8 SEPTEMBER 2006. - Besluit van de Vlaamse Regering betreffende bepaalde maatregelen voor het ondersteunend personeel in het buitengewoon secundair onderwijs

De Vlaamse Regering, Gelet op het decreet van 27 maart 1991 betreffende de rechtspositie van bepaalde personeelsleden van het gemeenschapsonderwijs, inzonderheid op artikel 3, 9° en 12°, artikel 77, artikel 80, artikel 82, gewijzigd bij de decreten van 15 juli 1997 en 14 februari 2003, op artikel 84, gewijzigd bij het decreet van 28 april 1993, en op artikel 100octies, ingevoegd bij het decreet van 14 juli 1998;

Gelet op het decreet van 27 maart 1991 betreffende de rechtspositie van sommige personeelsleden van het gesubsidieerd onderwijs en de gesubsidieerde centra voor leerlingenbegeleiding, inzonderheid op artikel 5, 11° en 13°, artikel 51, artikel 54, gewijzigd bij het decreet van 13 juli 2001, op artikel 56, gewijzigd bij de decreten van 15 juli 1997 en 14 februari 2003, artikel 58, gewijzigd bij het decreet van 28 april 1993, en op artikel 84octies, ingevoegd bij het decreet van 14 juli;

Gelet op het decreet van 9 april 1992 betreffende het onderwijs III, inzonderheid op titel II, hoofdstuk II;

Gelet op het decreet van 13 juli 2001, inzonderheid op hoofdstuk IX;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 29 april 1992 betreffende de verdeling van de betrekkingen, de terbeschikkingstelling wegens ontstentenis van betrekking, de reaffectatie, de wedertewerkstelling en de toekenning van een wachtgeld of wachtgeldtoelage, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 7 december 1994, 9 juli 1996, 25 maart 1997, 22 september 1998, 31 augustus 1999, 4 februari 2000, 28 augustus 2000, 1 maart 2002, 5 december 2003 en 29 september 2005;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 25 oktober 2002 houdende maatregelen betreffende het prestatiestelsel, het jaarlijks vakantieverlof, sommige administratieve standen en de bezoldigingsregeling van het ondersteunend personeel tewerkgesteld in het gewoon voltijds secundair onderwijs;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 24 januari 2003 tot vaststelling en indeling van de ambten in het buitengewoon onderwijs, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 5 december 2003 en 30 september 2005;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 14 maart 2003 betreffende de vastlegging van de prestaties van een ambt in het buitengewoon secundair onderwijs;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 9 juni 2006;

Gelet op protocol nr. 608 van 7 juli 2006 houdende de conclusies van de onderhandelingen die gevoerd werden in de gemeenschappelijke vergadering van Sectorcomité X en van de onderafdeling « Vlaamse Gemeenschap » van afdeling 2 van het comité voor de provinciale en plaatselijke overheidsdiensten;

Gelet op protocol nr. 373 van 7 juli 2006 houdende de conclusies van de onderhandelingen die gevoerd werden in de vergadering van het overkoepelend onderhandelingscomité vrij gesubsidieerd onderwijs;

Gelet op het advies 40.919/1 van de Raad van State, gegeven op 8 augustus 2006, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op voorstel van de Vlaamse minister van Werk, Onderwijs en Vorming;

Na beraadslaging, Besluit : HOOFDSTUK I. - Wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 29 april 1992 betreffende de verdeling van betrekkingen, de terbeschikkingstelling wegens ontstentenis van betrekking, de reaffectatie, de wedertewerkstelling en de toekenning van een wachtgeld of wachtgeldtoelage

Artikel 1.In artikel 2 van het besluit van de Vlaamse Regering van 29 april 1992 betreffende de verdeling van betrekkingen, de terbeschikkingstelling wegens ontstentenis van betrekking, de reaffectatie, de wedertewerkstelling en de toekenning van een wachtgeld of wachtgeldtoelage, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 7 december 1994, 31 augustus 1999, 4 februari 2000, 5 december 2003, 23 juni 2005 en 23 september 2005, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in § 2, punt 5°, a), worden de woorden « de leden van het ondersteunend personeel van het gewoon voltijds secundair onderwijs, het deeltijds secundair zeevisserijonderwijs en het deeltijds beroepssecundair onderwijs » vervangen door de woorden « de leden van het ondersteunend personeel in het secundair onderwijs »;2° in § 9 worden de woorden « gewoon voltijds » geschrapt;3° in § 10 worden de woorden « gewoon voltijds » geschrapt.

Art. 2.In artikel 7 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 31 augustus 1999, 5 december 2003 en 23 september 2005, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in § 1, 1, worden tussen de woorden « bestuurs- en onderwijzend personeel » en de woorden « opvoedend hulp- » de woorden « ondersteunend personeel » ingevoegd;2° in § 1, 1, worden de woorden « orthopedagogisch en administratief » vervangen door de woorden « en orthopedagogisch »;2° aan § 1 wordt een punt 8 toegevoegd, dat luidt als volgt : « 8.In afwijking van punt 1 en 4 van § 1 wordt in het buitengewoon secundair onderwijs voor de toepassing van « hetzelfde ambt » voor de leden van het ondersteunend personeel het volgende onderscheid gemaakt : a) de ambten van opvoeder vormen « hetzelfde ambt »;b) de ambten van administratief medewerker vormen « hetzelfde ambt ».

Art. 3.In artikel 11, § 2, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 31 augustus 1999 en 5 december 2003, worden in de rechterkolom van de tabel de woorden « ondersteunend personeel met uitzondering van het personeel dat behoort tot het gewoon voltijds en deeltijds secundair onderwijs » telkens geschrapt.

Art. 4.In artikel 22, § 2, punt 2° van hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 23 september 2005, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in punt a) worden in de laatste zin de woorden « in het gewoon voltijds secundair onderwijs » geschrapt;2° de zin « Bij de terbeschikkingstelling in een ambt van het ondersteunend personeel in het gewoon voltijds secundair onderwijs moet de inrichtende macht steeds rekening houden met artikel 2, § 9 en § 10.» wordt vervangen door wat volgt : « Bij de terbeschikkingstelling in een ambt van het ondersteunend personeel moet de inrichtende macht steeds rekening houden met artikel 2, § 9 en § 10. ». HOOFDSTUK II. - Wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 25 oktober 2002 houdende maatregelen betreffende het prestatiestelsel, het jaarlijks vakantieverlof, sommige administratieve standen en de bezoldigingsregeling van het ondersteunend personeel tewerkgesteld in het gewoon voltijds secundair onderwijs.

Art. 5.In het opschrift van het besluit van de Vlaamse Regering van 25 oktober 2002 houdende maatregelen betreffende het prestatiestelsel, het jaarlijks vakantieverlof, sommige administratieve standen en de bezoldigingsregeling van het ondersteunend personeel tewerkgesteld in het gewoon voltijds secundair onderwijs worden de woorden « gewoon voltijds » vervangen door de woorden « gewoon en buitengewoon ».

Art. 6.In artikel 1 van hetzelfde besluit worden in de eerste zin de woorden « gewoon voltijds » vervangen door de woorden « gewoon en buitengewoon ».

Art. 7.In artikel 3 van hetzelfde besluit worden in het eerste lid de woorden « gewoon voltijds » vervangen door de woorden « gewoon en buitengewoon ». HOOFDSTUK III. - Wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 24 januari 2003 tot vaststelling en indeling van de ambten in het buitengewoon onderwijs

Art. 8.In artikel 1, § 1, van het besluit van de Vlaamse Regering van 24 januari 2003 tot vaststelling en indeling van de ambten in het buitengewoon onderwijs, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 5 december 2003, worden tussen de woorden « het opvoedend hulppersoneel en het administratief personeel » en de woorden « die tewerkgesteld zijn » de woorden « het ondersteunend personeel » ingevoegd.

Art. 9.Artikel 18 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat volgt : «

Art. 18.De ambten die de leden van het opvoedend hulppersoneel in de internaten in het buitengewoon secundair onderwijs kunnen uitoefenen, worden als volgt vastgelegd en ingedeeld : 1° wervingsambten : a) studiemeester-opvoeder internaat;2° selectieambten : a) nihil;3° bevorderingsambten : a) beheerder.»

Art. 10.Artikel 19 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat volgt : «

Art. 19.De ambten die de leden van het administratief personeel in het buitengewoon secundair onderwijs kunnen uitoefenen, worden als volgt vastgelegd en ingedeeld : 1° wervingsambten : a) bode-kamerbewaarder;2° selectieambten : a) nihil 3° bevorderingsambten : a) nihil.»

Art. 11.In hetzelfde besluit wordt een artikel 19bis ingevoegd, dat luidt als volgt : «

Art. 19bis.§ 1. De ambten die de leden van het ondersteunend personeel kunnen uitoefenen in het buitengewoon secundair onderwijs bestaan uit de volgende wervingsambten : 1° administratief medewerker;2° opvoeder.» HOOFDSTUK IV. - Wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 14 maart 2003 betreffende de vastlegging van de prestaties van een ambt in het buitengewoon secundair onderwijs

Art. 12.In artikel 1, § 1, van het besluit van de Vlaamse Regering van 14 maart 2003 betreffende de vastlegging van de prestaties van een ambt in het buitengewoon onderwijs worden tussen de woorden « het administratief personeel » en de woorden « het paramedisch personeel » de woorden « het ondersteunend personeel » ingevoegd.

Art. 13.In artikel 4, van hetzelfde besluit wordt § 2 vervangen door wat volgt : « § 2. Voor de toepassing van artikel 44ter, § 2, van hetzelfde koninklijk besluit, is de deler voor een bijbetrekking in een ambt genoemd in artikel 2 en 3, gelijk aan : 1° 25 als de deler voor een ambt met onvolledige prestaties 22 bedraagt;2° 30 als de deler voor een ambt met onvolledige prestaties 24 bedraagt;3° 35 als de deler voor een ambt met onvolledige prestaties 30 bedraagt.»

Art. 14.Artikel 5 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat volgt : «

Art. 5.Het minimum en het maximum aantal uren voor een ambt met volledige prestaties in de ambten van het opvoedend hulppersoneel wordt vastgesteld als volgt : 1° wervingsambten : a) studiemeester-opvoeder internaat : 36 uren van 60 minuten.»

Art. 15.In hetzelfde besluit wordt een artikel 5bis ingevoegd, dat luidt als volgt : «

Art. 5bis.Het minimum en het maximum aantal uren voor een ambt met volledige prestaties in de wervingsambten van het ondersteunend personeel wordt vastgesteld als volgt : a) administratief medewerker : 36 uren van 60 minuten;b) opvoeder : 36 uren van 60 minuten.»

Art. 16.Artikel 17 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat volgt : «

Art. 17.Het minimum en het maximum aantal uren voor een ambt met volledige prestaties in de ambten van het administratief personeel wordt vastgesteld als volgt : 1° wervingsambten : a) bode-kamerbewaarder : 36 uren van 60 minuten.»

Art. 17.Artikel 18 van hetzelfde besluit wordt opgeheven. HOOFDSTUK V. - Inwerkingtreding

Art. 18.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 september 2006, met uitzondering van : 1° artikel 17 dat uitwerking heeft met ingang van 1 september 2001;2° artikel 13 dat uitwerking heeft met ingang van 1 september 2002.

Art. 19.De Vlaamse minister, bevoegd voor het Onderwijs, is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 8 september 2006.

De minister-president van de Vlaamse Regering, Y. LETERME De Vlaamse minister van Werk, Onderwijs en Vorming, F. VANDENBROUCKE