31 MEI 2000. - Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap betreffende de erkenning van de representatieve verenigingen waaraan radio- of televisie-uitzendingen op de « RTBF » mogen worden toegewezen

De Regering van de Franse Gemeenschap, Gelet op het decreet van 14 juli 1997 houdende het statuut van de « Radio-Télévision belge de la Communauté française » (RTBF), en inzonderheid op artikel 7, § 3 en 4;

Gelet op het besluit van 14 oktober 1997 van de Regering houdende goedkeuring van het beheerscontract van de « RTBF », en inzonderheid op de artikelen 22 en 23;

Gelet op het advies van de Commissarissen van de Regering, gegeven op 1 maart 2000;

Gelet op de beraadslaging van 16 maart 2000 van de Regering over de aanvraag om advies dat de Raad van State binnen een maand moet uitbrengen;

Gelet op het advies van de Raad van State gegeven op 17 april 2000, in toepassing van artikel 84, lid 1, 1° van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 21 februari 2000;

Gelet op het akkoord van de Minister van Begroting, gegeven op 13 maart 2000;

Op de voordracht van de Minister belast met de Audiovisuele Sector;

Gelet op de beraadslaging van 31 mei 2000 van de Regering, Besluit :

Artikel 1.§ 1. Volgens de criteria en de nadere regels bepaald bij dit besluit, kan de Regering representatieve verenigingen erkennen waaraan radio- en televisie-uitzendingen van de « RTBF » kunnen toegewezen worden. § 2. De representatieve verenigingen bedoeld bij lid 1 worden in drie categorieën onderverdeeld, en meer bepaald : a) de verenigingen die als doelstelling hebben de promotie of de spreiding van opinies die steunen op ideologische of politieke strekkingen, hierna « de ideologische of politieke verenigingen » genoemd;b) de verenigingen die als doelstelling hebben de promotie of de spreiding van opinies die steunen op filosofische of religieuze strekkingen, hierna « de filosofische of religieuze verenigingen » genoemd;c) de verenigingen die als doelstelling hebben de promotie of de spreiding van opinies die steunen op economische of sociale strekkingen, hierna « de economische of sociale verenigingen » genoemd.

Art. 2.§ 1. Zowel op radio als op televisie, kan de Regering tegelijkertijd evenveel ideologische of politieke verenigingen erkennen als er politieke groepen zijn die in het Parlement van de Franse Gemeenschap erkend zijn voor zover deze politieke groepen de principes en de regels van de democratie aanvaarden en er zich naar schikken, inzonderheid door discriminatie, haat of geweld niet aan te moedigen, meer bepaald wegens ras-, geslachts- of nationaliteitsonderscheid, en door het niet ontkennen, minimaliseren, verantwoorden, goedkeuren van de genocide die werd begaan door het Duits nationaal-socialistisch regime tijdens de tweede wereldoorlog of gelijk welke andere vorm van genocide. § 2. Zowel op radio als op televisie kan de Regering tegelijkertijd filosofische of religieuze verenigingen erkennen onder deze die representatief zijn voor de filosofische strekkingen of voor de culten die erkend zijn door het Ministerie van Justitie, rekening houdend met de omvang en de titels van de verzoekende verenigingen bedoeld bij dit lid. § 3. Zowel op radio als op televisie kan de Regering tegelijkertijd evenveel economische of sociale verenigingen erkennen onder deze die representatief zijn voor de vakverenigingen, de organisaties van de werkgevers, de organisaties van de middenstand en zelfstandigen, de landbouworganisaties.

Bij de erkenning van de verenigingen bedoeld bij dit lid, houdt de Regering rekening : - met de omvang en de titels van de verzoekende vereniging, en inzonderheid met haar bekendheid, haar anciënniteit, het aantal leden en het territoriaal ambtsgebied waarin zij haar activiteiten uitoefent; - met het vermogen van de verzoekende vereniging om radio- en televisie-uitzendingen te ontwerpen en desgevallend te produceren.

Art. 3.§ 1. De verenigingen die worden als representatieve vereniging erkend wensen te worden moeten bij een ter post aangetekende brief een aanvraag tot erkenning indienen bij de Minister van de Franse Gemeenschap tot wiens bevoegdheid de audiovisuele sector behoort. § 2. In de bij lid 1 bedoelde aanvraag moet nader bepaald worden welke van de bij artikel 1, § 2 bedoelde categorieën de vereniging beoogt.

In de aanvraag moet eveneens nader bepaald worden of de gewenste erkenning de radio of de televisie betreft.

Bij de aanvraag moeten gevoegd worden : a) het statuut van de vereniging, zoals bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad;b) de lijst van de verantwoordelijken voor de vereniging;c) de rekeningen van de vereniging voor de laatste twee jaar, de begroting van het lopende jaar en alle nuttige inlichtingen betreffende de openbare subsidies die de vereniging heeft ontvangen;d) alle nuttige gegevens over de omvang en de titels van de vereniging;e) alle nuttige gegevens over de capaciteit van de vereniging om radio- en televisie-uitzendingen te ontwerpen en desgevallend te produceren die de belangstelling van het publiek van de Franse Gemeenschap zouden kunnen wekken.

Art. 4.§ 1. Binnen de drie maanden die volgen op de ontvangst van de aanvraag door de Minister van de Gemeenschap tot wiens bevoegdheid de audiovisuele sector behoort, en na advies van de raad van bestuur van de « RTBF », neemt de Regering van de Gemeenschap stelling over de aanvraag, bij gemotiveerde beslissing, onverwijld bekendgemaakt aan de verzoekende vereniging alsook aan de « RTBF ». Bij ontstentenis van een beslissing, binnen de hierboven bedoelde termijn genomen, wordt de aanvraag als verworpen geacht. § 2. Bij weigering van de erkenning, moet de verzoekende vereniging ten minste twaalf maanden wachten vooraleer een nieuwe aanvraag in te dienen bij de Minister van de Gemeenschap tot wiens bevoegdheid de audiovisuele sector behoort. § 3. De erkenning wordt toegezegd voor een duur van vijf jaar.

Voor de ideologische en politieke verenigingen, neemt deze erkenning evenwel van rechtswege een einde uiterlijk de derde maand die volgt op de hiernieuwing van het Parlement van de Franse Gemeenschap. § 4. De aanvragen tot hernieuwing van de erkenningen moeten door de verzoekende verenigingen, overeenkomstig artikel 3 van dit besluit, ten minste twaalf maanden vóór hun termijn ingediend worden. Voor de toekenning van de eerste erkenningen zijn zij onderworpen aan dezelfde regels als deze die in dit besluit zijn vermeld.

Art. 5.Na de betrokken representatieve vereniging gehoord te hebben, en na advies van de raad van bestuur van de « RTBF », kan de Regering voor een duur van niet meer dan twaalf maanden, de aan een vereniging toegekende erkenning intrekken of deze definitief opheffen in geval van schending door deze vereniging van de decretale en reglementaire bepalingen die van toepassing zijn op de erkende representatieve verenigingen.

De intrekking van de erkenning wordt ambtshalve uitgesproken indien de representatieve vereniging ontbonden wordt, indien zij de « RTBF » niet verzoekt haar een antennetijd toe te kennen of indien zij gedurende één jaar de haar door de « RTBF » toegewezen antennetijd niet gebruikt.

Art. 6.Zodra de erkenning bekomen, kan de representatieve vereniging aan de « RTBF » vragen haar een antennetijd, op radio of op televisie, toe te kennen.

Art. 7.Bij wijze van overgangsmaatregel worden de erkenningen toegevoegd door de beheersorganen van de « INR » de « RTB » of de « RTBF » vóór de inwerkingtreding van dit besluit, van rechtswege tot 31 december 2000 verlengd.

In afwijking van artikel 4, § 4 van dit besluit, moeten de aanvragen tot hernieuwing van de erkenningen toegekend bij wijze van overgangsmaatregel krachtens het vorig lid, tussen 1 en 30 september 2000 worden ingediend.

Art. 8.De Minister tot wiens bevoegdheid de audiovisuele sector behoort, is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 31 mei 2000.

Vanwege de Regering van de Franse Gemeenschap : De Minister van de Audiovisuele Sector, C. DE PERMENTIER