17 DECEMBER 2009. - Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering houdende goedkeuring van de beslissing van de gemeente Ukkel tot gedeeltelijke opheffing van het bijzonder bestemmingsplan nr. 46bis « Put van Kalevoet », goedgekeurd bij besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 17 oktober 1996

De Brusselse Hoofdstedelijke Regering, Gelet op het Brussels Wetboek van de Ruimtelijke Ordening, voornamelijk op de artikelen 58 tot 61;

Gelet op het gewestelijk bestemmingsplan, goedgekeurd bij besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 3 mei 2001;

Gelet op het gewestelijk ontwikkelingsplan, goedgekeurd bij besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 12 september 2002;

Gelet op het bijzonder bestemmingsplan nr. 46bis « Put van Kalevoet », goedgekeurd bij besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 17oktober 1996;

Gelet op het overleg van de gemeenteraad van 26 juni 2008, waarbij de gemeente Ukkel het ontwerp goedkeurt voor de gedeeltelijke opheffing van het bijzonder bestemmingsplan nr. 46bis « Put van Kalevoet »;

Gelet op het verslag gevoegd bij dit ontwerp dat de gedeeltelijke opheffing rechtvaardigt van het bijzonder bestemmingsplan in plaats van de wijziging ervan;

Gelet op het advies van de overlegcommissie, uitgebracht tijdens de zitting van 18 februari 2009;

Gelet op het overleg van de gemeenteraad van 5 maart 2009, waarbij de gemeente Ukkel beslist tot de wijziging van het ontwerpbesluit tot gedeeltelijke opheffing van het bijzonder bestemmingsplan nr. 46bis « Put van Kalevoet »;

Gelet op het advies van de overlegcommissie, uitgebracht tijdens de zitting van 10 juni 2009;

Gelet op het overleg van de gemeenteraad van 25 juni 2009, waarbij de gemeente Ukkel de beslissing tot gedeeltelijke opheffing van het bijzonder bestemmingsplan nr. 46bis « Put van Kalevoet » definitief goedkeurt;

Overwegende dat uit het dossier gevoegd, bij dit overleg, volgt dat de formaliteiten bepaald door de artikelen 59 en 60 van het Brussels wetboek van ruimtelijke ordening, werden vervuld;

Overwegende dat de ontwikkeling van een geheel van handelszaken met als enige woningen die welke bij de handelszaken horen, achterhaald is om volgende redenen : - de recente aanleg van de terminus van lijn 51 van de MIVB op het terrein en, om technische redenen, in een verschillende configuratie dan die welke op het van kracht zijnde bijzonder bestemmingsplan voorkomt, bevindt zich op een inspringstrook en gedeeltelijk in aedificandi-zone van het gebied 7A van het bijzonder bestemmingsplan, - de doorgang van de tram op deze plek belemmert de zichtbaarheid van de uitstalramen, - hij belet een veilige bereikbaarheid van de uitstalramen voor voetgangers en zou hen verplichten om meermaals de sporen over te steken om bij de winkels te geraken;

Overwegende dat de plek zich leent tot de uitbouw van woningen, wat de hoofdbestemming is van het gebied in het gewestelijk bestemmingsplan, en dat het type woningen dat het gewestelijk bestemmingsplan toestaat, dient te worden uitgebreid met andere types van woningen dat woningen die strikt met handelszaken verbonden zijn;

Overwegende dat het de mogelijkheid biedt om de omgeving van de eerste huizen in de Linkebeekstraat (met hun achtergevel aan de steenweg) aanzienlijk te verbeteren omdat de inplanting van een bebouwing tussen hun tuinen en de steenweg de goede ruimtelijke ordening naleeft en een alternatief vormt voor de niet-uitgevoerde aanleg die werd voorzien in het bijzonder bestemmingsplan;

Overwegende dat de beslissing tot opheffing geen afbreuk vormt van de bepalingen van het bijzonder bestemmingsplan met betrekking tot de kapel van Onze-Lieve-Vrouw van Troost;

Overwegende dat de gedeeltelijke opheffing van het bijzonder bestemmingsplan verantwoord is in plaats van de wijziging ervan;

Overwegende dat bij gebrek aan een bijzonder bestemmingsplan de eventuele problemen inzake bestemming zullen geregeld worden door de bepalingen van de hogere plannen en dat deze inzake ligging, afmetingen en esthetiek moeten beantwoorden aan de voorschriften van de gewestelijke en gemeentelijke steden-bouwkundige verordeningen, evenals aan de goede plaatselijke aanleg;

Overwegende dat de gemeente Ukkel best een nieuw rooiplan zou opstellen voor de Alsembergsesteenweg en het kruispunt met de Linkebeekstraat;

Op voorstel van de Minister-Voorzitter van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, bevoegd voor Plaatselijke Besturen, Ruimtelijke Ordening, Monumenten en Landschappen, Openbare Netheid en Ontwikkelingssamenwerking;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.Wordt goedgekeurd de beslissing van de gemeente Ukkel tot gedeeltelijke opheffing van het bijzonder bestemmingsplan nr. 46bis « Put van Kalevoet », goedgekeurd bij besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 17 oktober 1996.

Art. 2.Deze gedeeltelijke opheffing heeft betrekking op de percelen, gekend ten kadaster afdeling F 92K, 93E, 94D, 95K, 96Z (partim), 96y (partim) en 96A2, gelegen aan de Alsembergsesteenweg.

Art. 3.De Minister die bevoegd is voor Ruimtelijke Ordening, wordt belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 17 december 2009.

Voor de Brusselse Hoofdstedelijke Regering : De Minister-Voorzitter van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering bevoegd voor Plaatselijke Besturen, Ruimtelijke Ordening, Monumenten en Landschappen, Openbare Netheid en Ontwikkelingssamenwerking, Ch. PICQUE