Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 08 oktober 2015
gepubliceerd op 12 november 2015

Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering houdende goedkeuring van het intern reglement van de Brusselse Raad voor de Gelijkheid tussen Vrouwen en Mannen

bron
brussels hoofdstedelijk gewest
numac
2015031729
pub.
12/11/2015
prom.
08/10/2015
ELI
eli/besluit/2015/10/08/2015031729/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

8 OKTOBER 2015. - Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering houdende goedkeuring van het intern reglement van de Brusselse Raad voor de Gelijkheid tussen Vrouwen en Mannen


De Brussels Hoofdstedelijke Regering, Gelet op het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 19 juli 2012Relevante gevonden documenten type besluit van de brusselse hoofdstedelijke regering prom. 19/07/2012 pub. 02/08/2012 numac 2012031591 bron brussels hoofdstedelijk gewest Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot oprichting van een Adviesraad Gelijke Kansen voor Vrouwen en Mannen voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest - tweede lezing sluiten tot oprichting van een Adviesraad Gelijke Kansen voor Vrouwen en Mannen voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, inzonderheid het artikel 10;

Overwegende het intern reglement goedgekeurd door de Brusselse Raad voor de Gelijkheid tussen Vrouwen en Mannen op 3 september 2013 en gewijzigd op 10 maart 2015;

Op de voordracht van de Minister bevoegd voor het gelijkekansenbeleid, Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.Het intern reglement van de Brusselse Raad voor de Gelijkheid tussen Vrouwen en Mannen, dat als bijlage gevoegd is bij dit besluit, wordt goedgekeurd.

Art. 2.Dit besluit treedt in werking op 1 oktober 2015.

Art. 3.De Minister bevoegd voor Gelijke Kansen is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 8 oktober 2015.

Voor de Brusselse Hoofdstedelijke Regering: De Minister-President van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Plaatselijke Besturen, Territoriale Ontwikkeling, Stedelijk Beleid, Monumenten en Landschappen, Studentenaangelegenheden, Toerisme, Openbaar Ambt, Wetenschappelijk Onderzoek en Openbare Netheid, Rudi VERVOORT De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Mobiliteit en Openbare Werken, Pascal SMET

Intern reglement aangenomen in zitting van 3 september 2013, gewijzigd op 10 maart 2015, goedgekeurd door de Brusselse Hoofdstedelijke Regering in zitting van 8 oktober 2015 HOOFDSTUK I. - Inleidende bepalingen Definities

Artikel 1.- Besluit van 19 juli 2012 : Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot oprichting van een Adviesraad voor Gelijke Kansen voor Vrouwen en Mannen voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. - Besluit van 7 maart 2013 : Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot aanduiding van de leden van de Adviesraad voor Gelijke Kansen voor Vrouwen en Mannen voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest - De Raad: de assemblee waaronder de voorzitster/ter, de ondervoorzitsters/ters en de effectieve leden . - Plenaire assemblee: de assemblee waaronder de voorzitster/ter, de ondervoorzitsters/ters evenals alle effectieve en plaatsvervangende leden. - Bureau: het Bureau van de Brusselse raad voor Gelijkheid tussen Vrouwen en Mannen, samengesteld uit de voorzitster/ter, de ondervoorzitsters/ters en de leden die aangeduid worden door de Raad.

Opdrachten

Art. 2.De Raad vervult, overeenkomstig het besluit van 7 maart 2013, o.a. de volgende opdrachten: 1° hij geeft adviezen en aanbevelingen i.v.m. elk vraagstuk betreffende de gelijkheid tussen vrouwen en mannen; 2° hij brengt bij voorrang advies uit over maatregelen van reglementaire aard die een impact hebben op de gelijkheid tussen vrouwen en mannen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest;3° hij volgt de thematiek van de gelijkheid tussen vrouwen en mannen op, ook op de andere beleidsniveaus voor zover er een impact is voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. De Raad bezorgt de Regering een jaarverslag over de uitgevoerde activiteiten en de besteding van zijn financiële middelen. Hij stelt jaarlijks middelen- en actieplannen voor om zijn opdrachten voor het komende jaar te vervullen.

Zetel

Art. 3.De Brusselse Raad voor Gelijkheid tussen Vrouwen en Mannen, hierna genoemd de Raad, is gevestigd bij het Ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, Kruidtuinlaan 20 1035 BRUSSEL. Alle briefwisseling met betrekking tot de Raad dient gericht te worden aan dit adres.

De Directie Externe gelijke Kansen binnen GOB (het Ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest) neemt het secretariaat van de Raad waar.

Voorzitterschap en ondervoorzitterschap Art. 4.

Aanduiding De Raad verkiest uit zijn effectieve leden één voorzitster/voorzitter en 2 ondervoorzitsters/ondervoorzitters. De verkiezing gebeurt bij geheime stemming. Hun aanduiding wordt ter goedkeuring voorgelegd aan de Regering.

Vervanging In geval van afwezigheid van de voorzitster/ter neemt één van de twee ondervoorzitsters/ters het voorzitterschap waar, mits wederzijds akkoord.

Rol van de Voorzitster/ter De voorzitster/ter van de Raad zorgt voor de goede werking van de Raad en organiseert de werkzaamheden. Zij/hij opent, schorst en sluit de zittingen, leidt de debatten en zit de Raad en het Bureau voor.

De Voorzitster/ter is verantwoordelijk, naar de buitenwereld toe, voor de uitvoering van de genomen beslissingen.

De Voorzitster/ter roept de vergaderingen bijeen, tekent de adviezen of aanbevelingen en waakt over de naleving van de normatieve bepalingen van het besluit en het huishoudelijk reglement.

De Voorzitster/ter beheert de relaties van de Raad met andere instanties.

Secretariaat

Art. 5.Het secretariaat stelt een voorstel van verslag op na afloop van elke vergadering van de Raad en van het Bureau. Dit bestaat uit een nominatieve verslaggeving van de debatten en van de stemmingen.

Het wordt voorgelegd ter goedkeuring van de leden bij de volgende vergadering.

Het secretariaat stelt voorbereidende documenten voor de vergaderingen op, en voert de taken uit die haar door de Raad of het Bureau worden toevertrouwd.

Bij bijzondere delegatie van de voorzitster/voorzitter, is het secretariaat gemachtigd documenten te tekenen, namelijk oproepbrieven, briefwisseling... HOOFDSTUK II. - Samenstelling en werking van de plenaire assemblee en de raad Samenstelling en aanduiding van de leden

Art. 6.De plenaire assemblee is samengesteld uit 21 effectieve leden en 21 plaatsvervangende leden, aangesteld door de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, inzonderheid: 1) 10 effectieve en 10 plaatsvervangende leden worden in dubbeltal voorgedragen door de Economische en Sociale Raad van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest 2) 1 effectief en plaatsvervangend lid voorgedragen door de Nederlandstalige Vrouwenraad en 1 effectief en plaatsvervangend lid voorgedragen door de Conseil des Femmes Francophones de Belgique;3) 6 effectieve leden en 6 plaatsvervangende leden afkomstig uit relevante middenveldorganisaties op voorstel van de minister of staatssecretaris bevoegd voor Gelijke Kansen.4) 3 effectieve leden en 3 plaatsvervangende leden afkomstig uit academische instellingen op voorstel van de minister of staatssecretaris bevoegd voor Gelijke Kansen. De leden van de plenaire assemblee zijn gemandateerd door de verenigingen die zij vertegenwoordigen.

Voor elk effectief lid wordt een plaatsvervangend lid aangeduid.

Een plaatsvervangend lid mag slechts zetelen bij afwezigheid van het effectief lid dat zij/hij vervangt.

De plaatsvervangende leden beschikken over dezelfde documenten aangaande de vergaderingen van de Raad als de effectieve leden. Deze documenten worden hen tegelijkertijd overhandigd als aan de effectieve leden.

Duur van het mandaat, aanduiding en vernieuwing van de leden

Art. 7.De duur van het mandaat is bepaald op 4 jaar. Bij het aflopen van het mandaat, wordt het mandaat van de leden van de plenaire assemblee integraal vernieuwd.

Ontslag

Art. 8.Elk lid kan ontslag nemen, volgens de hier beschreven procedure: 1. Ofwel deelt het lid zijn/haar ontslag per aangetekende brief mee aan de Voorzitster/ter van de Raad en brengt hij/zij de organisatie die hem/haar mandateerde hiervan op de hoogte.2. Ofwel laat de organisatie per aangetekende brief weten aan de Voorzitster/ter dat het mandaat van een voorgedragen lid ingetrokken wordt. Het lid houdt op te zetelen vanaf de ontvangst van de aangetekende brief door de Voorzitster/ter.

In geval van ontslag, dient de organisatie zonder verwijl een voorstel ter vervanging in bij de bevoegde Minister of Staatssecretaris, overeenkomstig artikel 5 van het besluit van 19 juli 2012.

Een lid wordt daarenboven verondersteld ontslagnemend te zijn bij beslissing van de Raad, wanneer het: - Ongerechtvaardigd afwezig geweest is tijdens drie opeenvolgende vergaderingen waarvoor het regelmatig werd opgeroepen en zich niet heeft laten vervangen door zijn plaatsvervanger; - Afwezig geweest is op meer dan de helft van de gehouden vergaderingen tijdens de laatste 12 maanden waarvoor het regelmatig werd opgeroepen; - Het vertrouwelijk karakter van de beraadslagingen of de documenten niet respecteert, indien een vertrouwelijk karakter erkend is overeenkomstig de bepalingen van wettelijke of reglementaire aard, deze van dit reglement inbegrepen. - Vijandigheid aan de dag legt of lid is van een organisatie of vereniging die vijandigheid toont ten aanzien van de principes van de democratie zoals opgenomen in het Verdrag ter bescherming van de Rechten van de Mens en de Fundamentele vrijheden, door de Grondwet, de wet van 30 juli 1981Relevante gevonden documenten type wet prom. 30/07/1981 pub. 20/05/2009 numac 2009000343 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot bestraffing van bepaalde door racisme of xenofobie ingegeven daden. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten tot bestraffing van bepaalde door racisme of xenofobie ingegeven daden of de wet van 23 maart 1995 tot bestraffing van het ontkennen, minimaliseren, rechtvaardigen of goedkeuren van de genocide die tijdens de tweede wereldoorlog door het Duitse nationaalsocialistische regime is gepleegd. - bij de uitvoering van zijn opdrachten binnen de Raad iemand discrimineert op grond van geslacht, leeftijd, seksuele geaardheid, burgerlijke staat, geboorte, vermogen, geloof of levensbeschouwing, politieke overtuiging, taal, gezondheidstoestand, handicap, fysieke of genetische eigenschappen, sociale positie, nationaliteit, zogenaamd ras, huidskleur, afkomst, nationale of etnische afstamming of syndicale overtuiging.

Aanwezigheidsquorum binnen de Raad

Art. 9.Er kan slechts geldig beraadslaagd worden mits de helft van de effectieve of geldig vertegenwoordigde leden aanwezig is. De afwezigheid van een quorum belet iedere beraadslaging, maar legt de werkzaamheden van de Raad niet stil.

Indien het aanwezigheidsquorum niet bereikt wordt, kan een nieuwe vergadering bijeengeroepen worden binnen een korte termijn, en dit minstens 24 uur na de vergadering waarin het quorum niet werd bereikt, om te beraadslagen over dezelfde agenda. Bij gemotiveerde hoogdringendheid kan deze termijn ingekort worden. Bij een wederoproeping kan er geldig beraadslaagd worden ongeacht het aantal aanwezigen.

Stemmenquorum binnen de Raad

Art. 10.Elk effectief lid heeft één stem. In geval van afwezigheid van het effectief lid, beschikt diens plaatsvervanger over diens stem.

Om geldig te stemmen moet de helft van de leden of de geldig vertegenwoordigde leden aanwezig zijn.

Bij gelijkheid van stemmen, is de stem van de voorzitster/ter doorslaggevend.

Voor het berekenen van de meerderheid, wordt geen rekening gehouden met de onthoudingen.

De stemming gebeurt bij handopsteking, uitgezonderd indien de meerderheid van de aanwezige leden om een geheime stemming verzoekt.

Niettemin gebeuren alle stemmingen over personen bij geheime stemming.

Deelname van externe experten

Art. 11.De vergaderingen van de Raad zijn niet publiek. Niettemin kan er bij de uitoefening van zijn opdrachten beroep gedaan worden op externe experten.

Zij worden in functie van de agenda uitgenodigd op initiatief van de Raad, het Bureau of de Voorzitster/ter.

Adviezen en aanbevelingen van de Raad Art. 12.

Vorm De adviezen en aanbevelingen die aangenomen worden door de Raad worden geformuleerd onder de vorm van samenvattingen met de verschillende zienswijzen zoals ze werden aangevoerd binnen de Raad. De opmerkingen van de minderheid worden erin vermeld.

Procedure De Raad brengt bij voorrang advies uit over maatregelen van reglementaire aard die een impact hebben op de gelijkheid tussen vrouwen en mannen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

De Raad verstrekt adviezen op eigen initiatief, of op verzoek van een lid van de Brusselse Gewestregering voor zover dit verzoek binnen diens bevoegdheden valt, of van een commissie van het Brussels Hoofdstedelijk Parlement of van de Economische en Sociale Raad van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

Wanneer een advies wordt gevraagd, verschaft de Raad dat advies binnen de twee maanden. Op gemotiveerd verzoek kan deze termijn tot 1 maand ingekort worden;

Wanneer de Raad een advies opmaakt van een voorontwerp van ordonnantie of van verordenend besluit op vraag van een lid van de regering, kan hij deze uitnodigen om toelichtingen te geven bij de desbetreffende teksten indien nodig.

Verspreiding en openbaarheid De Raad maakt al zijn adviezen en aanbevelingen over aan de aanvrager, alsook aan de minister of staatssecretaris bevoegd voor Gelijke Kansen, aan de collegevoorzitter van de Vlaamse Gemeenschapscommissie en aan de Minister-president van de Franse Gemeenschapscommissie.

De Raad kan de adviezen en verslagen, uitgebracht op eigen initiatief, verspreiden en openbaar maken, welke ook de bestemmelingen ervan zijn.

De Raad kan de adviezen die werden aangevraagd, enkel openbaar maken mits het akkoord van de aanvrager. De aanvrager wordt verondersteld akkoord te gaan met de openbaarmaking indien hij binnen de 20 werkdagen na toezending van het advies hiertegen geen bezwaar heeft aangetekend. HOOFDSTUK III. - Samenstelling en werking van het bureau Samenstelling en voorzitterschap

Art. 13.Het bureau is samengesteld uit effectieve leden van de Raad die door de Raad verkozen worden. Het bureau bestaat uit minstens 5 en maximum 9 leden.

De voorzitster/voorzitter en ondervoorzitsters/ ondervoorzitters van de Raad zijn van rechtswege leden van dit bureau. Het voorzitterschap wordt uitgeoefend door de Voorzitter van de Raad.

De duur van het mandaat is bepaald op 4 jaar.

De vernieuwing van het mandaat van de leden van het bureau gebeurt integraal.

Opdrachten

Art. 14.Het bureau staat in voor de voorbereiding en de opvolging van de vergaderingen van de Raad en voert de opdrachten uit die hem worden toevertrouwd door de Raad. Het Bureau is onder andere bevoegd, zonder dat deze lijst exhaustief is, voor: 1. het ontvangen van de adviezen en aanbevelingen afkomstig van de werkgroepen die opgericht worden door de Raad;2. het voorstellen van de oprichting van werkgroepen en de aanduiding van deze werkgroepen;3. het zich uitspreken over de voorstellen om leden van de Raad of het Bureau of het secretariaat op zending uit te sturen in België of in het buitenland. Informatie voor de plenaire assemblee

Art. 15.De verslagen van de vergaderingen van het bureau worden overgemaakt aan de plenaire assemblee. HOOFDSTUK IV. - Gemeenschappelijke bepalingen voor de raad en het bureau Frequentie van de vergaderingen

Art. 16.De Raad vergadert tussen 6 en 8 maal per jaar. Het Bureau vergadert in functie van de noden.

De Raad en het Bureau vergaderen daarenboven telkens de Voorzitster/ter of het Bureau het noodzakelijk achten of op vraag van minimum 5 leden.

Oproepingsbrieven

Art. 17.De oproepingsbrieven worden opgesteld door het secretariaat.

Zij vermelden datum, uur en plaats van de vergaderingen en de agendeerde punten.

De oproepingsbrief en de bijhorende documenten worden minstens 10 kalenderdagen voor de datum van de zitting verzonden naar de effectieve en plaatsvervangende leden per gewone briefwisseling of per elektronische post.

Agenda

Art. 18.De Raad/het Bureau bepaalt de agenda van de vergadering, op voorstel van de Voorzitster/ter. In functie van de actualiteit mogen de Voorzitster/ter en het secretariaat andere punten toevoegen.

De agenda bevat een punt "Varia" waarin korte mededelingen gedaan mogen worden.

Elk aanvraag afkomstig van minstens 5 leden die schriftelijk overhandigd wordt aan de Voorzitster/ter voor de vergadering, moet geagendeerd worden op deze vergadering, op voorwaarde dat de aanvraag ten laatste 10 kalenderdagen voor de datum van de bedoelde vergadering werd ingediend Alleen onderwerpen die geagendeerd zijn worden besproken, uitgezonderd mits akkoord van alle aanwezige leden.

Niettemin kan de Raad, bij gemotiveerde dringendheid, erkend door ministens 5 effectieve of geldig vertegenwoordigde leden, beslissen te debatteren over elk onderwerp dat niet is geagendeerd en de nodige beslissingen nemen.

Indien nodig mogen punten die niet geagendeerd zijn, aangebracht worden in het punt "Varia", zonder dat er evenwel beslissingen kunnen genomen worden dienaangaande.

De beraadslaging of de stemming over een geagendeerd punt mag worden overgedragen naar een latere zitting.

Aanwezigheidslijst

Art. 19.Voor elke vergadering van het Bureau of de Raad wordt een aanwezigheidslijst opgesteld. De leden van het Bureau en de leden van de Raad ondertekenen deze lijst. Deze wordt aan de notulen toegevoegd.

Verhindering van een effectief lid

Art. 20.Een effectief lid dat verhinderd is om een vergadering bij te wonen, informeert haar/zijn plaatsvervanger(ster). Deze laatste vervangt het effectief lid met alle eigenschappen die verbonden zijn aan het mandaat, met uitzondering van de functies die in het Bureau worden uitgeoefend. Het verhinderd effectief lid brengt eveneens de voorzitster/ter schriftelijk op de hoogte. HOOFDSTUK V. - Werkgroepen Samenstelling en werking

Art. 21.De Raad kan binnen zijn schoot werkgroepen oprichten, op voorstel van het Bureau.

De leden van de werkgroep worden door de Raad aangeduid in functie van hun competenties en hun belangstelling voor het behandelde onderwerp.

Zij moeten geen lid zijn van de Raad.

Elk lid van de Raad mag de vergaderingen van een werkgroep bijwonen, zelfs als zij/hij er geen deel van uitmaakt.

De Raad duidt in haar midden de voorzitster/ter aan van de werkgroep, die de werkgroep bijeenroept.

De Voorzitster/ter van de werkgroep rapporteert over diens werkzaamheden aan de Raad.

Het secretariaat woont de vergadering van de werkgroepen bij en ondersteunt hun werking.

Het secretariaat staat in voor het beknopt verslag bij wijze van synthese, d.w.z. hoofdzakelijk de genomen beslissing. De goedgekeurde beknopte verslagen doen dienst als interne informatie voor de Raad en worden ter beschikking gesteld van de leden van de plenaire vergadering. HOOFDSTUK VI. - Slotbepalingen Vertrouwelijkheid

Art. 22.De documenten van de Raad, het Bureau en de werkgroepen zijn voor intern gebruik en vertrouwelijk, zonder afbreuk te doen aan de bepalingen van artikel 13.

Belangenconflict

Art. 23.Het is elk lid verboden te beraadslagen over aangelegenheden waar hij een direct of indirect belang bij heeft, hetzij patrimoniaal hetzij persoonlijk. Het feit de belangen van de entiteit te verdedigen die het lid heeft voorgesteld of aangeduid binnen de organisatie, wordt niet als een persoonlijk of direct belang beschouwd.

Elk lid dat een belangenconflict zou zien ontstaan voorvloeiend uit zijn hoedanigheid of de uitoefening van zijn opdracht binnen de Raad is gehouden de voorzitster/ter hierover in te lichten. Deze laatste kan het lid verzoeken zich te onthouden bij de beraadslaging.

Uitsluiting van leden

Art. 24.Een mandaat als lid van de Raad is niet verenigbaar met een gemeentelijk, provinciaal, gewestelijk of federaal kiesmandaat of lid zijn van een ministerieel kabinet.

Niemand kan worden aangeduid als lid, indien hij veroordeeld werd of lid is van een organisatie of vereniging die veroordeeld werd, door een vonnis of arrest die in kracht van gewijsde is gegaan, voor het niet-respecteren van de principes van de democratie, zoals opgenomen in het Verdrag ter bescherming van de Rechten van de Mens en de Fundamentele vrijheden, door de Grondwet, door de wet van 30 juli 1981Relevante gevonden documenten type wet prom. 30/07/1981 pub. 20/05/2009 numac 2009000343 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot bestraffing van bepaalde door racisme of xenofobie ingegeven daden. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten tot bestraffing van bepaalde door racisme en xenofobie ingegeven daden of de wet van 23 maart 1995 tot bestraffing van het ontkennen, minimaliseren, rechtvaardigen of goedkeuren van de genocide die tijdens de tweede wereldoorlog door het Duitse nationaalsocialistische regime is gepleegd.

Wijziging van het huishoudelijk reglement

Art. 25.Huidig huishoudelijk reglement werd opgesteld door de Raad.

Het kan gewijzigd worden wanneer dit nodig lijkt voor een betere werking van de Raad. Op vraag van een lid wordt het punt geagendeerd op de eerstvolgende vergadering.

De wijziging moet goedgekeurd worden door de Brusselse Hoofdstedelijke Regering.

Werkingsjaar

Art. 26.Het werkingsjaar van de Raad loopt van 27 mei 2013 tot 27 mei 2017.

^