31 DECEMBER 1997. - Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot wijziging van het besluit van de Executieve van de Franse Gemeenschap van 15 december 1989 betreffende de erkenning en de toekenning van toelagen aan de diensten voor forensische welzijnszorg

De Regering van de Franse Gemeenschap, Gelet op het besluit van de Executieve van de Franse Gemeenschap van 15 december 1989 betreffende de erkenning en de toekenning van toelagen aan de diensten voor forensische welzijnszorg;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 12 december 1997;

Gelet op het akkoord van de Minister van Begroting, gegeven op 18 december 1997;

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, gewijzigd bij de wetten van 9 augustus 1980, 16 juni 1988 en 4 juli 1989;

Gelet op de financiële moeilijkheden ervaren door de forensische welzijnszorg;

Gelet op de noodzakelijkheid de nadere regels voor de subsidiëring van deze diensten te actualiseren;

Gelet op de aldus gemotiveerde dringende noodzakelijkheid;

Op de voordracht van de Minister tot wiens bevoegdheid de forensische welzijnszorg behoort;

Gelet op de beraadslaging van de Regering van de Franse Gemeenschap van 22 december 1997, Besluit : Article 1er. De artikelen 1, § 2, 2°, 3, b, 7°, 4, § 2, 5, § 9, 8, 9, 10 en 12, § 1 van het besluit van de Executieve van de Franse Gemeenschap van 15 december 1989 betreffende de erkenning en de toekenning van toelagen aan de diensten voor forensische welzijnszorg, worden door de volgende bepalingen vervangen : « 1. Artikel 1, 2, 2°. Psychologische begeleiding : iedere hulpverlening van psychologische aard met als doel het steunen van de personen die geconfronteerd worden met de rechtstreekse en onrechtstreekse gevolgen van bijzondere problemen of van problemen i.v.m. het « slachtoffer-zijn », met uitzondering van een tenlasteneming op lange termijn vereist door voortdurende psychische stoornissen. § 2. Art. 3, b, 7°. De bevolking te sensibiliseren voor de problemen van de forensische welzijnszorg : beklaagden, beschuldigden, slachtoffers en leefgenoten. § 3. Art. 4, § 2. Om erkend te worden, moet de dienst aan de volgende specifieke voorwaarden voldoen : 1° a) één of meer maatschappelijk(e) werker(s) voltijds of deeltijds tewerkstellen, waarbij de woorden « maatschappelijk werker » « een beroepswerker met een overeenkomst » betekenen;de maatschappelijk werker dient aan één van de volgende vereisten inzake kwalificatie voldoen : - gediplomeerd opvoeder of houder van een eindgetuigschrift van het niveau van het pedagogisch of maatschappelijk hoger onderwijs, minstens van het korte type, met volledig leerplan of voor sociale promotie; - gediplomeerd maatschappelijk assistent; - licentiaat in criminologische, sociale of psychologische wetenschappen; b) voor de diensten erkend in de categorieën III en IV, eventueel een halftijds bestuursambtenaar tewerkstellen die houder is van een diploma van het lager of hoger secundair onderwijs.2° Binnen het kader van de dienst, dient het personeel de opdrachten van maatschappelijke hulpverlening of psychologische begeleiding voor de forensische welzijnszorg bedoeld in artikel 1, § 1, uit te voeren; § 4. Art. 5, § 9. De erkende dienst draagt de benaming « Service d'aide sociale aux justiciables de l'arrondissement judiciaire de... (Dienst voor forensische welzijnszorg van het gerechtelijk arrondissement...) », afgekort « A.S.J. » eventueel gevolgd door een Romeins cijfer indien verschillende diensten in een zelfde arrondissement erkend zijn. § 5. Art. 8, § 1. Er wordt aan de erkende diensten een toelage voor personeelskostn toegekend, die forfaitair bepaald is, met inbegrip van alle sociale lasten, op : 1 032 939 BEF voor een erkenning in categorie I; 1 549 408 BEF voor een erkenning in categorie II; 2 561 157 BEF voor een erkenning in categorie III; 3 839 593 BEF voor een erkenning in categorie IV. § 2. Het aanwenden van de toelage voor personeelskosten is verantwoord door documenten m.b.t. de betaling : 1° van de bezoldigingen berekend volgens de barema's, bijkomende voordelen toegekend krachtens de collectieve arbeidsovereenkomsten toepasselijk op de sector en van de wettelijke werkgeverslasten m.b.t. de bezoldigingen. 2° van het quotum of het deel van de bezoldigingen en lasten dat niet gefinancierd is door andere puliekrechtelijke personen, desgevallend. § 3. De uitbetaling van prestaties van personen of dienstmaatschappijen die administratieve opdrachten van maatschappelijk of boekhoudkundig secretariaat, die nodig zijn voor de goede werking van de dienst, verrichten, worden ook toegelaten als verantwoording van de toelage voor personeelskosten, ten belope van een jaarlijks bedrag van maximum 100 000 BEF wanneer de dienst het niet-dekken van deze prestaties door subsidies voor werkingskosten die aan de dienst toegekend worden, verantwoordt. § 4. De bezoldigingen toegekend aan de personeelsleden die deel uitmaken van de raad van bestuur van de betrokken v.z.w. komen niet in aanmerking voor de verantwoording van de toelage. § 5. De optredende personen hebben een plicht van permanente vorming en informatie.

Ze hebben de verplichting regelmatig hun beroepsactiviteiten in vraag te stellen en ervoor te zorgen dat ze aangepast worden aan de evolutie van de kennis en van de opvattingen. § 6.

Art. 9.Er wordt aan de erkende diensten een toelage om werkingskosten, jaarlijks door de Minister bepaald, toegekend. 7. Art.10, § 1. Voor de bedragen die bezoldigingen of gelijkgestelde kosten uitmaken, wordt, vanaf 1 januari 1997, de wet van 1 maart 1977 houdende inrichting van een stelsel waarbij sommige uitgaven in de overheidssector aan het indexcijfer van de consumptieprijzen van het rijk worden gekoppeld, toegepast. § 2. Voor de bedragen van toelagen die geen bezoldigingen of gelijkgestelde kosten uitmaken, wordt de wet van 2 augustus 1971 houdende inrichting van een stelsel waarbij de wedden, lonen, pensioenen, toelagen en tegemoetkomingen ten laste van de openbare schatkist, sommige sociale uitkeringen, de bezoldigingsgrenzen waarmee rekening dient gehouden bij de berekening van sommige bedragen van de sociale zekerheid der arbeiders, alsmede de verplichtingen op sociaal gebied opgelegd aan de zelfstandigen, aan het indexcijfer van de consumptieprijzen worden gekoppeld, toegepast. § 8. Art. 12, § 1. Aan de erkende diensten worden per maand provisionele voorschotten toegestaan op het bedrag van de toelagen toegekend voor het kalenderjaar, ten belope van maximum één twaalfde.

Art. 2.Het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 19 december 1996 tot wijziging van het besluit van de Executieve van de Franse Gemeenschap van 15 december 1989 betreffende de erkenning en de toekenning van toelagen aan de diensten voor forensische welzijnszorg, wordt opgeheven.

Art. 3.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 1997.

Art. 4.De Minister tot wiens bevoegdheid de forensische welzijnszorg behoort, is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 31 december 1997.

Vanwege de Regering van de Franse Gemeenschap : De Minister-Voorzitster, belast met Onderwijs, de Audiovisuele Sector, Hulpverlening aan de Jeugd, Kinderwelzijn en Gezondheidspromotie, Mevr. L. ONKELINX