Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 17 januari 2008
gepubliceerd op 15 februari 2008

Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot wijziging van het besluit van 18 juli 2002 houdende de uitvoering van de ordonnantie betreffende de aanmoediging en de financiering van het wetenschappelijk onderzoek en de technologische innovatie

bron
ministerie van het brussels hoofdstedelijk gewest
numac
2008031060
pub.
15/02/2008
prom.
17/01/2008
ELI
eli/besluit/2008/01/17/2008031060/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

17 JANUARI 2008. - Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot wijziging van het besluit van 18 juli 2002 houdende de uitvoering van de ordonnantie betreffende de aanmoediging en de financiering van het wetenschappelijk onderzoek en de technologische innovatie


De Brusselse Hoofdstedelijke Regering, Gelet op de ordonnantie van 21 februari 2002 betreffende de aanmoediging en de financiering van het wetenschappelijk onderzoek en de innovatie, inzonderheid op artikel 12;

Gelet op het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 18 juli 2002 houdende de uitvoering van de ordonnantie betreffende de aanmoediging en de financiering van het wetenschappelijk onderzoek en de technologische innovatie, inzonderheid de artikelen 6 en 8;

Gelet op het akkoord van de Minister van Begroting van 6 april 2007;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 23 maart 2007;

Gelet op advies 43.815/1 van de Raad van State, gegeven op 13 december 2007 in toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op voorstel van de Minister bevoegd voor Wetenschappelijk Onderzoek;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.Artikel 2 van het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 18 juli 2002 houdende de uitvoering van de ordonnantie betreffende de aanmoediging en de financiering van het wetenschappelijk onderzoek en de technologische innovatie wordt als volgt aangevuld : « 7° microproject : het O&O-project, zoals omschreven door de ordonnantie, waarvan de tijdsduur tussen drie en negen maanden ligt, en dat uitgaat van een K.M.O. ».

Art. 2.Artikel 6 van het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 18 juli 2002 houdende uitvoering van de ordonnantie betreffende de aanmoediging en de financiering van het wetenschappelijk onderzoek en de technologische innovatie wordt vervangen door de volgende bepaling : «

Art. 6.§ 1. De aanvragen voor een tegemoetkoming van het Gewest, in toepassing van dit besluit, worden ingediend bij de dienst O&O. Hiervoor organiseert de dienst O&O tweemaal per jaar een oproep tot projecten waarbij hij de ondernemingen met activiteiten op het grondgebied van het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad uitnodigt hun aanvragen voor een tegemoetkoming voor hun O&O-projecten in te dienen. § 2. Op elk moment van het jaar kunnen evenwel aanvragen voor een tegemoetkoming worden ingediend : 1° voor O&O-projecten die uitgaan van ZKO's en waarvan het budget de euro 300.000 niet overschrijdt; 2° voor technische haalbaarheidsstudies voorafgaand aan de lancering van een van een K.M.O. uitgaand O&O-project binnen de in artikel 4, § 1, van onderhavig besluit gepreciseerde limieten; 3° voor het depot en de instandhouding van octrooien voortgekomen uit de resultaten bekomen in het kader van een O&O-project dat een tegemoetkoming van de Regering genoten heeft in toepassing van de ordonnantie, binnen de in artikel 4, § 2, van onderhavig besluit gepreciseerde limieten;4° voor microprojecten. § 3. De aanvragen dienen het geheel van de inlichtingen te bevatten, gepreciseerd in een aanvraagformulier, waarvan de vorm en de inhoud voorzien worden door de Brusselse Hoofdstedelijke Regering.

Dit formulier wordt bezorgd op gewoon verzoek van de geïnteresseerde ondernemingen ».

Art. 3.Artikel 8 van het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 18 juli 2002 houdende uitvoering van de ordonnantie betreffende de aanmoediging en de financiering van het wetenschappelijk onderzoek en de technologische innovatie wordt vervangen door de volgende bepaling : «

Art. 8.§ 1. De dienst O&O evalueert de aanvragen op basis van de criteria vastgelegd in artikel 3 van onderhavig besluit. Hij kan in dit verband een beroep doen op de medewerking van externe onafhankelijke deskundigen. In dat geval brengt hij de aanvrager hiervan op de hoogte. § 2. De dienst O&O brengt verslag uit bij de Regering over de resultaten van zijn evaluatie binnen een termijn die loopt vanaf de in artikel 7, derde lid, voorziene informatie en die niet meer bedraagt dan : 1° 25 werkdagen voor de microprojecten, de technische haalbaarheidsstudies voorafgaand aan de lancering van een O&O-project, het depot en de instandhouding van octrooien voortgekomen uit de resultaten van O&O-projecten;2° 50 werkdagen voor de O&O-projecten die uitgaan van ZKO's;3° 80 werkdagen voor de O&O-projecten die uitgaan van andere aanvragers. § 3. De Regering neemt haar beslissing binnen een termijn die niet meer bedraagt dan : 1° 5 werkdagen voor de aanvragen voor een tegemoetkoming betreffende microprojecten, technische haalbaarheidsstudies voorafgaand aan de lancering van een O&O-project, depot en instandhouding van octrooien voortgekomen uit de resultaten van O&O-projecten;2° 10 werkdagen voor de aanvragen voor een tegemoetkoming betreffende O&O-projecten. Voormelde termijnen lopen vanaf de ontvangst van het in § 2 bedoeld verslag door de diensten van de Minister die bevoegd is voor het Wetenschappelijk Onderzoek.

De Regering geeft onverwijld kennis van haar beslissing aan de aanvrager. § 4. De toekenning van de financiële tegemoetkoming wordt afhankelijk gesteld van het afsluiten van de overeenkomst bedoeld in artikel 13 van de ordonnantie. »

Art. 4.Onderhavig besluit treedt in werking op de dag van zijn bekendmaking in het Belgisch Staatsblad.

Art. 5.De Minister bevoegd voor Wetenschappelijk Onderzoek wordt belast met de uitvoering van onderhavig besluit.

Brussel, 17 januari 2008.

Voor de Brusselse Hoofdstedelijke Regering : De Minister-Voorzitter van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Plaatselijke Besturen, Ruimtelijke Ordening, Monumenten en Landschappen, Stadsvernieuwing, Huisvesting, Openbare Netheid en Ontwikkelingssamenwerking, Ch. PICQUE De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Tewerkstelling, Economie, Wetenschappelijk Onderzoek, Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp, B. CEREXHE

^