Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Regering Van De Franse Gemeenschap van 14 mei 2009
gepubliceerd op 15 juli 2009

Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot vaststelling van de werking van het Begeleidingscomité van het Waarnemingscentrum voor het hoger onderwijs

bron
ministerie van de franse gemeenschap
numac
2009029360
pub.
15/07/2009
prom.
14/05/2009
ELI
eli/besluit/2009/05/14/2009029360/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

14 MEI 2009. - Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot vaststelling van de werking van het Begeleidingscomité van het Waarnemingscentrum voor het hoger onderwijs


De Regering van de Franse Gemeenschap, Gelet op het decreet van 18 juli 2008 tot democratisering van het hoger onderwijs, ter bevordering van de slaagkansen van de studenten en tot oprichting van het Waarnemingscentrum voor het hoger onderwijs, inzonderheid op artikel 26;

Gelet op het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 20 maart 2008 tot vaststelling van de verdeling van de bevoegdheden onder de Ministers van de Regering van de Franse Gemeenschap;

Op de voordracht van de Vice-Presidente, Minister belast met het hoger onderwijs, het Wetenschappelijk onderzoek en de Internationale betrekkingen en van het Begeleidingscomité van het Waarnemingscentrum;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.§ 1. Het Begeleidingscomité van het Waarnemingscentrum voor het hoger onderwijs, hierna « het Comité » genoemd, komt minstens zes keer per jaar bijeen. § 2. De vergaderingen van het Comité worden gehouden in de lokalen van het Ministerie van de Franse Gemeenschap.

Art. 2.Het Comité wordt voorgezeten door een lid van het Comité dat het daartoe aanstelt. De Voorzitter wordt aangesteld voor een duur van vijf jaar. Bij verhindering wordt het Comité voorgezeten door de Directeur-generaal van de Algemene directie niet-verplicht onderwijs en wetenschappelijk onderzoek.

Art. 3.Het personeel ter beschikking gesteld van het Waarnemingscentrum voor het hoger onderwijs, hierna « het Observatorium » genoemd, bereidt de vergaderingen voor van het Comité en neemt het secretariaat ervan waar.

Het secretariaat maakt de notulen op van de vergaderingen en verstuurt de oproepingen. Deze vermelden de plaats, de datum en het uur van de vergadering alsook de dagorde en de nodige documentatie. Het secretariaat staat eveneens in voor de opvolging van de beslissingen, van de adviezen en van de voorstellen van het Comité.

Art. 4.De oproepingen en de documenten moeten ten laatste tien kalenderdagen vóór de vergadering van het Comité via e-mail naar de leden gestuurd worden. Nieuwe documenten en geactualiseerde documenten kunnen evenwel na die termijn verstuurd worden. Als een lid niet over een e-mail adres beschikt, zal de oproeping hem via gewone post opgestuurd worden.

Een kopie wordt ter informatie gericht naar de Minister bevoegd voor het hoger onderwijs.

Art. 5.§ 1. De dagorde wordt vastgelegd door de Voorzitter in overleg met de Coördinator van het Waarnemingscentrum.

Elk lid van het Begeleidingscomité kan vragen een punt op de agenda op te nemen. Die aanvraag moet bij het secretariaat van het Waarnemingscentrum drie dagen vóór de versturing van de oproeping terechtkomen.

Een punt van de agenda kan opgenomen worden op de schriftelijke aanvraag van de Minister bevoegd voor het hoger onderwijs. § 2. Het Comité kan slechts over de punten die op de agenda staan, beraadslagen.

Art. 6.§ 1. Het Comité beraadslaagt en beslist geldig als minstens de helft van de leden aanwezig is. Ingeval het quorum niet bereikt wordt, bevat de agenda van de volgende vergadering de punten van de vergadering waarvoor het quorum niet bereikt was. Het Comité beraadslaagt en beslist dan geldig over die punten ongeacht het aantal aanwezige leden. § 2. Ingeval van verhindering, stelt het werkend lid de persoon aan die hij machtigt en deelt hem een kopie van de agenda alsook alle bijgevoegde documenten mee. Hij informeert er ook het secretariaat van.

Art. 7.De beslissingen van het Comité worden genomen bij consensus.

Bij ontstentenis kan er gestemd worden. In dat geval wordt de meerderheid van twee derde van de aanwezige leden vereist.

Art. 8.De notulen van de vergaderingen alsook de adviezen, raadgevingen en voorstellen zoals vermeld in artikel 26, 1e lid van het decreet tot democratisering van het hoger onderwijs, ter bevordering van de slaagkansen van de studenten en tot oprichting van het Waarnemingscentrum voor het hoger onderwijs, hierna « het decreet » genoemd, moeten formeel goedgekeurd worden tijdens een vergadering van het Comité. Bij gemotiveerde dringende noodzakelijkheid moeten deze evenwel via e-mail overgezonden en goedgekeurd worden.

Art. 9.Overeenkomstig de bepalingen van artikel 26, 5e lid, van het decreet, kan het Comité aan zijn werken één of meerdere deskundigen verbinden. De personen aangesteld als deskundigen zijn niet stemgerechtigd.

Art. 10.Elk jaar deelt het Observatorium aan de leden van het Comité ten laatste vóór 15 mei een ontwerp van activiteitenverslag mee bedoeld in artikel 18 van het decreet. Binnen de 15 dagen van de ontvangst kunnen de leden van het Comité hun eventuele opmerkingen of vaststellingen aan het observatorium meedelen. Het Comité keurt het verslag goed vóór 30 juni.

Art. 11.Overeenkomstig wat in artikel 26, 2e lid, van het decreet vastgesteld is, bepaalt het Comité de thematische prioriteiten voor de komende twee jaren, elk jaar vóór 30 september.

Art. 12.De Minister bevoegd voor het hoger onderwijs wordt belast met de uitvoering van dit besluit.

Art. 13.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van de datum waarop het ondertekend wordt.

Brussel, 14 mei 2009.

Voor de Regering van de Franse Gemeenschap : De Minister van Hoger onderwijs, Wetenschappelijk onderzoek en Internationale betrekkingen, Mevr. M.-D. SIMONET

^