7 MAART 2013. - Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot vaststelling van de overgangsmogelijkheden voor de toegang tot in hogescholen georganiseerde studies

De Regering van de Franse Gemeenschap, Gelet op het decreet van 5 augustus 1995 houdende de algemene organisatie van het hoger onderwijs in hogescholen, inzonderheid op artikel 23, § 1, 1°, 1° bis, 2°, 3°, 4°, 5°, 7° en 9° ;

Gelet op de adviezen van de Hoge Raad voor de Hogescholen van 31 mei 2012 en 18 september 2012;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 16 juli 2012;

Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting van 13 september 2012;

Gelet op het overleg met de op gemeenschapsniveau erkende studentenorganisaties, dat op 5 oktober 2012 heeft plaatsgevonden;

Gelet op het overleg met de op gemeenschapsniveau erkende studentenorganisaties, dat op 22, 23 en 25 januari 2013 heeft plaatsgevonden;

Gelet op het advies nr. 52.821/2 van de Raad van State, gegeven op 25 februari 2013 met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op de voordracht van de Minister van Hoger Onderwijs;

Na beraadslaging, Besluit : HOOFDSTUK I. - Overgang van een studiejaar dat met succes werd gevolgd in een eerste overgangscyclus in een universitaire instelling of een hogeschool naar een studiejaar in een hogeschool

Artikel 1.De student die een eerste studiejaar met succes heeft gevolgd in een eerste overgangscyclus in een universitaire instelling of een hogeschool die door de Franse Gemeenschap wordt georganiseerd of gesubsidieerd, heeft toegang tot een tweede studiejaar van het hoger onderwijs van het korte type, voor zover het eerste studiejaar dat in die universitaire instelling of hogeschool met succes werd gevolgd, in verband met het tweede studiejaar van het hoger onderwijs van het korte type dat hij wenst te volgen, wordt opgenomen in bijlage 1 als een eerste studiejaar dat toegang verschaft tot het betrokken tweede studiejaar van het hoger onderwijs van het korte type.

Art. 2.De student die een eerste studiejaar met succes heeft gevolgd in een eerste overgangscyclus in een universitaire instelling of een hogeschool die door de Franse Gemeenschap wordt georganiseerd of gesubsidieerd, heeft toegang tot een tweede studiejaar van de eerste cyclus van het hoger onderwijs van het lange type in een hogeschool, voor zover het eerste studiejaar dat in die universitaire instelling of hogeschool met succes werd gevolgd, in verband met het tweede studiejaar van de eerste cyclus van het hoger onderwijs van het lange type in een hogeschool dat hij wenst te volgen, wordt opgenomen in bijlage 2 als een eerste studiejaar dat toegang verschaft tot het betrokken tweede studiejaar van de eerste cyclus van het hoger onderwijs van het lange type.

Art. 3.De autoriteiten van de hogeschool stellen het programma van de in de artikelen 1 en 2 bedoelde studenten vast, beantwoordend aan hun bijzondere toestand. Wanneer het programma in één of verschillende bijkomende leeractiviteiten bestaat, kan het niet meer dan 75 studiepunten tellen. Die leeractiviteiten behoren tot hun studieprogramma van het tweede studiejaar van het hoger onderwijs van het korte type of van het tweede jaar van de eerste cyclus van het hoger onderwijs van het lange type waarvoor de student een overgangsmogelijkheid wenst te genieten.

Art. 4.De student die een tweede studiejaar met succes heeft gevolgd in een eerste overgangscyclus in een universiteit of een hogeschool die door de Franse Gemeenschap wordt georganiseerd of gesubsidieerd, heeft toegang tot een tweede studiejaar van het hoger onderwijs van het korte type, voor zover de eerste twee studiejaren van een eerste overgangscyclus in een universitaire instelling of hogeschool met succes werden gevolgd, in verband met het tweede studiejaar van het hoger onderwijs van het korte type dat hij wenst te volgen, worden opgenomen in bijlage 3 als eerste twee studiejaren die toegang verschaffen tot het betrokken tweede studiejaar van het hoger onderwijs van het korte type.

Art. 5.De student die een tweede studiejaar met succes heeft gevolgd in een eerste overgangscyclus in een universiteit of een hogeschool die door de Franse Gemeenschap wordt georganiseerd of gesubsidieerd, heeft toegang tot een tweede studiejaar van de eerste cyclus van het hoger onderwijs van het lange type in een hogeschool, voor zover de eerste twee studiejaren die in die universitaire instelling of hogeschool met succes werden gevolgd, in verband met het tweede studiejaar van de eerste cyclus van het hoger onderwijs van het lange type in een hogeschool dat hij wenst te volgen, worden opgenomen in bijlage 4 als eerste twee studiejaren die toegang verschaffen tot het betrokken tweede studiejaar van de eerste cyclus van het hoger onderwijs van het korte type.

Art. 6.De autoriteiten van de hogeschool stellen het programma van het tweede studiejaar van het hoger onderwijs van het korte type of van het tweede jaar van de eerste overgangscyclus van het lange type in een hogeschool vast van een student bedoeld in de artikelen 4 en 5, waarbij het geheel van de leeractiviteiten van dat programma niet meer dan 60 studiepunten mogen tellen.

Art. 7.De student die een tweede studiejaar met succes heeft gevolgd in een eerste overgangscyclus in een universitaire instelling of een hogeschool die door de Franse Gemeenschap wordt georganiseerd of gesubsidieerd, heeft toegang tot een derde studiejaar van de eerste cyclus van het hoger onderwijs van het lange type in een hogeschool, voor zover het tweede overgangsstudiejaar van bachelor dat in die universitaire instelling of hogeschool met succes werd gevolgd, in verband met het derde studiejaar van de eerste cyclus van het hoger onderwijs van het lange type dat hij wenst te volgen, wordt opgenomen in bijlage 5 als een tweede studiejaar dat toegang verschaft tot het betrokken derde studiejaar van de eerste cyclus van het hoger onderwijs van het lange type.

Art. 8.De autoriteiten van de hogeschool stellen het programma van de in artikel 7 bedoelde student vast, beantwoordend aan zijn bijzondere toestand. Wanneer het programma in één of verschillende bijkomende leeractiviteiten bestaat, kan het niet meer dan 75 studiepunten tellen. Die leeractiviteiten behoren tot zijn studieprogramma van het derde studiejaar van de eerste cyclus van het hoger onderwijs van het korte type of van het tweede jaar van de eerste cyclus van het hoger onderwijs van het lange type waarvoor de student een overgangsmogelijkheid wenst te genieten.

Art. 9.Als de studenten die overeenkomstig artikel 7 toegang hebben gehad tot een derde studiejaar van de eerste cyclus van het hoger onderwijs van het lange type, vóór de examens slagen, krijgen ze de graad die deze eerste cyclus bekrachtigt, zoals bedoeld in artikel 18, § 1, van het decreet van 5 augustus 1995 houdende de algemene organisatie van het hoger onderwijs in hogescholen.

Art. 10.De student die een eerste overgangscyclus met succes heeft gevolgd in een universiteit of een hogeschool die door de Franse Gemeenschap wordt georganiseerd of gesubsidieerd, heeft toegang tot het derde studiejaar van de eerste cyclus van het hoger onderwijs van het lange type in een hogeschool, voor zover die eerste cyclus die in die universitaire instelling of hogeschool met succes werd gevolgd, in verband met het derde studiejaar van de eerste cyclus van het hoger onderwijs van het lange type dat hij wenst te volgen, wordt opgenomen in bijlage 6 als een eerste cyclus die toegang verschaft tot het betrokken derde studiejaar van de eerste cyclus van het hoger onderwijs van het lange type in een hogeschool.

Art. 11.De autoriteiten van de hogeschool stellen het programma van het derde studiejaar van de eerste cyclus van het hoger onderwijs van het lange type vast van een student bedoeld in artikel 10, waarbij het geheel van de leeractiviteiten van dat programma niet meer dan 60 studiepunten mag tellen.

Art. 12.Als de studenten die overeenkomstig artikel 10 toegang hebben gehad tot een derde studiejaar van de eerste overgangscyclus van het hoger onderwijs van het lange type, vóór de examens slagen, krijgen ze de graad die deze eerste cyclus bekrachtigt, zoals bedoeld in artikel 18, § 1, van het decreet van 5 augustus 1995 houdende de algemene organisatie van het hoger onderwijs in hogescholen.

Art. 13.De student die een eerste overgangscyclus met succes heeft gevolgd in een universitaire instelling of een hogeschool die door de Franse Gemeenschap wordt georganiseerd of gesubsidieerd, heeft toegang tot het eerste studiejaar van de tweede cyclus van het hoger onderwijs van het lange type in een hogeschool, voor zover die eerste overgangscyclus in die universitaire instelling of hogeschool met succes werd gevolgd, in verband met het eerste studiejaar van de tweede cyclus van het hoger onderwijs van het lange type in een hogeschool dat hij wenst te volgen, wordt opgenomen in bijlage 7 als een eerste cyclus die toegang verschaft tot het betrokken eerste studiejaar van de tweede cyclus van het hoger onderwijs van het lange type.

Art. 14.De autoriteiten van de hogeschool stellen het programma van de in artikel 13 bedoelde student vast, beantwoordend aan zijn bijzondere toestand. Wanneer het programma in één of verschillende bijkomende leeractiviteiten bestaat, kan het niet meer dan 75 studiepunten tellen. Die leeractiviteiten behoren tot zijn studieprogramma van het eerste studiejaar van de tweede cyclus van het hoger onderwijs van het korte type waarvoor de student een overgangsmogelijkheid wenst te genieten.

Art. 15.De student die een eerste overgangscyclus met succes heeft gevolgd in een universitaire instelling of een hogeschool die door de Franse Gemeenschap wordt georganiseerd of gesubsidieerd, heeft toegang tot een derde studiejaar van het hoger onderwijs van het korte type, voor zover die eerste overgangscyclus in die universitaire instelling of hogeschool met succes werd gevolgd, in verband met het derde studiejaar van het hoger onderwijs van het korte type dat hij wenst te volgen, wordt opgenomen in bijlage 8 als studies die toegang verschaffen tot het betrokken derde studiejaar van het hoger onderwijs van het lange type.

Art. 16.De autoriteiten van de hogeschool stellen het programma van het derde studiejaar van het hoger onderwijs van het korte type vast van een student bedoeld in artikel 15, waarbij het geheel van de leeractiviteiten van dat programma niet meer dan 60 studiepunten mag tellen. HOOFDSTUK II. - Overgang van een studiejaar dat met succes werd gevolgd in het hoger onderwijs van het korte type naar een ander studiejaar in een hogeschool Afdeling 1. - Van het korte type naar het lange type

Art. 17.De student die eerste twee studiejaren van het hoger onderwijs van het korte type met succes heeft gevolgd in een hogeschool die door de Franse Gemeenschap wordt georganiseerd of gesubsidieerd, heeft toegang tot een tweede studiejaar van de eerste cyclus van het hoger onderwijs van het lange type, voor zover de eerste twee studiejaren die in die hogeschool met succes werden gevolgd, in verband met het tweede studiejaar van de eerste cyclus van het hoger onderwijs van het lange type dat hij wenst te volgen, worden opgenomen in bijlage 9 als eerste twee studiejaren van het hoger onderwijs van het korte type die toegang verschaffen tot het betrokken tweede studiejaar van de eerste cyclus van het hoger onderwijs van het lange type.

Art. 18.De autoriteiten van de hogeschool stellen het programma van het tweede studiejaar van de eerste cyclus van het hoger onderwijs van het lange type vast van een student bedoeld in artikel 17, waarbij het geheel van de leeractiviteiten van dat programma niet meer dan 60 studiepunten mag tellen.

Art. 19.De student die één van de graden bedoeld in artikel 15 van het decreet van 5 augustus 1995 houdende de algemene organisatie van het hoger onderwijs in hogescholen heeft behaald, heeft toegang tot het derde studiejaar van de eerste cyclus van het hoger onderwijs van het lange type bedoeld in artikel 18, § 2, van hetzelfde decreet, voor zover de studies die met één van de graden bedoeld in voormeld artikel 15 worden bekrachtigd, in verband met het derde studiejaar van de eerste cyclus van het hoger onderwijs van het lange type dat hij wenst te volgen, worden opgenomen in bijlage 10 als studies die toegang verschaffen tot het betrokken derde studiejaar van de eerste cyclus van het hoger onderwijs van het lange type.

Art. 20.De autoriteiten van de hogeschool stellen het programma van het derde studiejaar van de eerste cyclus van het hoger onderwijs van het lange type vast van een student bedoeld in artikel 19, waarbij het geheel van de leeractiviteiten van dat programma niet meer dan 60 studiepunten mag tellen.

Art. 21.Als de studenten die toegang hebben gehad tot een derde studiejaar van de eerste cyclus van het hoger onderwijs van het lange type vóór de examens slagen, overeenkomstig artikel 19, krijgen ze de graad die deze eerste cyclus bekrachtigt, zoals bedoeld in artikel 18, § 1, van het decreet van 5 augustus 1995 houdende de algemene organisatie van het hoger onderwijs in hogescholen.

Art. 22.De student die één van de graden bedoeld in artikel 15 of in artikel 16 van het decreet van 5 augustus 1995 houdende de algemene organisatie van het hoger onderwijs in hogescholen heeft behaald, heeft toegang tot het eerste studiejaar van de tweede cyclus van het hoger onderwijs van het lange type bedoeld in artikel 18, § 2, van hetzelfde decreet, voor zover de studies die met één van de graden bedoeld in voormeld artikel 15 of in artikel 16 worden bekrachtigd, worden opgenomen in bijlage 11 als studies die toegang verschaffen tot het eerste studiejaar van de tweede cyclus van het hoger onderwijs van het lange type, waarvoor geen overeenstemmende eerste cyclus wordt georganiseerd.

Art. 23.De autoriteiten van de hogeschool stellen het programma van de in artikel 22 bedoelde student vast, beantwoordend aan zijn bijzondere toestand. Wanneer het programma in één of verschillende bijkomende leeractiviteiten bestaat, kan het niet meer dan 75 studiepunten tellen. Die leeractiviteiten behoren tot zijn studieprogramma van het eerste studiejaar van de tweede cyclus van het hoger onderwijs van het lange type, waarvoor geen overeenstemmende eerste cyclus wordt georganiseerd. Afdeling 2. - Van het korte type naar het korte type

Art. 24.De student die een eerste studiejaar van het hoger onderwijs van het korte type met succes heeft gevolgd in een hogeschool die door de Franse Gemeenschap wordt georganiseerd of gesubsidieerd, heeft toegang tot een tweede studiejaar van het hoger onderwijs van het korte type, voor zover het eerste studiejaar dat in die hogeschool met succes werd gevolgd, in verband met het tweede studiejaar van het hoger onderwijs van het korte type dat hij wenst te volgen, worden opgenomen in bijlage 12 als een eerste studiejaar van het hoger onderwijs van het korte type dat toegang verschaft tot het betrokken tweede studiejaar van het hoger onderwijs van het korte type.

Art. 25.De autoriteiten van de hogeschool stellen het programma van de in artikel 24 bedoelde student vast, beantwoordend aan zijn bijzondere toestand. Wanneer het programma in één of verschillende bijkomende leeractiviteiten bestaat, kan het niet meer dan 75 studiepunten tellen. Die leeractiviteiten behoren tot zijn studieprogramma van het tweede studiejaar van het hoger onderwijs van het korte type, waarvoor de student een overgangsmogelijkheid wenst te genieten.

Art. 26.De student die eerste twee studiejaren van het hoger onderwijs van het korte type met succes heeft gevolgd in een hogeschool die door de Franse Gemeenschap wordt georganiseerd of gesubsidieerd, heeft toegang tot een tweede studiejaar van het hoger onderwijs van het korte type, voor zover de eerste twee studiejaren die in die hogeschool met succes werden gevolgd, in verband met het tweede studiejaar van het hoger onderwijs van het korte type dat hij wenst te volgen, worden opgenomen in bijlage 13 als eerste twee studiejaren van het hoger onderwijs van het korte type die toegang verschaffen tot het betrokken tweede studiejaar van het hoger onderwijs van het korte type.

Art. 27.De autoriteiten van de hogeschool stellen het programma van het tweede studiejaar van het hoger onderwijs van het korte type vast van een student bedoeld in artikel 26, waarbij het geheel van de leeractiviteiten van dat programma niet meer dan 60 studiepunten mag tellen.

Art. 28.De student die eerste twee studiejaren van het hoger onderwijs van het korte type met succes heeft gevolgd in een hogeschool die door de Franse Gemeenschap wordt georganiseerd of gesubsidieerd, heeft toegang tot een derde studiejaar van het hoger onderwijs van het korte type, voor zover de eerste twee studiejaren die in die hogeschool met succes werden gevolgd, in verband met het derde studiejaar van het hoger onderwijs van het korte type dat hij wenst te volgen, worden opgenomen in bijlage 14 als eerste twee studiejaren van het hoger onderwijs van het korte type die toegang verschaffen tot het betrokken tweede studiejaar van het hoger onderwijs van het korte type.

Art. 29.De autoriteiten van de hogeschool stellen het programma van de in artikel 28 bedoelde student vast, beantwoordend aan zijn bijzondere toestand. Wanneer het programma in één of verschillende bijkomende leeractiviteiten bestaat, kan het niet meer dan 75 studiepunten tellen. Die leeractiviteiten behoren tot zijn studieprogramma van het derde studiejaar van het hoger onderwijs van het korte type, waarvoor de student een overgangsmogelijkheid wenst te genieten.

Art. 30.De student die één van de graden bedoeld in artikel 15 van het decreet van 5 augustus 1995 houdende de algemene organisatie van het hoger onderwijs in hogescholen heeft behaald, heeft toegang tot het derde studiejaar van het hoger onderwijs van het korte type, voor zover de studies die met één van de graden bedoeld in voormeld artikel 15 worden bekrachtigd, in verband met het derde studiejaar van het hoger onderwijs van het korte type dat hij wenst te volgen, worden opgenomen in bijlage 15 als studies die toegang verschaffen tot het betrokken derde studiejaar van het hoger onderwijs van het korte type.

Art. 31.De autoriteiten van de hogeschool stellen het programma van het derde studiejaar van het hoger onderwijs van het korte type vast van een student bedoeld in artikel 30, waarbij het geheel van de leeractiviteiten van dat programma niet meer dan 60 studiepunten mag tellen. HOOFDSTUK III. - Slotbepalingen

Art. 32.Voor de toepassing van dit besluit, wordt het eerste studiejaar of het tweede studiejaar dat in de eerste overgangscyclus met succes werd gevolgd of wordt de academische graad van studies van het korte type van het hoger onderwijs dat door de Franse Gemeenschap wordt georganiseerd of gesubsidieerd, vóór de inwerkingtreding van het decreet van 31 maart 2004 betreffende de organisatie van het hoger onderwijs ter bevordering van de integratie in de Europese ruimte van het hoger onderwijs en betreffende de herfinanciering van de universiteiten, in één zelfde vak als het vak vermeld in de rechter kolom van de bijlagen, gelijkgesteld met het eerste studiejaar of het tweede studiejaar van de eerste cyclus dat met succes werd gevolgd of met de in die kolom vermelde graad.

Voor de toepassing van dit besluit, wordt de academische graad van studies van de eerste cyclus van het lange type van het hoger onderwijs dat door de Franse Gemeenschap wordt georganiseerd of gesubsidieerd, vóór de inwerkingtreding van het decreet van 31 maart 2004 betreffende de organisatie van het hoger onderwijs ter bevordering van de integratie in de Europese ruimte van het hoger onderwijs en betreffende de herfinanciering van de universiteiten, in één zelfde vak als het vak vermeld in de rechter kolom van de bijlagen, gelijkgesteld met de in die kolom vermelde graad, indien de gediplomeerde ook ten minste één studiejaar van de tweede cyclus in het hetzelfde vak met succes heeft gevolgd.

Onder « zelfde vak », in de zin van het eerste lid en het tweede lid wordt verstaan : 1° wat het hoger onderwijs in hogescholen betreft, ofwel één zelfde afdeling, ofwel, als een afdeling in onderafdelingen onderverdeeld is, één zelfde onderafdeling;2° wat het hoger kunstonderwijs betreft, één zelfde gebied;3° wat het hoger onderwijs aan de Universiteit betreft, een overeenstemmende graad, overeenkomstig het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 19 mei 2004 dat de overeenstemmingslijst vastlegt tussen de oude en de nieuwe academische graden.

Art. 33.Het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 30 juni 2006 tot vaststelling van de overgangsklassen die toegang geven tot de studies georganiseerd in Hogescholen, gewijzigd bij de besluiten van de Regering van de Franse Gemeenschap van 5 juni 2008, 13 juni 2008 en 22 december 2011 wordt opgeheven.

Art. 34.Dit besluit treedt in werking op 15 september 2013.

Art. 35.De Minister bevoegd voor het hoger onderwijs wordt belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 7 maart 2013.

De Vice-President en Minister van Hoger Onderwijs, J.-Cl. MARCOURT