gepubliceerd op 18 juni 2019
Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering betreffende de inschakelingsbetrekking zoals bedoeld in artikel 60, § 7 van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn
23 MEI 2019. - Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering betreffende de inschakelingsbetrekking zoals bedoeld in artikel 60, § 7 van de organieke wet van 8 juli 1976Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/07/1976 pub. 18/04/2016 numac 2016000231 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Organieke wet betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn. - Officieuze coördinatie in het Duits van de versie toepasselijk op de inwoners van het Duitse taalgebied sluiten betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn
De Brusselse Hoofdstedelijke Regering, Gelet op de wet van 2 april 1965 betreffende het ten laste nemen van de steun verleend door de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, artikel 5, § § 4bis en 4ter, gewijzigd door de ordonnantie van 28 maart 2019;
Gelet op de organieke wet van 8 juli 1976Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/07/1976 pub. 18/04/2016 numac 2016000231 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Organieke wet betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn. - Officieuze coördinatie in het Duits van de versie toepasselijk op de inwoners van het Duitse taalgebied sluiten betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, inzonderheid op artikel 60, § 7, vervangen door de ordonnantie van 28 maart 2019;
Gelet op de wet van 22 december 1995 houdende maatregelen tot uitvoering van het meerjarenplan voor werkgelegenheid, artikel 33, § 2, gewijzigd bij de wet van 22 februari 1998;
Gelet op de wet van 26 mei 2002Relevante gevonden documenten type wet prom. 26/05/2002 pub. 31/07/2002 numac 2002022559 bron ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Wet betreffende het recht op maatschappelijke integratie sluiten betreffende het recht op maatschappelijke integratie, artikel 36, § 2 en artikel 38, vervangen door de ordonnantie van 28 maart 2019;
Gelet op de ordonnantie van 28 maart 2019 betreffende de maatregel voor inschakeling op de arbeidsmarkt in het kader van artikel 60, § 7, van de organieke wet van 8 juli 1976Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/07/1976 pub. 18/04/2016 numac 2016000231 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Organieke wet betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn. - Officieuze coördinatie in het Duits van de versie toepasselijk op de inwoners van het Duitse taalgebied sluiten betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, artikel 7;
Gelet op het koninklijk besluit van 2 april 1998Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 02/04/1998 pub. 11/04/1998 numac 1998022241 bron ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Koninklijk besluit tot uitvoering van artikel 33 van de wet van 22 december 1995 houdende maatregelen tot uitvoering van het meerjarenplan voor werkgelegenheid sluiten tot uitvoering van artikel 33 van de wet van 22 december 1995 houdende maatregelen tot uitvoering van het meerjarenplan voor werkgelegenheid;
Gelet op de gendertest, uitgevoerd op 15 mei 2018;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 28 november 2018;
Gelet op de akkoordbevinding van de minister van Begroting, gegeven op 5 december 2018;
Gelet op het advies van de Economische en Sociale Raad voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, gegeven op 17 januari 2019;
Gelet op het advies van het beheerscomité van Actiris, gegeven op 24 januari 2019;
Gelet op advies nr. 65.833/1 van de Raad van State, gegeven op 2 mei 2019, in toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2° van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;
Gelet op de handistreamingtest, uitgevoerd op 16 mei 2019;
Na beraadslaging, Besluit : HOOFDSTUK 1. - Definities
Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder: 1° "rechthebbende": de rechthebbende op maatschappelijke integratie met toepassing van de wet van 26 mei 2002Relevante gevonden documenten type wet prom. 26/05/2002 pub. 31/07/2002 numac 2002022559 bron ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Wet betreffende het recht op maatschappelijke integratie sluiten betreffende het recht op maatschappelijke integratie of op financiële maatschappelijke hulp met toepassing van de wet van 2 april 1965 betreffende het ten laste nemen van de steun verleend door de openbare centra voor maatschappelijk welzijn;2° "centrum": openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn dat optreedt als werkgever met toepassing van artikel 60, § 7, tweede lid van de organieke wet van 8 juli 1976Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/07/1976 pub. 18/04/2016 numac 2016000231 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Organieke wet betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn. - Officieuze coördinatie in het Duits van de versie toepasselijk op de inwoners van het Duitse taalgebied sluiten betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn;3° "inschakelingsbetrekking": betrekking met toepassing van artikel 60, § 7, tweede lid van de organieke wet van 8 juli 1976Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/07/1976 pub. 18/04/2016 numac 2016000231 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Organieke wet betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn. - Officieuze coördinatie in het Duits van de versie toepasselijk op de inwoners van het Duitse taalgebied sluiten betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn;4° "externe gebruiker": privaatrechtelijke of publiekrechtelijke rechtspersoon zoals bedoeld in artikel 60, § 7, derde lid van de organieke wet van 8 juli 1976Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/07/1976 pub. 18/04/2016 numac 2016000231 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Organieke wet betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn. - Officieuze coördinatie in het Duits van de versie toepasselijk op de inwoners van het Duitse taalgebied sluiten betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, waarmee het centrum een overeenkomst sluit met toepassing van artikel 61 van de organieke wet van 8 juli 1976Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/07/1976 pub. 18/04/2016 numac 2016000231 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Organieke wet betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn. - Officieuze coördinatie in het Duits van de versie toepasselijk op de inwoners van het Duitse taalgebied sluiten betreffende de openbare centra;5° "interne gebruiker": dienst bij het centrum die optreedt als werkgever zoals bedoeld in artikel 60, § 7, vijfde lid van de organieke wet van 8 juli 1976Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/07/1976 pub. 18/04/2016 numac 2016000231 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Organieke wet betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn. - Officieuze coördinatie in het Duits van de versie toepasselijk op de inwoners van het Duitse taalgebied sluiten betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn;6° "Minister": Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering bevoegd voor Tewerkstelling;7° "Actiris": de Brusselse gewestelijke dienst voor arbeidsbemiddeling, georganiseerd door de ordonnantie van 18 januari 2001 houdende organisatie en werking van Actiris;8° "overeenkomst": overeenkomst voor terbeschikkingstelling zoals bedoeld in artikel 60, § 7, derde lid van de organieke wet van 8 juli 1976Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/07/1976 pub. 18/04/2016 numac 2016000231 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Organieke wet betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn. - Officieuze coördinatie in het Duits van de versie toepasselijk op de inwoners van het Duitse taalgebied sluiten betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn. HOOFDSTUK 2. - Algemene bepalingen die gelden voor de betrekkingen met toepassing van artikel 60, § 7 Afdeling 1. - modaliteiten met betrekking tot de gebruikers
Art. 2.Een externe gebruiker die een beroep wil doen op een inschakelingsbetrekking moet een samenwerkingsaanvraag indienen bij een centrum.
Bovenop de administratieve informatie over de externe gebruiker, moet de samenwerkingsaanvraag vergezeld gaan van een formulier met daarin met name de volgende informatie: - een beschrijving van de betrekking, met een beoordeling van de risico's op het vlak van welzijn op het werk; - de plaats van tewerkstelling; - de voorgestelde arbeidstijdregeling; - de jaarlijkse sluitingsdagen; - het voorgestelde beroepsinschakelingsproject.
Na overleg met Actiris en met de centra legt de minister het formulier vast, alsook de erbij te voegen documenten.
Art. 3.De externe gebruiker moet op het moment van de samenwerkingsaanvraag aantonen dat hij geen bestaande betrekkingen vervangt door inschakelingsbetrekkingen en dat hij zich ertoe verbindt de hoeveelheid tewerkgestelde personen te zijnen laste van voor de terbeschikkingstelling te handhaven.
De inschakelingsbetrekking moet bijkomende tewerkstelling vormen voor de externe gebruiker, die het centrum een verklaring op erewoord verstrekt met vermelding van de hoeveelheid tewerkgestelde personen te zijnen laste op het moment van de samenwerkingsaanvraag of op het moment van de aanvraag tot hernieuwing van de samenwerking.
Art. 4.Wanneer het centrum in het bezit is van alle stukken met betrekking tot de samenwerkingsaanvraag van de externe gebruiker, maakt het centrum zijn beslissing tot aanvaarding of weigering van de samenwerking bekend. In geval van weigering van de samenwerking motiveert het centrum zijn beslissing. Afdeling 2. - Overeenkomst en begeleiding
Art. 5.§ 1. De overeenkomst moet minstens een administratief gedeelte en een individueel gedeelte bevatten: Het administratieve gedeelte moet minstens de volgende elementen bevatten: - de geldende arbeidstijdregeling; - de geldende verlofregeling; - de plaats van tewerkstelling; - de financiële tussenkomst door de gebruiker; - het verbod op trapsgewijze terbeschikkingstelling.
Het individuele gedeelte moet minstens de volgende elementen bevatten: - de duur van de terbeschikkingstelling; - de functiebeschrijving; - de begeleidingsmodaliteiten en de elementen van opleiding op het werk, met inbegrip van de opleidingstijd; - de informatie met betrekking tot de mogelijkheid om de tijdens de tewerkstelling verworven competenties te laten erkennen.
De twee gedeelten kunnen het voorwerp uitmaken van specifieke overeenkomsten indien het OCMW verschillende personen ter beschikking van een en dezelfde gebruiker stelt. In dat geval zal de overeenkomst samengesteld zijn uit een raamovereenkomst die de in het tweede lid bedoelde elementen bevat en een individuele overeenkomst die de in het derde lid bedoelde elementen bevat. § 2. Het centrum ziet erop toe dat de werknemer volledig op de hoogte gebracht wordt van de elementen met betrekking tot het uit te voeren werk onder zijn voorwaarden, alsook tot de begeleiding zoals geformaliseerd in het in artikel 60, § 7, vierde en vijfde lid bedoelde competentieverwervingsplan.
Art. 6.§ 1. De begeleiding zoals bedoeld in artikel 5, § 2 moet verplicht het volgende omvatten: 1° professionele begeleiding van de rechthebbende met het oog op de opleiding voor de betrekking die hij uitoefent of de ontwikkeling van zijn zelfstandigheid met het oog op zijn doorstroming naar duurzaam en kwaliteitsvol werk;2° sociale begeleiding van de rechthebbende met het oog op de verbetering van zijn aanpassing aan de werkomgeving, zowel bij de sociale en administratieve procedures, als door de communicatie in de onderneming te vergemakkelijken met de verschillende betrokken partijen;3° in voorkomend geval, het voorstel door het centrum of de externe gebruiker van een inschrijving bij een centrum voor de erkenning van de verworven competenties in verband met de uitgevoerde taken, en dit ten laatste drie maanden voor het vermoedelijke einde van de tewerkstelling. § 2. Wanneer de inschakelingsbetrekking wordt uitgeoefend bij een externe gebruiker, wordt de begeleiding verstrekt door referentiepersonen geïdentificeerd in een bijlage bij de overeenkomst en die personeelsleden van het centrum en/of de externe gebruiker kunnen zijn.
Wanneer dit niet de hoofdfunctie van de referentiepersoon is, moet de functie van begeleider het voorwerp uitmaken van een bijlage bij de arbeidsovereenkomst waarin de verantwoordelijkheden in verband met deze opdracht worden vastgesteld. De bijlage wordt bij de arbeidsovereenkomst gevoegd vóór de uitoefening van de begeleidingsopdracht.
Het centrum voert een driemaandelijkse opvolging uit van de begeleiding bij de externe gebruikers.
Art. 7.Na overleg met Actiris en de centra legt de Minister de modelovereenkomst, het modelcompetentieverwervingsplan en de eventuele bijlagen vast. HOOFDSTUK 3. - Tussenkomst door de externe gebruikers in de kosten in verband met de inschakelingsbetrekking
Art. 8.Elke gebruiker komt financieel tussen ten gunste van het centrum voor een bedrag gelijk aan het verschil tussen de jaarlijkse loonkosten en het jaarlijkse subsidiebedrag zoals bedoeld in artikel 36 van de wet van 26 mei 2002Relevante gevonden documenten type wet prom. 26/05/2002 pub. 31/07/2002 numac 2002022559 bron ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Wet betreffende het recht op maatschappelijke integratie sluiten betreffende het recht op maatschappelijke integratie en artikel 5, § 4bis van de wet van 2 april 1965 betreffende het ten laste nemen van de steun verleend door de openbare centra voor maatschappelijk welzijn.
De tussenkomst door de externe gebruiker in de loonkosten wordt maandelijks uitbetaald op basis van een bedrag gelijk aan een twaalfde van het in het voorgaande lid bedoelde verschil. Aan het einde van het jaar of van de arbeidsovereenkomst stelt het centrum een overzicht op van de individuele financiële tussenkomst waarin het nog door de externe gebruiker te betalen of door het centrum terug te betalen bedrag wordt vastgesteld.
Onder jaarlijkse loonkosten verstaat men de som van het nettoloon, de bedrijfsvoorheffing, de werknemersbijdragen voor de sociale zekerheid, de werkgeversbijdragen voor de sociale zekerheid, de bijzondere bijdrage voor sociale zekerheid, de eindejaarspremie, het vakantiegeld, het vakantiegeld uitdiensttreding, de verbrekingsvergoeding ingevolge beëindiging van de arbeidsovereenkomst en de legale en extralegale voordelen.
De toegepaste bezoldiging mag niet lager zijn dan de toepasselijke minimumbezoldiging in uitvoering van de omzendbrief van 28 april 1994 betreffende het sociale handvest dat van toepassing is op de plaatselijke besturen.
Alle verloven, met inbegrip van verlof wegens ziekte, die de uitbetaling van een loon impliceren, impliceert tussenkomst door de externe gebruiker.
Art. 9.In afwijking van artikel 8 kunnen de volgende externe gebruikers geheel of gedeeltelijk worden vrijgesteld van betaling van het maandelijkse tussenkomstbedrag: - verenigingen zonder winstoogmerk gevestigd in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest met een maatschappelijk doel dat verband houdt met cultuur, sociale, gezondheid, opleiding en onderwijs of sport; - de verenigingen bedoeld in hoofdstuk XII en hoofdstuk X IIbis van de organieke wet van 8 juli 1976Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/07/1976 pub. 18/04/2016 numac 2016000231 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Organieke wet betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn. - Officieuze coördinatie in het Duits van de versie toepasselijk op de inwoners van het Duitse taalgebied sluiten betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn; - erkende sociale ondernemingen met toepassing van de ordonnantie van 23 juli 2018 met betrekking tot de erkenning en de ondersteuning van de sociale ondernemingen.
Het vrijstellingsvoorstel wordt door het vast bureau ter beslissing voorgelegd aan de raad voor maatschappelijk welzijn. Het vrijstellingsvoorstel preciseert de gewaardeerde tegenprestatie voor een opdracht van algemeen belang door de externe gebruiker, zoals bedoeld in het voorgaande lid.
De externe gebruiker die recht heeft op een gehele of gedeeltelijke vrijstelling van betaling van het tussenkomstbedrag stelt jaarlijks een verslag op aan de raad voor maatschappelijk welzijn, waarin hij beschrijft hoe hij de gewaardeerde tegenprestatie voor een opdracht van algemeen belang heeft uitgevoerd.
Als de raad voor maatschappelijk welzijn de uitvoering van de tegenprestatie ontoereikend acht, kan er beslist worden het bedrag waarvoor de externe gebruiker onterecht geheel of gedeeltelijk vrijgesteld werd van betaling terug te vorderen en kan de samenwerking met de externe gebruiker worden stopgezet.
Art. 10.In afwijking van artikel 8 stelt het centrum in onderlinge overeenkomst met het op zijn grondgebied gelegen gemeentebestuur de maandelijkse tussenkomst of de gehele of gedeeltelijke vrijstelling van betaling van de tussenkomst vast wanneer dat laatste een externe gebruiker is. De instemming wordt vastgelegd in de notulen van het overlegcomité zoals bedoeld in artikel 26, § 2 van de organieke wet van 8 juli 1976Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/07/1976 pub. 18/04/2016 numac 2016000231 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Organieke wet betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn. - Officieuze coördinatie in het Duits van de versie toepasselijk op de inwoners van het Duitse taalgebied sluiten betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn. HOOFDSTUK 4. - Toekenningvoorwaarden en bedrag van de subsidie in geval van deeltijdse tewerkstelling
Art. 11.Voor de toekenning van de subsidie zoals bedoeld in artikel 36, § 2, eerste lid van de wet van 26 mei 2002Relevante gevonden documenten type wet prom. 26/05/2002 pub. 31/07/2002 numac 2002022559 bron ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Wet betreffende het recht op maatschappelijke integratie sluiten betreffende het recht op maatschappelijke integratie moet gelijktijdig voldaan zijn aan de volgende voorwaarden met betrekking tot de deeltijdse arbeidsovereenkomst gesloten tussen de rechthebbende en het centrum met toepassing van artikel 60, § 7, tweede lid van de wet van 8 juli 1976Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/07/1976 pub. 18/04/2016 numac 2016000231 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Organieke wet betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn. - Officieuze coördinatie in het Duits van de versie toepasselijk op de inwoners van het Duitse taalgebied sluiten betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn: 1° de deeltijdse arbeidsovereenkomst moet gesloten worden voor een stelsel van minstens halftijdse tewerkstelling;2° de looptijd van de deeltijdse arbeidsovereenkomst mag niet langer zijn dan zes maanden. De in het voorgaande lid bedoelde betrekking kan één keer hernieuwd worden, rekening houdend met de sociale situatie van de rechthebbende, onder voorbehoud van een naar behoren gemotiveerde beslissing van het centrum.
Art. 12.Het bedrag van de subsidie is het bedrag van het in artikel 14, § 1, 3° van de wet van 26 mei 2002Relevante gevonden documenten type wet prom. 26/05/2002 pub. 31/07/2002 numac 2002022559 bron ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Wet betreffende het recht op maatschappelijke integratie sluiten betreffende het recht op maatschappelijke integratie vastgestelde leefloon, verminderd tot een bedrag evenredig met de wekelijkse arbeidsduur zoals contractueel voorzien voor een deeltijdse betrekking. HOOFDSTUK 5. - Toekenningsvoorwaarden en bedrag van de subsidie in het kader van de sociale-inschakelingseconomie
Art. 13.In afwijking van de hoofdstukken 3 en 4 beloopt, wanneer een centrum een rechthebbende aanwerft en ter beschikking stelt van een sociale-inschakelingsonderneming zoals bedoeld in hoofdstuk 4 van de ordonnantie van 23 juli 2018 met betrekking tot de erkenning en de ondersteuning van de sociale ondernemingen, het bedrag van de subsidie zoals bedoeld in artikel 36 van de wet van 26 mei 2002Relevante gevonden documenten type wet prom. 26/05/2002 pub. 31/07/2002 numac 2002022559 bron ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Wet betreffende het recht op maatschappelijke integratie sluiten betreffende het recht op maatschappelijke integratie en artikel 5, § 4bis van de wet van 2 april 1965 betreffende het ten laste nemen van de steun verleend door de openbare centra voor maatschappelijk welzijn 18.592 euro op jaarbasis voor een voltijdse betrekking.
Het in het eerste lid bedoelde bedrag van 18.592 euro is gekoppeld aan de spilindex 103,14 (basis 1996 = 100) van de consumptieprijzen, overeenkomstig de bepalingen van de wet van 2 augustus 1971Relevante gevonden documenten type wet prom. 02/08/1971 pub. 20/02/2009 numac 2009000070 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet houdende inrichting van een stelsel waarbij de wedden, lonen, pensioenen, toelagen en tegemoetkomingen ten laste van de openbare schatkist, sommige sociale uitkeringen, de bezoldigingsgrenzen waarmee rekening dient gehouden bij de berekening van sommige bijdragen van de sociale zekerheid der arbeiders, alsmede de verplichtingen op sociaal gebied opgelegd aan de zelfstandigen, aan het indexcijfer van de consumptieprijzen worden gekoppeld. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten houdende inrichting van een stelsel waarbij de wedden, lonen, pensioenen, toelagen en tegemoetkomingen ten laste van de openbare schatkist, sommige sociale uitkeringen, de bezoldigingsgrenzen waarmee rekening dient gehouden bij de berekening van sommige bijdragen van de sociale zekerheid der arbeiders, alsmede de verplichtingen op sociaal gebied opgelegd aan de zelfstandigen, aan het indexcijfer van de consumptieprijzen worden gekoppeld.
Het bedrag wordt elk jaar op 1 januari bijgewerkt en vastgesteld door de Minister.
Art. 14.Wanneer de werknemer niet voltijds tewerkgesteld wordt: 1° wordt het in artikel 13 bedoelde bedrag verminderd tot een bedrag dat evenredig is met de wekelijkse arbeidstijd zoals contractueel voorzien voor de deeltijdse betrekking;2° wordt de duur van de subsidiëring beperkt tot maximaal zes maanden. De in het voorgaande lid bedoelde betrekking kan één keer hernieuwd worden, rekening houdend met de sociale situatie van de rechthebbende onder voorbehoud van een naar behoren gemotiveerde beslissing van het centrum.
Art. 15.Het aantal inschakelingsbetrekkingen waarvoor een subsidiebedrag zoals vastgesteld in artikel 13 kan worden verkregen, wordt jaarlijks door de Minister vastgelegd voor elk centrum, en dit ten laatste op 31 januari van het desbetreffende jaar. Bij ontstentenis kan het aantal betrekkingen niet lager zijn dan in het voorgaande jaar.
Art. 16.In afwijking van hoofdstuk 3 kunnen de arbeidsplaatsen waarvoor een subsidiebedrag zoals vastgesteld in artikel 13 kan worden verkregen niet het voorwerp uitmaken van een aanvraag tot tussenkomst door het centrum in de loonkosten van de werknemer uitgaande van de sociale-inschakelingsonderneming. Deze betrekking wordt beschouwd als een terbeschikkingstelling ten laste van het centrum.
In geval van verlies van de hoedanigheid van sociale-inschakelingsonderneming komt de externe gebruiker tussen in de kosten in verband met de inschakelingsbetrekking zoals bepaald in artikel 8, en dit vanaf de eerste dag van de maand die volgt op dit verlies van hoedanigheid. HOOFDSTUK 6. - Subsidie voor specifieke opleidingskosten
Art. 17.In het kader van het competentieverwervingsplan kan het centrum de opleidingskosten op zich nemen om de ontwikkeling van de competenties van de rechthebbende te ondersteunen.
Het centrum heeft recht op een subsidie van maximaal 3.000 euro per rechthebbende als de volgende voorwaarden worden nageleefd: 1° de opleidingsverstrekker is erkend door een bevoegde instantie inzake opleiding, beroepsopleiding of onderwijs, met inbegrip van de op het sectorale niveau door de sociale partners georganiseerde opleidingen;2° de gemaakte kosten worden vastgelegd in een bewijsstuk dat de naam van de rechthebbende bevat. De opleidingsprestaties moeten verstrekt worden tijdens de in artikel 60, § 7, tweede lid van de organieke wet van 8 juli 1976Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/07/1976 pub. 18/04/2016 numac 2016000231 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Organieke wet betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn. - Officieuze coördinatie in het Duits van de versie toepasselijk op de inwoners van het Duitse taalgebied sluiten betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn bedoelde opleidingstijd. HOOFDSTUK 7. - Steun aan de centra bij de uitvoering van artikel 60, § 7, tweede lid en evaluatie van de maatregel
Art. 18.Het centrum ontvangt jaarlijkse financiële steun ten belope van 350 euro, vermenigvuldigd met het jaarlijkse gemiddelde aantal arbeidsplaatsen.
Die premie dekt een deel van de kosten voor het centrum voor het administratieve en sociale beheer van de inschakelingsbetrekking.
Art. 19.§ 1. Het centrum dient jaarlijks de financiële steunaanvraag in bij Actiris, en dit uiterlijk op 28 februari.
Wordt bij deze aanvraag gevoegd, het jaarverslag met betrekking tot het voorgaande jaar, wat het volgende bevat: - de gegevens in verband met de uitvoering door het centrum van de in artikel 60, § 7, tweede lid van de organieke wet van 8 juli 1976Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/07/1976 pub. 18/04/2016 numac 2016000231 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Organieke wet betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn. - Officieuze coördinatie in het Duits van de versie toepasselijk op de inwoners van het Duitse taalgebied sluiten betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn bedoelde opdracht, met inbegrip van het jaarlijkse gemiddelde aantal arbeidsplaatsen; - de aanwending van de vrijgestelde middelen krachtens artikel 28/15 van het koninklijk besluit van 16 mei 2003Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 16/05/2003 pub. 06/06/2003 numac 2003012302 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg en federale overheidsdienst sociale zekerheid Koninklijk besluit tot uitvoering van het Hoofdstuk 7 van Titel IV van de programmawet van 24 december 2002 , betreffende de harmonisering en vereenvoudiging van de regelingen inzake verminderingen van de sociale zekerheidsbijdragen sluiten tot uitvoering van het Hoofdstuk 7 van Titel IV van de programmawet van 24 december 2002 (I), betreffende de harmonisering en vereenvoudiging van de regelingen inzake verminderingen van de sociale zekerheidsbijdragen. § 2. De financiële steun zoals bedoeld in artikel 18 voor een welbepaald jaar wordt bepaald op grond van het jaarlijkse gemiddelde aantal arbeidsplaatsen vermeld in het verslag zoals bedoeld in § 1, tweede lid.
Actiris betaalt de financiële steun uit na goedkeuring van het verslag zoals bedoeld in § 1, tweede lid. § 3. In overleg met Actiris en de Federatie van de Brusselse OCMW's legt de Minister het door het centrum te gebruiken modelformulier en jaarverslag om financiële steun te verkrijgen vast.
Art. 20.De Regering bezorgt het Parlement een samenvatting van de op uiterlijk 1 oktober door de OCMW's bezorgde jaarverslagen. De eerste samenvatting wordt op uiterlijk 1 oktober 2020 bezorgd.
De samenvatting van de jaarverslagen wordt ook bezorgd aan het Beheerscomité van Actiris, de Economische en Sociale Raad van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en de Federatie van de Brusselse OCMW's.
Art. 21.Er wordt een Opvolgingscomité opgericht, dat samengesteld is uit een vertegenwoordiger van de Minister bevoegd voor Tewerkstelling, een vertegenwoordiger van de Minister bevoegd voor Plaatselijke Besturen, een vertegenwoordiger van Actiris en een vertegenwoordiger van de Federatie van de Brusselse OCMW's. De vertegenwoordiger van de Minister van Tewerkstelling zit het Comité voor. Het secretariaat wordt verzorgd door Actiris.
Het Comité brengt een advies uit over de samenvatting van de jaarverslagen alvorens ze te bezorgen aan de Regering en het Parlement. Het Comité mag om het even welk nuttig advies over de maatregel uitbrengen aan de Regering.
Het Opvolgingscomité vergadert minstens één keer per jaar, alsook op het verzoek van minstens één van de leden.
De Regering kan het Opvolgingscomité opdragen om elke mogelijke opdracht uit te voeren met het oog op de onderlinge afstemming van de praktijken van de centra, met name wat betreft de in artikel 9 bedoelde notie van algemeen belang. HOOFDSTUK 8. - Wijzigingsbepalingen
Art. 22.Artikel 1 van het koninklijk besluit van 2 april 1998Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 02/04/1998 pub. 11/04/1998 numac 1998022241 bron ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Koninklijk besluit tot uitvoering van artikel 33 van de wet van 22 december 1995 houdende maatregelen tot uitvoering van het meerjarenplan voor werkgelegenheid sluiten tot uitvoering van artikel 33 van de wet van 22 december 1995 houdende maatregelen tot uitvoering van het meerjarenplan voor werkgelegenheid wordt vervangen door: " § 1. De bijkomende financiële middelen voortvloeiend uit de vrijstelling van de werkgeversbijdragen, bedoeld in artikel 33, § 1, van de wet van 22 december 1995 houdende maatregelen tot uitvoering van het meerjarenplan voor werkgelegenheid moeten volledig besteed worden aan het beroepsinschakelingsbeleid van het centrum, en dat volgens de in de volgende paragraaf voorziene modaliteiten. § 2. Het centrum moet de financiële middelen voortvloeiend uit de vrijstelling van de werkgeversbijdragen prioritair besteden aan: - het nastreven van de implementering van een inschakelingsbetrekkingsbeleid in toepassing van artikel 60, § 7, tweede lid van de organieke wet van 8 juli 1976Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/07/1976 pub. 18/04/2016 numac 2016000231 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Organieke wet betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn. - Officieuze coördinatie in het Duits van de versie toepasselijk op de inwoners van het Duitse taalgebied sluiten betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn op het grondgebied van het centrum voor minstens 10% van het gemiddelde jaarlijkse aantal rechthebbenden op maatschappelijke integratie en op maatschappelijke hulp gelijk aan die van het voorgaande jaar; - de aanwerving van een voltijdsequivalent-begeleider per schijf van 50 arbeidsplaatsen voor inschakelingsbetrekkingen als jaarlijks gemiddelde met toepassing van artikel 60, § 7, tweede lid van de organieke wet van 8 juli 1976Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/07/1976 pub. 18/04/2016 numac 2016000231 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Organieke wet betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn. - Officieuze coördinatie in het Duits van de versie toepasselijk op de inwoners van het Duitse taalgebied sluiten betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn;
Het centrum besteedt de rest van de financiële middelen integraal bedoeld in het vorige lid aan de uitvoering van de acties voor socioprofessionele inschakeling van de rechthebbenden via om het even welke begeleidings-, opleidings- of tewerkstellingsformule die toelaat het aantal kansen om de arbeidsmarkt te betreden te vergroten." HOOFDSTUK 9. - Slotbepalingen
Art. 23.De specifieke bepalingen voor de inschakelingsbetrekkingen zoals voorzien in dit besluit zijn van toepassing voor de inschakelingsbetrekkingen waarvoor een overeenkomst wordt gesloten vanaf 1 januari 2020.
Voor de betrekkingen waarvoor een overeenkomst werd gesloten vóór 1 januari 2020 worden de modaliteiten nageleefd zoals vastgesteld op de datum van ondertekening van de arbeidsovereenkomst.
Art. 24.Treden in werking op 1 januari 2020: 1° de ordonnantie van 28 maart 2019 betreffende de maatregel voor inschakeling op de arbeidsmarkt in het kader van artikel 60, § 7, van de organieke wet van 8 juli 1976Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/07/1976 pub. 18/04/2016 numac 2016000231 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Organieke wet betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn. - Officieuze coördinatie in het Duits van de versie toepasselijk op de inwoners van het Duitse taalgebied sluiten betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn;2° dit besluit, met uitzondering van artikel 8, vierde lid, dat in werking treedt op 1 januari 2022. Brussels, 23 mei 2019.
De Minister-President van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Plaatselijke Besturen, Territoriale Ontwikkeling, Stedelijk Beleid, Monumenten en Landschappen, Studentenaangelegenheden, Toerisme, Openbaar Ambt, Wetenschappelijk Onderzoek, Openbare Netheid, Vuilnisophaling en -verwerking en Gemeentelijke sportinfrastructuur, R. VERVOORT De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering belast met Werkgelegenheid, Economie, Buitenlandse Handel en Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp, D. GOSUIN