gepubliceerd op 25 juni 2004
Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot instelling van de Commissie voor multimediaproducten met erkende pedagogische inslag
2 JUNI 2004. - Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot instelling van de Commissie voor multimediaproducten met erkende pedagogische inslag
De Regering van de Franse Gemeenschap, Gelet op artikel 78 van de Grondwet;
Gelet op de bijzondere wet tot hervorming der instellingen van 8 augustus 1980, inzonderheid op de artikelen 69, 78 en 83;
Gelet op de eenvormige Beneluxwet inzake de warenmerken van 19 maart 1962;
Gelet op de wet van 8 augustus 1986 houdende goedkeuring van het Protocol houdende wijziging van de eenvormige Beneluxwet inzake de warenmerken;
Gelet op de wet van 3 juni 1999 houdende instemming met het Protocol houdende wijziging van de eenvormige Beneluxwet op de merken;
Gelet op het decreet van 19 mei 2004 tot instelling van een erkenningsprocedure voor multimediaproducten met erkende pedagogische inslag, inzonderheid op artikel 4;
Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën van 17 maart 2004;
Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting van 23 maart 2004;
Gelet op de beradslaging van de Regering van de Franse Gemeenschap van 2 juni 2004, Besluit :
Artikel 1.In de zin van dit besluit wordt verstaan onder « decreet » : het decreet van 19 mei 2004 tot instelling van een erkenningsprocedure voor multimediaproducten met erkende pedagogische inslag.
Art. 2.De Commissie voor multimediaproducten met erkende pedagogische inslag, bedoeld bij artikel 4 van het decreet, bestaat uit twaalf leden : a) drie vertegenwoordigers aangewezen door het Secretariat général de l'Enseignement catholique ;b) één vertegenwoordiger aangewezen door de Conseil des Pouvoirs organisateurs de l'Enseignement officiel neutre subventionné ;c) één vertegenwoordiger aangewezen doo de Conseil de l'Enseignement des Communes et des Provinces;d) twee vertegenwoordigers van het onderwijsnet ingericht door de Franse Gemeenschap en die aangewezen worden door de Administrateur-generaal van het Onderwijs en Wetenschappelijk Onderzoek;e) één vertegenwoordiger aangewezen door de Fédération des Ecoles libres subventionnées indépendantes;f) één vertegenwoordiger aangewezen door het Algemeen bestuur Onderwijs en Wetenschappelijk Onderzoek van het Ministerie van de Franse Gemeenschap;g) drie deskundigen aangewezen door de Regering. Er wordt voor ieder lid een plaatsvervangend lid aangewezen. Dit plaatsvervangend lid vervangt het afwezige lid en voleindigt zijn mandaat in geval van overlijden of ontslagneming.
Art. 3.Het mandaat van de Commissieleden is geldig voor een hernieuwbare periode van drie jaar.
Art. 4.De hoedanigheid van Commissielid is onverenigbaar met deze van lid van een wetgevende vergadering en met deze van lid van een Executieve of van een ministerieel kabinet.
Art. 5.De Commissieleden verkiezen, alternerend, onder de leden bedoeld bij artikel 2, a) tot f), een Voorzitter alsook een Onderwoorzitter.
Indien de Commissieleden het niet enig zijn over de keuze van de Voorzitter, gaat de Regering over tot de aanwijzing.
De Voorzitter zorgt voor de coördinatie van de debatten binnen de Commissie.
Is de Voorzitter afwezig, dan wordt hij vervangen door de Ondervoorzitter.
Art. 6.De Commissie vergadert minstens tweemaal om het jaar.
Art. 7.De Commissie neemt haar eigen huishoudelijk reglement aan, dat aan de goedkeuring van de Regering dient te worden voorgelegd.
Dit Reglement houdt rekening met de nadere regels bepaald door het Reglement op het gebruik en het toezicht bepaald door de Regering met toepassing van artikel 3 van het decreet.
Art. 8.De Commissie stelt jaarlijks een activiteitenverslag op dat aan de Regering wordt overgezonden.
Art. 9.Het Secretariaat van de Commissie wordt waargenomen door de ambtenaar die de leiding heeft van de Steundienst aan Ministeriële Kabinetten of zijn vertegenwoordiger, die de vergaderingen van de Commissie met raadgevende stem bijwoont.
Art. 10.De Commissie kan externe deskundigen uitnodigen of raadplagen om een bijzonder onderwerp toe te lichten of dieper te onderzoeken.
Art. 11.Er wordt zitpenningen toegekend aan de Commissieleden voor een bedrag van 75 euro per zitting.
De bij het eerste lid bedoelde zitpenningen worden op 125 euro gebracht als de vergadering meer dan vier uur in beslag neemt.
De verplaatsingskosten worden ten laste genomen krachtens de bepalingen van het koninklijk besluit van 20 juli 2000 tot wijziging van het koninklijk besluit van 18 januari 1965 houdende algemene regeling inzake reiskosten.
Brussel, 2 juni 2004.
Vanwege de Regering van de Franse Gemeenschap : De Minister-Voorzitter, belast met Internationale Betrekkingen, H. HASQUIN De Minister van Cultuur, Ambtenarenzaken, Jeugdzaken en Sport, C. DUPONT De Minister van Kinderwelzijn, belast met het Basisonderwijs, de Opvang en de Opdrachten toegewezen aan de « O.N.E. », J.-M. NOLLET De Minister van Secundair Onderwijs en Buitengewoon Onderwijs, P. HAZETTE De Minister van Hoger Onderwijs, Onderwijs voor Sociale Promotie en Wetenschappelijk Onderzoek, Mevr. F. DUPUIS