gepubliceerd op 28 november 2002
Besluit van de Vlaamse regering houdende de voorwaarden tot toekenning van subsidies afkomstig van de over de Vlaamse Gemeenschap verdeelde winst van de Nationale Loterij
8 NOVEMBER 2002. - Besluit van de Vlaamse regering houdende de voorwaarden tot toekenning van subsidies afkomstig van de over de Vlaamse Gemeenschap verdeelde winst van de Nationale Loterij
De Vlaamse regering, Gelet op de bijzondere wet van 16 januari 1989 betreffende de financiering van de gemeenschappen en de gewesten, inzonderheid op artikel 62bis , ingevoegd bij de bijzondere wet van 13 juni 2001;
Gelet op de wetten op de Rijkscomptabiliteit, gecoördineerd op 17 juli 1991, inzonderheid op artikel 12, derde lid, en op artikel 55 tot en met 58;
Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de Begroting, gegeven op 10 juli 2002;
Gelet op het verzoek om spoedbehandeling, gemotiveerd door de omstandigheid dat de Vlaamse regering, sinds zij op 19 juli 2002 principiële goedkeuring heeft gegeven aan een ontwerp van besluit houdende de voorwaarden tot toekenning van subsidies afkomstig van de over de Vlaamse Gemeenschap verdeelde winst van de Nationale Loterij en dit met het oog op de aanvraag om advies bij de Raad van State, haar beleid ter zake heeft bijgestuurd; dat de bedoelde subsidies niet meer rechtstreeks, maar wel door tussenkomst van het Vlaams Fonds voor Sociale Integratie van Personen met een Handicap, aan de verenigingen van personen met een handicap zullen worden toegekend; dat, wat het dienstjaar 2002 betreft, de uiterste datum tot indiening van de aanvragen voor project- of investeringssubsidies door andere verenigingen eerst op 30 oktober 2002 was vastgesteld, maar omdat voormelde datum nog moeilijk haalbaar zal zijn, gelet op het wordingsproces van deze regelgeving, hij thans naar 30 november 2002 wordt verschoven; dat deze strikte timing die is gehanteerd, het mogelijk heeft gemaakt dat reeds heel wat maatregelen en schikkingen zijn genomen om een vlotte administratieve afhandeling van de subsidieaanvragen te verzekeren; dat het bijgevolg nodig is om de voorgestelde voorwaarden tot toekenning van die subsidies zo snel mogelijk door te voeren; dat het ook wenselijk is dat de verenigingen zo snel mogelijk zekerheid krijgen over de regels;
Gelet op het advies van de Raad van State, gegeven op 24 oktober 2002, met toepassing van artikel 84, eerste lid, 2°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;
Op voorstel van de Vlaamse minister van Financiën en Begroting, Innovatie, Media en Ruimtelijke Ordening;
Na beraadslaging, Besluit :
Artikel 1.Dit besluit is van toepassing op de subsidies afkomstig van de verdeelde winst van de Nationale Loterij die bestemd zijn voor de in de algemene uitgavenbegroting bepaalde doeleinden van openbaar nut, met uitzondering van de subsidies die worden toegekend aan : 1° BLOSO, wat het Vlaams Sportfonds betreft;2° Fonds voor Wetenschappelijk Onderzoek - Vlaanderen;3° Kind en Gezin;4° Toerisme Vlaanderen;5° Vlaams Fonds voor Sociale Integratie van Personen met een Handicap.
Art. 2.§ 1. De subsidies kunnen alleen worden toegekend aan publiekrechtelijke of privaatrechtelijke verenigingen zonder winstoogmerk, stichtingen, internationale verenigingen zonder winstoogmerk en vennootschappen met sociaal oogmerk, evenals aan de inrichtende machten, bedoeld in artikel 24, § 4, van de Grondwet. § 2. In afwijking van het bepaalde in § 1 kunnen de subsidies eveneens worden toegekend : 1° aan elke publiekrechtelijke of privaatrechtelijke rechtspersoon wat de productie van films betreft;2° aan elke persoon, als het gaat om prijzen en beurzen.
Art. 3.De subsidies worden toegekend voor de werking of voor de projecten of investeringen van de in artikel 2, § 1 en § 2, 1°, bedoelde personen. De werkingsubsidies betreffen het dienstjaar voorafgaand aan het jaar waarin de aanvraag voor die subsidies wordt ingediend. De project- of investeringsubsidies en de subsidies voor de in artikel 2, § 2, 2° bedoelde prijzen en beurzen betreffen het dienstjaar zelf waarin de aanvraag voor die subsidies wordt ingediend.
Art. 4.De toekenning van de subsidies is onderworpen aan de voorwaarde dat de in artikel 2 bedoelde personen of rechtspersonen vooraf door een overheid gesubsidieerd of gefinancierd zijn, met uitzondering van de subsidies bestemd voor de activiteiten in brede zin in het sociaal, familiaal, menslievend, vaderlandslievend, wetenschappelijk, cultureel of sportdomein.
Art. 5.De subsidies worden toegekend binnen de perken van de beschikbare begrotingskredieten. Als de beschikbare begrotingskredieten ontoereikend zijn, worden de subsidies over de begunstigden verdeeld in gelijke dele met een maximum van 50 % van het totaal van de geraamde of werkelijke werkings-, project- of investeringskosten.
Het nastreven van één van de in de algemene uitgevanbegroting bepaalde doeleinden van openbaar nut geeft niet automatisch recht op die subsidies.
Art. 6.Om ontvankelijk te zijn, moet elke aanvraag voor subsidies bij de functioneel bevoegde Vlaamse minister worden ingediend : 1° wat de werkingsubsidies betreft, uiterlijk op 30 juni van het jaar volgend op het dienstjaar waarop die subsidies betrekking hebben;2° wat de project- of investeringsubsidies en de subsidies voor prijzen en beurzen betreft, uiterlijk op 30 september van het dienstjaar.
Art. 7.Elke aanvraag voor subsidies bevat volgende gegevens : 1° een verantwoording omtrent de werking, het project of de investering, de prijzen of beurzen waarvoor de subsidies worden aangevraagd.Dit houdt onder meer in dat de aanvraag : a) de doeleinden waarvoor de subsidies worden bestemd, duidelijk omschrijft;b) de aangewende middelen vermeldt;c) de criteria bepaalt zodat de werking of de mate waarin het project of de investering verwezenlijkt wordt, kan beoordeeld worden;2° de werkelijke of geraamde kosten en de eventuele opbrengsten;3° de laatst goedgekeurde resultatenrekening of financieel jaarverslag;4° een attest van een financiële instelling met vermelding van het rekeningnummer van de aanvrager. De functioneel bevoegde Vlaamse minister, bij wie de aanvraag voor subsidies moet worden ingediend, kan de aanvrager verzoeken om aanvullende of bijkomende inlichtingen te verstrekken.
Als de vereiste gegevens bij de aanvraag voor subsidies ontbreken, wordt de aanvrager verzocht om de ontbrekende gegevens binnen de dertig dagen na kennisgeving in te dienen, zoniet komt zijn aanvraag voor subsidies, behoudens in geval van overmacht, definitief te vervallen. Hetzelfde geldt als de aanvrager verzocht wordt aanvullende of bijkomende inlichtingen te verstrekken.
Art. 8.Elke beslissing tot toekenning van een subsidie vermeldt tenminste : 1° de identiteit van de begunstigde;2° de werking, het project of de investering, de prijs of beurs waarvoor de subsidie wordt toegekend;3° het subsidiebedrag;4° de betalingswijze;5° de aard en de omvang van en de nadere regels omtrent de door de begunstigde te verstrekken verantwoording over de aanwending van de ontvangen subsidies.
Art. 9.De Vlaamse ministers nemen, ieder wat hem of haar betreft, de beslissingen tot toekenning van de subsidies. Zij kunnen op algemene wijze de toekenning van de subsidies afhankelijk stellen van aanvullende voorwaarden.
De subsidies worden toegekend overeenkomstig de criteria bepaald door de raad van bestuur van de Nationale Loterij voor het dienstjaar 2001.
De Vlaamse ministers kunnens, ieder wat hem of haar betreft, op algemene wijze deze criteria aanvullen of wijzigen.
Art. 10.De door de bevoegde Vlaamse minister aangestelde ambtenaren kunnen bij de begunstigde controle uitoefenen op de aanwending van de toegekende subsidies. Zij zijn gemachtigd ter plaatste alle inlichtingen te nemen, op te zoeken of in te zamelen.
Art. 11.Voor de project- of investeringsubsidies en de subsidies voor prijzen en beurzen met betrekking tot het dienstjaar 2002 wordt de uiterste datum tot indienig van de in artikel 6, 2°, bedoelde aanvraag vastgesteld op 30 november 2002.
Onverminderd de in artikel 7 bepaalde verplichting, moeten de aanvragen die reeds op de dag van de bekendmaking van dit besluit in het Belgisch Staatsblad bij de minister-president zijn ingediend, niet opnieuw worden ingediend.
De aanvragen voor werkingsubsidies met betrekking tot het dienstjaar 2002 worden ten vroegste in het jaar 2003 en uiterlijk op de in artikel 6, 1°, vermelde datum ingediend.
De subsidies voor het dienstjaar 2002 worden toegekend overeenkomstig de criteria en voorwaarden bepaald door de raad van bestuur van de Nationale Loterij voor het dienstjaar 2001 en met toepassing van het bepaalde in artikel 5.
Art. 12.Dit besluit treedt in werking op de dag van de bekendmaking van dit besluit in het Belgisch Staatsblad .
Art. 13.De minister-president van de Vlaamse regering, de Vlaamse ministers, bevoegd voor de bijstand aan personen, voor het onderwijs, voor de culturele aangelegenheden, voor de lichamelijke opvoeding, de sport en het openluchtleven, voor het toerisme, voor de media, voor het leefmilieu, voor het natuurbehoud en voor het wetenschapsbeleid, zijn, ieder wat hem of haar betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 8 november 2002.
De minister-president van de Vlaamse Regering, P. DEWAEL De Vlaamse minister van Financiën en Begroting, Innovatie, Media en Ruimtelijke Ordening, D. VAN MECHELEN