Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Regering Van De Franse Gemeenschap van 29 november 2002
gepubliceerd op 23 januari 2003

Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot oprichting van de Coördinatieraad en de Zoneraden voor het onderwijs voor sociale promotie van de Franse Gemeenschap

bron
ministerie van de franse gemeenschap
numac
2002029631
pub.
23/01/2003
prom.
29/11/2002
ELI
eli/besluit/2002/11/29/2002029631/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

29 NOVEMBER 2002. - Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot oprichting van de Coördinatieraad en de Zoneraden voor het onderwijs voor sociale promotie van de Franse Gemeenschap


De Regering van de Franse Gemeenschap, Gelet op het decreet van 9 november 1990 tot organisatie van de door de Franse Gemeenschap ingerichte onderwijsinstellingen en tot invoering van een regeling tot inspraak voor leden van de onderwijsgemeenschap, inzonderheid op artikel 8, § 2, 6°;

Gelet op het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 26 september 1998 tot oprichting van de Coördinatieraad en de Zoneraden voor het onderwijs voor sociale promotie van de Franse Gemeenschap;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën van 13 mei 2002;

Gelet op het akkoord van de Minister van Begroting, gegeven op 30 mei 2002;

Gelet op het protocol van het Comité van sector IX, gegeven op 19 juni 2002;

Gelet op de beraadslaging van de Regering van de Franse Gemeenschap van 30 mei 2002 over de aanvraag om advies te geven door de Raad van State binnen een termijn van hoogstens één maand;

Gelet op het advies 33.782/2/V van de Raad van State, gegeven op 2 september 2002, bij toepassing van artikel 84, lid 1, 1° van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën van 14 oktober 2002;

Gelet op de beraadslaging van de Regering van de Franse Gemeenschap van 16 oktober 2002;

Op de voordracht van de Minister tot wiens bevoegdheid het Onderwijs voor Sociale promotie behoort, Besluit : HOOFDSTUK I. - De coördinatieraad voor het onderwijs voor sociale promotie van de Franse Gemeenschap

Artikel 1.Een Coördinatieraad voor het onderwijs voor sociale promotie van de Franse Gemeenschap wordt opgericht bij het Algemeen Bestuur voor Onderwijs en Wetenschappelijk Onderzoek.

Art. 2.§ 1. De Coördinatieraad wordt als volgt samengesteld : 1) de adjunct-directeur-generaal van de Algemene dienst voor pedagogische aangelegenheden, voor onderzoek inzake pedagogie en voor sturing van het onderwijs ingericht door de Franse Gemeenschap, die de voorzitterschap ervan waarneemt;2) de pedagogische bestuurder voor onderwijs voor sociale promotie, die als ondervoorzitter fungeert;3) de Directeur-generaal van de Algemene dienst voor sociale promotie, kunstonderwijs met beperkt leerplan en afstandsonderwijs;4) de afgevaardigde van de Minister tot wiens bevoegdheid het onderwijs voor sociale promotie behoort;5) een lid van de inspectiedienst van het onderwijs voor sociale promotie, aangesteld, op de voordracht van genoemde dienst, door de Minister tot wiens bevoegdheid het onderwijs voor sociale promotie behoort;6) de voorzitter van elke van de in artikel 12 bedoelde 5 zones, onder wie de Minister tot wiens bevoegdheid het onderwijs voor sociale promotie behoort een tweede ondervoorzitter aanstelt;7) het lid van het vast secretariaat van de Hogere raad van het onderwijs voor sociale promotie en de Overlegcommissie van het onderwijs voor sociale promotie, aangesteld door de Minister voor het onderwijsnet van de Franse Gemeenschap;8) de personeelsleden van het onderwijs voor sociale promotie van het net van de Franse Gemeenschap die dit net vertegenwoordigen binnen verschillende organisaties, inzonderheid binnen de Hoge Raad voor Onderwijs voor sociale promotie en het overlegcomité van onderwijs voor sociale promotie, binnen het coördinatie- en het beheerscentrum van de Europese fondsen voor het onderwijs voor sociale promotie en voor hoger onderwijs, binnen de Opvoedende raad en de Vormingsraad, wanneer hun aanwezigheid noodzakelijk is voor de werkzaamheden van de Coördinatieraad, op beslissing van de Voorzitter. § 2. Een plaatsvervangend lid wordt aangesteld voor elk werkend lid bedoeld bij § 1, 3) en 5). § 3. De ondervoorzitter van elke van de vijf zones bedoeld in artikel 12 zorgt voor de plaatsvervanging van de voorzitter van de betrokken zone bij verhindering van deze laatste, die zijn ondervoorzitter ervan op de hoogte brengt. § 4. De leden bedoeld bij § 1, 1) tot 3) en 5) tot 7) zijn stemgerechtigd.

Art. 3.De Coördinatieraad heeft tot opdracht : 1) de Minister tot wiens bevoegdheid het onderwijs voor sociale promotie behoort, op eigen initiatief of op diens aanvraag, adviezen en voorstellen mede te delen in verband met de werking en de ontwikkeling van het onderwijs voor sociale promotie ingericht door de Franse Gemeenschap;2) voorstellen betreffende de betrekkingen tussen het door de Franse Gemeenschap ingerichte onderwijs en de buitenmilieus, zoals inzonderheid de maatschappelijke en economische milieus, de maatschappelijke partners, de Commissie Betrekking-Opleiding-Onderwijs te formuleren;3) de Bijscholingscommissie bedoeld bij artikel 10 van het decreet van 30 juni 1998 met betrekking tot de bijscholing van de leden van het directie- en onderwijzend personeel en het opvoedend hulppersoneel in het onderwijs voor sociale promotie, algemene opleidingsthema's gedurende de loopbaan voor te stellen loopbaan voor de personeelsleden van het net van de Franse Gemeenschap;4) aan de Minister tot wiens bevoegdheid het onderwijs voor sociale promotie behoort, op eigen initiatief of op diens aanvraag, voorstellen te formuleren betreffende de planning en de programmatie;5) aan de Minister tot wiens bevoegdheid het onderwijs voor sociale promotie behoort, voorstellen te formuleren betreffende het beheer van de periodes van de dotatie van de instellingen van het net van de Franse Gemeenschap, inzonderheid in het geval van periodeleningen;6) aan de Minister tot wiens bevoegdheid het onderwijs voor sociale promotie behoort, een verdeling voor te stellen van de middelen van het Europees Sociaal Fonds over de instellingen van het net van de Franse Gemeenschap volgens de criteria bepaald in het huishoudelijk reglement bedoeld in artikel 6;7) aan de Minister tot wiens bevoegdheid het onderwijs voor sociale promotie behoort, candidaturen voor te stellen van de leden die het net vertegenwoordigen bij de Hoge Raad van onderwijs voor sociale promotie en bij de voorzitter of ondervoorzitter, in voorkomend geval;8) aan de Minister tot wiens bevoegdheid het onderwijs voor sociale promotie behoort, de candidaturen voor te stellen van de leden die het net vertegenwoordigen bij het Overlegcomité van het onderwijs voor sociale promotie en bij de voorzitter of ondervoorzitter, in voorkomend geval; 9) aan de Minister tot wiens bevoegdheid het onderwijs voor sociale promotie behoort, de vertegenwoordigers voor te stellen van het net bij verschillende instanties, inzonderheid het Europees Sociaal Fonds, de Pedagogische raad van onderwijs voor Sociale Promotie, de Gemeenschapscommissie van Beroepen en Kwalificaties, de Opvoedings- en Vormingsraad,...; 10) de adviezen en voorstellen te bestuderen van de Raden uit de in artikel 12 bedoelde zones, de informatie te organiseren en het advies te vragen van deze over de problemen waarover moet worden beraadslaagd binnen de Coördinatieraad;11) een advies te geven aan de Minister tot wiens bevoegdheid het onderwijs voor sociale promotie behoort bij een geschil binnen een Zoneraad of tussen de Zoneraden bedoeld in artikel 12; 12) een advies te geven aan de Minister tot wiens bevoegdheid het onderwijs voor sociale promotie behoort betreffende de houding van het net voor verscheidene instanties, inzonderheid de Hoge raad en het Overlegcomité van het onderwijs voor sociale promotie, het Europees Sociaal Fonds, de Pedagogische raad voor het onderwijs van de Franse Gemeenschap, de Gemeenschapscommissie van de Beroepen en Kwalificaties, de Opvoedings- en Vormingsraad,...

Art. 4.De Coördinatieraad vervult de in artikel 3 bedoelde opdrachten op basis van een consensus.

Wanneer deze niet kan worden bereikt, neemt hij beslissingen, brengt hij adviezen uit, formuleert hij voorstellen en vervult hij alle in artikel 3 bedoelde opdrachten, op basis van een stemming met meerdeheid van twee derde van de aanwezige leden die stemgerechtigd zijn.

In voorkomend geval, wordt een minderheidsnota bijgevoegd.

Art. 5.De Coördinatieraad kan zich beroepen op elke externe deskundige en kan werkgroepen opstellen door zich te beroepen op leden van het bestuur, de inspectie of van het personeel van de instellingen van het onderwijs voor sociale promotie georganiseerd door de Franse Gemeenschap.

Art. 6.De coördinatieraad stelt zijn huishoudelijk reglement vast, dat voor goedkeuring voorgelegd wordt aan de Minister tot wiens bevoegdheid het onderwijs voor sociale promotie behoort.

Art. 7.De verplaatsingskosten van de leden van de Coördinatieraad en van de werkgroepen alsmede de werkingskosten zijn ten laste van de Algemene dienst voor Pedagogische zaken, pedagogisch onderzoek en sturing van het onderwijs georganiseerd door de Franse Gemeenschap.

Art. 8.De personen die aan de vergaderingen van de Coördinatieraad of van de in artikel 5 bedoelde werkgroepen deelnemen, worden geacht als zijnde in dienstactiviteit. HOOFDSTUK II. - Het coördinatiesecretariaat

Art. 9.Het coördinatiesecretariaat van de Coördinatieraad wordt waargenomen door een lid van de algemene dienst voor Algemene pedagogische zaken, voor Onderzoek en pedagogie en voor Sturing van het Onderwijs georganiseerd door de Franse Gemeenschap.

De Minister tot wiens bevoegdheid het onderwijs voor sociale promotie behoort, stelt ter berschikking van het secretariaat een lid van het bestuurs- of onderwijzend personeel van het net, gekozen omwille van zijn bekwaamheden inzake onderwijs voor sociale promotie.

Art. 10.Het coördinatiesecretariaat heeft als opdracht : 1) voor het secretariaat te zorgen van de Coördinatieraad en van de in artikel 5 bedoelde werkgroepen, de oproepingen en de notulen van de vergaderingen op te stellen, de werzaamheden ervan voor te bereiden;2) aan de voorzitters van de in artikel 12 bedoelde Zoneraden alsmede aan alle andere instellingshoofden van het net de nodige informatie mee te delen voor de werzaamheden van de Coördinatieraad en van de Zoneraden bedoeld in artikel 12;3) aan de voorzitters van de in artikel 12 bedoelde Zoneraden alsmede aan alle andere instellingshoofden van het net de notulen mee te delen van de werzaamheden van de Coördinatieraad;4) de voorzitters van de in artikel 12 bedoelde Zoneraden alsmede aan alle andere instellingshoofden van het net de werzaamheden en adviezen mee te delen van de Hoge Raad en het Overlegcomité van het onderwijs voor sociale promotie;5) aan de voorzitters van de in artikel 12 bedoelde Zoneraden alsmede aan alle andere instellingshoofden van het net alle informatie mee te delen betreffende de pedagogische dossiers die deze betreffen;6) op de aanvraag van de Voorzitter van de Coördinatieraad de in artikel 2, § 1, 8), bedoelde vertegenwoordigers van het net bijeenroepen;7) op de aanvraag van de Voorzitter van de Coördinatieraad of volgens de beslissing van de betrokken raad, de in artikel 5 bedoelde deskundigen en leden van de werkgroepen bijeenroepen;8) de werzaamheden voor te bereiden van de Coördinatieraad betreffende de aanvragen om oprichting of programmatie van pedagogische dossiers vanwege de in artikel 12 bedoelde Zoneraden door op voorhand de adviezen opnemen van deze Raden om tijdens de zitting slechts de probleem- of conflictuele gevallen voor te stellen;9) de werzaamheden van de Coördinatieraad voor te bereiden betreffende het gebruik van de middelen van het Europees Sociaal Fonds door de instellingen van het net van de Franse Gemeenschap door op voorhand de adviezen te verzamelen van de in artikel 12 bedoelde Zoneraden;10) bij de administratie van het onderwijs voor sociale promotie de pedagogische dossiers in te dienen die door het net zijn voorgesteld;11) bij de administratie van het onderwijs voor sociale promotie, na het akkoord van de Coördinatieraad, de aanvragen om programmatie van pedagogische dossiers in te dienen, die goedgekeurd zijn door de Zoneraden bedoeld in artikel 12 voor een instelling van de betrokken zone;12) de bibliotheek van de pedagogische dossiers van het net bij te houden.

Art. 11.§ 1. Binnen een termijn van hoogstens twee weken voor elke Coördinatieraad, roept de voorzitter de ondervoorzitters, de afgevaardigde van de Minister tot wiens bevoegdheid het onderwijs voor sociale promotie behoort, het lid van het permanent secretariaat van de Hogere raad van het onderwijs voor sociale promotie en van het Overlegcomité van Onderwijs voor Sociale Promotie bedoeld bij artikel 2, § 1, 7) en het (de) lid (leden) van het coördinatiescretariaat bijeen, om de agenda van deze Raad te bepalen en de werken ervan voor te bereiden. § 2. Het coördinatiesecretariaat legt binnen een termijn van hoogstens drie werkdagen de in § 1 bedoelde agenda alsmede alle documenten en nodige informatie voor aan de voorzitters van de in artikel 12 bedoelde Zoneraden alsmede aan alle andere instellingshoofden van het net, opdat deze zich zouden kunnen uitspreken en hun voorzitter zouden kunnen machtigen. § 3. Indien nodig, roept de voorzitter de in § 1 bedoelde leden samen om de opvolging van de werzaamheden van de Coördinatieraad te kunnen waarborgen. HOOFDSTUK III. - De zoneraden

Art. 12.

Artikel 12.5 zones worden gecreëerd met instellingen van het onderwijs voor sociale promotie georganiseerd door de Franse Gemeenschap en als volgt bepaald : 1) de zone Brussel en Waals-Brabant, waarvan het gebied overeenkomt met het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest en de Provincie Waals Brabant;2) de zone Henegouwen, waarvan het gebied overeenkomt met de Provincie Henegouwen;3) de zone Luik, waarvan het gebied overeenkomt met de Provincie Luik, met uitzondering van het Duitse taalgebied;4) de zone Luxemburg, waarvan het gebied overeenkomt met de Provincie Luxemburg;5) de zone Namen, waarvan het gebied overeenkomt met de Provincie Namen.

Art. 13.Een Zoneraad wordt gevestigd in elke van de 5 zones bedoeld in artikel 12.

Indien nodig, kunnen de Zoneraden gemeenschappelijke vergaderingen houden.

Art. 14.§ 1. Elke Zoneraad wordt als volgt samengesteld : 1) de directeurs van de onderwijsinstellingen voor sociale promotie georganiseerd door de Franse Gemeenschap waarvan de zetel gevestigd is in de betrokken zone, onder wie de Minister tot wiens bevoegdheid het onderwijs voor sociale promotie behoort, een voorzitter en een ondervoorzitter aanstelt overeenkomstig de bepalingen van artikel 15;2) een vertegenwoordiger van het onderwijzend personeel of van het opvoedend hulppersonnel verkozen door zijn gelijken per onderwijsinstelling voor sociale promotie georganiseerd door de Franse Gemeenschap waarvan de zetel zich in de betrokken zone bevindt;3) een lid van de inspectiedienst aangesteld door de Minister tot wiens bevoegdheid het onderwijs voor sociale promotie behoort op de voordracht van de Pedagogische bestuurder van het onderwijs voor sociale promotie. § 2. De in § 1, 1) tot 3), bedoelde leden zijn stemgerechtigd.

Art. 15.Ten laatste een maand vóór het einde van het mandaat van de voorzitter van de Zoneraad, legt het secretariaat van deze in artikel 23 bedoelde Raad de lijst voor van de instellingshoofden die candidaat zijn voor de betrekkingen van voorzitter en ondervoorzitter van de Minister tot wiens bevoegdheid het onderwijs voor sociale promotie behoort, die een voorzitter en een ondervoorzitter aanstelt onder deze. Bij gebrek aan kandidaten, kiest de Minister tot wiens bevoegdheid het onderwijs voor sociale promotie behoort, een voorzitter en een ondervoorzitter onder de hoofden van de instellingen van de betrokken zone.

Art. 16.De mandaten van voorzitter en ondervoorzitter worden op vier jaar vastgesteld en zijn eventueel hernieuwbaar.

Art. 17.De zoneraden hebben tot opdracht : 1) aan de Coördinatieraad, op eigen initiatief of op de aanvraag van deze Raad, adviezen of voorstellen mee te delen over alle vragen betreffende de werking van het onderwijs voor sociale promotie georganiseerd door de Franse Gemeenschap binnen de zone;2) aan de Coördinatieraad voorstellen te maken en mee te delen betreffende de harmonisering van het aanbod aan opleiding in het onderwijs voor sociale promotie georganiseerd door de Franse Gemeenschap, de andere netwerken en/of de andere opleidingseenheden binnen de zone;3) een advies te geven over elke aanvraag ingediend door de Coördinatieraad, inzonderheid wat betreft de acties van het Europees Sociaal Fonds en de overeenkomsten;4) de harmonisering van het aanbod aan opleiding in het onderwijs voor sociale promotie georganiseerd door de Franse Gemeenschap te bevorderen;5) aan de Coördinatieraad samenwerkingsverbanden voor te stellen tussen het onderwijs voor sociale promotie georganiseerd door de Franse Gemeenschap, de andere netwerken en andere opleidingseenheden binnen de zone;6) aan de Coördinatieraad algemene thema's voor vorming tijdens de loopbaan voor te stellen;7) aan de Coördinatieraad een gezamenlijk standpunt voor te stellen betreffende de aanvragen om opening van nieuwe opleidingen binnen de instellingen van de zone;8) aan de Coördinatieraad een gezamenlijk standpunt voor te stellen betreffende de aanvragen om schepping van nieuwe opleidingen binnen de zone;9) enig voorstel te formuleren bij de Coördinatieraad met het oog op het bevorderen van het onderwijs voor sociale promotie georganiseerd door de Franse Gemeenschap binnen de zone.

Art. 18.De Zoneraden vervullen de opdrachten bedoeld in artikel 17 op basis van een consensus.

Wanneer deze niet kan worden bereikt, nemen ze hun beslissingen, geven ze hun adviezen, hun voorstellen en vervullen ze al hun opdrachten bedoeld in artikel 17, op basis van een stemming met meerderheid van twee derde van de aanwezige leden die stemgerechtigd zijn.

Indien nodig, wordt een minderheidsnota gevoegd.

Art. 19.De Zoneraden kunnen zich beroepen op enige externe deskundige en kunnen werkgroepen vormen door beroep te doen op personeelsleden van de onderwijsinstellingen voor sociale promotie georganiseerd door de Franse Gemeenschap.

Art. 20.Elke Zoneraad stelt zijn huishoudelijk reglement vast naar het voorbeeld van de Coördinatieraad en legt het ter goedkeuring aan de Minister voor tot wiens bevoegdheid het onderwijs voor sociale promotie behoort.

Art. 21.De werkingskosten van de Zoneraden worden door de instellingen van de betrokken zone betaald.

Art. 22.De personen die aan de vergaderingen van de Zoneraden of van de in artikel 19 bedoelde werkgroepen deelnemen, worden geacht als zijnde in dienstactiviteit. HOOFDSTUK IV. - Het zonesecretariaat

Art. 23.Het secretariaat van elke Zoneraad wordt waargenomen door een lid van het opvoedend hulppersoneel aangesteld voor een halve uurrooster door de Minister tot wiens bevoegdheid het onderwijs voor sociale promotie behoort en administratief behorend tot de instelling onder de leiding van de voorzitter van het betrokken Zonecomité.

Op beslissing van het Zonecomité kan het secretariaat van deze Raden aangevuld worden met een lid van het opvoedend hulppersoneel waarvan het betrokken gedeelte van de betrekking gezamenlijk waargenomen wordt door de instellingen van de betrokken zone.

Art. 24.Het zonesecretariaat heeft tot opdracht : 1) voor het secretariaat van de Zoneraad en de in artikel 19 bedoelde werkgroepen te zorgen, de oproepingen en de notulen van de vergaderingen op te stellen, de werzaamheden ervan voor te bereiden;2) aan alle leden van de Zoneraad de nodige informatie voor de werzaamheden van deze Raad mee te delen;3) aan de Voorzitter van de Coördinatieraad en aan de leden van de Zoneraad de oproepingen en de notulen door te sturen;4) op de aanvraag van de Voorzitter van de Zoneraad of volgens de beslissing van deze Raad, de deskundigen en de leden van de in artikel 19 bedoelde werkgroepen bijeen te roepen;5) de opvolging van de pedagogische dossiers van stelsel 1 te verzekeren die zijn voorgesteld door de instellingen van de zone na goedkeuring van de Zoneraad in overleg met het coördinatiesecretariaat;6) de bibliotheek van de pedagogische dossiers van de zone bij te houden. HOOFDSTUK V. - Overgangs-, opheffings- en slotbepalingen

Art. 25.De fungerende Voorzitters van de Zoneraden op de datum van inwerkingtreding van dit besluit beëindigen hun mandaat op 31 december 2002. Tot deze datum zetelen de Voorzitters van de vroegere Zoneraden van Brussel en Waals-Brabant samen de zone Brussel en Waals-Brabant voor.

Art. 26.Het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 26 september 1998 tot oprichting van de Coördinatieraad en de Zoneraden voor het onderwijs voor sociale promotie van de Franse Gemeenschap, wordt opgeheven.

Art. 27.Dit besluit treedt in werking op de datum waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Art. 28.De Minister tot wiens bevoegdheid het onderwijs voor sociale promotie behoort, wordt belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 29 november 2002.

Vanwege de Regering van de Franse Gemeenschap : De Minister van Hoger Onderwijs, Onderwijs voor Sociale Promotie en Wetenschappelijk Onderzoek, Mevr. F. DUPUIS

^