gepubliceerd op 30 september 2004
Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap betreffende de procedure voor het onderzoek van de aanvragen om toelating tot het onderwijzen in de taal van onderdompeling
12 MEI 2004. - Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap betreffende de procedure voor het onderzoek van de aanvragen om toelating tot het onderwijzen in de taal van onderdompeling
De Regering van de Franse Gemeenschap, Gelet op de artikelen 2 en 3 van het decreet van 17 juli 2003 houdende algemene bepalingen betreffende het onderricht in een taal via onderdompeling en verschillende maatregelen inzake onderwijs;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 26 maart 2004;
Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting van 30 maart 2004;
Gelet op het onderhandelingsprotocol van de vakorganisaties, gesloten op 19 april 2004 binnen het Sectorcomité IX en het Comité voor de provinciale en plaatselijke overheidsdiensten - Afdeling II - in gezamenlijke vergadering;
Gelet op het advies nr. 37.033/2 van de Raad van State, gegeven op 28 april 2004, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de gecoördineerde wetten van 12 januari 1973 op de Raad van State;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid om dit besluit goed te keuren zodat de betrokkenen kennis kunnen nemen van de te volgen procedure om hun aanvraag geldig in te dienen en om de bevoegdheid te bekomen, in voorkomend geval, om in een taal van onderdompeling te onderwijzen vóór het begin van het volgende schooljaar en om aanverworven te worden overeenkomstig de statutaire regels;
Op de voordracht van de Minister van Cultuur, Ambtenarenzaken, Jeugdzaken en Sport, de Minister van Kinderwelzijn, belast met het Basisonderwijs, de Opvang en de Opdrachten toegewezen aan de « O.N.E. », de Minister van Secundair Onderwijs en Buitengewoon Onderwijs en de Minister van Hoger Onderwijs, Wetenschappelijk Onderzoek en het Onderwijs voor Sociale Promotie;
Na beraadslaging, Besluit : Afdeling 1. - Definities
Artikel 1.In de zin van dit besluit wordt verstaan onder : 1. « Commissie » : de Commissie voor de toelating tot het onderwijzen in een taal via onderdompeling, ingesteld bij het decreet van 17 juli 2003 houdende algemene bepalingen betreffende het onderricht in een taal via onderdompeling en verschillende maatregelen inzake onderwijs;2. « toelating » : de beslissing waarmee de Regering, na advies van de commissie, machtiging verleent om de ambten van onderwijzer of leraar algemene vakken belast met de lessen in de taal van onderdompeling uit te oefenen, op hun aanvraag aan, de houders van een diploma of buitenlands studiegetuigschrift uitgereikt na een onderwijs in de Nederlandse, Engelse of Duitse taal en toegelaten in het land van uitreiking van het voornoemde diploma of getuigschrift om de ambten van onderwijzer uit te oefenen in het erkende onderwijs van dat land. Afdeling 2. - De Commissie
Art. 2.De commissie is samengesteld uit : 1. de directeur-generaal van de algemene directie onderwijspersoneel van de Franse Gemeenschap, die het voorzitterschap ervan waarneemt;2. een lid, dat een ambt bekleedt in voormelde algemene directie, houder van tenminste een graad van rang 12;3. twee leden, die een ambt bekleden in de algemene directie niet-verplicht onderwijs, titularis van tenminste een graad van rang 10, en er aangesteld voor de taken van administratief beheer van de aanvragen voor academische gelijkstelling en professionele erkenning van buitenlandse diploma's of studiegetuigschriften;4. drie leden, vertegenwoordigers van elke vakorganisatie aanwezig in het onderhandelingscomité, sector IX, opgericht ter uitvoering van de wet van 19 december 1974 tot regeling van de betrekkingen tussen de Regering en de vakbonden van haar personeel. Elk lid wordt voorzien van een plaatsvervanger.
Bij afwezigheid van de voorzitter wordt de commissie voorgezeten door het in punt 2, tweede lid van dit artikel bedoelde personeelslid, in voorkomend geval, of door zijn plaatsvervanger.
De commissie kan, in functie van de behoeften, zich laten bijstaan door deskundigen, die meer bepaald leden zijn van de inspectiediensten van het onderwijs.
Het secretariaat van de commissie wordt waargenomen door een personeelslid van de Regeringsdiensten, algemeen bestuur onderwijzend personeel, houder van tenminste een graad van rang 10. Afdeling 3. - Procedure
Onderafdeling 1. - Indiening en onderzoek van de aanvragen
Art. 3.De aanvragen tot toelating worden bij aangetekende brief bij de Regering ingediend, ter attentie van de directeur-generaal van de Algemene Directie onderwijspersoneel van de Franse Gemeenschap, op het postadres van de Regeringsdiensten.
Art. 4.De aanvragen worden opgesteld volgens het model bepaald in bijlage 1 van dit besluit.
De aanvrager voegt hierbij de volgende documenten : 1. een eensluidend afschrift van het diploma op basis waarvan de aanvrager toegelaten wordt, in het land waar het uitgereikt wordt, het ambt van leerkracht uit te oefenen;2. het origineel van een attest opgesteld, overeenkomstig het model bepaald in bijlage 2 van dit besluit, door de bevoegde overheid van het land van uitreiking van het diploma om het vervullen door de aanvrager van de voorwaarden met het oog op de uitoefening van het ambt van onderwijzer in het erkende onderwijs van voormeld land te bevestigen of, bij gebrek hieraan, elk document van de voormelde overheid waarbij de naleving door de aanvrager van de voornoemde voorwaarden wordt bevestigd;de ondertekening van deze overheid op het getuigschrift of, bij gebrek hieraan, op elk bewijsdocument is, behoudens andersluidende internationale overeenkomst, gelegaliseerd door de diplomatieke zending of de Belgische consulaire post bevoegd voor dat land; 3. een afschrift van de documenten met zijn/haar identiteit;4. een « curriculum vitae », in het Frans opgesteld, met in voorkomend geval de beroepservaring verworven als leerkracht. Er wordt bij elk document opgesomd onder de punten 1 en 2 van het vorige lid een originele vertaling gevoegd, verricht door een beëdigd vertaler bij een Belgische rechtbank.
Art. 5.De secretaris zorgt, onder het toezicht van de voorzitter, voor het onderzoek van de aanvragen.
Bij twijfel aan de echtheid van de documenten neergelegd ter staving van een aanvraag kan de voorzitter elke nodige beslissing nemen met het oog op hun nazicht, inzonderheid door van de aanvrager bijkomende inlichtingen of documenten te eisen.
Wanneer een aanvraag door de Commissie kan worden onderzocht, brengt de voorzitter de aanvrager ervan op de hoogte.
Onderafdeling 2. - Onderzoek van de aanvragen tot toelating
Art. 6.De commissie vergadert elk jaar in de loop van de maand november. Bovendien komt ze bijeen op elk ander ogenblik, indien nodig, op initiatief van haar voorzitter.
De voorzitter roept de leden bijeen. Het verhinderde lid roept zijn plaatsvervanger op.
Ze vergadert geldig wanneer ten minste de helft van haar leden aanwezig is.
Haar adviezen worden genomen bij gewone meerderheid van stemmen van de aanwezige leden.
Bij staking van stemmen is de stem van haar voorzitter beslissend.
Onderafdeling 3. - De toelatingen
Art. 7.De Regering, na advies van de commissie, baseert haar beslissing louter op de professionele rechtsgevolgen, door de inzake het onderwijs van het land van uitreiking bevoegde overheden toegekend aan het diploma of het buitenlandse studiegetuigschrift waarvan de toelating tot het onderwijzen in de taal van onderdompeling wordt gevraagd.
De beslissing omtrent de toelating tot het uitoefenen van ambten in de taal van onderdompeling maakt het voorwerp uit van een besluit van de Regering dat de volgende gegevens bepaalt : 1. de ambten van kleuteronderwijzer belast met de lessen via onderdompeling, van onderwijzer voor lager onderwijs belast met de lessen via onderdompeling, van leraar algemene vakken, belast met de lessen via onderdompeling in het lager secundair onderwijs of van leraar algemene vakken belast met de lessen via onderdompeling in het hoger secundair onderwijs, die de houder van een buitenlands pedagogisch bekwaamheidsbewijs gemachtigd is uit te oefenen.2. de taal van onderdompeling waarin dat ambt kan worden uitgeoefend;3. het diploma van kleuter- of voorschools onderwijzer, onderwijzer voor het lager onderwijs, van geaggregeerde lager secundair onderwijs, van geaggregeerde hoger secundair onderwijs waarmee het buitenlandse pedagogische bekwaamheidsbewijs overeenstemt, zonder specifiëring voor de laatste twee van respectievelijk de afdeling of de groep waaronder hij valt. Voor het ambt van leraar algemene vakken belast met de lessen via onderdompeling, vermeldt voormeld besluit het vak of de vakken die de houder van het bewijs, voorwerp van de toelating, mag geven.
Van elke beslissing, samen met een afschrift van het advies van de Commissie, wordt aan de aanvrager kennisgegeven in de vorm van een eensluidend afschrift dat bij aangetekende brief wordt verstuurd.
Art. 8.De Minister tot wiens bevoegdheid de statuten van de personeelsleden van het onderwijs behoort, wordt belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 12 mei 2004.
Vanwege de Regering van de Franse Gemeenschap : De Minister van Cultuur, Ambtenarenzaken, Jeugdzaken en Sport, Ch. DUPONT De Minister van Kinderwelzijn, belast met het Basisonderwijs, de Opvang en de Opdrachten toegewezen aan de « O.N.E. », J.-M. NOLLET De Minister van Secundair Onderwijs en Buitengewoon Onderwijs, P. HAZETTE De Minister van Hoger Onderwijs, Onderwijs voor Sociale Promotie en Wetenschappelijk Onderzoek, Mevr. Fr. DUPUIS