Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 26 september 2002
gepubliceerd op 26 november 2002

Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot wijziging van het besluit van 2 april 1998 tot vaststelling van de personeelsformatie van het Ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest

bron
ministerie van het brussels hoofdstedelijk gewest
numac
2002031561
pub.
26/11/2002
prom.
26/09/2002
ELI
eli/besluit/2002/09/26/2002031561/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

26 SEPTEMBER 2002. - Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot wijziging van het besluit van 2 april 1998 tot vaststelling van de personeelsformatie van het Ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest


De Brusselse Hoofdstedelijke Regering, Gelet op de bijzondere wet van 12 januari 1989 met betrekking tot de Brusselse instellingen, inzonderheid op het artikel 40;

Gelet op besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 6 mei 1999 houdende het administratief statuut en de bezoldigingsregeling van de ambtenaren van het Ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, inzonderheid op het artikel 8;

Gelet op het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 2 april 1998 tot vaststelling van de personeelsformatie van het Ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest;

Gelet op het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 27 april 2000 tot wijziging van het besluit van 2 april 1998 tot vaststelling van de personeelsformatie van het Ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest;

Gelet op volgende formaliteiten waaraan voormeld besluit voorafgaandelijk werd onderworpen : de voorstellen van de Directieraad; het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 14 februari 2000; het akkoord van de Minister bevoegd voor Begroting, gegeven op 1 maart 2000; het met redenen omkleed advies van het Basisoverlegcomité van het Ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest van 14 maart 2000;

Overwegende dat het bovenvermeld besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 27 april 2000 behalve de handtekening van de leden van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, de handtekening van de Staatssecretaris belast met Ambtenarenzaken draagt, terwijl volgens de jurisprudentie van de Raad van State het besluit enkel door de leden van de Regering kon worden voorgedragen en getekend en niet door een Staatssecretaris zoals in casu;

Overwegende dat, dientengevolge, voormeld besluit het risico loopt een vormfout te bevatten en het dient te worden ingetrokken gezien het risico tot nietigverklaring van alle feitelijke en rechtsbepalingen genomen op basis ervan;

Overwegende, voorts, dat het noodzakelijk is voormeld besluit te herstellen en de bepalingen die het bevat opnieuw uit te vaardigen met uitwerking vanaf de dag van de aanvankelijke inwerkingtreding ervan;

Overwegende dat de nieuwe personeelsformatie van het ministerie inderdaad van 1 157 betrekkingen is opgelopen tot 1 178 betrekkingen naar aanleiding van de wijzigingen bepaald in genoemd besluit;

Overwegende dat deze bijkomende betrekkingen worden ingenomen door ambtenaren van het ministerie;

Overwegende dat het opnieuw uitvaardigen met terugwerkende kracht van de ingetrokken bepalingen er aldus toe strekt de continuïteit, de doeltreffendheid en de goede werking van de diensten gepresteerd door de ambtenaren van het ministerie veilig te stellen;

Overwegende dat, zodoende, de vereisten betreffende de rechtszekerheid en de individuele rechten voortvloeiend uit de toepassing van de nieuwe personeelsformatie van het ministerie zullen worden geëerbiedigd;

Gelet op de beslissing van de Regering tot verzoek om advies door de Raad van State binnen een termijn van ten hoogste één maand;

Gelet op het advies van de Raad van State 33.938/2/V gegeven op 28 augustus 2002, met toepassing van artikel 84, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op voordracht van de Minister van Openbaar Ambt;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.In het artikel 1 van het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 2 april 1998 tot vaststelling van de personeelsformatie van het Ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, wordt het aantal betrekkingen in de volgende graden gewijzigd : 1° Niveau A : a) A2 Eerste attaché : het aantal "65" wordt door het aantal "67" vervangen;b) A1 Attaché : het aantal "269" wordt door het aantal "275" vervangen;c) Totaal niveau A : het aantal "473" wordt door het aantal "481" vervangen.2° Niveau B : a) B2 Eerste assistent : het aantal "24" wordt door het aantal "25" vervangen;b) B1 Assistent : het aantal "132" wordt door het aantal "136" vervangen;c) Totaal niveau B : het aantal "156" wordt door het aantal "161" vervangen.3° Niveau C : a) C2 Eerste adjunct : het aantal "48" wordt door het aantal "49" vervangen;b) C1 Adjunct : het aantal "272" wordt door het aantal "275" vervangen;c) Totaal niveau C : het aantal "320 wordt door het aantal "324" vervangen.4° Niveau D : a) D2 Eerste klerk : het aantal "16" wordt door het aantal "17" vervangen;b) D1 Klerk : het aantal "87" wordt door het aantal "89" vervangen;c) Totaal niveau D : het aantal "103" wordt door het aantal "106" vervangen.5° Niveau E : a) E1 Beambte : het aantal "89" wordt door het aantal "90" vervangen;b) Totaal niveau E : het aantal "105" wordt door het aantal "106" vervangen.6° Totaal : het aantal "1 157" wordt door het aantal "1 178" vervangen.

Art. 2.Het artikel 2 van hetzelfde besluit wordt door de volgende bepaling vervangen : «

Art. 2.De 67 betrekkingen van Eerste attaché zijn als volgt verdeeld : - 26 kaderbetrekkingen; - 29 expertbetrekkingen; - 12 expertbetrekkingen van hoog niveau. »

Art. 3.In het artikel 3 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht : 2° het aantal "106" vermeld na de woorden "Bestuur van Economie en Werkgelegenheid" door het aantal "127" vervangen.

Art. 4.Het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 27 april 2000 tot wijziging van het besluit van 2 april 1998 tot vaststelling van de personeelsformatie van het Ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest wordt ingetrokken.

Art. 5.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 juli 1999.

Art. 6.De Minister van Openbaar Ambt is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 26 september 2002.

Voor de Brusselse Hoofdstedelijke Regering : De Minister-Voorzitter van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Plaatselijke Besturen, Ruimtelijke Ordening, Monumenten en Landschappen, Stadsvernieuwing en Wetenschappelijk Onderzoek, F.-X. de DONNEA De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Financiën, Begroting, Openbaar Ambt en Externe Betrekkingen, G. VANHENGEL

^