gepubliceerd op 05 juni 1998
Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap betreffende het budgettair, financieel en boekhoudkundig beheer van het Fonds voor schoolgebouwen voor het onderwijs van de Franse Gemeenschap
22 DECEMBER 1997. - Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap betreffende het budgettair, financieel en boekhoudkundig beheer van het Fonds voor schoolgebouwen voor het onderwijs van de Franse Gemeenschap
De Regering van de Franse Gemeenschap, Gelet op de wetten op de Rijkscomptabiliteit, gecoördineerd op 17 juli 1991, inzonderheid op artikel 140;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën van 15 oktober 1997;
Gelet op het akkoord van de Minister van Begroting, gegeven op 15 oktober 1997;
Gelet op de beraadslaging van de Regering van de Franse Gemeenschap van 20 oktober 1997 over de aanvraag om advies te verlenen door de Raad van State binnen een termijn van één maand;
Gelet op het advies van de Raad van State, gegeven op 10 december 1997, in toepassing van artikel 84, lid 1, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;
Op de voordracht van de Minister van de Franse Gemeenschap tot wiens bevoegdheid de schoolgebouwen voor het onderwijs van de Franse Gemeenschap behoren, Besluit : HOOFDSTUK I. - Inleidende bepalingen
Artikel 1.Tenzij dit besluit het anders bepaalt, zijn de bepalingen van titel II van de op 17 juli 1991 gecoördineerde wetten op de Rijkscomptabiliteit toepasselijk op de dienst met afzonderlijk beheer van het Fonds voor de schoolgebouwen voor het onderwijs van de Franse Gemeenschap.
Art. 2.De werking van het Fonds voor schoolgebouwen voor het onderwijs van de Franse Gemeenschap wordt waargenomen door het personeel van het Algemeen bestuur Infrastructuur - Algemene dienst Schoolinfrastructuren van de Franse Gemeenschap - van het Ministerie van de Franse Gemeenschap. HOOFDSTUK II. - De begroting
Art. 3.Er wordt jaarlijks een ontwerp van begroting voor alle ontvangsten en uitgaven vastgesteld.
Art. 4.De begroting wordt in twee afdelingen onderverdeeld : 1° de ontvangsten;2° de uitgaven.
Art. 5.De ramingen van de ontvangsten bevatten : 1° het overschot van de kredieten die ter beschikking gesteld werden van het Fonds voor schoolgebouwen en gebouwen in schoolverband van het Rijk en het Rijksfonds voor Schoolgebouwen, voor de delen die onder de bevoegdheid van de Franse Gemeenschap ressorteren;2° bovendien zal de eerste begroting de raming bevatten van de overschotten van de kredieten die ter beschikking werden gesteld van het Begrotingsfonds voor schoolgebouwen voor het onderwijs van de Franse Gemeenschap;3° de opbrengst van de vervreemding of de overdracht van de met de inkomsten van het Fonds voor schoolgebouwen beheerde goederen, met inbegrip van de administratieve gebouwen van het Fonds voor Rijksschoolgebouwen overgeheveld naar de Franse Gemeenschap bij koninklijk besluit van 4 maart 1992 tot regeling van de eigendomsoverdracht van administratieve gebouwen van het voormalig Rijksfonds voor schoolgebouwen van het voormalig Fonds voor provinciale en gemeentelijke schoolgebouwen, naar de Franse Gemeenschap;4° allerlei ontvangsten met betrekking tot de schoolinfrastructuren en de administratieve gebouwen bedoeld hierboven, met inbegrip van de intresten voortkomend uit het beleggen van de geldmiddelen van het Fonds op de rekening geopend bij de kassier van de Franse Gemeenschap;5° de kredieten ieder jaar uitgetrokken op de begroting van de Franse Gemeenschap die uiterlijk op 15 januari vereffend worden;6° het over te dragen saldo.
Art. 6.De bedragen waardoor het Fonds voor schoolgebouwen van de Franse Gemeenschap gestijfd wordt, worden ter beschikking gesteld van de minister tot wiens bevoegdheid de schoolgebouwen van het onderwijs van de Gemeenschap behoren op een rekening geopend bij de kassier van de Franse Gemeenschap.
Art. 7.De uitgaven hebben betrekking op de bedragen die verschuldigd zijn gedurende het begrotingsjaar wegens verbintenissen ontstaan gedurende het begrotingsjaar en verbintenissen overgedragen van vorige begrotingsjaren rekening houdend met de toepassing van artikel 15 hierna.
Art. 8.In de begroting wordt in een provisioneel krediet voorzien bestemd voor onvoorspelbare en dringende werken terwille van de zekerheid.
Art. 9.Het ontwerp van begroting van het Fonds voor schoolgebouwen wordt als bijlage gevoegd bij het ontwerp van decreet houdende de algemene uitgavenbegroting van de Franse Gemeenschap.
De goedkeuring van de begroting van het fonds voor schoolgebouwen van de Franse Gemeenschap wordt bereikt door de aanneming van de bepalingen die ze betreffen in het decreet houdende de algemene uitgavenbegroting van de Franse Gemeenschap. Wordt de begroting van de Franse Gemeenschap niet voor het begin van het begrotingsjaar goedgekeurd, dan worden de uitgaven toegestaan binnen de perken van de kredieten geopend door de begroting van het vorig jaar. HOOFDSTUK III. - De boekhouding en de aflegging van de rekeningen
Art. 10.Er worden tegen het einde van ieder semester een ontvangstenstaat en uitgavenstaat opgemaakt.
De Minister tot wiens bevoegdheid de schoolgebouwen voor het onderwijs van de Franse Gemeenschap behoren, legt deze staten aan het Rekenhof voor door toedoen van de minister van de Franse Gemeenschap tot wiens bevoegdheid de begroting behoort; de bewijsstukken worden ter plaatse bewaard.
Art. 11.Op het einde van ieder jaar stelt de rekenplichtige : 1° een beheersrekening;2° een rekening van begrotingsuitvoering;3° een rekening van vermogenswijzigingen op. De Minister tot wiens bevoegdheid de schoolgebouwen voor het onderwijs van de Franse Gemeenschap behoren, zendt deze documenten over, ten laatste op 31 maart van het jaar dat volgt op het jaar waarop ze betrekking hebben, naar de minister van de Franse Gemeenshap tot wiens bevoegdheid de begroting behoort, die ze zal voorleggen aan het Rekenhof voor 30 april van hetzelfde jaar.
De beheersrekening, de rekening van begrotingsuitvoering en de rekening van vermogenswijzigingen worden gevoegd bij het verslag bedoeld bij artikel 3 van het decreet van 5 februari 1990 betreffende de schoolgebouwen van het niet-universitair onderwijs georganiseerd of gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap, zoals gewijzigd.
Art. 12.De boekhoudkundige documenten bedoeld bij artikel 11 dienen ook opgesteld wanneer de rekenplichtige zijn ambt neerlegt.
Art. 13.Er wordt een boekhouding gehouden van het vermogen. HOOFDSTUK IV. - Het beheer
Art. 14.De administrateur-generaal die het gezag uitoefent over de Algemene directie Schoolinfrastructuren van de Franse Gemeenschap wordt als afgevaardigde ordonnancerende ambtenaar aangesteld.
Art. 15.De uitgaven mogen niet hoger liggen dan de ontvangsten en de gestemde limitatieve kredieten.
Art. 16.Het over te dragen saldo dat overeenstemt met de niet-vastgelegde begrotingsmachtigingen op het einde van een begrotingsjaar kan worden aangewend vanaf het begin van het volgend jaar.
Art. 17.De rekenplichtige die aan de rechtsmacht van het Rekenhof onderworpen is, is belast, overeenkomstig de opdrachten vastgesteld door het besluit houdende zijn aanstelling : 1° met de beweging en de bewaring van de gelden en waarden;2° met het opstellen en het bewaren van de volgende documenten : a) een beheersrekening;b) een rekening van begrotingsuitvoering;c) een rekening van de vermogenswijzigingen;3° met het periodieke opmaken van de inventaris van het vermogen en het bijhouden van de vermogenscomptabiliteit. HOOFDSTUK V. - Controle
Art. 18.De regels inzake administratieve en begrotingscontrole, met inbegrip van deze die betrekking hebben op het toezicht op de vastleggingen waaraan de diensten van algemeen bestuur van de Gemeenschap onderworpen zijn, zijn van toepassing op het Fonds voor schoolgebouwen van de Franse Gemeenschap.
Art. 19.Het Rekenhof en het Bestuur Financiën en Begroting van het Ministerie van de Franse Gemeenschap kunnen ter plaatse de controle uitoefenen op de geschriften van de boekhoudkundige verrichtingen en het vastleggen van de uitgaven.
Te allen tijde kunnen zij alle bewijsstukken, staten, inlichtingen of toelichting, betreffende de ontvangsten, uitgaven, de geldmiddelen en schulden verkrijgen.
Art. 20.De uitgaven worden rechtstreeks vereffend en uitbetaald door de rekenplichtige van het Fonds voor schoolgebouwen zonder voorafgaande tussenkomst van het Rekenhof. Niettemin kan de minister tot wiens bevoegdheid de schoolgebouwen voor het onderwijs van de Franse Gemeenschap behoren, de uitbetaling van de uitgaven aan de diensten van de Algemene directie Begroting en Financiën van de Franse Gemeenschap toevertrouwen. HOOFDSTUK VI. - Overgangs- en slotbepalingen
Art. 21.Dit besluit treedt in werking op 1 januari 1998.
Art. 22.De Minister tot wiens bevoegdheid de schoolgebouwen voor het onderwijs van de Franse Gemeenschap behoren, is belast met de uitvoering van dit besluit.
Vanwege de Regering van de Franse Gemeenschap : De Minister van Begroting, Financiën en Ambtenarenzaken, J.-Cl. VAN CAUWENBERGHE