Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Regering Van De Franse Gemeenschap van 23 juni 2011
gepubliceerd op 08 augustus 2011

Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot bepaling van de regels met betrekking tot de machtigingen toegekend aan de inrichtingen van het onderwijs voor sociale promotie voor de inrichting van afdelingen bekrachtigd door de graden van bachelor, specialisatie of master en door het « Brevet de l'enseignement supérieur »

bron
ministerie van de franse gemeenschap
numac
2011029399
pub.
08/08/2011
prom.
23/06/2011
ELI
eli/besluit/2011/06/23/2011029399/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

23 JUNI 2011. - Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot bepaling van de regels met betrekking tot de machtigingen toegekend aan de inrichtingen van het onderwijs voor sociale promotie voor de inrichting van afdelingen bekrachtigd door de graden van bachelor, specialisatie of master en door het « Brevet de l'enseignement supérieur » (brevet voor het hoger onderwijs)


De Regering van de Franse Gemeenschap, Gelet op het decreet van 16 april 1991 houdende organisatie van het onderwijs voor sociale promotie, inzonderheid op artikel 45, vervangen bij het decreet van 14 november 2008;

Gelet op het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 27 mei 2009Relevante gevonden documenten type besluit van de regering van de franse gemeenschap prom. 27/05/2009 pub. 25/08/2009 numac 2009029431 bron ministerie van de franse gemeenschap Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap houdende bepaling van de regels met betrekking tot de machtigingen toegekend aan de inrichtingen van het onderwijs voor sociale promotie voor de inrichting van afdelingen bekrachtigd door de graden van bachelor, specialisatie of master en door het « brevet de l'enseignement supérieur » sluiten houdende bepaling van de regels met betrekking tot de machtigingen toegekend aan de inrichtingen van het onderwijs voor sociale promotie voor de inrichting van afdelingen bekrachtigd door de graden van bachelor, specialisatie of master en door het Brevet de l'enseignement supérieur (Brevet voor het hoger onderwijs);

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, verleend op 10 december 2010;

Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting van 23 december 2010;

Gelet op de onderhandelingsprotocollen van 24 januari 2011 van het Onderhandelingscomité van Sector IX : « Onderwijs » (Franse Gemeenschap) van het Comité van de provinciale en plaatselijke openbare diensten - Afdeling II en van het Onderhandelingscomité voor de statuten van het personeel van het gesubsidieerd vrij onderwijs;

Gelet op het overlegprotocol van 24 januari en 4 februari 2011 van het Overlegcomité tussen de Regering van de Franse Gemeenschap en de vertegenwoordigings- en coördinatieorganen van de inrichtende machten van het Onderwijs en de gesubsidieerde PMS-centra erkend door de Regering;

Gelet op het advies van de Raad van State nr. 49.592/2 verleend op 23 mei 2011 met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de op 12 januari 1973 gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op de voordracht van de Minister van Leerplichtonderwijs en Onderwijs voor sociale promotie;

Na beraadslaging, Besluit : HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen

Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit, dient verstaan te worden onder : 1° decreet : het decreet van 16 april 1991 houdende organisatie van het onderwijs voor sociale promotie;2° afdeling : een afdeling van het hoger onderwijs voor sociale promotie, geldig goedgekeurd in de zin van de artikelen 10 tot 12 van het decreet;3° opleidingseenheid : een opleidingseenheid van het hoger onderwijs voor sociale promotie, behoorlijk goedgekeurd in de zin van de artikelen 13 en 14 van het decreet;4° opleidingseenheid ingericht gedurende een kalenderjaar : elke opleidingseenheid begonnen gedurende het kalenderjaar;5° de Hoge raad : de Hoge raad voor het onderwijs voor sociale promotie opgericht krachtens artikel 78 van het decreet;6° de Subregionale commissies (CSR) : de Subregionale commissies opgericht bij artikel 123bis van het decreet;7° de Regering : de Regering van de Franse Gemeenschap;8° netwerk : 1.de Coördinatieraad zoals bedoeld bij het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 29 november 2002 houdende oprichting van de Coördinatieraad en de Zoneraden van het onderwijs voor sociale promotie van de Franse Gemeenschap; 2. de vertegenwoordigings- en coördinatie-organen van de inrichtende machten van het gesubsidieerd onderwijs, erkend door de Regering van de Franse Gemeenschap.

Art. 2.Overeenkomstig artikel 45, derde lid, van het decreet, worden de machtigingen aan de inrichtingen van het onderwijs voor sociale promotie die door de Franse Gemeenschap ingericht of gesubsidieerd worden, om afdelingen te organiseren die de graden van bachelor, specialisatie of master of het Brevet de l'enseignement supérieur (Brevet voor het hoger onderwijs) toekennen, besloten door de Regering van de Franse Gemeenschap op advies van de Hoge raad. De machtigingsverleningen vermelden de betrokken vestiging(-en).

De machtiging is enkel toekenbaar aan een afdeling die voorafgaandelijk door de Regering goedgekeurd werd.

De machtigingsverlening kan gedeeltelijk zijn of in de tijd beperkt worden indien de aanvraag om machtiging uitdrukkelijk melding maakt van een overeenkomst zoals bedoeld bij artikel 72 of artikel 114 van het decreet.

De Hoge raad bepaalt de procedures en de nadere regels voor de ontvangst, het onderzoek en de overzending van de aanvragen om machtiging. Deze procedures en andere regels worden aan de netwerken en aan de Subregionale commissies elk jaar tegen 15 december meegedeeld.

Art. 3.Overeenkomstig artikel 123bis, § 3, eerste lid, van het decreet, gebeurt het onderzoek der aanvragen om machtiging op basis van de volgende criteria : 1° het beantwoorden van het opleidingsaanbod aan de socio-economische behoeften, in overleg met de socio-economische instanties van de geografische zone wat onder andere betreft de vraag naar geschoolde werkkracht door de betrokken beroepssectoren, de toegespitste aard van de opleiding, de bevolkingsdichtheid van de zone, de geconventioneerde aard van de opleiding. Naargelang het geval wordt het advies van het betrokken Subregionale comité voor arbeidsbemiddeling en opleiding of van de Adviescommissie opleiding - arbeidsbemiddeling - onderwijs gevraagd; 2° de concurrentiële dimensie van het aanbod en van het potentiële publiek en meer bijzonderlijk via de lijst van de bestaande organisaties van de betrokken opleiding en de mogelijke bestaande samenwerkingsovereenkomsten;3° de inschrijving van de aanvraag tot machtiging in het kader van overeenkomsten zoals bedoeld bij de artikelen 72 en 114 van het decreet.

Art. 4.De inrichtende macht van de inrichting in het door de Franse Gemeenschap gesubsidieerde onderwijs of de directeur in het door de Franse Gemeenschap ingerichte onderwijs stuurt een aanvraag tot machtiging aan zijn netwerk.

De aanvraag tot machtiging moet de elementen van informatie en motivatie bevatten met betrekking tot de machtigingscriteria opgesomd bij artikel 3 van dit besluit.

Art. 5.De netwerken zenden om het jaar de aanvragen om machtiging aan de Hoge raad over ten laatste tegen 15 januari. Het bureau van de Hoge raad gaat na of de aanvragen conform zijn en belast, desnoods, het betrokken netwerk met de verbetering van de niet-overeenstemmende dossiers binnen de vijf werkdagen.

Ten laatste tegen 31 januari van elk jaar, zendt de Hoge raad, met bericht van ontvangst, de overeenstemmende aanvragen om machtiging aan de Subregionale commissies waarvan de betrokken inrichtingen of hun vestiging(en) deel uitmaken samen met de opsomminglijst van alle aanvragen om machtiging.

De Subregionale commissies brengen een advies aan de Hoge raad uit tegen 15 maart, elk jaar. Dit advies bevat : 1° de notulen van de vergadering betreffende het onderzoek van de aanvragen om machtiging behoorlijk goedgekeurd met inbegrip van de lijst van de vertegenwoordigde inrichtingen alsook de naam en het ambt van de vertegenwoordiger;2° een advies geargumenteerd op basis van de criteria bedoeld bij artikel 3 van dit besluit;3° de mogelijke minderheidsnota's;4° naargelang het geval, het advies van het betrokken Subregionale comité voor arbeidsbemiddeling en opleiding of van de Adviescommissie opleiding - arbeidsbemiddeling - onderwijs.

Art. 6.De Hoge raad onderzoekt de aanvraag om machtiging en de adviezen zoals bepaald bij de artikelen 4 en 5 van dit besluit. De Hoge raad kan een advies uitbrengen omtrent een aanvraag om machtiging bij gebrek aan een advies van de Subregionale commissies.

Tegen eind april, elk jaar, brengt hij zijn met redenen omklede advies ten behoeve van de Regering uit met inachtneming van de criteria vermeld in artikel 3.

Dit advies gaat desgevallend samen met een minderheidsnota.

Art. 7.§ 1. Een inrichting kan afzien van één of meer machtiging(-en) bij aangetekende brief gericht aan de Minister belast met het onderwijs voor sociale promotie, samen met een afschrift gestuurd aan de Directie van het onderwijs voor sociale promotie. Deze beslissing heeft uitwerking met ingang van de datum van ontvangst van de aangetekende brief. § 2. Een inrichting kan de machtiging verliezen om een afdeling in te richten indien, op drie opeenvolgende jaren, vanaf 1 januari 2010, minder dan gemiddeld 10 studenten ingeschreven waren voor de opleidingseenheden waaruit de afdeling bestaat en die tijdens een kalenderjaar ingericht waren, waarbij alle opleidingseenheden op een gelijke voet worden gesteld.

Het gemiddelde wordt vastgesteld op basis van het aantal regelmatige studenten op het eerste tiende in de verschillende opleidingseenheden ingericht in de afdeling gedeeld door het aantal ingerichte opleidingseenheden, wetend dat de openingsdatum van de opleidingseenheden als referentiedatum gebruikt zal worden.

Als er een samenwerkingsovereenkomst bestaat zoals bedoeld bij artikel 72 wordt het gemiddelde berekend in verhouding met de opleidingseenheden ingericht door de betrokken inrichtingen.

Als er een samenwerkingsovereenkomst bestaat zoals bedoeld bij artikel 114 van het decreet wordt het gemiddelde berekend met inachtneming van de verscheidene opleidingseenheden ingericht door de betrokken inrichting(-en).

In afwijking van wat voorafgaat, voor de afdelingen die een specialisatiegraad bekomen, wordt de norm op gemiddeld 7 studenten teruggebracht.

De Directie Onderwijs voor sociale promotie maakt het niet-naleven van het gemiddelde bedoeld bij de vorige leden bij de Hoge raad aanhangig.

In dergelijk geval kan de Hoge raad voorstellen de machtiging te behouden of in te trekken in functie van de argumenten die hem zullen worden voorgelegd en die op de criteria bedoeld bij artikel 3 van dit decreet steunen.

De Hoge raad zendt zijn met redenen omklede advies tegen eind april aan de Regering over. § 3. De machtiging wordt van ambtswege verloren als de inrichting de afdeling niet actief maakt tijdens het kalenderjaar volgend op de toekenning van de machtiging, of daarna, geen opleidingseenheid van de afdeling actief maakt gedurende twee opeenvolgende jaren.

De Directie Onderwijs voor sociale promotie licht er de inrichtende macht van de inrichting over in in het door de Franse Gemeenschap gesubsidieerde onderwijs of de directeur van het door de Franse Gemeenschap ingericht onderwijs en de Hoge raad die de Regering er ter kennis van brengt. § 4. De machtiging wordt van ambtswege verloren als inrichtingen betrokken bij een samenwerkingsovereenkomst een einde stellen aan deze overeenkomst. Nochtans, in het kader van samenwerkingsovereenkomsten waarbij drie of meer partnerinstellingen betrokken zijn, leidt de uitval van één van de partners tot het verlies van de machtiging enkel voor de partner die zich terugtrekt. Een nieuwe overeenkomst met betrekking tot de overblijvende partners moet opgesteld worden en overgezonden aan de Hoge raad van het onderwijs voor sociale promotie die er het bestuur en de Regering van verwittigt.

Art. 8.Wanneer een inrichting haar machtiging verliest of ervan afziet, wordt ze ertoe gemachtigd de opleidingseenheden van de afdeling in te richten om te zorgen voor de goede beëindiging van de studies. Voor deze afdeling kunnen zich enkel studenten inschrijven die een voorafgaande inschrijving genoten in de inrichting in een opleidingseenheid van de betrokken afdeling gedurende het jaar dat voorafging aan het jaar gedurende hetwelk de inrichting van haar machtiging afziet of die verliest.

Vanaf het verlies of het afzien van de machtiging beschikt de inrichting over de termijn van geldigheid van de slaagattesten van de opleidingseenheden vermeld in het pedagogisch dossier van de geïntegreerde proef of in document 8ter zoals bepaald bij artikel 11 van het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 9 juli 2004Relevante gevonden documenten type besluit van de regering van de franse gemeenschap prom. 09/07/2004 pub. 29/11/2004 numac 2004203346 bron ministerie van de franse gemeenschap Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot vaststelling van de nadere regels voor de organisatie en de werking van subregionale commissies voor het onderwijs voor sociale promotie sluiten betreffende de pedagogische dossiers van de opleidingsafdelingen en -eenheden van het onderwijs voor sociale promotie van stelsel 1, om voor de goede beëindiging van de studies te zorgen. Bij gebrek aan vermelding in het pedagogische dossier van de afdeling of de opleidingseenheid « Geïntegreerde Proef », beschikt ze over een termijn van drie jaar.

De inrichting waarvoor een machtiging geweigerd werd, moet twee jaar wachten vanaf de beslissing tot weigering van de machtigingsverlening alvorens een nieuwe aanvraag voor dezelfde afdeling in te kunnen dienen.

De inrichting die een machtiging heeft verloren of die ervan heeft afgezien, moet vijf jaar wachten vanaf deze beslissing alvorens een nieuwe aanvraag in te dienen voor dezelfde afdeling.

Art. 9.De inrichtingen van het onderwijs voor sociale promotie ingericht of gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap mogen geen reclame maken voor de afdelingen die de brevetgraad van het hoger onderwijs, van bachelor, van specialisatie of master zonder de voorafgaande machtiging door de Regering van de Franse Gemeenschap te hebben bekomen.

Nochtans wordt reclame toegelaten voor het jaar tijdens hetwelk het antwoord op de aanvraag tot machtiging verwacht wordt. De reclame zal de volgende vermelding bevatten : « onder voorbehoud van de toekenning van de machtiging toegekend bij besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap ». De melding zal hetzelfde lettertype en dezelfde letterpolis gebruiken als de naam van de afdeling waarop de reclame slaat.

Art. 10.Vanaf 1 september 2011, met uitzondering van de opleidingseenheden die tot de sectoren talen en informatica behoren, dient elke inrichting die één of meerdere opleidingseenheden ressorterend onder afdelingen van het hoger onderwijs waarvoor ze niet over de machtiging beschikt, wenst in te richten of te blijven inrichten, een aanvraag om machtigingsverlening aan de Regering toe te sturen die het advies van de Hoge raad zal aanvragen.

Bij gebrek aan machtigingsverlening door de Regering zal de organisatie van de betrokken opleidingseenheden beschouwd worden als een onwettelijke organisatie in de zin van artikel 87bis, § 1, vierde lid en vijfde lid van het decreet.

Vanaf 1 september 2011 wordt een overgangsperiode van twee kalenderjaar aan de inrichtingen toegekend om de opleidingseenheden te sluiten van de afdelingen die ze zonder machtiging inrichtten en waarvoor ze geen openingstoelating of machtiging van de Regering zouden bekomen.

Het toekennen aan een inrichting van de machtiging om sommige opleidingseenheden van een afdeling van het hoger onderwijs in te richten kan geenszins gelijkgesteld worden met een machtiging om de betrokken afdeling in te richten.

Art. 11.De machtiging wordt aan de inrichtingen toegekend die een openingstoelating hebben gekregen van de Directie Onderwijs voor sociale promotie en die en afdeling inrichten die tot het uitreiken van een bekwaamheidsbewijs leidt van gegradueerde, postgegradueerde, specialisatie of industrieel ingenieur respectief omgevormd tot een afdeling die de graad van bachelor, specialisatie, master of het brevet van het hoger onderwijs toekent.

De inrichtingen die één of meer afdelingen hebben geopend die leiden tot de uitreiking van de graad van bachelor, terwijl ze de graduaten en postgraduaten van deze opleidingsfilière niet inrichtten voor hun omvorming, krijgen een voorlopige machtiging tot 30 juni 2011 en zullen de studenten de mogelijkheid bieden hun studies te beëindigen.

Daarna moeten ze de machtigingsprocedure volgen die in dit besluit beschreven is.

Art. 12.Het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 27 mei 2009Relevante gevonden documenten type besluit van de regering van de franse gemeenschap prom. 27/05/2009 pub. 25/08/2009 numac 2009029431 bron ministerie van de franse gemeenschap Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap houdende bepaling van de regels met betrekking tot de machtigingen toegekend aan de inrichtingen van het onderwijs voor sociale promotie voor de inrichting van afdelingen bekrachtigd door de graden van bachelor, specialisatie of master en door het « brevet de l'enseignement supérieur » sluiten houdende bepaling van de regels met betrekking tot de machtigingen toegekend aan de inrichtingen van het onderwijs voor sociale promotie voor de inrichting van afdelingen bekrachtigd door de graden van bachelor, specialisatie of master en door het « Brevet de l'enseignement supérieur » (brevet voor het hoger onderwijs), wordt opgeheven.

Art. 13.Artikel 11 treedt in werking op 1 september 2010.

Art. 14.De Minister tot wier bevoegdheid het Onderwijs voor Sociale Promotie behoort, is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 23 juni 2011.

De Minister van Leerplichtonderwijs en Onderwijs voor Sociale Promotie, Mevr. M.-D. SIMONET

^