Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 11 december 1997
gepubliceerd op 04 februari 1998

Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering betreffende de toekenning van toelagen voor stadsvernieuwing van de Gewestelijke Ontwikkelingsmaatschappij van het arrondissement Brussel-Hoofdstad

bron
ministerie van het brussels hoofdstedelijk gewest
numac
1997031539
pub.
04/02/1998
prom.
11/12/1997
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

11 DECEMBER 1997. Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering betreffende de toekenning van toelagen voor stadsvernieuwing van de Gewestelijke Ontwikkelingsmaatschappij van het arrondissement Brussel-Hoofdstad


De Brusselse Hoofdstedelijke Regering, Gelet op de ordonnantie van 5 december 1996 houdende de uitgavenbegroting van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest voor het begrotingsjaar 1997, inzonderheid op artikel 13;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 7 juli 1997;

Gelet op het akkoord van de minister van Begroting;

Op voorstel van de minister van Stadsvernieuwing, Besluit : HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen

Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : 1. G.O.M.B. : de Gewestelijke Ontwikkelingsmaatschappij van het arrondissement Brussel-Hoofdstad; 2. De Regering : de Brusselse Hoofdstedelijke Regering;3. De Minister : de minister onder wiens bevoegdheid stadsvernieuwing valt.4. Per vierkante meter woonruimte : de m2 berekend vanaf de as van de muren van de gemeenschappelijke gedeelten tot de onbeklede buitenkant van de geveldraagmuur.Wat de bewoonbare zolderkamers betreft, wordt enkel rekening gehouden met dit gedeelte van de oppervlakte waarvan de hoogte berekend wordt vanaf de onderste kant van de plankenvloer tot het dak hoger dan een meter.

Art. 2.Binnen de grenzen van de kredieten die hiervoor in de Gewestbegroting worden voorzien en krachtens de voorwaarden en toepassingswijze die in dit besluit worden vastgelegd, is de Regering ertoe gemachtigd toelagen aan de GOMB toe te kennen om haar stadsvernieuwingsopdracht te kunnen volbrengen, meer bepaald door het verschaffen van woningen met het oog op hetzij, de verkoop van die woningen tegen een prijs die niet hoger dan 35 000 BEF/netto bewoonbare m2 is hetzij, als tweede instantie met het oog op de verhuring ervan tegen een prijs (lasten niet inbegrepen) die jaarlijks niet hoger dan 6,5 % mag zijn op basis van de gesubsidieerde verkoopprijs van desbetreffende woning, evenwel met aanpassing aan de index.

De woningen dienen te worden verschaft op plaatsen waar duidelijk te weinig in woningen wordt geïnvesteerd, en waar tegelijk hetzij een aanzienlijke verloedering van het bebouwd bestand is aangetreden ofwel er onbebouwde terreinen liggen die herkaveld of bouwrijp moeten worden gemaakt.

De woningen dienen bij voorkeur te worden verschaft binnen de ruimte voor versterkte ontwikkeling van de huisvesting zoals vastgelegd door het besluit van de Brusselse Hoofstedelijke Regering van 3 maart 1995 tot vaststelling van het gewestelijk ontwikkelingsplan. HOOFDSTUK II. - Verschaffingsvoorwaarden

Art. 3.Wanneer de GOMB woningen aan een rechtspersoon verkoopt, moet zij van de koper eisen dat hij zich ertoe verbindt de hierna respectievelijk in artikelen 4 en 6 gestelde voorwaarden door haar verwervers of huurders te doen nakomen en dit gedurende een termijn van 10 jaar vanaf de eerste authentieke verkoopakte, ofwel vanaf de voorlopige oplevering van het gebouw in geval van aankoop op plan.

Wanneer de GOMB een woning of woningen aan natuurlijke personen verkoopt, welke verklaren de woning(en) niet zelf te willen betrekken- en bijgevolg niet aan de in artikel 4 gestelde voorwaarden moeten voldoen, dan moet zij van die kopers eisen dat ze er zich gedurende een termijn van 10 jaar vanaf de authentieke verkoopakte toe verbinden deze aan huurders te verhuren die aan de hierboven in artikel 6 gestelde voorwaarden beantwoorden.

Gedurende de termijn van 10 jaar zoals vermeld in 1° en 2°, moet de GOMB van haar medeovereenkomstsluitende partijen de nakoming van de volgende voorwaarden eisen : 1° de kopers mogen de woning(en) niet voor een hogere prijs doorverkopen dan de prijs toegestaan door de GOMB, hetzij 35 000 BEF per m 2, vermeerderd met de samengestelde interesten op de discontovoet van de Nationale Bank, berekend vanaf de datum van de eerste authentieke koopakte tot de nieuwe akte;2° de kopers kunnen van hun huurders geen huurprijs (lasten niet inbegrepen) vragen die op jaarbasis hoger ligt dan 6,5 % aangepast aan de index vanaf de datum van de eerste authentieke koopakte en berekend op de gesubsidieerde verkoopprijs (aktekosten, BTW en registratie inbegrepen) van desbetreffende woning.

Art. 4.Voorwaarden waaraan de verwervers moeten voldoen. § 1. De GOMB wordt ertoe gehouden van de kopers bedoeld bij artikel 3 te eisen dat ze zich ertoe verbinden de woningen uitsluitend aan verwervers te verkopen die op hun erewoord voor waar zullen verklaren dat zij de hierna vermelde voorwaarden integraal zullen vervullen en er de nodige bewijsstukken voor zullen leveren.

De afgifte uiterlijk op de dag van de authentieke akte, van een getuigschrift van de registratie en van een afschrift van het aanslagbiljet die respectievelijk conform zijn de hieropvolgende punten 1°, 2° en 3°, vormt een voorwaarde die bij niet-uitvoering ervan opschorting van de verkoop tot gevolg heeft.

De GOMB mag een woning enkel aan verwervers verkopen die : 1° op het ogenblik van de aankoop in België niet over onroerende goederen beschikken waarvan het niet-geïndexeerde kadastraal inkomen hoger ligt dan 30 000 BEF;2° in België onderworpen zijn aan de personenbelasting;3° geen netto belastbaar inkomen hebben genoten dat hoger ligt dan 1 500 000 BEF, vermeerderd met 140 000 BEF voor de eerste persoon en, met 70 000 BEF voor elke persoon ten laste vanaf de tweede, voor het voorlaatste jaar dat de aankoop voorafgaat;deze bedragen zijn geïndexeerd op grond van de index van de verbruiksprijzen die voor de maand december 1990 is bekendgemaakt; 4° zich ertoe verbinden zich binnen zes maanden na het tekenen van de koopakte in het aangekochte pand te domiciliëren en er gedurende een termijn van 10 jaar na ondertekening van deze akte te verblijven, of dit volgens de modaliteiten die in punt 5° van dit artikel zijn vastgelegd door te verkopen;5° er zich toe verbinden, wanneer hij het pand binnen 10 jaar na de authentieke koopakte doorverkoopt, om hetzij het goed bij voorrang aan de GOMB aan te bieden, welke gedurende 60 werkdagen in de mogelijkheid wordt gesteld om dit te kopen voor een prijs die gelijk is aan de koopprijs vermeerderd met de samengestelde interesten op discontovoet van de Nationale Bank berekend vanaf de datum van de authentieke koopakte tot de authentieke verkoopakte aan de GOMB, hetzij om aan de GOMB een vergoeding terug te storten die overeenstemt met 30 % van de koopprijs. § 2. Gedurende het verloop van de termijn van 10 jaar en in geval van overmacht kunnen de kopers van de GOMB de toelating krijgen om de woning die zij hebben verworven te verhuren vóóraleer de termijn van 10 jaar verstreken is, mits voorafgaande en schriftelijke toestemming van de GOMB en mits nakoming van dezelfde voorwaarden als die welke zijn vastgelegd in artikel 3, derde lid, 2° en 6.

Art. 5.Verkoop van woningen op plan of in aanbouw.

Wanneer de woningen op plan of in aanbouw worden verkocht, dan gaat de termijn zoals vermeld in artikelen 3, 4, 7 en 8 in vanaf de datum van voorlopige oplevering der privatieve gedeelten van desbetreffende woning (overhandiging van de sleutels) en niet vanaf de datum van de eerste authentieke koopakte.

Art. 6.Voorwaarden waaraan de huurders moeten voldoen.

De GOMB wordt ertoe gehouden enkel woningen te verhuren aan huurders die op hun erewoord voor waar zullen verklaren dat zij de hierna gestelde voorwaarden in hun geheel zullen vervullen en er de nodige bewijsstukken van zullen leveren. Zij wordt ertoe gehouden van de in artikel 3 bedoelde kopers de naleving van deze verplichting te eisen.

Mogen een woning huren enkel de huurders die : 1° in België onderworpen zijn aan de personenbelasting;2° voor het voorlaatste jaar dat de huurovereenkomst voorafgaat, geen netto belastbaar inkomen hebben genoten dat hoger ligt dan 1 500 000 BEF, vermeerderd met 140 000 BEF voor de eerste persoon ten laste en met 70 000 BEF voor elke persoon ten laste vanaf de tweede;deze bedragen zijn geïndexeerd op grond van de index van de verbruiksprijzen die voor de maand november 1990 zijn bekendgemaakt; 3° zich ertoe verbinden zich binnen een maand na inwerkingtreding van hun huurovereenkomst op het gehuurde pand te domiciliëren en er te verblijven.

Art. 7.De GOMB zal in haar verkoopakten een clausule moeten invoegen volgens welke de koper, vooraleer de termijn van 10 jaar vanaf de eerste authentieke koopakte verstreken is de GOMB een schadeloosstelling is verschuldigd ten belope van 30 % van de aan de GOMB betaalde prijs indien hij : 1° de woning(en) aan kopers verkoopt die de in artikel 4 gestelde voorwaarden niet vervullen of de woning(en) aan huurders verhuurt die de in artikel 6 gestelde voorwaarden niet vervullen;2° de prijsvoorwaarden voor het verkopen of het huren zoals vastgesteld in artikel 3, derde lid niet nakomt.

Art. 8.Binnen de termijn van 10 jaar vanaf de authentieke koopakte van een woning dienen de in artikel 3, 4, 6 en 7 gestelde voorwaarden naargelang het geval, in de verkoopcontracten, authentieke akten of huurovereenkomsten voor te komen.

Art. 9.Controle op de nakoming van de toegangsvoorwaarden.

De GOMB moet van haar medeovereenkomstsluitende partijen eisen dat zij zich ertoe verbinden de bij contract bepaalde volgende voorwaarden na te komen : § 1. 1° In geval van doorverkoop Iedere koper is verplicht zijn notaris erom te verzoeken de GOMB in kennis te stellen van het voornemen een gesubsidieerde woning te verkopen, wanneer dit zou gebeuren vooraleer de aldus herbepaalde termijn van 10 jaar verstreken is. § 2. 2° Uit hoofde van de koper/bewoner en de huurder De koper/bewoner of de huurder is verplicht, en dit uiterlijk bij de ondertekening van de koopakte, om aan de GOMB een afschrift van zijn aanslagbiljet en een getuigschrift van de registratie over te maken.

De koper/bewoner of de huurder moet aan de GOMB een woonplaatsattest overmaken binnen zes maanden te rekenen vanaf ingang van de voormelde termijn van 10 jaar. Deze verplichting wordt jaar na jaar hernieuwd.

De koper/ bewoner die van de GOMB de toestemming heeft gekregen om zijn woning conform artikel 4, § 2 te verhuren, is verplicht zich te schikken naar de bepalingen zoals vermeld in § 3. § 3. 3° Uit hoofde van de koper/investeerder Voor de dag van ondertekening van de huurovereenkomst dient de koper/investeerder een afschrift van het aanslagbiljet van de huurder op te eisen. Binnen één maand na ondertekening ervan dient hij dit dokument alsook een afschrift van de huurovereenkomst naar de GOMB te versturen.

De koper/ investeerder dient zijn huurder ertoe te verplichten om binnen een maand na ingang van de huurovereenkomst een woonplaatsattest aan de GOMB door te geven. Deze verplichting wordt jaarlijks hernieuwd. De koper/investeerder moet dit elk jaar opnieuw doen namelijk wanneer hij de indexaanpassing van de huurprijs bij de verjaardag van de huurovereenkomst ter kennis geeft.

De koper/ investeerder wordt ervan verwittigd dat de GOMB zich het recht voorbehoudt om rechtstreeks bij de huurders na te gaan of de maximaal toegestane huurprijs wel geëerbiedigd wordt. HOOFDSTUK III. - Het driejarenplan

Art. 10.§ 1. De toegekende toelagen mogen enkel aangewend worden voor projecten waarbij woningen worden verschaft zoals bepaald in een meerjaren-investeringsplan dat aan de minister aan de Regering ter goedkeuring wordt voorgelegd.

Onder "investering" dient te worden verstaan alle operaties die nodig zijn voor de renovatie, de bouw en de verhoogde aantrekkelijkheid en bewoonbaarheid van een stedelijk gebied dat door de Regering wordt afgebakend met de bedoeling dit grotendeels voor bewoning door mensen met een middelgroot inkomen, d.i. conform artikelen 2 tot en met 9 beschikbaar te maken.

De investering bestaat uit drie opeenvolgende stadia : 1° de voorafgaande studies, met name, de studies nodig voor het opmaken van een project waarbij woningen verschaft worden, meer bepaald stedenbouwkundige studies en erkennings-, haalbaarheids-, rendabiliteits, marketing, begeleidings- en omkaderingsstudies;2° de verwervingen, met name de verwervingen en vestiging van zakelijke rechten onder bezwarende titel met betrekking tot bebouwde of onbebouwde terreinen, handelingen om de gebouwen te beschermen, maatregelen die het gebouw in stand houden door het te ondersteunen en te schoren, handelingen tegen parasieten, bescherming tegen de vochtigheid alsook de onroerende voorheffing, de schadeloosstelling voor contractbreuk, de heffingen en verzekeringen en de kapitaaldeelneming in gemengde bedrijven.Deze verwervingen of vestigingen moeten worden voorafgegaan door een raming van de aankoopkosten alsook door een plan van vastgoedrealisatie waarbij de weerslag van de grondprijs wordt bepaald, meer bepaald een grondprijsplafond (verhouding bruto koopprijs van het terrein/m2 met het gebouwde) op grond van de minimale en maximale mogelijkheden van de site, namelijk op grond van het vereiste programma om het project rendabel te maken en van het toegelaten vastgoedprogramma op de site; voor de woningen mag de grondprijs niet hoger liggen dan 5 000 BEF/m2 : de Regering mag door een met bijzondere en wezenlijke redenen omklede beslissing van dit plafond afwijken; 3° de verwezenlijkingen, met name de investeringen die werden uitgevoerd door deelnemingen van de privé sector en die pas worden gedaan nadat de volgende stadia van voorafgaande studies en verwerving of vestiging van zakelijke rechten onder bezwarende titel zijn doorlopen, namelijk : a) de renovatie, het slopen, het bouwen van gebouwen; b) de aanleg van de aan de gebouwen aangrenzende openbare ruimte en de werken die hier technisch mee verbonden zijn ( parkeerterreinen, stoepen, riolering, leidingen, vloerbedekking,...); c) collectieve voorzieningen waarbij de aantrekkelijkheid en de bewoonbaarheid wordt verhoogd voor zover deze voorzieningen niet betoelaagd worden door een andere wettelijke of verordenende bepaling;d) de studies, de bodemmonstering, de verscheidene erkenningen vereist voor de voormelde werken;e) de omkadering, de maatschappelijke begeleiding en de promotiekosten, inclusief de voorlichting en de bewustmaking van de inwoners over de renovatie van hun goederen en over de openbare hulpverlening terzake binnen de perimeter van optreden van de GOMB, voor zover deze kosten niet door de werkingsbegroting van de GOMB worden gedragen. § 2. Het meerjareninvesteringsplan moet de begrotingsevenwicht kunnen waarborgen van de projecten naargelang de toegekende toelagen en de hieruit voortvloeiende ontvangsten.

Dit meerjarenplan bepaalt : 1° de woningprojecten waarvan de bouw aangevat moet worden binnen drie jaar na goedkeuring ervan;de Regering kan deze termijn verlengen doch zonder vijf jaar te overschrijden; 2° de rechtsmiddelen ter beschikking gesteld voor elk project met inbegrip in geval van onteigening, van het voorstellen van een vervangingswoning aan de bewoners de wijze van partnerschap met de privé sector wordt er in bepaald;in het bijzonder de procedure van offerte-aanvraag bij de privé partners (voorwaarden van ontvankelijkheid, beoordelingscriteria, bestek...) dient er te worden omschreven, alsook de controleprocedure die na de oprichting van de gemengde bedrijven dienen te worden ingesteld; ieder gemengd bedrijf is verplicht om regelmatig een verslag over te maken dat enerzijds informatie bevat betreffende de beoordeling van de juridische en financiële structuur van de privé-partners en anderzijds, een activiteitenverslag over de renovatie-operatie(s) die door het gemengde bedrijf wordt(worden) beheerd; 3° de vervaltijd voor de verwezenlijking van elk project;4° de financieringsmodaliteiten van elk project, namelijk een vastgoedrealisatieprogramma waarbij de grondprijs van het project bepaald wordt, alsmede een uitsplitsing van de openbare en privé tegemoetkomingen;5° de perimeter van optreden van de GOMB, namelijk de geografische ruimte die aangrenst bij bepaalde stadsvernieuwingsoperaties gevoerd door de GOMB waarin het Gewest zijn begrotingsmiddelen bij voorkeur aanwendt of aan de door hem gesubsidieerde personen uitkeert om het Brusselse woningenpark op te waarderen. Na goedkeuring van het driejarenplan door de Regering, legt de minister het bedrag van de toelagen vast die jaarlijks worden voorzien voor de projecten opgenomen in dit driejarenplan.

Behoudens in geval van overmacht worden bij overschrijding pan de termijnen van het meerjarenplan de niet aangewende toelagen teruggestort evenals, in voorkomend geval de overdracht om niet naar het Gewest van de verworven goederen. § 3. Iedere aanvraag tot wijziging van het meerjarenplan wordt door de raad van bestuur van de GOMB aan de minister gericht en gerechtvaardigd.

De wijzigingen gebonden aan de vervaltermijn voor de verwezenlijking van een project moeten door de minister worden goedgekeurd. De overige wijzigingen moeten door de Regering worden goedgekeurd. De uitgaven waarvoor de raad van bestuur tot een subsidiëringsaanvraag zou overgaan kunnen door de GOMB enkel aangewend worden na vormelijke inlassing ervan in het driejarenplan. § 4. De leden van de overlegcommissies opgericht krachtens artikel 11 van de ordonnantie van 29 augustus 1991 houdende organisatie van de planning en de stedebouw waarover de Regering een hierarchische controle of een controle van toezicht uitoefent en de overheid die zich over een aanvraag tot een milieuattest of -vergunning of tot een stedenbouwkundige attest of stedenbouwkundige vergunning uitspreken, kunnen aan de bouwheer van een door het Gewest gesubsidieerd woning-bouwproject van de GOMB, die voorwaarden opleggen die de elementen zouden kunnen wijzigen die gebruikt werden om het bedrag van de toegekende toelage te berekenen. Indien in voorkomend geval trouwens het begrotingsevenwicht van het project in het gedrang wordt gebracht of indien de verwezenlijking van andere projecten opgenomen in het meerjarenplan hierdoor getroffen wordt, dan kan het project door de Regering opgegeven worden en uit het meerjarenplan geschrapt. HOOFDSTUK IV. - Betalingswijze van de toelagen

Art. 11.De studies die het project voorafgaan zijn 100 % betoelaagbaar. Het bedrag van de toegekende toelage voor deze studies wordt evenwel afgetrokken van de globale toelage met betrekking tot desbetreffend project.

Door de goedkeuring van het driejaren-investeringsplan alsmede de budgettaire vastlegging van het toelagebedrag dat jaarlijks voorzien wordt voor de in dit driejarenplan opgenomen projecten, wordt de minister in staat gesteld de toelage, zo nodig geleidelijk per schijf, te ordonnanceren en dit op voorstelling van de verklaringen van schuldvorderingen en bewijsstukken voor de vereffende uitgaven.

De storting van de toelage ten belope van het naar behoren gerechtvaardigd bedrag heeft niet voor gevolg dat er uit hoofde van de GOMB een onvoorwaardelijk recht op toekenning van de toelage wordt geschapen, aangezien elke storting geacht wordt gestort te zijn als dekkingsfonds.

Art. 12.De verwervingen en vestigingen van zakelijke rechten ten bezwarende titel die in het raam van een project worden uitgevoerd zijn tegen 100 % betoelaagbaar. Het toelagebedrag voor deze verwervingen en oprichtingen van zakelijke rechten ten bezwarende titel wordt trouwens afgetrokken van de globale toelage met betrekking tot desbetreffend project.

Door goedkeuring van het driejareninvesteringsplan evenals de budgettaire vastlegging van het toelagebedrag dat jaarlijks voorzien wordt voor de in dit driejarenplan opgenomen projecten wordt de minister in staat gesteld om de toelage, zonodig geleidelijk per schijf, te ordonnanceren, op voorstelling van de verklaringen van schuldvordering en de bewijsstukken van de te vereffenen uitgaven.

De storting van de toelage ten belope van het naar behoren gerechtvaardigde bedrag heeft niet voor gevolg dat er uit hoofde van de GOMB een onvoorwaardelijk recht op de toelage wordt geschapen, aangezien elke storting geacht wordt gestort te zijn als dekkingsfonds.

Art. 13.In de dossiers voor de aanvraag van subsidies voor de verwezenlijkingen wordt het realisatieprogramma opgenomen evenals de volledige uitsplitsing van de voorziene uitgaven alsook een financieel plan waarin de verdeling van de investeringen tussen de openbare en de privé-sector worden vermeld, evenals het hierbij horende vervalboek.

Het aandeel van de openbare investeringen wordt onderworpen aan geordonnanceerde vooruitzichten.

Door goedkeuring van het driejareninvesteringsplan evenals de budgettaire vastlegging van het toelagebedrag dat jaarlijks wordt voorzien voor de in dit driejarenplan opgenomen projecten wordt de minister in staat gesteld om de toelage, zo nodig geleidelijk per schijf te ordonnanceren, op voorstelling van de verklaringen van schuldvordering en van de bewijsstukken voor de vereffende uitgaven.

De storting van de toelage ten belope van het naar behoren gerechtvaardigd bedrag heeft niet voor gevolg dat er uit hoofde van de GOMB een onvoorwaardelijk recht op toekenning van de toelage wordt geschapen, aangezien elke storting geacht wordt gestort te zijn als dekkingsfonds.

Art. 14.Voor elk project apart houdt de GOMB een boekhouding bij.

Een toelage met betrekking tot een stadium van een project (voorafgaande studies, verwerving en vestiging van zakelijke rechten onder bezwarende titel of verwezenlijkingen) of een toelageschijf mag enkel worden uitbetaald indien de bewijsstukken voor de aanwending van de toelage of de toelageschijf die reeds werd vereffend en op hetzelfde project slaat door de minister, of door de hiertoe gemachtigde ambtenaar werden goedgekeurd.

Per project mogen alle toelagen met betrekking tot de verschillende stadia niet hoger liggen dan 30 % van de geraamde kosten op de hele verschaffing van geconventioneerde woningen. De Regering is ertoe gemachtigd, mits een met redenen omklede beslissing en naargelang het vestigingsgebied van de woningen, om van dit percentage af te wijken, zonder hiervoor het toelagebedrag met 50 % te overschrijden.

Art. 15.§ 1. Wanneer een project voltooid is legt de GOMB een eindverslag voor van alle gevoerde operaties met zo nodig een voorstel van de terugbetaling van een gedeelte of het geheel van de toegekende toelage : deze wordt opnieuw aangewend voor gelijksoortige operaties die door de Regering zijn goedgekeurd.

De Regering beslist over het voorstel van terugbetaling op voorstel van de minister en op grond van het eindverslag van de GOMB. § 2. Indien het werk op de bouwplaats niet werd aangevat binnen een termijn van vijf jaar te rekenen vanaf de toekenning der toelagen zoals bedoeld bij artikel 12, dan vervallen de verworven goederen en de zakelijke rechten gevestigd onder bezwarende titel om niet aan het Gewest, behoudens in geval van overmacht.

Art. 16.De opbrengst van de verkochte goederen die in het raam van dit besluit het voorwerp hebben uitgemaakt van een subsidiëring, maakt het voorwerp uit van een specifieke inschrijving in de boekhouding van de GOMB en dit na aftrekking van het aandeel dat door de privé-sector werd geïnvesteerd.

De heraanwending van de bedragen voor gelijksoortige operaties wordt door de Regering goedgekeurd.

Art. 17.Naast de wettelijke en verordenende bepalingen met betrekking tot de controle, de toekenning en de aanwending der toelagen, maakt de GOMB jaarlijks een verslag op over de verwezenlijking en de vorderingsstaat van elk project.

Dit verslag wordt aan de Minister overgemaakt die dit aan de Brusselse Hoofdstedelijke Regering doorgeeft.

Het Rekenhof oefent zijn toezicht geval per geval uit.

Bij onstentenis van naleving door de GOMB van haar verplichtingen vordert het Gewest van rechtswege de toegekende toelagen terug en dit voor elk project.

Art. 18.Het besluit van de Executieve van het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest van 19 juli 1990, betreffende de toekenning van investeringstoelagen voor de renovatieopdracht toevertrouwd aan de Gewestelijke Ontwikkelingsmaatschappij van het arrondissement Brussel-Hoofdstad, gewijzigd bij het besluit van de Executieve van het Brusselse hoofdstedelijk Gewest van 24 oktober 1991 wordt opgeheven.

Het blijft niettemin van toepassing voor de projecten die opgenomen zijn in het driejareninvesteringsplan 1996-1998 zoals op 18 juli 1996, door de Regering vastgelegd en op 12 december 1996 door de Regering gewijzigd. In dit geval worden de bepalingen betreffende de samenstelling van de aanvraagdossiers tot toelagen en de controle op de aanwending ervan vervangen door de bepalingen van dit besluit.

Art. 19.Dit besluit heeft geen uitwerking meer indien de hierdoor ingestelde toelage in de algemene uitgavenbegroting niet meer onderworpen wordt aan een bijzondere bepaling waarbij de aard van die toelage gepreciseerd wordt.

Brussel, 11 december 1997.

De Minister-Voorzitter, Ch. PICQUE De Minister van Stadsvernieuwing, D. GOSUIN

^