gepubliceerd op 07 mei 2014
Ordonnantie houdende instemming met het Samenwerkingsakkoord tussen de Federale Staat, het Vlaams Gewest, het Waals Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest betreffende de uitvoering van de Verordening nr. 1221/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 25 november 2009 inzake de vrijwillige deelneming van organisaties aan een communautair milieubeheer- en milieuauditsysteem (EMAS), tot intrekking van Verordening (EG) nr. 761/2001 en van de Beschikkingen 2001/681/EG en 2006/193/EG van de Commissie
27 MAART 2014. - Ordonnantie houdende instemming met het Samenwerkingsakkoord tussen de Federale Staat, het Vlaams Gewest, het Waals Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest betreffende de uitvoering van de Verordening (EG) nr. 1221/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 25 november 2009 inzake de vrijwillige deelneming van organisaties aan een communautair milieubeheer- en milieuauditsysteem (EMAS), tot intrekking van Verordening (EG) nr. 761/2001 en van de Beschikkingen 2001/681/EG en 2006/193/EG van de Commissie
Het Brusselse Hoofdstedelijke Parlement heeft aangenomen en Wij, Executieve, bekrachtigen, het geen volgt :
Artikel 1.Deze ordonnantie regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 39 van de Grondwet.
Art. 2.Instemming wordt betuigd met het Samenwerkingsakkoord tussen de Federale Staat, het Vlaams Gewest, het Waals Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest betreffende de uitvoering van de Verordening (EG) nr. 1221/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 25 november 2009 inzake de vrijwillige deelneming van organisaties aan een communautair milieubeheer- en milieuauditsysteem (EMAS), tot intrekking van Verordening (EG) nr. 761/2001 en van de Beschikkingen 2001/681/EG en 2006/193/EG van de Commissie.
Samenwerkingsakkoord van (...) tussen de Federale Staat, het Vlaamse Gewest, het Waals Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest betreffende de uitvoering van de verordening (EG) nr. 1221/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 25 november 2009 inzake de vrijwillige deelneming van organisaties aan een communautair milieubeheer- en milieuaudit systeem (EMAS), en tot intrekking van verordening (EG) nr. 761/2001 en van de beschikkingen 2001/681/EG en 2006/193/EG van de Commissie Gelet op verordening (EG) nr. 1221/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 25 november 2009 inzake de vrijwillige deelneming van organisaties aan een communautair milieubeheer- en milieuaudit systeem (EMAS), tot intrekking van verordening (EG) nr. 761/2001 en van de beschikkingen 2001/681/EG en 2006/193/EG van de Commissie;
Gelet op de Grondwet, de artikelen 39 en 167;
Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/08/1980 pub. 11/12/2007 numac 2007000980 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet tot hervorming der instellingen. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten tot hervorming der instellingen, artikel 92bis, § 1, § 5 en § 6 en het laatst gewijzigd bij de wet van 21 februari 2010;
Gelet op de bijzondere wet van 12 januari 1989 met betrekking tot de Brusselse instellingen, artikel 42;
Gelet op het samenwerkingsakkoord van 30 maart 1995 tussen de Federale Staat, het Vlaamse Gewest, het Waals Gewest en het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest betreffende de uitvoering van de verordening 1836/93/EEG van de Raad van 29 juni 1993 inzake de vrijwillige deelneming van bedrijven uit de industriële sector aan een communautair milieubeheer- en milieuauditsysteem;
Overwegende dat de uitvoering van de verordening (EG) nr. 1221/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 25 november 2009 inzake de vrijwillige deelneming van organisaties aan een communautair milieubeheer- en milieuauditsysteem (EMAS), tot intrekking van de verordening (EG) nr. 761/2001 en van de beschikkingen 2001/681/EG en 2006/193/EG van de Commissie, in bepaalde gevallen tegelijk tot de bevoegdheid van de Federale overheid en tot deze van een of meerdere gewesten behoort;
Overwegende dat de uitvoering van deze verordening door de Federale Staat en de Gewesten dient te worden gecoördineerd;
Overwegende dat voormeld samenwerkingsakkoord van 30 maart 1995 niet langer in overeenstemming is met de nieuwe EMAS-verordening en dat een nieuw samenwerkingsakkoord noodzakelijk is;
Overwegende het advies van de Raad van State 53.372/VR van 18 juni 2013 over een voorontwerp van decreet houdende instemming met het samenwerkingsakkoord tussen de Federale Staat, het Vlaams Gewest, het Waals Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest betreffende de uitvoering van de verordening (EG) nr. 1221/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 25 november 2009 inzake de vrijwillige deelneming van organisaties aan een communautair milieubeheer- en milieuauditsysteem (EMAS), tot intrekking van verordening (EG) nr. 761/2001 en van de beschikkingen 2001/681/EG en 2006/193/EG van de Commissie;
De Federale Staat, vertegenwoordigd door de Federale Regering in de persoon van de Vice-Eerste Minister, Minister van Economie, Consumenten en Noordzee, de Vice-Eerste Minister, Minister van Binnenlandse Zaken en van Gelijke kansen, de Staatssecretaris voor Leefmilieu, Energie en Mobiliteit;
Het Vlaams Gewest, vertegenwoordigd door de Vlaamse Regering, in de persoon van haar Minister-president en van de Vlaamse Minister van Leefmilieu, Natuur en Cultuur;
Het Waals Gewest, vertegenwoordigd door de Waalse Regering, in de persoon van haar Minister-president en van de Waalse Minister van Leefmilieu, Ruimtelijke Ordening en Mobiliteit;
Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, vertegenwoordigd door de Regering van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, in de persoon van haar Minister-president en van de Brusselse Minister van Leefmilieu, Energie, Waterbeleid, Stadsvernieuwing, Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp en Huisvesting;
Hierna de « Partijen » te noemen, KOMEN HET VOLGENDE OVEREEN :
Art. 3.In dit samenwerkingsakkoord wordt verstaan onder : 1° verordening : de verordening (EG) nr.1221/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 25 november 2009, inzake de vrijwillige deelneming van organisaties aan een communautair milieubeheer- en milieuauditsysteem (EMAS), tot intrekking van de verordening (EG) nr. 761/2001 en van de beschikkingen 2001/681/EG en 2006/193/EG van de Commissie; 2° accreditatie-instantie : de instelling die verantwoordelijk is voor de accreditatie en het toezicht op de milieuverificateurs binnen België en die door de Federale Staat aangewezen is overeenkomstig artikel 4 van de verordening (EG) nr.765/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 9 juli 2008 tot vaststelling van de eisen inzake accreditatie en markttoezicht betreffende het in de handel brengen van producten, en tot intrekking van Verordening (EEG) nr. 339/93; 3° bevoegde instantie: de instantie aangewezen door het Vlaams Gewest, het Waals Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, overeenkomstig artikel 11.1 van de verordening.
Art. 4.Elke bevoegde instantie, bij wie de aanvraag tot registratie wordt ingediend overeenkomstig artikel 3, voert de taken vermeld in artikel 11 tot 15 van de verordening uit.
Iedere bevoegde instantie verzekert volgens een beurtrol, telkens voor een kalenderjaar, de functie van coördinerende bevoegde instantie in de hierna bepaalde orde: het Vlaams Gewest, het Waals Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
Art. 5.§ 1. - Een aanvraag tot registratie van één vestiging van een organisatie wordt door de organisatie ingediend bij de bevoegde instantie aangewezen door het Gewest waar de vestiging gelegen is. § 2. - Een aanvraag tot een collectieve registratie voor meerdere vestigingen, gelegen op het grondgebied van eenzelfde Gewest, wordt ingediend bij de bevoegde instantie aangewezen door dat Gewest. § 3. - Een aanvraag tot een collectieve registratie voor meerdere vestigingen, met inbegrip van de hoofdzetel of het beheercentrum, gelegen op het grondgebied van verschillende Gewesten, wordt ingediend bij de bevoegde instantie aangewezen door het Gewest waar de hoofdzetel of het beheercentrum gelegen is.
Indien de hoofdzetel of het beheercentrum niet is opgenomen in de aanvraag tot collectieve registratie, dan wordt de aanvraag tot registratie ingediend, naar keuze van de aanvrager, bij een bevoegde instantie aangewezen door één van de betrokken Gewesten. § 4. - Een aanvraag tot registratie voor één of meerdere vestigingen, enkel gelegen in territoriale wateren, in de exclusieve economische zone of op het continentaal plat, en waarvan de hoofdzetel of het beheercentrum gevestigd is op het grondgebied van één van de drie Belgische Gewesten, wordt ingediend bij de bevoegde instantie aangesteld door het Gewest waar de hoofdzetel of het beheercentrum gelegen is. § 5. - Een aanvraag tot registratie door een bevoegde instantie voor haar eigen organisatie of voor één of meer van haar eigen vestigingen, wordt door de bevoegde instantie, bij een andere bevoegde instantie naar haar keuze uit deze die overeenkomstig artikel 2, 1e lid, worden aangewezen, ingediend. § 6. - De aanvraag tot vernieuwing van de registratie en de gevalideerde bijgewerkte milieuverklaring worden ingediend bij de bevoegde instantie die de registratie heeft afgeleverd. § 7. - De aanvraag tot registratie, de vernieuwing van de registratie en de bijgewerkte milieuverklaring worden ingediend aan de hand van een formulier waarvan het model is vastgesteld in bijlage.
Art. 6.De bevoegde instantie bij dewelke de aanvraag in toepassing van artikel 3, § 3 of § 4 wordt ingediend neemt de beslissing over van de andere betrokken bevoegde instanties, overeenkomstig de in toepassing van artikel 7, § 2, 1° vastgelegde procedures.
Hetzelfde geldt voor de aanvragen tot hernieuwing van de registratie, alsook voor de schorsing en schrapping van de registraties.
Indien de aanvraag tot registratie uitgaat van een organisatie waarvan de activiteit valt onder artikel 6, § 1, II, 2e lid, 2°, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/08/1980 pub. 11/12/2007 numac 2007000980 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet tot hervorming der instellingen. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten tot hervorming der instellingen, vraagt de bevoegde instantie het eensluidend advies van het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle dat zich dient uit te spreken binnen de termijn van één maand na het verzoek tot advies. Indien binnen de voorgeschreven termijn geen advies is gegeven, wordt het advies gunstig geacht.
Indien de registratieaanvraag een vestiging betreft, gelegen in de territoriale wateren, binnen de exclusieve economische zone of op het continentaal plat, dan vraagt de bevoegde instantie het eensluidend advies van de dienst Marien Milieu van het DG Leefmilieu van de FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu dat zich dient uit te spreken binnen de termijn van één maand na het verzoek tot advies. Indien binnen de voorgeschreven termijn geen advies is gegeven, wordt het advies gunstig geacht.
De retributies die in voorkomend geval verschuldigd zijn om de kosten van registratie te dekken worden bepaald volgens de modaliteiten vastgelegd door elke Partij en geïnd door elke bevoegde instantie bij de organisatie die zich wenst te laten registreren.
Art. 7.De coördinerende bevoegde instantie verzamelt de lijsten van organisaties die door de verschillende bevoegde instanties werden geregistreerd in één enkele lijst en deelt deze mee aan de Europese Commissie voor het einde van elke maand, via de Permanente Vertegenwoordiging van België bij de Europese Unie.
De diensten aangewezen door de Partijen verzamelen de informatie, in het bijzonder bedoeld in artikel 41 van de verordening en maken deze over aan de bevoegde instanties, die de overdracht ervan aan de Europese Commissie, via de Permanente Vertegenwoordiging van België bij de Europese Unie coördineren.
Art. 8.België wordt in het Comité zoals vermeld in artikel 49 van de verordening, vertegenwoordigd door een afgevaardigde van de coördinerende bevoegde instantie en een afgevaardigde van de accreditatie-instantie.
Deze afgevaardigden zorgen voor de doorstroming van de informatie meegedeeld door het Comité naar de bevoegde instanties.
De afgevaardigde van de coördinerende bevoegde instantie neemt deel aan de jaarlijkse vergadering van afgevaardigden van bevoegde instanties, vermeld in artikel 16.1 van de verordening, alsook aan de activiteiten van het forum, beschreven in artikel 16 en 17 van de verordening.
Art. 9.§ 1. - Er wordt een werkgroep opgericht, samengesteld uit afgevaardigden van de accreditatie- instantie, van de dienst Marien Milieu van het DG Leefmilieu van de FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu, van het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle en van de bevoegde instanties.
De werkgroep wordt door de afgevaardigde van de coördinerende bevoegde instantie voorgezeten en vergadert minstens tweemaal per jaar, op initiatief van de coördinerende bevoegde instantie.
De werkgroep mag op haar vergaderingen ambtenaren of andere deskundigen die ze nuttig acht uitnodigen om haar werkzaamheden toe te lichten. § 2. - Deze werkgroep : 1° stelt aan de Interministeriële Conferentie voor het Leefmilieu, uitgebreid met de bevoegde Ministers, harmonisatiemodaliteiten voor van de procedure voor de administratieve behandeling van een dossier voor een aanvraag tot registratie en de modaliteiten voor de verdeling van de registratiekosten tussen de bevoegde instanties;2° neemt kennis van de verslagen van het Comité, vermeld in artikel 49 van de verordening;3° zorgt voor de voorbereiding en coördinatie van de door de Europese Commissie gevraagde informatie, onder meer de informatie vermeld in artikel 41 van de verordening;4° stelt aan de Interministeriële Conferentie voor het Leefmilieu, uitgebreid met de bevoegde Ministers, de te treffen maatregelen voor ter bestrijding van het gebruik van het EMAS-logo in overtreding met de verordening;5° neemt deel aan het voorbereidend werk voor de eventuele herziening van dit samenwerkingsakkoord;6° deelt ten minste tweemaal per jaar aan de voorzitter van het coördinatiecomité internationaal milieubeleid (CCIM), opgericht door het samenwerkingsakkoord van 5 april 1995 tussen de Federale Staat, het Vlaamse Gewest, het Waals Gewest en het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest met betrekking tot het internationaal milieubeleid, de informatie betreffende de uitvoering van dit samenwerkingsakkoord mee.
Art. 10.De administratieve en financiële middelen nodig voor de uitvoering van de verordening en van dit samenwerkingsakkoord - onverminderd de toepassing van artikel 4 - komen uit de respectievelijke budgetten van de functioneel bevoegde federale of gewestelijke organen of administraties, ieder voor wat hem betreft.
Art. 11.§ 1. - De geschillen tussen de partijen met betrekking tot de uitlegging of de uitvoering van dit samenwerkingsakkoord die geen oplossing vinden binnen de middels dit akkoord opgezette structuren worden beslecht binnen het raam van de ICL EMAS. § 2. - Indien de ICL EMAS niet tot een akkoord komt, dan wordt het geschil voorgelegd aan een rechtscollege zoals bedoeld onder artikel 92bis, §§ 5 en 6 van de bijzondere wet van 8 augustus 1980Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/08/1980 pub. 11/12/2007 numac 2007000980 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet tot hervorming der instellingen. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten tot hervorming der instellingen.
De werkingskosten van het rechtscollege zijn voor rekening van de gewestelijke regeringen, volgens de verdeelsleutel die wordt gehanteerd onder artikel 16bis, § 1, van de bijzondere wet van 16 januari 1989Relevante gevonden documenten type wet prom. 16/01/1989 pub. 06/11/2008 numac 2008000907 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet betreffende de financiering van de Gemeenschappen en de Gewesten. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de financiering van de Gemeenschappen en de Gewesten.
De procedure voor dit rechtscollege wordt gevoerd overeenkomstig de bepalingen ter zake in de wet van 23 januari 1989Relevante gevonden documenten type wet prom. 23/01/1989 pub. 22/04/2011 numac 2011000233 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet op het rechtscollege bedoeld bij artikel 92bis, § 5 en § 6, en artikel 94, § 3, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten op het rechtscollege bedoeld bij artikel 92bis, § 5 en § 6, en artikel 94, § 3, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/08/1980 pub. 11/12/2007 numac 2007000980 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet tot hervorming der instellingen. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten tot hervorming der instellingen.
Art. 12.Het samenwerkingsakkoord van 30 maart 1995 tussen de Federale Staat, het Vlaamse Gewest, het Waals Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest betreffende de uitvoering van de Verordening (EEG) nr. 1836/93 van de Raad van 29 juni 1993 inzake de vrijwillige deelneming van bedrijven uit de industriële sector aan een communautair milieubeheer- en milieu-auditsysteem, wordt opgeheven.
Art. 13.Dit samenwerkingsakkoord wordt voor onbepaalde duur gesloten.
Gedaan in Brussel, op (...) in vier exemplaren, in het Nederlands en in het Frans.
Voor de Federale Staat : De Vice-Eerste Minister, Minister van Economie, Consumenten en Noordzee, J. VANDE LANOTTE De Vice-Eerste Minister, Minister van Binnenlandse Zaken en van Gelijke kansen, Mevr. J. MILQUET De Staatssecretaris voor Leefmilieu, Energie en Mobiliteit, M. WATHELET Voor het Vlaams Gewest : De minister-president van de Vlaamse Regering, K. PEETERS De Vlaamse minister van Leefmilieu, Natuur en Cultuur, J. SCHAUVLIEGE Voor het Waals Gewest : De Minister-President van de Waalse Regering, R. DEMOTTE De Waalse Minister van Leefmilieu, Ruimtelijke Ordening en Mobiliteit, Ph. HENRY Voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest : De Minister-President van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, R. VERVOORT De Brusselse Minister van Leefmilieu, Energie, Waterbeleid, Stadsvernieuwing, Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp en Huisvesting, Mevr. E. HUYTEBROECK
Bijlage : Modelformulier voor het indienen van een aanvraag tot registratie van een organisatie naar aanleiding van de voorlegging van een eerste gevalideerde milieuverklaring of van de voorlegging van een bijgewerkte en gevalideerde milieuverklaring (Artikelen 6.2, d en 5.2, c van de verordening) 1. ORGANISATIE Naam : .. . . .
Adres van de maatschappelijke zetel : . . . . .
Postcode : ............... Gemeente : . . . . .
Land/Gewest : . . . . .
Contactpersoon : . . . . .
Telefoon : . . . . .
Fax : . . . . .
E-mail : . . . . .
Website : . . . . .
Toegang van de burger tot de milieuverklaring of de bijgewerkte milieuverklaring : . . . . . a) in gedrukte vorm : .. . . . b) in elektronische vorm : .. . . .
Registratiedatum : . . . . .
Registratienummer : . . . . .
Schorsingsdatum van registratie : . . . . .
Schrappingsdatum van registratie : . . . . .
Datum eerstkomende milieuverklaring : . . . . .
Datum eerstkomende bijgewerkte milieuverklaring : . . . . .
Verzoek om afwijking overeenkomstig artikel 7 van de verordening : JA - NEEN NACE-code van de activiteiten : . . . . .
Aantal werknemers (totaal voor de hele organisatie) : . . . . .
Omzet of jaarbalans (onderneming) of jaarlijkse begroting (openbare dienst) : . . . . .
Nummer in de kruispuntbank voor ondernemingen : . . . . .
Verwijzingsnummer(s) van de geldige milieuvergunningen en wijzigingen : . . . . . 2. VESTIGINGEN - Naam- en adressenlijst van de vestigingen waarvoor registratie wordt gevraagd, met voor elke vestiging : Naam : .. . . .
Adres : . . . . .
Postcode : ........................ Gemeente : . . . . .
Land/Gewest : . . . . .
Naam van de contactpersoon op de vestiging : . . . . .
Telefoon : . . . . .
Fax : . . . . .
E-mail : . . . . .
Website : . . . . .
Toegang van de burger tot de milieuverklaring of de bijgewerkte milieuverklaring : . . . . . a) in gedrukte vorm : .. . . . b) in elektronische vorm : .. . . .
Registratiedatum : . . . . .
Registratienummer : . . . . .
Schorsingsdatum van registratie : . . . . .
Schrappingsdatum van registratie : . . . . .
Datum eerstkomende milieuverklaring : . . . . .
Datum eerstkomende bijgewerkte milieuverklaring : . . . . .
Verzoek om afwijking overeenkomstig artikel 7 van de verordening : JA - NEEN NACE-code van de activiteiten : . . . . .
Aantal werknemers (totaal voor de hele organisatie) : . . . . .
Omzet of jaarbalans (onderneming) of jaarlijkse begroting (openbare dienst) : . . . . .
Verwijzingsnummer(s) van de geldige milieuvergunningen en wijzigingen : . . . . . 3. MILIEUVERIFICATEUR Naam van de milieuverificateur : .. . . .
Adres : . . . . .
Postcode : ................. Gemeente : . . . . .
Lidstaat : . . . . . Gewest : . . . . .
Contactpersoon : . . . . .
Telefoon : . . . . .
Fax : . . . . .
E-mail : . . . . .
Registratienummer accreditatie of vergunning : . . . . .
Reikwijdte van de accreditatie of vergunning (NACE-codes) : . . . . . . . . . .
Accreditatie- of vergunningsinstantie : . . . . . 4. Benaming en contactgegevens van de overheid (overheden) belast met het toezicht op de organisatie en met de toepassing van de milieuwetgeving en reglementering : .. . . . . . . . .
Gelieve als bijlagen toe te voegen : 1. de gevalideerde milieuverklaring;2. een liggingsplan op passende schaal, met situering van de organisatie, en van alle vestigingen waarvoor de erkenning wordt aangevraagd, ten aanzien van de onmiddellijke omgeving;3. in voorkomend geval : het bewijs van de betaling van de vergoeding voor de administratieve afhandeling van het dossier;4. de verklaring van de milieuverificateur over de verificatie- en valideringswerkzaamheden (Bijlage VII van de verordening). Te ........., op .../.../20...
Handtekening van de afgevaardigde van de organisatie Naam : . . . . .
Hoedanigheid : . . . . .
Gezien om te worden gevoegd bij het samenwerkingsakkoord tussen de Federale Staat, het Vlaamse Gewest, het Waals Gewest en het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest van (...) betreffende de uitvoering van de verordening (EG) nr. 1221/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 25 november 2009 inzake de vrijwillige deelneming van organisaties aan een communautair milieubeheer- en milieuaudit systeem (EMAS), tot intrekking van verordening (EG) nr. 761/2001 en van de beschikkingen 2001/681/EG en 2006/193/EG van de Commissie.
Voor de Federale Regering : De Vice-Eerste Minister, Minister van Economie, Consumenten en Noordzee, J. VANDE LANOTTE De Vice-Eerste Minister, Minister van Binnenlandse Zaken en van Gelijke kansen, Mevr. J. MILQUET De Staatssecretaris voor Leefmilieu, Energie en Mobiliteit, M. WATHELET Voor het Vlaams Gewest : De minister-president van de Vlaamse Regering, K. PEETERS De Vlaamse minister van Leefmilieu, Natuur en Cultuur, J. SCHAUVLIEGE Voor het Waals Gewest : De Minister-President van de Waalse Regering, R. DEMOTTE De Waalse Minister van Leefmilieu, Ruimtelijke Ordening en Mobiliteit, Ph. HENRY Voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest : De Minister-President van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, R. VERVOORT De Brusselse Minister van Leefmilieu, Energie, Waterbeleid, Stadsvernieuwing, Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp en Huisvesting, Mevr. E. HUYTEBROECK Kondigen deze ordonnantie af, bevelen dat ze in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.
Brussel, 27 maart 2014.
Minister-President van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Plaatselijke Besturen, Ruimtelijke Ordening, Monumenten en Landschappen, Openbare Netheid en Ontwikkelingssamenwerking, R. VERVOORT Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Financiën, Begroting, Openbaar Ambt en Externe Betrekkingen, G. VANHENGEL Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Leefmilieu, Energie, Waterbeleid, Stadsvernieuwing, Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp en Huisvesting, Mevr. E. HUYTEBROECK Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Openbare Werken en Vervoer, Mevr. Br. GROUWELS Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Tewerkstelling, Economie en Wetenschappelijk Onderzoek, Mevr. C. FREMAULT _______ Nota Documenten van het Parlement : Gewone zitting 2013/2014 A-511/1 Ontwerp van ordonnantie A-511/2 Verslag Integraal verslag : Bespreking en aanneming : vergadering van vrijdag 14 maart 2014.