gepubliceerd op 12 februari 2021
Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 16 mei 2014 houdende de rechtspleging voor sommige Vlaamse bestuursrechtscolleges, wat het digitaal loket betreft
5 FEBRUARI 2021. - Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 16 mei 2014Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 16/05/2014 pub. 03/12/2014 numac 2014035907 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende de rechtspleging voor sommige Vlaamse bestuursrechtscolleges sluiten houdende de rechtspleging voor sommige Vlaamse bestuursrechtscolleges, wat het digitaal loket betreft
Rechtsgrond Dit besluit is gebaseerd op: - het decreet van 4 april 2014 betreffende de organisatie en de rechtspleging van sommige Vlaamse bestuursrechtscolleges, artikel 2, 8°, c), en artikel 17.
Vormvereiste De volgende vormvereisten zijn vervuld: - de Vlaamse Toezichtcommissie heeft advies verleend op 6 oktober 2020; - de Inspectie van Financiën heeft advies verleend op 30 oktober 2020; - de Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, heeft zijn akkoord gegeven op 27 november 2020. - de Raad van State, afdeling Wetgeving heeft advies verleend op 21 januari 2021.
Initiatiefnemer Dit besluit wordt voorgesteld door de Vlaamse minister van Justitie en Handhaving, Omgeving, Energie en Toerisme.
Na beraadslaging, DE VLAAMSE REGERING BESLUIT:
Artikel 1.Aan artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 16 mei 2014Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 16/05/2014 pub. 03/12/2014 numac 2014035907 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende de rechtspleging voor sommige Vlaamse bestuursrechtscolleges sluiten houdende de rechtspleging voor sommige Vlaamse bestuursrechtscolleges worden een punt 10° tot en met 12° toegevoegd, die luiden als volgt: "10° het digitaal loket: het loket van de Vlaamse bestuursrechtscolleges, vermeld in artikel 8/1, § 1; 11° gebruiker: iedere natuurlijke persoon die zich na authenticatie toegang heeft verleend tot het digitaal loket; 12° Verordening 2016/679: Verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van richtlijn 95/46/EG.".
Art. 2.In hetzelfde besluit, het laatst gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 9 maart 2018, wordt een artikel 8/1 ingevoegd, dat luidt als volgt: "
Art. 8/1.§ 1. De Dienst van de Bestuursrechtscolleges stelt een digitaal loket ter beschikking waarop documenten in het kader van de rechtspleging elektronisch kunnen worden neergelegd.
De elektronische neerlegging wordt beschouwd als een beveiligde zending als vermeld in artikel 2, 8°, c van het decreet.
Het digitaal loket is toegankelijk via een webpagina van de Dienst van de Bestuursrechtscolleges.
Wie toegang tot het digitaal loket wil verkrijgen, authenticeert zich via: 1° een elektronische identiteitskaart;2° een federaal token;3° een beveiligingscode via een mobiele app;4° een beveiligingscode via sms;5° een andere authenticatie die aanvaard is door de Vlaamse minister, bevoegd voor justitie en handhaving, zoals vastgelegd in een ministerieel besluit. De Dienst van de Bestuursrechtscolleges publiceert op zijn website een handleiding over de authenticatie en de elektronische neerlegging van de documenten. § 2. De Dienst van de Bestuursrechtscolleges kan richtlijnen vastleggen voor de toegelaten formaten, de maximale grootte en de andere technische vereisten die gesteld worden aan de neergelegde documenten. Die richtlijnen worden gepubliceerd op de website van de dienst.
Alle documenten die in het kader van de elektronische neerlegging verzonden worden, voldoen aan de volgende voorwaarden: 1° de documenten zijn virusvrij en kopieerbaar;2° de documenten kunnen worden geopend en gelezen door de Dienst van de Bestuursrechtscolleges. § 3. Als gebruikers documenten elektronisch neerleggen in het digitaal loket in het kader van de rechtspleging volgen ze de aanduidingen en vullen ze de daartoe bestemde velden in. Ze vermelden het rolnummer waaronder de vordering is ingeschreven als ze dat kennen. § 4. Als gebruikers documenten elektronisch neerleggen in het kader van de rechtspleging, leggen ze tegelijkertijd ook de bijbehorende overtuigingsstukken, vermeld in de inventaris, elektronisch neer. § 5. Verzoekschriften en processtukken, die worden neergelegd in het digitaal loket worden gehandtekend aan de hand van een "gekwalificeerde elektronische handtekening", zoals gedefinieerd in artikel 3, eerste lid, 12°, van de verordening (EU) Nr. 910/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 23 juli 2014 betreffende elektronische identificatie en vertrouwensdiensten voor elektronische transacties in de interne markt en tot intrekking van Richtlijn 1999/93/EG. Als de handtekening van verschillende natuurlijke personen noodzakelijk is, worden die allemaal elektronisch aangebracht. § 6. Elk document in het kader van de rechtspleging dat in het digitaal loket wordt neergelegd, wordt geacht de originele versie van dat stuk te zijn. § 7. De betekening door elektronische neerlegging wordt geacht plaats te vinden op de datum van neerlegging die wordt vastgesteld door het digitaal loket.
Het digitaal loket voorziet in de mogelijkheid dat een gebruiker een bewijs van de datum van de neerlegging kan printen. § 8. Als het digitaal loket als applicatie volledig onbeschikbaar is en het elektronisch neerleggen van documenten in het kader van de rechtspleging onmogelijk is, wordt een foutmelding getoond aan de gebruiker die kan worden geprint.
Die foutmelding geldt als bewijs van de volledige onbeschikbaarheid en kan door een partij of een belanghebbende in voorkomend geval worden ingeroepen als begin van bewijs van overmacht als die onbeschikbaarheid plaatsvindt op de vervaldag van een termijn. § 9. De elektronische neerlegging leidt tot de verwerking van persoonsgegevens van de gebruiker, door de medewerkers van de Dienst van de Bestuursrechtscolleges.
Die verwerking kadert in de plicht van de Vlaamse bestuursrechtscolleges om binnen hun bevoegdheden recht te spreken en de neergelegde documenten te behandelen binnen de toepasselijke rechtspleging.
De volgende categorieën van persoonsgegevens worden in het kader van de elektronische neerlegging verwerkt: 1° contactgegevens 2° persoonlijke contactgegevens 3° identificatiegegevens De gegevens kaderen in de plicht, vermeld in het tweede lid, en worden verwerkt op grond van artikel 6, eerste lid, c) en e), artikel 9, tweede lid, f) van de Verordening 2016/679. De Dienst van de Bestuursrechtscolleges geldt als verwerkingsverantwoordelijke als vermeld in artikel 4, 7°, van de Verordening 2016/679.
De gegevens die worden verwerkt om de gebruiker te authenticeren en om tot de eigenlijke neerlegging over te gaan, worden bewaard gedurende een termijn van vijf jaar."
Art. 3.De Vlaamse minister, bevoegd voor de justitie en de handhaving, is belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 5 februari 2021.
De minister-president van de Vlaamse Regering, J. JAMBON De Vlaamse minister van Justitie en Handhaving, Omgeving, Energie en Toerisme, Z. DEMIR