gepubliceerd op 08 maart 2022
Besluit van de Vlaamse Regering tot vaststelling van het werkingsgebied Rivierenland-Midden
4 FEBRUARI 2022. - Besluit van de Vlaamse Regering tot vaststelling van het werkingsgebied Rivierenland-Midden
   Rechtsgrond    Dit besluit is gebaseerd op:    - de Vlaamse Codex Wonen van 2021, artikel 4.37, vervangen bij het    
decreet van 9 juli 2021Relevante gevonden documenten
	
		
			
				
					type
					decreet
				
				
					prom.
					09/07/2021
				
				
					pub. 
					27/09/2021
				
				
					numac 
					2021032652
				
			
		
			
				
					
						bron
						vlaamse overheid
					
				
				
					Decreet houdende aanpassing van de uitgavenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap voor het begrotingsjaar 2021  
				
			
		
	
	
		
			
				
					type
					decreet
				
				
					prom.
					09/07/2021
				
				
					pub. 
					25/08/2021
				
				
					numac 
					2021032235
				
			
		
			
				
					
						bron
						vlaamse overheid
					
				
				
					Decreet houdende aanpassing van de middelenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap voor het begrotingsjaar 2021  
				
			
		
	
	
		
			
				
					type
					decreet
				
				
					prom.
					09/07/2021
				
				
					pub. 
					10/09/2021
				
				
					numac 
					2021021712
				
			
		
			
				
					
						bron
						vlaamse overheid
					
				
				
					Decreet houdende houdende wijziging van diverse decreten met betrekking tot wonen  
				
			
		
	
	
		
			
				
					type
					decreet
				
				
					prom.
					09/07/2021
				
				
					pub. 
					11/08/2021
				
				
					numac 
					2021032190
				
			
		
			
				
					
						bron
						vlaamse overheid
					
				
				
					Decreet tot wijziging van het decreet van 7 juni 2013 betreffende het Vlaamse integratie- en inburgeringsbeleid  
				
			
		
	sluiten.
Vormvereiste De volgende vormvereiste is vervuld: De Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, heeft zijn akkoord gegeven op 8 december 2021.
Initiatiefnemer Dit besluit wordt voorgesteld door de Vlaamse minister van Financiën en Begroting, Wonen en Onroerend Erfgoed.
Motivering Dit besluit is gebaseerd op de volgende motieven: - Artikel 4.37 van de Vlaamse Codex Wonen bepaalt dat de Vlaamse Regering de werkingsgebieden voor de woonmaatschappijen vaststelt; - Overwegende dat het werkingsgebied Rivierenland-Midden: ? voldoet aan de voorwaarde om uit één of meerdere geografisch aaneensluitende gemeenten te bestaan; ? geen ander werkingsgebied (van een woonmaatschappij) omsluit; ? afgestemd is op de referentieregio's zoals vooropgesteld door de Vlaamse regering, aangezien het geen gemeenten bevat die in een andere referentieregio liggen; ? voldoende sociale huurwoningen bevat opdat de woonmaatschappij die er gevormd zal worden kan voldoen aan de minimale schaalgrootte, zoals vermeld in art. 4.46/2 van de VCW van 2021; ? de gemeenteraden van Bonheiden, Duffel, Lier, Ranst en Sint-Katelijne-Waver een advies hebben gegeven omtrent de afbakening van een werkingsgebied; ? de gemeenteraden van Bonheiden, Duffel, Lier en Sint-Katelijne-Waver adviseren om samen met een werkingsgebied te vormen, met dien verstande dat de betrokken gemeentebesturen ook verzochten om Ranst toe te voegen aan het werkingsgebied wat een uitzondering betekent op het principe dat een werkingsgebied van een woonmaatschappij binnen de referentieregio's moet vallen; ? de argumenten van de gemeenteraad van Ranst om een uitzondering toe te staan op het principe dat een werkingsgebied van een woonmaatschappij binnen de referentieregio's moet vallen niet als doorslaggevend wordt beschouwd aangezien er voor de gemeente Ranst binnen referentieregio een gelijkwaardig alternatief bestaat.
Na beraadslaging, DE VLAAMSE REGERING BESLUIT:
Artikel 1.De gemeenten Bonheiden, Duffel, Lier en Sint-Katelijne-Waver vormen het werkingsgebied Rivierenland-Midden.
Art. 2.De Vlaamse minister, bevoegd voor het woonbeleid, is belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 4 februari 2022.
De minister-president van de Vlaamse Regering, J. JAMBON De Vlaamse minister van Financiën en Begroting, Wonen en Onroerend Erfgoed, M. DIEPENDAELE