gepubliceerd op 24 november 2006
Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van de bijlage VI bij het besluit van de Vlaamse Regering van 18 december 1998 houdende de erkenning en de subsidiëring van verenigingen en welzijnsvoorzieningen in de thuiszorg
8 SEPTEMBER 2006. - Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van de bijlage VI bij het besluit van de Vlaamse Regering van 18 december 1998 houdende de erkenning en de subsidiëring van verenigingen en welzijnsvoorzieningen in de thuiszorg
De Vlaamse Regering, Gelet op het decreet van 14 juli 1998 houdende de erkenning en de subsidiëring van verenigingen en welzijnsvoorzieningen in de thuiszorg, inzonderheid de artikelen 15, 24, § 1 en 3, gewijzigd bij het decreet van 18 mei 1999;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 18 december 1998 houdende de erkenning en de subsidiëring van verenigingen en welzijnsvoorzieningen in de thuiszorg, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 30 maart 1999, 8 juni 1999, 17 december 1999, 5 mei 2000, 10 november 2000, 30 maart 2001, 10 juli 2001, 30 november 2001, 14 december 2001, 1 februari 2002, 15 maart 2002, 5 juli 2002, 6 december 2002, 17 januari 2003, 28 november 2003, 5 december 2003, 30 april 2004, 4 juni 2004, 7 mei 2004, 17 maart 2006, 31 maart 2006 en 28 april 2006 en 8 september 2006;
Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de Begroting, gegeven op 22 juni 2006;
Gelet op het advies nummer 40.788/3 van de Raad van State, gegeven op 10 juli 2006, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;
Op voorstel van de Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin;
Na beraadslaging, Besluit :
Artikel 1.In artikel 5, A, van bijlage VI bij hetzelfde besluit wordt punt 1° vervangen door wat volgt : « 1° de dienst voor oppashulp zorgt per kalenderjaar voor de coördinatie van minstens 5000 uren oppashulp door vrijwilligers; »
Art. 2.Artikel 8 van bijlage VI bij hetzelfde besluit, gewijzigd bij besluiten van de Vlaamse Regering van 17 maart 2006 en 8 september 2006 wordt vervangen door wat volgt : «
Art. 8.De minister legt jaarlijks het totale aantal subsidiabele uren vast en bepaalt jaarlijks per erkende dienst voor oppashulp het maximum aantal subsidiabele uren vrijwilligersoppas binnen de perken van de beschikbare kredieten.
Bij de bepaling van het aantal subsidiabele uren per erkende dienst worden de realisatiegraad van het reeds toegekende aantal uren en de spreiding van de gepresteerde uren als parameters gehanteerd.
Aan een dienst wordt in het eerste jaar waarin hij voor subsidiëring in aanmerking komt, een urencontingent toegekend van maximaal 7000 uren vrijwilligersoppas. »
Art. 3.In afdeling 5 van bijlage VI bij hetzelfde besluit wordt een artikel 8bis ingevoegd, dat luidt als volgt : «
Art. 8bis.§ 1. Om voor subsidiëring in aanmerking te komen, moet een dienst voor oppashulp minstens 5 000 uren oppas door vrijwilligers presteren.
De subsidie-enveloppe voor de diensten voor oppashulp bestaat uit : 1° een basissubsidie van 10.388,69 euro als de norm van 5 000 uren vrijwilligersoppas, vermeld in artikel 5, A, 1°, wordt gehaald; 2° een forfaitair bedrag van 1 euro per uur oppas door vrijwilligers, dat de 5 000 uren overstijgt. Het totale aantal gesubsidieerde uren van een dienst kan nooit meer zijn dan het aantal uren dat in het urencontingent, vermeld in artikel 8, aan de dienst wordt toegewezen. § 2. In afwijking van § 1, eerste lid, kan een dienst voor oppashulp die, tijdens het eerste jaar dat hij voor subsidiëring in aanmerking komt, de norm van 5 000 uren niet haalt, toch een subsidie-enveloppe ontvangen die gelijk is aan de basissubsidie van 10.388,69 euro. » § 3. Het bedrag van de basissubsidie zoals bedoeld in § 1, tweede lid, 1°, en in § 2 wordt : 1° vanaf 1 januari 2007 vervangen door het bedrag 10.547,42 euro; 2° vanaf 1 januari 2008 vervangen door het bedrag 10.697,73 euro; 3° vanaf 1 januari 2009 vervangen door het bedrag 10.839,05 euro; 4° vanaf 1 januari 2010 vervangen door het bedrag 10.982,11 euro. »
Art. 4.Diensten voor oppashulp die bij de inwerkingtreding van dit besluit al erkend zijn en al gesubsidieerd worden, ontvangen voor het werkjaar 2006 minstens 14.354,37 euro, op voorwaarde dat zij in 2006 minstens 5 000 uren vrijwilligersoppas coördineren. Indien een dienst minder dan 5 000 uren vrijwilligersoppas heeft gecoördineerd, wordt het subsidiebedrag van 14.354,37 euro evenredig verminderd.
Art. 5.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 juli 2006.
Art. 6.De Vlaamse minister, bevoegd voor de Bijstand aan personen, is belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 8 september 2006.
De minister-president van de Vlaamse Regering, Y. LETERME De Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, I. VERVOTTE