gepubliceerd op 02 april 2015
Ordonnantie houdende instemming met het samenwerkingsakkoord van 18 april 2014 tussen de federale Staat, het Vlaams Gewest, het Waals Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest met betrekking tot de Coördinatiestructuur voor patrimoniuminformatie
19 MAART 2015. - Ordonnantie houdende instemming met het samenwerkingsakkoord van 18 april 2014Relevante gevonden documenten type samenwerkingsakkoord prom. 18/04/2014 pub. 25/09/2014 numac 2014205552 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Samenwerkingsakkoord tussen de Federale Staat, het Vlaamse Gewest, het Waalse Gewest en het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest met betrekking tot de Coördinatiestructuur voor patrimoniuminformatie sluiten tussen de federale Staat, het Vlaams Gewest, het Waals Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest met betrekking tot de Coördinatiestructuur voor patrimoniuminformatie
Het Brusselse Hoofdstedelijke Parlement heeft aangenomen en Wij, Executieve, bekrachtigen, het geen volgt :
Artikel 1.Deze ordonnantie regelt een aangelegenheid zoals be-doeld in artikel 39 van de Grondwet.
Art. 2.Instemming wordt betuigd met het samenwerkingsak-koord van 18 april 2014 tussen de federale Staat, het Vlaams Gewest, het Waals Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest met betrekking tot de Coördinatiestructuur voor patrimoniuminformatie.
SAMENWERKINGSAKKOORD tussen de federale Staat, het Vlaams Gewest, het Waals Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest met betrekking tot de Coördinatiestructuur voor patrimoniuminformatie De federale Staat, vertegenwoordigd door de heer Elio Di Rupo, Eerste Minister, en de heer Koen Geens, Minister van Financiën, belast met ambtenarenzaken, Het Vlaams Gewest, vertegenwoordigd door de Vlaamse Regering, in de persoon van de heer Kris Peeters, Minister-President, en de heer Philippe Muyters, Vlaams Minister van Financiën, Begroting, Werk, Ruimtelijke Ordening en Sport, Het Waals Gewest, vertegenwoordigd door de Waalse Regering, in de persoon van de heer Rudy Demotte, Minister-President, en de heer André Antoine, Waals Minister van Begroting, Financiën, Tewerkstelling, Vorming en Sport, Het Brussels Hoofdstedelijke Gewest, vertegenwoordigd door de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, in de persoon van de heer Rudi Vervoort, Minister-President van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Plaatselijke Besturen, Ruimtelijke Ordening, Monumenten en Landschappen, Openbare Netheid en Ontwikkelingssamenwerking, en de heer Guy Vanhengel, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Financiën, Begroting, Openbaar Ambt en Externe Betrekkingen, Gelet op de artikelen 1, 33, 35, 39 en 134 van de Grondwet;
Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/08/1980 pub. 11/12/2007 numac 2007000980 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet tot hervorming der instellingen. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten tot hervorming van de instellingen, artikel 92bis, ingevoegd door de bijzondere wet van 16 januari 1989Relevante gevonden documenten type wet prom. 16/01/1989 pub. 06/11/2008 numac 2008000907 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet betreffende de financiering van de Gemeenschappen en de Gewesten. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, de bijzondere wet van 16 juli 1993, de bijzondere wetten van 13 juli 2001, de bijzondere wet van 16 maart 2004, van 21 februari 2010 en van 19 juli 2012;
Gelet op de bijzondere wet van 12 januari 1989 met betrekking tot de Brusselse instellingen;
Gelet op de bijzondere wet van 16 januari 1989Relevante gevonden documenten type wet prom. 16/01/1989 pub. 06/11/2008 numac 2008000907 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet betreffende de financiering van de Gemeenschappen en de Gewesten. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de financiering van de gemeenschappen en de gewesten, artikel 1bis, ingevoegd door de bijzondere wet van 13 juli 2001Relevante gevonden documenten type wet prom. 13/07/2001 pub. 03/08/2001 numac 2001021378 bron diensten van de eerste minister Bijzondere wet houdende overdracht van diverse bevoegdheden aan de gewesten en de gemeenschappen type wet prom. 13/07/2001 pub. 03/08/2001 numac 2001021379 bron diensten van de eerste minister Bijzondere wet tot herfinanciering van de gemeenschappen en uitbreiding van de fiscale bevoegdheden van de gewesten sluiten, en artikel 4, § 2, vervangen door de bijzondere wet van 13 juli 2001Relevante gevonden documenten type wet prom. 13/07/2001 pub. 03/08/2001 numac 2001021378 bron diensten van de eerste minister Bijzondere wet houdende overdracht van diverse bevoegdheden aan de gewesten en de gemeenschappen type wet prom. 13/07/2001 pub. 03/08/2001 numac 2001021379 bron diensten van de eerste minister Bijzondere wet tot herfinanciering van de gemeenschappen en uitbreiding van de fiscale bevoegdheden van de gewesten sluiten;
Gelet op de verplichtingen om gegevens, waaronder patrimoniuminformatie, beschikbaar te maken en uit te wisselen, onder meer ingevolge het Unierecht;
Overwegende dat partijen bij dit akkoord de toegang willen regelen tot hun authentieke bronnen van patrimoniuminformatie ten behoeve van de partijen en van andere gebruikers, zonder dat dit de toegangsrechten op basis van andere wettelijke of reglementaire bepalingen uitsluit of beperkt;
Overwegende dat partijen bij dit akkoord de uitwisseling van patrimoniuminformatie willen regelen in het kader van de uitoefening van de bevoegdheden van de gewesten en van de federale overheid;
Overwegende dat artikel 4, § 2 van de bijzondere wet van 16 januari 1989Relevante gevonden documenten type wet prom. 16/01/1989 pub. 06/11/2008 numac 2008000907 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet betreffende de financiering van de Gemeenschappen en de Gewesten. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de financiering van de gemeenschappen en de gewesten, luidt als volgt : « Het gezamenlijk beheer van de gegevens van de patrimoniale documentatie gebeurt bij wege van samenwerkingsakkoord zoals bedoeld in artikel 92bis, § 3, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/08/1980 pub. 11/12/2007 numac 2007000980 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet tot hervorming der instellingen. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten tot hervorming der instellingen. »;
Overwegende dat inzake de informatie-uitwisseling betreffende de uitoefening van de fiscale bevoegdheden : - artikel 1bis, van de bijzondere wet van 16 januari 1989Relevante gevonden documenten type wet prom. 16/01/1989 pub. 06/11/2008 numac 2008000907 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet betreffende de financiering van de Gemeenschappen en de Gewesten. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de financiering van de gemeenschappen en de gewesten luidt als volgt : « De uitwisseling van informatie in het kader van de uitoefening van de fiscale bevoegdheden van de gewesten bedoeld in deze wet en van de federale overheid wordt geregeld bij een samenwerkingsakkoord zoals bedoeld in artikel 92bis, § 3, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/08/1980 pub. 11/12/2007 numac 2007000980 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet tot hervorming der instellingen. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten tot hervorming der instellingen. »; - artikel 92bis, § 3, e) van de bijzondere wet van 8 augustus 1980Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/08/1980 pub. 11/12/2007 numac 2007000980 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet tot hervorming der instellingen. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten tot hervorming der instellingen luidt als volgt : « § 3. De federale overheid en de Gewesten sluiten in ieder geval een samenwerkingsakkoord : (...) « e) voor de uitwisseling van informatie in het kader van de uitoefening van de fiscale bevoegdheden van de gewesten, bedoeld in de bijzondere wet van 16 januari 1989Relevante gevonden documenten type wet prom. 16/01/1989 pub. 06/11/2008 numac 2008000907 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet betreffende de financiering van de Gemeenschappen en de Gewesten. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de financiering van de gemeenschappen en de gewesten, en van de federale overheid. »;
Overwegende dat volgens de memorie van toelichting van de bijzondere wet van 13 juli 2001Relevante gevonden documenten type wet prom. 13/07/2001 pub. 03/08/2001 numac 2001021378 bron diensten van de eerste minister Bijzondere wet houdende overdracht van diverse bevoegdheden aan de gewesten en de gemeenschappen type wet prom. 13/07/2001 pub. 03/08/2001 numac 2001021379 bron diensten van de eerste minister Bijzondere wet tot herfinanciering van de gemeenschappen en uitbreiding van de fiscale bevoegdheden van de gewesten sluiten de notie patrimoniale documentatie bedoeld in artikel 4, § 2, van de bijzondere wet van 16 januari 1989Relevante gevonden documenten type wet prom. 16/01/1989 pub. 06/11/2008 numac 2008000907 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet betreffende de financiering van de Gemeenschappen en de Gewesten. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de financiering van de gemeenschappen en de gewesten opgevat wordt als het « gestructureerd communicatie- en beheerssysteem van patrimoniale informatie; dit is geografische of kadastrale en personele informatie alsmede zowel juridische als feitelijke informatie » (Parl. St., Kamer 2000-2001, nr. 1183/1, 15);
Overwegende dat door de evolutie van de informatie- en communicatietechnologie partijen de notie van een « gestructureerd communicatie- en beheerssysteem » opvatten als een systeem van gedistribueerde authentieke bronnen die toegankelijk worden gemaakt via een elektronisch communicatienetwerk;
Overwegende dat partijen bij dit akkoord de Coördinatiestructuur voor patrimoniuminformatie willen oprichten en hiermee alle principiële kwesties willen regelen die bij de oprichting van de Coördinatiestructuur voor patrimoniuminformatie rijzen;
Zijn overeengekomen wat volgt : HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen Definities
Artikel 1.Voor de toepassing van dit samenwerkingsakkoord, wordt verstaan onder : 1° het akkoord : het huidige samenwerkingsakkoord;2° de partijen : de partijen bij dit akkoord;3° de CSPI : de Coördinatiestructuur voor patrimoniuminformatie;4° de gebruikers : de gebruikers van patrimoniuminformatie andere dan de partijen;5° een overheid : a) een rechtspersoon of een orgaan opgericht bij of krachtens de Grondwet, een wet, een decreet of een regel bedoeld in artikel 134 van de Grondwet;b) een natuurlijke of rechtspersoon die openbare bestuursfuncties uitoefent;c) een natuurlijke of rechtspersoon die onder toezicht van een orgaan of persoon als bedoeld onder a) of b) belast is met openbare verantwoordelijkheden of functies of openbare diensten verleent. Organen en instellingen met een gerechtelijke bevoegdheid vallen niet onder deze definitie, tenzij ze optreden in een andere functie dan de rechterlijke. De wetgevende vergaderingen en de daaraan verbonden instellingen vallen buiten deze definitie, behalve wanneer zij optreden in een administratieve functie; 6° patrimoniuminformatie : het geheel van geografische, kadastrale en personele informatie alsmede zowel juridische als feitelijke informatie;7° databank : een verzameling van gegevens systematisch of methodisch geordend, en afzonderlijk met elektronische middelen of anderszins toegankelijk;8° authentieke bron : een databank die informatie bevat die een unieke en oorspronkelijke waarde heeft voor de overheden en die specifieke garanties biedt ten aanzien van de juistheid, de volledigheid en de beschikbaarheid van die informatie, zodanig dat andere overheden diezelfde informatie niet meer opnieuw hoeven in te zamelen en bij te houden;9° beheer : de inzameling, validatie, opslag, bijwerking, verwijdering en ontsluiting van gegevens in een authentieke bron;10° beheerder : diegene die het beheer van een authentieke bron waarneemt;11° verdeler : de partij die de verdeling van de gegevens waarneemt;12° verdeling : de verspreiding en ontsluiting van de gegevens uit een authentieke bron via één of meerdere distributiekanalen;13° informaticatoepassing : de informaticatoepassing ter ondersteuning van de opdrachten van de CSPI zoals voorzien in artikel 5 en in uitvoering van artikel 4, § 2, van de bijzondere wet van 16 januari 1989Relevante gevonden documenten type wet prom. 16/01/1989 pub. 06/11/2008 numac 2008000907 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet betreffende de financiering van de Gemeenschappen en de Gewesten. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de financiering van de Gemeenschappen en de Gewesten en de uitwisseling van de gegevens door de CSPI in uitvoering van artikel 1bis van deze wet. Voorwerp
Art. 2.Het voorwerp van dit akkoord is het organiseren van de gecoördineerde en geïntegreerde uitwisseling van patrimonium-informatie tussen de federale overheid en de gewesten, en tussen de gewesten onderling alsook de verbintenis van de partijen om bij te dragen tot het bijwerken van de patrimoniuminformatie.
Tevens beoogt dit akkoord de ontsluiting van de patrimoniuminformatie voor gebruikers te vergemakkelijken en het afsluiten van specifieke overeenkomsten tussen bepaalde partijen voor het gemeenschappelijke beheer en om de uitwisseling van welbepaalde patrimoniuminformatie mogelijk te maken.
Principes betreffende de uitwisseling van patrimoniuminformatie
Art. 3.Partijen komen overeen dat de volgende principes het gezamenlijk beheer van de uitwisseling van de patrimoniuminformatie alsook het bijwerken ervan zullen beheersen : 1° De uitwisseling van de patrimoniuminformatie gebeurt met tussenkomst van de CSPI volgens een systeem van gedistribueerde authentieke bronnen die toegankelijk worden gemaakt via een netwerk, zonder bijkomende opslag van gegevens door de CSPI anders dan nodig voor de uitvoering van dit akkoord, onder meer voor het bijwerken van de patrimoniuminformatie.2° Het eenmalig inzamelen en beheren van de patrimoniuminformatie in authentieke bronnen en het op geïntegreerde en gecoördineerde wijze organiseren van de uitwisseling van de informatie in die authentieke bronnen, met inachtneming van de toepasselijke principes inzake het hergebruik van overheidsinformatie, open data en technologieneutraliteit.3° Iedere partij blijft verantwoordelijk voor het beheer van haar authentieke bronnen van patrimoniuminformatie en voor de juistheid van de patrimoniuminformatie die erin wordt opgenomen en draagt op vraag van de andere partijen bij aan het bijwerken van de authentieke bronnen van die partijen.4° Iedere partij is verantwoordelijk voor en staat in voor de verdeling van de patrimoniuminformatie in haar authentieke bronnen, en zal hierbij de toegangsrechten verleend door of krachtens dit akkoord naleven.5° Elke partij kan optreden als de verdeler van een authentieke bron die door een derde wordt beheerd en zal de toegangsrechten verleend door of krachtens dit akkoord doen naleven.6° Iedere partij blijft de verantwoordelijke voor de verwerking van de persoonsgegevens vervat in haar authentieke bronnen van patrimoniuminformatie.7° De patrimoniuminformatie zal geharmoniseerd worden via een gemeenschappelijke taxonomie en een unieke gemeenschappelijke identificatiesleutel, vast te stellen door de CSPI.8° Elke partij staat in voor de infrastructuur die nodig is om de uitwisseling van patrimoniuminformatie in het kader van dit akkoord technisch en organisatorisch mogelijk te maken of kan hiervoor een beroep doen op eventuele gezamenlijke initiatieven van partijen.9° Partijen beogen, met tussenkomst van de CSPI, een snelle en directe toegang tot en op termijn een snelle en directe communicatie tussen de authentieke bronnen van patrimoniuminformatie van de partijen.10° De toegang tot en het gebruik van de patrimoniuminformatie verleend door dit akkoord is kosteloos voor de partijen.11° Dit akkoord laat de eventuele bestaande intellectuele eigendomsrechten van derden op patrimoniuminformatie onverlet. HOOFDSTUK II. - Oprichting en opdracht van de CSPI Oprichting
Art. 4.De partijen richten hierbij een CSPI op, onder de vorm van een gemeenschappelijke instelling zoals bedoeld in artikel 92bis van de bijzondere wet van 8 augustus 1980Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/08/1980 pub. 11/12/2007 numac 2007000980 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet tot hervorming der instellingen. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten tot hervorming der instellingen.
De CSPI beschikt over rechtspersoonlijkheid. De zetel van de CSPI is gevestigd in het administratief arrondissement Brussel-Hoofdstad en wordt bepaald door de raad van bestuur.
De gecoördineerde wetten op het taalgebruik in bestuurszaken zijn van toepassing.
Opdracht en taken
Art. 5.§ 1. De CSPI heeft als opdracht : 1° het behandelen van de aanvragen van een partij tot toegang en gebruik of hergebruik van de authentieke bronnen van de patrimoniuminformatie van een andere partij in uitvoering van artikel 6 en in uitvoering van de overeenkomsten bedoeld in artikel 7, en desgevallend de verwerking van die aanvragen door de partijen op te volgen;2° het definiëren van en waken over de implementatie van alle voorwaarden noodzakelijk om het toezicht op, de audit en de traceerbaarheid van de uitgewisselde patrimoniuminformatie te verzekeren, om de patrimoniuminformatie op een optimale en efficiënte wijze te kunnen uitwisselen, om een optimaal hergebruik van de patrimoniuminformatie te verzekeren en om de veiligheid van de uitgewisselde patrimoniuminformatie te kunnen verzekeren;3° het definiëren van en waken over de implementatie van alle voorwaarden noodzakelijk om het bijwerken van de patrimoniuminformatie te verzekeren, onder meer met het oog op de rechtszekerheid, in het bijzonder het waarborgen van : - de samenstelling van de eigendomsrechten op de onroerende goederen; - het verband tussen de identificatie van de onroerende goederen en de houder van zakelijke rechten op die goederen; 4° het definiëren van en waken over de uitwisseling van de patrimoniuminformatie noodzakelijk voor de dienst van de gewestelijke belastingen bedoeld in artikel 3 van de bijzondere wet van 16 januari 1989Relevante gevonden documenten type wet prom. 16/01/1989 pub. 06/11/2008 numac 2008000907 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet betreffende de financiering van de Gemeenschappen en de Gewesten. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de financiering van de gemeenschappen en de gewesten;5° het uitwisselen van kennis, beste praktijken, instrumenten en methodes inzake het beheer en de uitwisseling van de patrimoniuminformatie;6° het uitwerken van geïntegreerde processen van uitwisseling en beheer van de patrimoniuminformatie en het waken over de implementatie ervan;7° het uitvoeren of laten uitvoeren door experts die zij aanduidt, van opdrachten betreffende de analyse en kruising van gegevens op vraag van een partij in toepassing van artikel 13 en betreffende het ontwikkelen van informaticatoepassingen noodzakelijk met het oog op het verzekeren van die opdrachten;8° het onderzoeken van nieuwe aspecten en toepassingen van de patrimoniuminformatie om bij te dragen tot een betere dienstverlening aan de gebruikers. § 2. De CSPI zal daartoe : 1° de uit te wisselen types van patrimoniuminformatie definiëren;2° een harmonisatie van de patrimoniuminformatie definiëren, onder meer via een gemeenschappelijke taxonomie en een unieke gemeenschappelijke identificatiesleutel;3° de gemeenschappelijke technieken en de processen voor de optimale uitwisseling van de patrimoniuminformatie definiëren, in het bijzonder wat betreft de aspecten inzake beveiliging, traceerbaarheid, controle, audit en informaticacompatibiliteit, en waken over de implementatie ervan;4° de vereiste kwaliteitsstandaard voor de patrimoniuminformatie definiëren en waken over de implementatie ervan;5° de mechanismen opstellen voor de verdeling en compensatie tussen de partijen van de bedragen die, krachtens de overeenkomsten zoals bepaald in artikel 7, door de gebruikers verschuldigd zijn voor de toegang of mededeling van patrimoniuminformatie en erover waken dat de partijen de betalingen en/of de compensaties onderling uitvoeren overeenkomstig deze mechanismen;6° het opstellen en het bijhouden van de lijst van de authentieke bronnen van de patrimoniuminformatie bedoeld in artikel 8 alsook het register van de toegangsrechten bedoeld in artikel 9 coördineren. § 3. De CSPIrespecteert de rechten van de partijen en verzekert hen een gelijke behandeling.
De partijen zijn verplicht aan de CSPI alle gegevens mee te delen die het nodig heeft voor de uitvoering van haar opdracht en taken. HOOFDSTUK III. - Toegangsrechten, gebruik, hergebruik en registers AFDELING 1. - Toegang tot, gebruik en hergebruik van de patrimoniuminformatie Toegang en gebruik door de partijen en bepaalde overheden
Art. 6.§ 1. Elke partij heeft een kosteloos recht van toegang tot en gebruik van de patrimoniuminformatie vervat in de authentieke bronnen van patrimoniuminformatie van de andere partijen indien en in zoverre die toegang en dat gebruik nodig zijn voor de uitoefening van haar bevoegdheden, onder meer voor haar fiscale bevoegdheden.
De leden van de raad van bestuur van de CSPI treden op als een uniek contactpunt voor de formulering en ontvangst van de verzoeken tot toegang en gebruik van de patrimonium-informatie van de betrokken partijen.
Die toegang wordt verzekerd door tussenkomst van de leden van de raad van bestuur van de CSPI die zijn aangewezen door de partij waarvan de authentieke bronnen van patrimoniuminformatie het voorwerp uitmaken van de verzoeken tot toegang en gebruik.
De CSPI bepaalt de technische en organisatorische modaliteiten waaronder dit recht van toegang en gebruik kan worden uitgeoefend. De partijen implementeren deze technische en organisatorische modaliteiten.
Voor zover de patrimoniuminformatie toegankelijk is op grond van dit akkoord, zullen de partijen hun recht op toegang en gebruik van deze informatie zoveel als mogelijk overeenkomstig dit akkoord uitoefenen. § 2. De overheden bedoeld in artikel 1, 5°, a) hebben een kosteloos recht van toegang tot en gebruik van de patrimoniuminformatie vervat in de authentieke bronnen van de partijen indien en in zoverre die toegang en dat gebruik nodig zijn voor de uitoefening van hun bevoegdheden. Die overheden oefenen dit recht uit overeenkomstig alle voorwaarden bepaald in dit artikel. § 3. Elke partij kan een overheid die zij heeft opgericht of die van haar afhangt machtigen om het kosteloos recht bedoeld in § 1 uit te oefenen indien en in zoverre die toegang en dat gebruik nodig zijn voor de uitoefening van de bevoegdheden of van de taken die die partij heeft toegekend aan die overheid. In dat geval oefent die overheid het recht bedoeld in § 1 uit overeenkomstig alle voorwaarden bepaald in dit artikel.
Elke partij deelt aan de CSPI mee welke overheden toepassing kunnen maken van § 3, eerste lid en onder welke voorwaarden.
De CSPI bepaalt de technische en organisatorische modaliteiten waaronder dit recht van toegang en gebruik kan worden uitgeoefend. De partijen implementeren deze technische en organisatorische modaliteiten. § 4. De aannemers, leveranciers en dienstverleners die door een partij of een overheid bedoeld in § 2, § 3 en § 5 zijn gemachtigd, hebben een kosteloos recht van toegang tot en gebruik van de patrimoniuminformatie vervat in de authentieke bronnen van patrimoniuminformatie van de andere partijen indien en in zoverre die toegang en dat gebruik nodig zijn voor de uitoefening van de bevoegdheden van de betrokken partij.
In voorkomend geval zullen de partijen of een overheid bedoeld in § 2, § 3 en § 5, in de overeenkomsten met hun aannemers, dienstverleners en leveranciers opnemen dat deze zich ertoe verbinden om de verplichtingen van de partijen in toepassing van deze paragraaf na te leven, inclusief de verplichting om deze verbintenis in eventuele onderaannemingsovereenkomsten te herhalen. § 5. De CSPI kan een kosteloos recht van toegang tot en gebruik van de patrimoniuminformatie vervat in de authentieke bronnen van de partijen toekennen aan andere overheden dan deze bedoeld in § 2 en § 3 indien en in zoverre die toegang en dat gebruik nodig zijn voor de uitoefening van de bevoegdheden van die overheden. Die overheden oefenen dit recht uit overeenkomstig alle voorwaarden bepaald in dit artikel. § 6. Behoudens indien anders bepaald in dit artikel of op grond van de overeenkomsten bedoeld in artikel 7, is het partijen niet toegestaan om de patrimoniuminformatie van andere partijen aan derden ter beschikking te stellen, over te dragen, mee te delen of te verspreiden, op welke wijze ook.
Toegang en hergebruik door de gebruikers
Art. 7.§ 1. De CSPI kan, op verzoek van een partij, met de gebruikers of met verenigingen van gebruikers overeenkomsten afsluiten betreffende de toegang tot en het (her)gebruik van patrimoniuminformatie van een andere partij.
Die overeenkomsten bevatten minstens de volgende informatie : 1° De betrokken gebruikers.2° De betrokken authentieke bron(nen) van patrimoniuminformatie alsook de betrokken beheerder(s) van die authentieke bron(nen).3° De regels die voor elke authentieke bron de voorwaarden vastleggen voor toegang of mededeling van bepaalde patrimoniuminformatie.4° De doeleinden waarvoor en de eventuele voorwaarden waaronder de betrokken gebruikers toegang krijgen tot die patrimoniuminformatie en ze kunnen (her)gebruiken.5° Desgevallend, de bedragen die verbonden zijn aan de toegang of mededeling van bepaalde patrimoniuminformatie.6° De duur en beëindigingsmodaliteiten van de overeenkomst.7° Het verbod voor de gebruikers om de patrimoniuminformatie van de authentieke bronnen die hen werd medegedeeld in het kader van een in § 1, eerste lid, bedoelde overeenkomst aan derden ter beschikking te stellen, over te dragen, mee te delen of te verspreiden, op welke wijze dan ook, behoudens indien anders bepaald in de overeenkomst. § 2. Elke partij verbindt zich ertoe de in § 1 bedoelde overeenkomsten na te leven en de gebruikers dienovereenkomstig toegang te verlenen tot de authentieke bronnen van patrimoniuminformatie die worden beheerd door deze partij of waarvoor zij optreedt als de verdeler.
Elke partij is rechtstreeks aansprakelijk ten overstaan van de gebruiker voor elke niet-naleving van een in § 1 bedoelde overeenkomst die te wijten is aan die partij.
AFDELING 2. - Lijst van authentieke bronnen en register van toegangsrechten Lijst van authentieke bronnen
Art. 8.§ 1. De CSPI stelt een lijst op van de authentieke bronnen van patrimoniuminformatie die worden beheerd door elke partij of waarvoor een partij optreedt als de verdeler en houdt deze lijst bij. Deze lijst geeft per authentieke bron aan welke patrimoniuminformatie of categorie van patrimoniuminformatie erin beschikbaar is en waar deze wordt bewaard.
De lijst van de authentieke bronnen van patrimoniuminformatie die op de datum van ondertekening van dit akkoord beheerd worden door elke partij of waarvoor een partij optreedt als de verdeler is ten informatieve titel opgenomen als bijlage bij dit akkoord. § 2. Elke partij die een bijkomende authentieke bron van patrimoniuminformatie aanmaakt of het beheer of de verdeling ervan op zich neemt, stelt de CSPI hiervan onverwijld in kennis. De CSPI informeert de andere partijen hiervan en vult de lijst van de authentieke bronnen van patrimoniuminformatie overeenkomstig aan. § 3. De CSPI stelt op basis van de in § 1 bedoelde lijst van authentieke bronnen een overzichtslijst op van de authentieke bronnen van patrimoniuminformatie, en stelt deze overzichtslijst online en in een passend machinaal leesbaar formaat ter beschikking, onverminderd het recht van partijen om deze overzichtslijst eveneens online en in een passend machinaal leesbaar formaat ter beschikking te stellen.
Register van toegangsrechten
Art. 9.§ 1. Elke partij stelt een register op van de toegangsrechten op de in artikel 8 bedoelde authentieke bronnen, en houdt dit register bij. Dit register omvat per authentieke bron de toegangsrechten van elke partij, overheid en/of van elke gebruiker alsook de eventuele voorwaarden en modaliteiten ervan.
De toegangsrechten zijn de rechten van toegang en gebruik of hergebruik zoals die voortvloeien uit artikel 6 en uit de overeenkomsten afgesloten bij toepassing van artikel 7. In alle andere gevallen worden de toegangsrechten vastgesteld door de beheerder of verdeler van de authentieke bron van patrimoniuminformatie. § 2. Partijen onderzoeken bij elke aanvraag tot toegang en gebruik of hergebruik van patrimoniuminformatie of de betrokken partij, overheid of gebruiker over de nodige toegangsrechten beschikt zoals voorzien in het in § 1 bedoelde register van toegangsrechten. § 3. Met inachtneming van artikel 20, stellen partijen op basis van hun register van toegangsrechten een overzichtslijst op van de toegangsrechten per gebruiker en per authentieke bron, en delen deze overzichtslijst systematisch mee aan de CSPI. AFDELING 3. - Documentatie en evaluatie
Art. 10.§ 1. Partijen zijn gehouden tot het bijhouden van volledige en accurate stukken en ondersteunende documentatie, met inbegrip van gedetailleerde logbestanden, overeenkomsten en akkoorden, inzake de toegang of weigering tot toegang tot de authentieke bronnen die een partij aan de andere partijen, overheden en gebruikers heeft verleend door of krachtens dit akkoord. § 2. Partijen zullen de stukken en ondersteunende documentatie op permanente wijze ter beschikking houden in een rapporteringssysteem en zullen een systeem van permanente zelfevaluatie opzetten teneinde na te gaan of de in § 1 bedoelde toegang of weigering tot toegang werd verleend overeenkomstig dit akkoord en waar nodig corrigerende maatregelen te treffen. § 3. De CSPI zal, met inachtneming van de nodige beveiligings- en toegangsmaatregelen, op transparante wijze toegang hebben tot de rapporten afgeleverd door het rapporteringssysteem en het systeem van permanente zelfevaluatie om na te gaan of de partijen hun verplichtingen voortvloeiend uit dit artikel hebben nageleefd.
Partijen zullen hiertoe hun medewerking verlenen aan de CSPI. Indien de CSPI vaststelt dat een partij deze verplichtingen niet heeft nageleefd, zal de CSPI deze vaststellingen schriftelijk aan die partij overmaken met het verzoek onmiddellijk de nodige maatregelen te nemen om een einde te stellen aan de vastgestelde tekortkomingen.
De vaststellingen van de CSPI en het gevolg dat de partijen hieraan hebben gegeven, worden opgenomen in een overzichtsrapport en periodiek besproken binnen de raad van bestuur. § 4. De bepalingen van dit artikel doen geen afbreuk aan de aansprakelijkheid van partijen wegens de niet-nakoming van hun verplichtingen onder dit akkoord. HOOFDSTUK IV. - De organisatie van de CSPI AFDELING 1. - De raad van bestuur Samenstelling van de raad van bestuur
Art. 11.De raad van bestuur bestaat uit acht effectieve leden, te weten : - twee leden aangewezen door de federale Staat, behorend tot een verschillende taalrol; - twee leden aangewezen door het Vlaams Gewest; - twee leden aangewezen door het Waals Gewest; en - twee leden aangewezen door het Brussels Hoofdstedelijke Gewest, behorend tot een verschillende taalrol.
Tevens stelt elke partij twee plaatsvervangers aan.
Het voorzitterschap van de raad van bestuur wordt om de twee jaar afwisselend uitgeoefend door één van de vertegenwoordigers van een andere partij.
De aanstelling in de hoedanigheid als lid van de raad van bestuur is niet verenigbaar met : 1° het mandaat van lid van het europees Parlement, de Federale Kamers, of van een gemeenschaps- of gewestparlement;2° het mandaat van een lid van de federale regering, een gemeenschaps- of gewestregering of gewestelijke staatssecretaris;3° de hoedanigheid van personeelslid van de CSPI. De voorzitter van de raad van bestuur vertegenwoordigt de CSPI in en buiten rechte.
Werking van de raad van bestuur
Art. 12.De raad van bestuur beslist bij consensus van alle leden, onverminderd het recht van bepaalde partijen om specifieke overeenkomsten af te sluiten voor het gemeenschappelijke beheer en om de uitwisseling van welbepaalde patrimoniuminformatie mogelijk te maken, zoals bedoeld in artikel 2. Bij gebreke aan consensus, wordt hiervan een omstandig verslag opgemaakt dat de standpunten van alle partijen uiteenzet en kan elke partij over die aangelegenheid het Overlegcomité vatten.
De raad van bestuur stelt binnen de drie maanden na zijn aanstelling zijn huishoudelijk reglement vast. Het huishoudelijk reglement bepaalt de interne organisatie van de raad van bestuur, in overeenstemming met dit akkoord. Het huishoudelijk reglement verschijnt in het Belgisch Staatsblad.
Bevoegdheden van de raad van bestuur
Art. 13.§ 1. Tenzij uitdrukkelijk anders bepaald in dit akkoord, beschikt de raad van bestuur over alle bevoegdheden die voor de werking van de CSPI en de uitvoering van haar taken vereist zijn.
De raad van bestuur is onder meer belast met de volgende taken : 1° het aannemen van het driejaarlijks strategisch plan, met inbegrip van het vastleggen van de doelstellingen en projecten die kaderen in de opdracht van de CSPI, onder meer in uitvoering van artikel 1bis, van de bijzondere wet van 16 januari 1989Relevante gevonden documenten type wet prom. 16/01/1989 pub. 06/11/2008 numac 2008000907 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet betreffende de financiering van de Gemeenschappen en de Gewesten. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de financiering van de gemeenschappen en de gewesten, alsook de opvolging van de uitvoering van dit strategisch plan;2° het aannemen van het jaarlijks operationeel plan, met inbegrip van het vastleggen van de prioriteiten en de planning van de CSPI, alsook de opvolging van de uitvoering van dit operationeel plan;3° het sluiten van de overeenkomsten bedoeld in artikel 7;4° het uitvoeren en laten uitvoeren van studies die verband houden met de opdrachten van de CSPI;5° het nemen van alle beslissingen die behoren tot de opdracht van de CSPI, tenzij uitdrukkelijk anders bepaald in dit akkoord. § 2. De raad van bestuur : 1° stelt het personeels- en taalkader vast, alsook de functieomschrijvingen, de bezoldigingsregeling en het arbeidsreglement;2° beslist over de aanwervingen en de aanwervingsprocedure voor het personeel;3° wijst de coördinator aan;4° neemt de begroting aan;5° keurt de rekeningen en het verslag over de werking van het voorbije begrotingsjaar goed;6° wijst de bedrijfsrevisor aan;7° wijst de consulent inzake informatieveiligheid en bescherming van de persoonlijke levenssfeer bedoeld in artikel 23 aan;8° volgt de taken van het Secretariaat op en controleert deze. AFDELING 2. - Het Secretariaat Taken
Art. 14.Het Secretariaat is belast met de volgende taken : 1° het voorbereiden en uitvoeren van alle beslissingen van de raad van bestuur;2° het verzorgen van het secretariaat van de raad van bestuur en van het forum;3° het opstellen van de ontwerpen van het driejaarlijks strategisch plan, het jaarlijks operationeel plan, de begroting, de rekeningen alsook van het verslag over de werking van het voorbije begrotingsjaar, die worden voorgelegd aan de raad van bestuur. Samenstelling en personeel
Art. 15.§ 1. Het secretariaat bestaat minstens uit vier voltijdse eenheden. Het personeel wordt hetzij bij arbeidsovereenkomst aangeworven, hetzij op vraag van de partijen, overeenkomstig artikel 19, § 3 gedetacheerd naar de CSPI vanuit de overheidsdiensten van de partijen. § 2. De raad van bestuur wijst uit de leden van het secretariaat een coördinator aan voor een periode die samenvalt met het mandaat van de voorzitter van de raad van bestuur. De coördinator behoort tot een andere taalrol dan de voorzitter van de raad van bestuur.
De coördinator is belast is met de dagelijkse leiding van de CSPI en woont de vergaderingen van de raad van bestuur bij met spreekrecht, doch zonder de andere rechten van de effectieve leden van de raad van bestuur uit te oefenen.
AFDELING 3. - Het forum
Art. 16.De CSPI richt een forum op, samengesteld uit vertegenwoordigers van personen geïnteresseerd in de toegang tot en het hergebruik van patrimoniuminformatie en regelt de samenstelling en de werking ervan.
Het forum kan alle adviezen en aanbevelingen geven aan de CSPI om de toegang tot en het hergebruik van de patrimoniuminformatie te verbeteren.
De CSPI kan het forum de mogelijkheid bieden om advies te verlenen over de ontwerpen van het driejaarlijks strategisch plan en van het jaarlijks operationeel plan. De CSPI kan beslissen dat de afgevaardigde van het forum uitgenodigd wordt op de vergaderingen van de raad van bestuur met spreekrecht, doch zonder de andere rechten van de effectieve leden van de raad van bestuur uit te oefenen.
AFDELING 4. - Begroting, rekeningen en financiering Begroting en rekeningen
Art. 17.§ 1. Elk jaar vóór 15 juni stelt de raad van bestuur de begroting voor het volgende begrotingsjaar op met opgave van alle ontvangsten en alle uitgaven. Het begrotingsjaar valt samen met het kalenderjaar.
De begroting wordt, binnen de twee maanden na haar goedkeuring door de raad van bestuur, voor goedkeuring voorgelegd aan de federale Minister van Begroting en aan elke gewestminister onder wiens bevoegdheid de begroting ressorteert.
Wanneer de begroting niet goedgekeurd is voor 1 januari van het betrokken begrotingsjaar, wordt de begroting van het vorige jaar verlengd onder het stelsel van de voorlopige twaalfden. § 2. Elk jaar vóór 1 april keurt de raad van bestuur de rekeningen van het voorbije begrotingsjaar goed en stelt hij een verslag op over de werkzaamheden en de financiële toestand van de CSPI. De rekeningen en het verslag worden, binnen de twee maanden na hun goedkeuring door de raad van bestuur, overgemaakt aan de federale Minister van Begroting en aan elke gewestminister onder wiens bevoegdheid de begroting ressorteert.
Budgettair toezicht en controle van de rekeningen
Art. 18.§ 1. Het Rekenhof oefent toezicht uit op alle beslissingen van de CSPI die een budgettaire of financiële weerslag hebben. § 2. De controle op de boekhouding van de CSPI kan worden toevertrouwd aan een bedrijfsrevisor, gekozen onder de leden van het Instituut voor Bedrijfsrevisoren, aangeduid en herroepen door de raad van bestuur. De bedrijfsrevisor voert zijn opdracht uit zonder zich in te laten met het bestuur van de CSPI. De bedrijfsrevisor mag kennis nemen van alle boekhoudkundige stukken.
De jaarrekeningen worden hem bezorgd vijfenveertig dagen voor de bijeenkomst waarop de raad van bestuur de rekeningen onderzoekt. De bedrijfsrevisor brengt verslag uit over die rekeningen aan de raad van bestuur.
De bedrijfsrevisor wordt aangeduid voor een periode van drie jaar.
Financiering
Art. 19.§ 1. De werkingskosten van de CSPI vastgelegd door de CSPI overeenkomstig dit akkoord, worden in gelijke delen gedragen door de partijen, hetzij door elke partij voor een vierde deel. § 2. De investeringskosten die betrekking hebben op de projecten van de CSPI, worden verdeeld tussen de bij deze projecten betrokken partijen op basis van een verdeelsleutel vast te stellen door de raad van bestuur, rekening houdende met het nut en de meerwaarde van deze projecten voor elke betrokken partij. § 3. Elke partij draagt de kosten van haar vertegenwoordiger(s) die zetel(t)(en) in de raad van bestuur.
Wanneer een partij personeel detacheert aan de CSPI in overeenstemming met de functieomschrijving(en) vastgesteld door de raad van bestuur, zonder dat de kost ervan gedragen wordt door de CSPI, wordt die kost afgetrokken van het bedrag dat die partij bijdraagt aan de begroting van de CSPI. § 4. Elke partij verbindt zich ertoe tijdig alle vereiste kredieten ter beschikking te stellen van de CSPI. Indien een partij niet uiterlijk op 15 juli van het lopende begrotingsjaar alle vereiste kredieten voor het lopende begrotingsjaar ter beschikking heeft gesteld van de CSPI, zal die partij op alle achterstallige bedragen van rechtswege een interest verschuldigd zijn aan de CSPI gelijk aan de wettelijke rentevoet in burgerlijke zaken, vermeerderd met vijf procentpunt. HOOFDSTUK V. - Bescherming van de persoonlijke levenssfeer Algemene bepaling
Art. 20.Dit akkoord doet geen afbreuk aan de toepasselijke bepalingen van de wet van 8 december 1992 tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens of aan bijzondere wettelijke of reglementaire bepalingen inzake de bescherming van persoonsgegevens die van toepassing zijn op authentieke bronnen.
Machtigingen
Art. 21.Indien voor de uitwisseling van persoonsgegevens in het kader van dit akkoord een machtiging vereist is van het sectoraal comité van de Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer voor de Federale Overheid, het sectoraal comité van het Rijksregister, de Vlaamse Toezichtscommissie of een andere bevoegde gegevensbeschermingsautoriteit, zullen de CSPI en de partijen, ieder voor wat betreft hun bevoegdheden of taken, instaan voor het verkrijgen van een dergelijke machtiging. In het kader van haar opdrachten, coördineert de CSPI, de aanvraag van de verschillende machtigingen.
Integriteit, beveiliging en vertrouwelijkheid
Art. 22.De CSPI en de partijen verbinden zich ertoe, ieder voor wat betreft hun bevoegdheden of taken, om passende organisatorische, technische en administratieve maatregelen te treffen om de integriteit, beveiliging en vertrouwelijkheid te verzekeren van de persoonsgegevens die zij in het kader van dit akkoord verwerken.
Consulent inzake informatieveiligheid en bescherming van de persoonlijke levenssfeer
Art. 23.De CSPI kan, al dan niet onder haar personeel, een consulent inzake informatieveiligheid en bescherming van de persoonlijke levenssfeer aanwijzen die, voor zover nodig, de functie vervult van aangestelde voor de gegevensbescherming zoals bedoeld in artikel 17bis van de wet van 8 december 1992 tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens.
De consulent inzake informatieveiligheid en bescherming van de persoonlijke levenssfeer staat onder meer in voor de volgende taken : 1° het verstrekken van adviezen aan de CSPI en het sensibiliseren van de CSPI, de partijen, overheden en de gebruikers inzake informatiebeveiliging en bescherming van persoonsgegevens;2° het samenwerken met de consulenten inzake informatieveiligheid en bescherming van de persoonlijke levenssfeer van de partijen, de overheden en van de gebruikers met het oog op een coherente benadering van informatiebeveiliging en bescherming van persoonsgegevens;3° het uitvoeren van opdrachten inzake informatiebeveiliging en bescherming van persoonsgegevens die hem worden toevertrouwd door de CSPI. De aanstelling van de consulent inzake informatieveiligheid en bescherming van de persoonlijke levenssfeer doet geen afbreuk aan de verplichtingen van de partijen als beheerder of verdeler van de authentieke bronnen. HOOFDSTUK VI. - Slotbepalingen Algemene bepalingen
Art. 24.§ 1. Dit akkoord verleent geen nieuwe of aanvullende rechten aan de gebruikers tot raadpleging, mededeling, verbetering, toegang, hergebruik of enig ander gebruik van patrimoniuminformatie ten opzichte van de bestaande rechten ingevolge andere toepasselijke wettelijke en reglementaire bepalingen.
De CSPI maakt via de betrokken partij de verzoeken tot het uitoefenen van de in het eerste lid bedoelde bestaande rechten die zij ontvangt van gebruikers, over aan de bevoegde beheerder of verdeler van de authentieke bron en informeert via de betrokken partij de betrokken gebruikers hiervan. § 2. De rechten inzake toegang en hergebruik verleend bij of krachtens dit akkoord doen geen afbreuk aan de bepalingen inzake openbaarheid van bestuur en hergebruik van overheidsinformatie die van toepassing zijn op de partijen, overheden en gebruikers. De CSPI houdt niet de bestuursdocumenten onder zich die deel uitmaken van de authentieke bronnen.
Geschillen
Art. 25.De bepalingen van artikel 92bis, § 5, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/08/1980 pub. 11/12/2007 numac 2007000980 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet tot hervorming der instellingen. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten tot hervorming der instellingen inzake geschillenbeslechting, zijn van toepassing op dit akkoord.
Het rechtscollege wordt samengesteld uit een voorzitter en vier leden.
Elke partij bij dit akkoord wijst één lid aan. De voorzitter van het rechtscollege moet hetzij een magistraat zijn die nog in dienst is, hetzij een eremagistraat, hetzij een emeritus magistraat van de rechterlijke orde. Hij wordt gecoöpteerd door de vier aangewezen leden.
De werkingskosten van het rechtscollege, de vergoeding van de voorzitter en de leden alsook de expertisekosten of de kosten van het door het rechtscollege bevolen onderzoek worden gelijkmatig verdeeld tussen de bij het geschil betrokken partijen.
Inwerkingtreding en duur
Art. 26.Het akkoord wordt afgesloten voor onbepaalde duur en treedt in werking op de dag van publicatie in het Belgisch Staatsblad van de laatste goedkeurende akte uitgaande van de partijen.
Gedaan te Brussel op 18 april 2014 in vier exemplaren.
Voor de federale Staat : De Eerste Minister, Elio DI RUPO De Minister van Financiën, belast met ambtenarenzaken, Koen GEENS Voor het Vlaams Gewest : De Minister-President, Kris PEETERS De Vlaamse Minister van Financiën, Begroting, Werk, Ruimtelijke Ordening en Sport, Philippe MUYTERS Voor het Waals Gewest : De Minister-President, Rudy DEMOTTE De Waalse Minister van Begroting, Financiën, Tewerkstelling, Vorming en Sport, André ANTOINE Voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest : De Minister-President, belast met Plaatselijke Besturen, Ruimtelijke Ordening, Monumenten en Landschappen, Openbare Netheid en Ontwikkelingssamenwerking, Rudi VERVOORT De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering belast met Financiën, Begroting, Openbaar Ambt en Externe Betrekkingen, Guy VANHENGEL Bijlage Lijst van de authentieke bronnen van patrimoniuminformatie beheerd of verdeeld door de federale Staat en de Gewesten
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Kondigen deze ordonnantie af, bevelen dat ze in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.
Brussel, 19 maart 2015.
Rudi VERVOORT De Minister-President van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Plaatselijke Besturen, Territoriale Ontwikkeling, Stedelijk Beleid, Monumenten en Landschappen, Studentenaangelegenheden, Toerisme, Openbaar Ambt, Wetenschappelijk Onderzoek en Openbare Netheid Guy VANHENGEL De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Financiën, Begroting, Externe Betrekkingen en Ontwikkelingssamenwerking Didier GOSUIN De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Tewerkstelling, Economie en Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp Pascal SMET De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Mobiliteit en Openbare Werken Céline FREMAULT De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Huisvesting, Levenskwaliteit, Leefmilieu en Energie _______ Nota Documenten van het Parlement : Gewone zitting 2014-2015 A-77/1 Ontwerp van ordonnantie A-77/2 Verslag Integraal verslag : Bespreking en aanneming : vergadering van vrijdag 27 februari 2015.