gepubliceerd op 08 juli 2016
Ordonnantie tot wijziging van de ordonnantie van 14 mei 1998 houdende regeling van het administratief toezicht op de gemeenten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, alsook van artikel 112 van de Nieuwe Gemeentewet
23 JUNI 2016. - Ordonnantie tot wijziging van de ordonnantie van 14 mei 1998 houdende regeling van het administratief toezicht op de gemeenten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, alsook van artikel 112 van de Nieuwe Gemeentewet (1)
Het Brusselse Hoofdstedelijke Parlement heeft aangenomen en Wij, Executieve, bekrachtigen, het geen volgt :
Artikel 1.Deze ordonnantie regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 39 van de Grondwet.
Art. 2.Artikel 8 van de ordonnantie van 14 mei 1998 houdende regeling van het administratief toezicht op de gemeenten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest wordt vervangen als volgt : «
Art. 8.De Regering kan aan de gemeenten vragen om haar alle informatie, elk gegeven of elke inlichting die relevant is voor de uitoefening van het administratief toezicht of voor het opstellen van statistieken op gewestelijk niveau over te maken of deze ter plaatse te verzamelen. De Regering verduidelijkt bij besluit de wijze waarop de gevraagde gegevens haar zullen worden overgemaakt. ».
Art. 3.In artikel 9 van dezelfde ordonnantie, gewijzigd door de ordonnanties van 18 april 2002 en 17 februari 2005, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in het tweede en zesde lid wordt het woord « veertig » vervangen door het woord « dertig »;2° het derde lid wordt opgeheven;3° het artikel wordt aangevuld met een lid, luidend : « De termijn zoals bedoeld in het tweede en vijfde lid, kan eenmalig door de Regering verlengd worden met een termijn van vijftien dagen. De beslissing tot verlenging van de termijn moet eveneens ter kennis worden gebracht van de gemeente voor het verstrijken van de oorspronkelijke termijn. ».
Art. 4.In artikel 10 van dezelfde ordonnantie worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in het tweede lid wordt het woord « veertig » vervangen door het woord « dertig »;2° het derde lid wordt opgeheven;3° het artikel wordt aangevuld met een lid, luidend : « Deze termijn kan eenmalig door de Regering verlengd worden met een termijn van vijftien dagen.De beslissing tot verlenging van de termijn moet eveneens ter kennis worden gebracht van de gemeente voor het verstrijken van de oorspronkelijke termijn. ».
Art. 5.Artikel 13 van dezelfde ordonnantie, gewijzigd door de besluiten van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 20 december 2001 en 31 januari 2002 en door de ordonnantie van 11 juli 2013, wordt vervangen als volgt : «
Art. 13.De akten van de gemeenteoverheden met betrekking tot de volgende onderwerpen worden ter goedkeuring aan de Regering voorgelegd : 1° de gemeentebegroting, de begroting van de gemeentebedrijven en hun wijzigingen;2° de gemeenterekeningen, de rekeningen en de staat van ontvangsten en uitgaven van de gemeentebedrijven en de eindrekening van de plaatselijke ontvanger of van de bijzondere agent bedoeld in artikel 138, § 1, van de Nieuwe Gemeentewet en van de bedrijfsontvanger.».
Art. 6.In artikel 14 van dezelfde ordonnantie, gewijzigd door de ordonnanties van 18 april 2002 en 17 februari 2005, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in het eerste lid worden de woorden « artikel 13, 1° tot 6° en 8° tot 12° » vervangen door de woorden « artikel 13, 1° »;2° in het tweede lid worden de woorden « artikel 13, 7° » vervangen door de woorden « artikel 13, 2° »;3° het derde lid wordt opgeheven.
Art. 7.Artikel 112, zesde lid, van de Nieuwe Gemeentewet, ingevoegd door de ordonnantie van 27 februari 2014, wordt aangevuld met hetgeen volgt : « Een commissie samengesteld uit één vertegenwoordiger van elke democratische politieke fractie die in de gemeenteraad is vertegenwoordigd, zal belast zijn met het jaarlijks indienen van een verslag betreffende de naleving van deze bepaling. ».
Art. 8.Deze ordonnantie treedt in werking op de eerste dag van de tweede maand volgend op deze waarin zij in het Belgisch Staatsblad is bekend gemaakt.
Kondigen deze ordonnantie af, bevelen dat ze in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.
Brussel, 23 juni 2016.
De Minister-President van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Plaatselijke Besturen, Territoriale Ontwikkeling, Stedelijk Beleid, Monumenten en Landschappen, Studentenaangelegenheden, Toerisme, Openbaar Ambt, Wetenschappelijk Onderzoek en Openbare Netheid, R. VERVOORT De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Financiën, Begroting, Externe Betrekkingen en Ontwikkelingssamenwerking, G. VANHENGEL De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Tewerkstelling, Economie en Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp, D. GOSUIN De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Mobiliteit en Openbare Werken, P. SMET De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Huisvesting, Levenskwaliteit, Leefmilieu en Energie, Mevr. C. FREMAULT _______ Nota (1) Gewone zitting 2015-2016. Documenten van het Parlement. - Ontwerp van ordonnantie, A-287/1.
Verslag, A-287/2.
Integraal verslag. - Bespreking en aanneming. Vergadering van vrijdag 10 juni 2016.