gepubliceerd op 16 januari 2003
Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot aanwijzing van de leden van het « Institut de la formation en cours de carrière » en van de Regeringscommissarissen
3 OKTOBER 2002. - Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot aanwijzing van de leden van het « Institut de la formation en cours de carrière » (Instituut voor opleidingen tijdens de loopbaan) en van de Regeringscommissarissen
De Regering van de Franse Gemeenschap, Gelet op het decreet betreffende de opleiding tijdens de loopbaan in het buitengewoon onderwijs, het gewoon secundair onderwijs en de psycho-medisch-sociale centra en tot oprichting van een instituut voor opleidingen tijdens de loopbaan, inzonderheid op zijn artikelen 31, 36, 44 en 48;
Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 30 september 2002;
Gelet op het akkoord van de Minister van Begroting, gegeven op 3 oktober 2002;
Op de voordracht van de Minister van Begroting, Cultuur en Sport, van de Minister van Kinderwelzijn, belast met het Basisonderwijs, de Opvang en de aan de « O.N.E. » toevertrouwde opdrachten, van de Minister van Secundair Onderwijs en Buitengewoon Onderwijs;
Na beraadslaging, Besluit :
Artikel 1.Naast de leden bepaald in artikel 31, 1° tot 4°, van het decreet van 11 juli 2002 betreffende de opleiding tijdens de loopbaan in het buitengewoon onderwijs, het gewoon secundair onderwijs en de psycho-medisch-sociale centra en tot oprichting van een instituut voor opleidingen tijdens de loopbaan worden aangewezen tot effectieve leden van de Raad van Bestuur van het Instituut voor opleidingen tijdens de loopbaan, hierna het Instituut genoemd : 1° Als inspecteur : a) de heer Christian Sol;b) Maurice Bustin;c) de heer Jean-Paul Simon;d) Mevr.Danièle Choukart; e) Mevr.Margueritte Lion; 2° Als vertegenwoordigers van het niet confessioneel onderwijs : a) de heer Jean Steensels;b) de heer Raymond Vandeuren;c) de heer Raymond Vandeuren;d) Mevr.Reine-Marie Braeken; 3° Als vertegenwoordigers van het confessioneel onderwijs : a) Mevr.Marie-Françoise Biron-Godon; b) de heer Etienne Florkin;c) de heer Francis Bruyndonckx;d) de heer Jean-Louis Sprumont;4° Als vertegenwoordigers van de vakorganisaties : a) de heer Michel Vranken;b) de heer Willem Miller;c) Mevr.Nadine François; 5° Als deskundigen van de universitaire instellingen : a) de heer Léopold Paquay;b) Mevr.Jacqueline Beckers; 6° Als deskundigen van de pedagogische departementen van de hogescholen : a) de heer Jean-Benoît Cuvelier;b) Mevr.Linda Van Moer.
Art. 2.Tot plaatsvervangende leden van de Raad van Bestuur van het Instituut worden aangewezen : 1° Als inspecteur : a) de heer Pol Collignon;b) Mevr.Christiane Schmitz; c) de heer Emile Cambier;d) de heer André Caussin;e) de heer Jean-Paul Lejeune;2° Als vertegenwoordigers van het niet confessioneel onderwijs : a) Mevr.Martine Duwez; b) de heer René Dumortier;c) Mevr.Christiane Brewaeys; d) de heer Marcel Neven;3° Als vertegenwoordigers van het confessioneel onderwijs : a) de heer Jean Desert;b) de heer Baudouin Duelz;c) de heer Jean-François Delsarte;d) de heer Paul Maurissen;4° Als vertegenwoordigers van de vakorganisaties : a) Mevr.Camille Dieu; b) de heer Michel Bastien;c) Mevr.Anny Swaertebroeckx; 5° Als deskundigen van de universitaire instellingen : a) de heer Jean Donnay;b) de heer Bernard Rey;6° Als deskundigen van de pedagogische departementen van de hogescholen : a) de heer Luc Barbay;b) Mevr.Claudine Hoornaert.
Art. 3.Tot ondervoorzitters van de raad van bestuur van het Instituut worden aangewezen : 1° Mevr.Reine-Marie Braeken; 2° de heer Etienne Florkin;3° Mevr.Martine Herphelin.
Art. 4.Naast de voorzitter en de drie ondervoorzitters van de raad van bestuur zijn lid van het Bureau van het Instituut : 1° de heer Christian Sol;2° de heer Jean-Pol Simon.
Art. 5.Tot Regeringscommissarissen worden benoemd : 1° de heer Renaud Witmeur;2° de heer Stéphane Vreux.
Art. 6.§ 1. Het in artikel 36 van het decreet van 11 juli 2002 bepaalde presentiegeld is vastgesteld op 25 euro .
De jaarlijkse bezoldigingen toegekend aan de Regeringscommissarissen zijn vastgesteld op 1.612 euro , te 100 % opgegeven, gekoppeld aan de ontwikkeling van de gezondheidsindexcijfer, met een referentie-index van 138,01. § 2. De in § 1 bepaalde personen hebben recht op verplaatsingskostenvergoeding op dezelfde wijze als de ambtenaren van rang 12 van de diensten van de Regering voorzover de Regering ze die kosten niet krachtens andere bepalingen vergoedt.
Art. 7.Dit besluit treedt in werking op 3 oktober 2002.
Brussel, 3 oktober 2002.
Vanwege de Regering van de Franse Gemeenschap : De Minister van Cultuur, Begroting, Ambtenarenzaken, Jeugdzaken en Sport, R. DEMOTTE De Minister van Kinderwelzijn, belast met het basisonderwijs, de opvang en de aan de « O.N.E. » toevertrouwde opdrachten, J.-M. NOLLET De Minister van Secundair Onderwijs en Buitengewoon Onderwijs, P. HAZETTE