijn vastgesteld.

Art. 5.Het agentschap selecteert de verenigingen van personen met een handicap waaraan een subsidie als vermeld in artikel 2, 1° kan worden toegekend, op basis van de volgende criteria: 1° de kerndoelstellingen en kerntaken van de vereniging zijn gericht op haar leden, namelijk personen met een handicap en hun wettelijke vertegenwoordigers;2° de vereniging vertegenwoordigt een voldoende representatieve doelgroep en/of specifieke doelgroep ten aanzien van de doelpopulatie van het agentschap en heeft een provinciale spreiding.Om aan dit criterium te kunnen voldoen, kunnen verenigingen van personen met een handicap een samenwerkingsverband aangaan; 3° de vereniging beschikt over voldoende informatie en kennis over het nieuwe ondersteuningsbeleid voor personen met een handicap, over het persoonsvolgende financieringssysteem en over de nieuwe procedure voor de aanvraag van een budget voor niet-rechtstreeks toegankelijke zorg bij het agentschap en over de wijze waarop dat budget ter beschikking zal worden gesteld;4° de vereniging heeft de nodige relaties met andere partners bij het traject dat doorlopen moet worden om een budget te verkrijgen voor niet-rechtstreeks toegankelijke zorg en ondersteuning, waaronder multidisciplinaire teams en diensten Ondersteuningsplan, en beschikt over ervaring en deskundigheid op het vlak van een of meer methodieken van vraagverheldering en ondersteuningsplanning;5° de vereniging verklaart zich bereid de informatie, vermeld in artikel 4, 2°, aan het agentschap te bezorgen.

Art. 6.Het agentschap selecteert de verenigingen van personen met een handicap, vermeld in artikel 2, 2° waaraan een subsidie kan worden toegekend, op basis van de volgende criteria: 1° de kerndoelstellingen en kerntaken van de vereniging zijn gericht op haar leden, namelijk personen met een handicap en hun wettelijke vertegenwoordigers;2° de vereniging beschikt over voldoende informatie en kennis over het nieuwe ondersteuningsbeleid voor personen met een handicap, over het persoonsvolgende financieringssysteem en over de nieuwe procedure voor de aanvraag van een budget voor niet-rechtstreeks toegankelijke zorg bij het agentschap en over de wijze waarop dat budget ter beschikking zal worden gesteld;3° de vereniging heeft de nodige relaties met andere partners bij het traject dat doorlopen moet worden om een budget te verkrijgen voor niet-rechtstreeks toegankelijke zorg en ondersteuning, waaronder multidisciplinaire teams en diensten Ondersteuningsplan;4° de vereniging verklaart zich bereid de informatie, vermeld in artikel 4, 2°, aan het agentschap te bezorgen;5° de vereniging is aangesloten bij het Trefpunt Zelfhulp;6° de vereniging vertegenwoordigt een specifieke doelgroep ten aanzien van de doelpopulatie van het agentschap en beschikt over doelgroep-specifieke expertise.

Art. 7.De subsidie, vermeld in artikel 2, wordt als volgt uitbetaald: 1° 80% van het subsidiebedrag, vermeld in artikel 2, wordt uitbetaald onmiddellijk na de selectie van de verenigingen van personen met een handicap;2° de resterende 20% van het subsidiebedrag, vermeld in artikel 2, wordt uitbetaald voor 1 september 2017 na voorlegging van de functionele verantwoording, vermeld in artikel 8, en de financiële verantwoording, vermeld in artikel 9. Als verenigingen voor personen met een handicap een samenwerkingsverband aangaan als vermeld in artikel 5, 2°, wordt de subsidie, vermeld in artikel 2, betaald aan de vereniging die is aangewezen in het kader van de afspraken die door het samenwerkingsverband zijn gemaakt.

Als uit de evaluatie van de functionele en financiële verantwoording blijkt dat de uitvoering van de activiteiten onvoldoende is, zal de resterende 20% van het subsidiebedrag, vermeld in het eerste lid, 2°, niet worden uitbetaald.

Art. 8.De functionele verantwoording van de subsidie, vermeld in artikel 2, waarbij de mate van realisatie van de activiteiten, vermeld in artikel 4, wordt aangetoond, bestaat uit: 1° het bezorgen van een verslag aan het agentschap.Het verslag bevat de volgende elementen: a) een beschrijving van de aanpak bij de organisatie van provinciale sessies als vermeld in artikel 4, 1° ;b) een beschrijving van de methodieken, vermeld in artikel 4, 1°, d), die zijn aangereikt;c) aanbevelingen over het informeren van personen met een handicap over het nieuwe beleid, de persoonsvolgende financiering, het traject dat doorlopen moet worden om een budget te verkrijgen voor niet-rechtstreeks toegankelijke zorg en ondersteuning en de nieuwe aanvraagprocedure, en aanbevelingen over de begeleiding van personen met een handicap of met een vermoeden van een handicap die zelf een ondersteuningsplan persoonsvolgende financiering willen opmaken en indienen;2° het meedelen van de gegevens, vermeld in artikel 4, 2°, op de wijze die het agentschap vaststelt.

Art. 9.De financiële verantwoording van de subsidie, vermeld in artikel 2, bestaat uit: 1° een resultatenrekening waarin alle kosten en eventuele opbrengsten met betrekking tot de gesubsidieerde periode zijn opgenomen voor de gesubsidieerde activiteiten;2° de bewijsstukken die betrekking hebben op de te verantwoorden subsidie.

Art. 10.Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2017.

Art. 11.De Vlaamse minister, bevoegd voor de bijstand aan personen, is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 10 februari 2017.

De minister-president van de Vlaamse Regering, G. BOURGEOIS De Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, J. VANDEURZEN