gepubliceerd op 16 juni 2006
Besluit van de Vlaamse Regering tot opheffing van bepaalde artikelen van het decreet van 22 februari 1995 tot regeling van het administratief toezicht op de provincies in het Vlaamse Gewest
2 JUNI 2006. - Besluit van de Vlaamse Regering tot opheffing van bepaalde artikelen van het decreet van 22 februari 1995 tot regeling van het administratief toezicht op de provincies in het Vlaamse Gewest
De Vlaamse Regering, Gelet op het decreet van 22 februari 1995 tot regeling van het administratief toezicht op de provincies in het Vlaamse Gewest, gewijzigd bij de decreten van 13 april 1999, 18 mei 1999, 17 juli 2000, 15 juli 2002 en 26 maart 2004;
Gelet op het Provinciedecreet van 9 december 2005, inzonderheid op artikel 268, § 1, derde lid;
Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 23 maart 2006;
Gelet op het advies 40.283/3 van de Raad van State, gegeven op 2 mei 2006, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;
Overwegende dat het aangewezen is expliciet te bepalen welke artikelen van het decreet van 12 februari 1995 tot regeling van het administratief toezicht op de provincies in het Vlaamse Gewest, worden opgeheven aangezien de regelen betreffende het bestuurlijk toezicht, opgenomen in artikelen 241 tot en met 253 van het Provinciedecreet van 9 december 2005, overeenkomstig artikel 268, § 2, 4°, van dat Provinciedecreet op 1 januari 2006 in werking zijn getreden;
Op voorstel van de Vlaamse minister van Binnenlands Bestuur, Stedenbeleid, Wonen en Inburgering;
Na beraadslaging, Besluit :
Artikel 1.De volgende artikelen van het decreet van 22 februari 1995 tot regeling van het administratief toezicht op de provincies in het Vlaamse Gewest worden opgeheven : 1° artikel 4;2° artikel 5;3° artikel 5bis ;4° artikel 5ter ;5° artikel 5quater ;6° artikel 5quinquies ;7° artikel 5sexies ;8° artikel 5septies ;9° artikel 5octies ;10° artikel 18octies ;11° artikel 18novies ;12° artikel 18decies ;13° artikel 18undecies ;14° artikel 19;15° artikel 20, behoudens wat het toezicht op de provinciebedrijven betreft;16° artikel 21, behoudens wat het toezicht op de provinciebedrijven betreft;17° artikel 22;18° artikel 23;19° artikel 24, behoudens wat het toezicht op de provinciebedrijven betreft;20° artikel 24quater.
Art. 2.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2006.
Art. 3.De Vlaamse minister, bevoegd voor de Binnenlandse Aangelegenheden, is belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 2 juni 2006.
De minister-president van de Vlaamse Regering, Y. LETERME De Vlaamse minister van Binnenlands Bestuur, Stedenbeleid, Wonen en Inburgering, M. KEULEN