8 MAART 2002. - Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap betreffende het verlof dat aan een ambtenaar wordt verleend om een activiteit uit te oefenen bij een erkende politieke groep van een vergadering, een raad of een commissie die de wetgevende functie vervult op het niveau van de federale overheid, de gemeenschappen of de gewesten of bij de voorzitter van één van die groepen

De Regering van de Franse Gemeenschap, Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, inzonderheid op artikel 87, § 3, vervangen door de bijzondere wet van 8 augustus 1988;

Gelet op het koninklijk besluit van 2 april 1975 betreffende het verlof dat aan sommige personeelsleden in overheidsdienst wordt verleend voor het verrichten van bepaalde prestaties ten behoeve van in de wetgevende vergaderingen van de Staat en van de Gemeenschappen of de Gewesten erkende politieke groepen, respectievelijk ten behoeve van de voorzitters van die groepen, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 23 januari 1981 en 16 april 1991;

Gelet op het decreet van 1 juli 1982 houdende oprichting van het « Commissariat général aux relations internationales » (Commissariaat-generaal voor internationale betrekkingen van de Franse Gemeenschap);

Gelet op het decreet van 30 maart 1983 houdende oprichting van de « Office de la Naissance et de l'Enfance » (Dienst voor Geboorte en Kinderwelzijn van de Franse Gemeenschap), zoals gewijzigd;

Gelet op het decreet van 1 december 1997 houdende oprichting van de « Service de Perception de la Radio-Redevance de la Communauté française » (Dienst voor inning van het kijk- en luistergeld van de Franse Gemeenschap);

Gelet op het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 22 juli 1996 houdende het statuut van de ambtenaren van de Diensten van de Regering van de Franse Gemeenschap, inzonderheid op artikel 130;

Gelet op het advies van de Directieraad van het Ministerie van de Franse Gemeenschap, gegeven op 25 juni 2001;

Gelet op het advies van de Directieraad van de « Office de la Naissance et de l'Enfance », gegeven op 9 juli 2001;

Gelet op het advies van de Directieraad van het « Commissariat général aux relations internationales », gegeven op 18 juni 2001;

Gelet op het advies van de Directieraad van de « Service de perception de la redevance radio et télévision de la Communauté française », gegeven op 19 juni 2001;

Gelet op het protocol nr. 244 van het Comité van Sector XVII, gesloten op 5 juli 2001;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 20 juli 2001;

Gelet op het akkoord van de Minister van Ambtenarenzaken, gegeven op 26 september 2001;

Gelet op het akkoord van de Minister van Begroting, gegeven op 24 september 2001;

Gelet op het akkoord van de Minister van Pensioenen, gegeven op 12 september 2001;

Gelet op de beraadslaging van de Regering van de Franse Gemeenschap van 26 april 2001 over de aanvraag om advies te geven door de Raad van State binnen een termijn van hoogstens één maand;

Gelet op het advies van de Raad van State nr. 32.468/2, gegeven op 21 november 2001, met toepassing van artikel 84, lid 1, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op de voordracht van de Minister van Ambtenarenzaken;

Gelet op de beraadslaging van de Regering van 21 februari 2002, Besluit :

Artikel 1.Dit besluit is toepasselijk op de ambtenaren van de Diensten van de Regering van de Franse Gemeenschap - Ministerie van de Franse Gemeenschap - alsook op de ambtenaren van het « Commissariat général aux relations internationales », de « Office de la Naissance et de l'Enfance » en de « Service de perception de la redevance radio et télévision de la Communauté française ».

Art. 2.Voor de toepassing van dit besluit dient onder « erkende politieke groep » te worden verstaan, elke politieke groep erkend overeenkomstig het reglement van een vergadering of een raad die de wetgevende functie op het niveau van de federale overheid, de gemeenschappen of de gewesten uitoefent en die verklaart te behoren tot een politieke partij die, bij toepassing van een wet, een decreet of een ordonnantie, een dotatie voor de financiering van de politieke partijen ontvangt.

Art. 3.Op aanvraag van de voorzitter van een erkende politieke groep, met de instemming van de ambtenaar en voor zover dit niet strijdig is met het belang van de dienst, krijgt iedere ambtenaar op wie dit besluit toepasselijk is, een verlof voor een periode van hoogstens twee jaar, om regelmatig en ononderbroken prestaties ten behoeve van die groep of de voorzitter ervan te verrichten.

Dit verlof kan met perioden van hoogstens twee jaar worden vernieuwd.

Onder voorbehoud van artikel 128 van het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 22 juli 1996 houdende het statuut van de ambtenaren van de Diensten van de Regering van de Franse Gemeenschap, behoudt de ambtenaar, gedurende zijn verlof, de laatste evaluatievermelding die hem werd toegekend.

Art. 4.Het verlof bedoeld in artikel 3, lid 1, wordt niet bezoldigd.

Het wordt met een periode van dienstactiviteit gelijkgesteld.

Art. 5.Het verlof of de vernieuwing ervan wordt door de Minister van Ambtenarenzaken of diens gemachtigde toegekend.

Het besluit houdende verlening van het verlof vermeldt de naam, de voornamen en de graad van de ambtenaar, de duur van het verlof en de politieke groep of de voorzitter van de groep ter beschikking waarvan hij gesteld is.

Art. 6.Wanneer de duur van het verlof zes jaar bereikt, kan de betrekking die de ambtenaar die met verlof is, bezet, vakant worden verklaard door de overheid die deze had toegekend indien dit in het belang van de dienst vereist is.

Art. 7.Aan het verlof wordt van rechtswege een einde gemaakt wanneer één van de voorwaarden bedoeld in artikel 2 niet meer vervuld is.

De ambtenaar wiens verlof eindigt, stelt zich opnieuw ter beschikking van de Regering of van zijn oorspronkelijke dienst. Indien hij, zonder geldige reden, weigert of nalaat dit te doen, wordt hij, na tien dagen afwezigheid, als ontslagnemend beschouwd.

Art. 8.Zodra zijn verlof eindigt, bezet de ambtenaar opnieuw de betrekking die hij vroeger bekleedde of, bij gebreke daarvan, een betrekking die overeenstemt met een graad van dezelfde categorie en dezelfde kwalificatiegroep als die.

Art. 9.Het koninklijk besluit van 2 april 1975 betreffende het verlof dat aan sommige personeelsleden in overheidsdienst wordt verleend voor het verrichten van bepaalde prestaties ten behoeve van in de wetgevende vergaderingen van de Staat en van de Gemeenschappen of de Gewesten erkende politieke groepen, respectievelijk ten behoeve van de voorzitters van die groepen, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 23 januari 1981 en 16 april 1991, wordt opgeheven.

Art. 10.De Minister van Ambtenarenzaken is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 8 maart 2002.

Vanwege de Regering van de Franse Gemeenschap : De Minister van Ambtenarenzaken, R. DEMOTTE