gepubliceerd op 12 april 2011
Ordonnantie houdende instemming met het samenwerkingsakkoord van 2 april 2010 tussen de Federale Staat, het Vlaamse Gewest, het Waalse Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest voor de coördinatie van een infrastructuur voor ruimtelijke informatie
7 APRIL 2011. - Ordonnantie houdende instemming met het samenwerkingsakkoord van 2 april 2010 tussen de Federale Staat, het Vlaamse Gewest, het Waalse Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest voor de coördinatie van een infrastructuur voor ruimtelijke informatie (1)
Het Brusselse Hoofdstedelijke Parlement heeft aangenomen en Wij, Executieve, bekrachtigen, het geen volgt : Artikel 1 Deze ordonnantie regelt een aangelegenheid bedoeld in artikel 39 van de Grondwet.
Artikel 2 Instemming wordt betuigd met het samenwerkingsakkoord van 2 april 2010, afgesloten tussen de Federale Staat, het Vlaams Gewest, het Waals Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest voor de coördinatie van een infrastructuur voor ruimtelijke informatie.
Samenwerkingsakkoord tussen de Federale Staat, het Vlaamse Gewest, het Waalse Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest voor de coördinatie van een infrastructuur voor ruimtelijke informatie Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/08/1980 pub. 11/12/2007 numac 2007000980 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet tot hervorming der instellingen. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten tot hervorming der instellingen, met name het artikel 92bis ;
Gelet op de bijzondere wet van 12 januari 1989 betreffende de Brusselse Instellingen, met name de artikelen 4 en 42;
Overwegende dat de Richtlijn 2007/2/EG van het Europees Parlement en de Raad van 14 maart 2007 tot oprichting van een infrastructuur voor ruimtelijke informatie in de Gemeenschap (INSPIRE) een infrastructuur voor ruimtelijke informatie in de Europese Gemeenschap opricht;
Overwegende dat het wegens de verplichtingen die voor België uit deze richtlijn voortvloeien noodzakelijk is dat de verschillende overheden, federaal en gewestelijk, nauw samenwerken, zowel voor de omzetting van de richtlijn als voor de tenuitvoerlegging en de opvolging ervan;
De federale overheid, vertegenwoordigd door de Federale Regering, in de persoon van de Eerste Minister, Het Vlaamse Gewest, vertegenwoordigd door de Vlaamse Regering, in de persoon van de Minister-President en de Vlaamse minister van Leefmilieu, Natuur en Cultuur, Het Waalse Gewest, vertegenwoordigd door de Waalse Regering, in de persoon van de Minister-President en de Waalse Minister van Leefmilieu, Ruimtelijke Ordening en Mobiliteit, Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, vertegenwoordigd door de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, in de persoon van de Minister-President en de Brusselse Minister belast met Leefmilieu, Energie Waterbeleid, Stadsvernieuwing, Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp en Huisvesting, hierna genoemd de Partijen, zijn overeengekomen wat volgt : Samenwerkingsakkoord HOOFDSTUK I. - Doelstellingen, definities en toepassingsgebied Context
Artikel 1.Dit samenwerkingsakkoord is de gedeeltelijke omzetting van de Richtlijn 2007/2/EG van het Europees Parlement en de Raad van 14 maart 2007 tot oprichting van een infrastructuur voor ruimtelijke informatie in de Gemeenschap (INSPIRE).
Doelstelling
Art. 2.Het doel van dit akkoord is het vaststellen en bewaken van de toepassing van de algemene coördinatieregels tussen de verschillende Partijen, om, enerzijds, de naleving van de verplichtingen die uit de INSPIRE-richtlijn voortvloeien en, anderzijds, het realiseren van de Belgische bijdrage aan de oprichting van de infrastructuur voor Europese ruimtelijke informatie, hierna « INSPIRE » genoemd, mogelijk te maken.
Definities
Art. 3.In dit akkoord wordt verstaan onder : 1° infrastructuur voor ruimtelijke informatie : de metagegevens, de verzamelingen ruimtelijke gegevens en de diensten met betrekking tot ruimtelijke gegevens, de netwerkdiensten en -technologieën, de overeenkomsten betreffende de uitwisseling, de toegang en het gebruik, en de overeenkomstig dit akkoord ingestelde, beheerde of beschikbaar gemaakte mechanismen, processen en procedures voor coördinatie en monitoring;2° ruimtelijk gegeven : gegeven dat direct of indirect verwijst naar een specifieke locatie of een specifiek geografisch gebied;3° verzameling ruimtelijke gegevens : een identificeerbare verzameling ruimtelijke gegevens;4° ruimtelijk object : een abstracte voorstelling van een reëel verschijnsel in relatie tot een specifieke locatie of een specifiek geografisch gebied;5° diensten met betrekking tot ruimtelijke gegevens : de verwerking van de ruimtelijke gegevens die zich in die verzamelingen bevinden of de verwerking van de aanverwante metagegevens door middel van een computertoepassing;6° metagegevens : elke informatie waarin verzamelingen ruimtelijke gegevens en diensten met betrekking tot ruimtelijke gegevens worden beschreven en die het mogelijk maakt deze gegevens en diensten te zoeken, te inventariseren en te gebruiken;7° geoportaal : een internetsite, of een equivalent daarvan, die toegang verschaft met name tot diensten met betrekking tot ruimtelijke gegevens;8° overheidsinstantie : a) een rechtspersoon of een orgaan opgericht bij of krachtens de Grondwet, een wet, een decreet of een regel bedoeld in artikel 134 van de Grondwet;b) een natuurlijke of rechtspersoon die openbare bestuursfuncties uitoefent, met inbegrip van specifieke taken, activiteiten of diensten met betrekking tot leefmilieu;c) een natuurlijke of rechtspersoon die onder toezicht van een orgaan of persoon als bedoeld onder a) of b) belast is met openbare verantwoordelijkheden of functies of openbare diensten met betrekking tot het milieu verleent. Organen en instellingen met een gerechtelijke bevoegdheid vallen niet onder deze definitie, tenzij ze optreden in een andere functie dan de rechterlijke. De wetgevende vergaderingen en de daaraan verbonden instellingen vallen buiten deze definitie, behalve wanneer zij optreden in een administratieve functie; 9° richtlijn : Richtlijn 2007/2/EG van het Europees Parlement en de Raad van 14 maart 2007 tot oprichting van een infrastructuur voor ruimtelijke informatie in de Gemeenschap (INSPIRE);10° middleware services : diensten die het mogelijk maken diensten met betrekking tot ruimtelijke gegevens op te roepen. Toepassingsgebied
Art. 4.§ 1. Dit akkoord is enkel van toepassing op verzamelingen ruimtelijke gegevens in elektronisch formaat die betrekking hebben op een van de in de bijlagen van dit akkoord vermelde thema's. § 2. Dit akkoord is enkel van toepassing op de referentieversie van ruimtelijke gegevens met betrekking tot het grondgebied onder rechtsbevoegdheid van België, en bestemd voor het Belgische luik in de Europese infrastructuur voor ruimtelijke informatie. § 3. Dit akkoord is tevens van toepassing op de middlewareservices met betrekking tot die referentieversies van de ruimtelijke gegevens. HOOFDSTUK II. - Samenwerking Referentieversie van ruimtelijke gegevens en ruimtelijke referentiegegevens
Art. 5.§ 1. De partijen plegen overleg om de referentieversie vast te stellen ingeval door of namens verscheidene overheidsinstanties meerdere identieke exemplaren worden bewaard van een verzameling ruimtelijke gegevens over een van de in de bijlagen van dit akkoord vermelde thema's. § 2. De partijen onderhandelen om de referentiegegevens vast te stellen voor elk van de thema's in de bijlagen bij dit akkoord met de bedoeling de totaliteit van het grondgebied te dekken.
Samenhang in de kenmerken en de positie van gemeenschappelijke elementen
Art. 6.Teneinde de continuïteit van de ruimtelijke objecten te kunnen verzekeren, komen de partijen overeen om in voorkomend geval de geografische positie en de niet-geografische kenmerken vast te stellen : - van grensoverschrijdende ruimtelijke objecten op hun snijding met grenzen van andere landen, en dit in overleg met de betrokken landen; - van grensoverschrijdende ruimtelijke objecten op hun snijding met de interne Belgische territoriale grenzen; - van gemeenschappelijke ruimtelijke objecten die voorkomen in verzamelingen van ruimtelijke gegevens samengesteld uit gedeeltelijke gegevens.
Geoportaal
Art. 7.§ 1. De Partijen zetten een gemeenschappelijk geoportaal op dat de toegang verschaft tot diensten met betrekking tot ruimtelijke gegevens. Ze plegen daartoe overleg in het Comité bedoeld in artikel 13. § 2. Paragraaf 1 doet geen afbreuk aan de wettelijke of reglementaire bepalingen die de toegang tot de gegevens omschrijven.
Middleware services
Art. 8.De Partijen engageren zich bij het opbouwen van componenten van de infrastructuur voor ruimtelijke informatie de nodige middleware services te implementeren conform de INSPIRE uitvoeringsbepalingen inzake netwerkdiensten.
De Partijen engageren zich om deze middleware services onderling toegankelijk te stellen en daartoe de nodige informatie uit te wisselen.
Uitbreiding van samenwerking
Art. 9.De Partijen, of sommige ervan, kunnen beslissen om de samenwerking uit te breiden buiten het bereik van dit samenwerkingsakkoord. HOOFDSTUK III. - Organisatie Vertegenwoordiging in het Comité bedoeld in artikel 22 van de richtlijn
Art. 10.Het Comité bedoeld in artikel 13 duidt een Belgische vertegenwoordiger aan in het Comité bedoeld in artikel 22 van de richtlijn.
Deze vertegenwoordiger werkt volgens de principes van het Coördinatie Comité Internationaal Milieubeleid.
Nationaal INSPIRE Contactpunt
Art. 11.De INSPIRE-Cel bedoeld in artikel 15 wordt als Belgisch Nationaal INSPIRE Contactpunt (MSCP) aangeduid.
Het Contactpunt fungeert als aanspreekpunt voor de Europese Commissie inzake operationele aspecten van de implementatie van INSPIRE. Het Nationaal INSPIRE-Contactpunt wordt beleidsmatig ondersteund door het Coördinatiecomité.
Forum
Art. 12.Het Comité bedoeld in artikel 13 duidt een overheidsinstantie aan die verantwoordelijk is voor het oprichten en de werking van een INSPIRE Forum.
Dit Forum biedt een platform voor alle belanghebbenden bij INSPIRE, voor discussie en gedachtenwisseling in verband met geografische informatie in het algemeen en de geografische component van milieu-informatie.
Coördinatiecomité
Art. 13.§ 1. Er wordt een Coördinatiecomité opgericht, hierna het Comité genoemd.
Het Comité is samengesteld uit : 1° twee vertegenwoordigers van de Federale Regering;2° twee vertegenwoordigers van de Waalse Regering;3° twee vertegenwoordigers van de Vlaamse Regering;4° twee vertegenwoordigers van de Regering van het Brussels Hoofdstedelijke Gewest;5° de Belgische vertegenwoordiger in het comité bedoeld in artikel 22 van de richtlijn;6° de directeur van de INSPIRE-Cel;7° de voorzitter van het Belgisch Forum inzake geografische informatie. De vertegenwoordiging van elke gewestelijke Regering is samengesteld uit één expert op het vlak van geografische informatie en één expert op het vlak van milieu-informatie. § 2. Het Comité kiest om de drie jaar zijn voorzitter onder de leden bedoeld in paragraaf 1, 1° tot en met 4°. § 3. Het Comité beslist slechts rechtsgeldig indien elke Regering vertegenwoordigd is.
Elke Partij kan voor specifieke agendapunten vragen bijkomende deskundigen te laten deelnemen aan de werkzaamheden van het Comité. § 4. Het Comité beslist bij consensus. De Partijen engageren zich ertoe de beslissingen van het Comité na te leven en toe te passen. § 5. Bij ontstentenis van beslissing wordt een dossier voorgelegd aan een ministeriële conferentie met vertegenwoordiging van alle Partijen. § 6. Het Comité stelt zijn huishoudelijk reglement op.
Opdrachten van het Comité
Art. 14.§ 1. De opdracht van het Comité bestaat erin de coördinatie tussen alle Partijen te verzorgen om de doelstellingen bedoeld in artikel 2 van dit akkoord te verwezenlijken. § 2. Om de coördinatieopdracht bedoeld in paragraaf 1 te kunnen uitvoeren, krijgt het Comité onder meer volgende verantwoordelijkheden : 1° Ingeval door of namens verscheidene overheidsinstanties meerdere identieke exemplaren worden bewaard van een verzameling ruimtelijke gegevens over een van de in de bijlagen van dit akkoord vermelde thema's, duidt het Comité de referentieversie aan vereist door de Europese infrastructuur voor ruimtelijke informatie.2° Het Comité voert de onderhandelingen om de referentiegegevens vast te stellen, voor elk van de in de bijlagen van dit akkoord vermelde thema's.3° Op vraag van de Europese Commissie en in het kader van de opstelling van de INSPIRE uitvoeringsbepalingen verzekert het Comité de bundeling van de Belgische informatie met betrekking tot de haalbaarheid en proportionaliteit op het vlak van de te verwachten kosten en baten van de voorgestelde maatregelen.4° Het Comité ziet erop toe dat voldoende gemeenschappelijke toegangs-, uitwisselings- en gebruiksmodaliteiten bepaald worden inzake onderling uitwisselen van verzamelingen ruimtelijke gegevens en diensten met als doel het uitvoeren van overheidstaken die van invloed kunnen zijn op het milieu.Deze modaliteiten zijn tevens van toepassing bij de uitwisseling met overheidsinstanties van andere lidstaten, de Europese Gemeenschap of, op basis van wederkerigheid en gelijkwaardigheid, met organen die zijn opgericht bij internationale overeenkomsten, waarbij de Gemeenschap en de lidstaten partij zijn, en voor zover deze van invloed kunnen zijn op het milieu. 5° Het Comité ziet erop toe dat in voorkomend geval het toestaan van een licentie en/of het aanrekenen van een vergoeding conform is met de uitvoeringsbepalingen inzake samengebruik van ruimtelijke gegevens en diensten voor het samengebruik tussen de lidstaten en de instanties van de Europese Gemeenschap.6° Het Comité verzekert de coördinatie van de opstelling en/of de verstrekking aan de Europese Commissie van de verslagen over de tenuitvoerlegging van de Richtlijn.7° Het Comité zal relevante informatie uitwisselen en indien nodig samenwerken met instanties die instaan voor de uitvoering van andere Belgische Samenwerkingsakkoorden, die in hun werking beïnvloed worden door de richtlijn.8° Het Comité zal de werking en de activiteiten van het INSPIRE- Forum opvolgen, dit Forum ondersteunen in de organisatie van inhoudelijke debatten over geografische informatie, en de relevante aanbevelingen van het Forum onderzoeken en met name voor het uitbouwen van de nationale infrastructuur voor ruimtelijke informatie.9° Het Comité duidt de personen of instanties bedoeld in artikel 13, § 1, 5° tot en met 7° aan. INSPIRE-Cel
Art. 15.§ 1. Er wordt een INSPIRE-Cel opgericht, samengesteld uit personeelsleden ter beschikking gesteld door de overheidsinstanties die afhangen van de Partijen.
Aan het hoofd van de Cel staat een directeur die wordt aangeduid door het Comité In het kader van de uitvoering van de taken bepaald door of krachtens dit samenwerkingsakkoord, wordt het personeel onder het functioneel gezag van de directeur van de Cel geplaatst. § 2. De zetel van de Cel wordt door het Comité bepaald. § 3. De Partijen plegen overleg om het profiel te bepalen van de personen die ter beschikking worden gesteld van de INSPIRE-Cel. Al deze personen moeten minstens kennis hebben van de Nederlandse en Franse taal.
De Partijen overleggen tevens om het minimum aantal personen vast te stellen die, op voorstel van het Comité, zullen ter beschikking worden gesteld van de Cel.
Een van de personeelsleden van de Cel dient secretariaatstaken te behartigen.
Opdrachten van de INSPIRE-Cel
Art. 16.De INSPIRE-Cel is onder meer belast met : 1. de rol van het Nationaal INSPIRE Contactpunt (MSCP);2. het secretariaat van het Comité;3. het secretariaat van de Belgische vertegenwoordiger in het comité vermeld in artikel 22 van de richtlijn;4. het secretariaat van het Forum. HOOFDSTUK IV. - Financiële bijdragen en slotbepalingen Financiering
Art. 17.De Partijen nemen de werkingskosten van de INSPIRE-Cel en het geoportaal voor hun rekening.
Deze kosten zullen worden verdeeld overeenkomstig de volgende verdeelsleutel : - Federale Overheid : 30 %; - Vlaamse Gewest : 40,6 %; - Brussels Hoofdstedelijk Gewest : 6,3 %; - Waalse Gewest : 23,1 %.
Daartoe stelt de INSPIRE-Cel een jaarverslag op over de kosten die voortvloeien uit de terbeschikkingstelling van het personeel bedoeld in artikel 15, § 3, laatste lid, alsook uit het gebruik van lokalen en de logistieke steun die voor de goede werking van de INSPIRE-coördinatie ter beschikking werden gesteld.
Dit verslag wordt ter goedkeuring voorgelegd aan de uitgebreide Interministeriële Conferentie Leefmilieu.
Inwerkingtreding
Art. 18.Dit samenwerkingsakkoord treedt in werking op de dag van publicatie in het Belgisch Staatsblad van de laatste goedgekeurde akte uitgaande van de contracterende partijen.
BIJLAGE I IN ARTIKEL 6, ONDER A), ARTIKEL 8, LID 1, EN ARTIKEL 9, ONDER A), VERMELDE THEMATISCHE CATEGORIE"N RUIMTELIJKE GEGEVENS VAN DE RICHTLIJN 1. Systemen voor verwijzing door middel van coördinaten Systemen om aan ruimtelijke informatie een unieke reeks coördinaten (x, y, z) en/of breedte, lengte en hoogte toe te kennen, gebaseerd op een horizontaal en verticaal geodetische datum.2. Geografisch rastersysteem Geharmoniseerde multiresolutieraster met een gemeenschappelijk beginpunt en gestandaardiseerde plaats en grootte van de gridcellen.3. Geografische namen Namen van gebieden, regio's, plaatsen, steden, voorsteden, gemeenten, nederzettingen, of andere geografische of topografische kenmerken van openbaar of historisch belang.4. Administratieve eenheden Door administratieve grenzen gescheiden lokale, regionale en nationale bestuurlijke eenheden die deel uitmaken van gebieden waarover de lidstaten rechtsbevoegdheid hebben en/of uitoefenen.5. Adressen Locatie van onroerende zaken, gebaseerd op adresaanduidingen, gewoonlijk aan de hand van de straatnaam, het huisnummer en de postcode.6. Kadastrale percelen Gebieden die worden bepaald door kadastrale registers of een equivalent daarvan.7. Vervoersnetwerken Netwerken voor vervoer over de weg, per spoor, in de lucht en over het water en de aanverwante infrastructuur met inbegrip van koppelingen tussen verschillende netwerken en het trans-Europees vervoersnetwerk, zoals gedefinieerd in Beschikking nr.1692/96/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 juli 1996 betreffende communautaire richtsnoeren voor de ontwikkeling van een trans-Europees vervoersnet en de latere herzieningen van deze beschikking. 8. Hydrografie Hydrografische elementen, waaronder mariene gebieden en alle andere waterlichamen en daarmee verband houdende elementen, met inbegrip van stroomgebieden en deelstroomgebieden, in voorkomend geval volgens de omschrijvingen vermeld in Richtlijn 2000/60/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 oktober 2000 tot vaststelling van een kader voor communautaire maatregelen betreffende het waterbeleid en in de vorm van netwerken.9. Beschermde gebieden Gebieden die worden aangeduid of beheerd in het kader van internationale en communautaire wetgeving of wetgeving van de lidstaten om specifieke doelstellingen op het vlak van milieubescherming te verwezenlijken. BIJLAGE II IN ARTIKEL 6, ONDER A), ARTIKEL 8, LID 1, EN ARTIKEL 9, ONDER B), VERMELDE THEMATISCHE CATEGORIEEN RUIMTELIJKE GEGEVENS VAN DE RICHTLIJN 1. Hoogte Digitale hoogtemodellen voor land-, ijs- en oceaanoppervlakken, inclusief landhoogte, bathymetrie en kustlijn.2. Bodemgebruik Fysieke en biologische bedekking van het aardoppervlak, met inbegrip van kunstmatige oppervlakken, landbouwgebieden, bossen, halfnatuurlijke gebieden, moeraslanden en wateroppervlakken.3. Orthobeeldvorming Geogerefereerde beeldgegevens van het aardoppervlak, afkomstig van sensoren op satellieten of vliegtuigen.4. Geologie Geologie, gekenmerkt volgens samenstelling en structuur, inclusief vast gesteente, waterhoudende grondlagen en geomorfologie. BIJLAGE III IN ARTIKEL 6, ONDER B), EN ARTIKEL 9, ONDER B), VERMELDE THEMATISCHE CATEGORIEEN RUIMTELIJKE GEGEVENS VAN DE RICHTLIJN 1. Statistische eenheden Eenheden voor verspreiding en gebruik van statistische informatie.2. Gebouwen Geografische locatie van gebouwen.3. Bodem Bodem en ondergrond, gekenmerkt volgens diepte, textuur, structuur en inhoud van deeltjes en organisch materiaal, steenachtigheid, erosie en, waar passend, gemiddelde hellingsgraad en verwachte wateropslagcapaciteit.4. Landgebruik Het grondgebied, gekenmerkt volgens zijn huidige en geplande toekomstige functionele dimensie of sociaaleconomische bestemming (bv. wonen, industrieel, commercieel, landbouw, bosbouw, recreatie). 5. Menselijke gezondheid en veiligheid De geografische spreiding van ziekten (allergieën, kankers, ademhalingsziekten, enz.), informatie over de gevolgen voor de gezondheid (biomarkers, vruchtbaarheidsdaling, epidemieën) of het welzijn van de mens (vermoeidheid, stress, enz.) die direct (luchtvervuiling, chemicaliën, aantasting van de ozonlaag, lawaai, enz.) of indirect (voedsel, genetisch gemodificeerde organismen, enz.) samenhangen met de kwaliteit van het milieu. 6. Nutsdiensten en overheidsdiensten Nutsvoorzieningen zoals riolering, afvalbeheer, energievoorziening, watervoorziening, bestuurlijke en maatschappelijke instanties van de overheid, zoals bestuurlijke overheden, civiele bescherming, scholen en ziekenhuizen. 7. Milieubewakingsvoorzieningen Locatie en werking van milieubewakingsvoorzieningen, met inbegrip van waarneming en meting van emissies, de staat van de milieucompartimenten en van andere ecosysteemparameters (biodiversiteit, ecologische omstandigheden van vegetatie, enz.) door of namens de overheidsinstanties. 8. Faciliteiten voor productie en industrie Industriële productievestigingen, met inbegrip van installaties die onder Richtlijn 96/61/EG van de Raad van 24 september 1996 inzake geïntegreerde preventie en bestrijding van verontreiniging vallen en waterontrekkingsfaciliteiten, mijnbouw, opslagplaatsen.9. Faciliteiten voor landbouw en aquacultuur Landbouwuitrusting en productiefaciliteiten (met inbegrip van irrigatiesystemen, broeikassen en stallen).10. Spreiding van de bevolking B demografie Geografische spreiding van de bevolking, met inbegrip van bevolkingskenmerken en activiteitsniveaus, verzameld per raster, regio, administratieve eenheid of andere analytische eenheid.11. Gebiedsbeheer, gebieden waar beperkingen gelden, gereguleerde gebieden en rapportage-eenheden Gebieden die worden beheerd, gereguleerd of gebruikt voor rapportage op internationaal, Europees, nationaal, regionaal en lokaal niveau, met inbegrip van stortplaatsen, gebieden rond drinkwaterbronnen waar beperkingen gelden, nitraatgevoelige gebieden, gereguleerde vaarwegen op zee of op grote binnenwateren, gebieden voor het storten van afval, gebieden waar geluidsbeperkingen gelden, gebieden met toestemming voor exploratie en mijnbouw, stoomgebieden, relevante rapportage-eenheden en gebieden voor kustbeheer.12. Gebieden met natuurrisico's Kwetsbare gebieden die worden gekenmerkt door natuurrisico's (alle atmosferische, hydrologische, seismische, vulkanische verschijnselen en ongecontroleerde branden die door hun locatie, hevigheid en frequentie, mogelijk ernstige maatschappelijke gevolgen kunnen hebben), zoals overstromingen, aardverschuivingen en -verzakkingen, lawines, bosbranden, aardbevingen en vulkaanuitbarstingen.13. Atmosferische omstandigheden Fysische omstandigheden in de atmosfeer, met inbegrip van ruimtelijke gegevens die gebaseerd zijn op metingen, modellen of een combinatie daarvan, en met inbegrip van meetlocaties.14. Meteorologische geografische kenmerken Weersomstandigheden en de meting daarvan;neerslag, temperatuur, verdamping, windsnelheid en windrichting. 15. Oceanografische geografische kenmerken Fysische kenmerken van oceanen (stroming, zoutgehalte, golfhoogte, enz.). 16. Zeegebieden Fysische kenmerken van zeeën en zoutwateroppervlakken, ingedeeld in regio's en subregio's met gemeenschappelijke kenmerken.17. Biogeografische gebieden Gebieden met betrekkelijk homogene ecologische omstandigheden die gemeenschappelijke kenmerken vertonen.18. Habitats en biotopen Geografische gebieden die worden gekenmerkt door specifieke ecologische omstandigheden, processen, structuur en (leven ondersteunende) functies die fysiek de daar levende organismen ondersteunen, met inbegrip van volledig natuurlijke of semi-natuurlijke land- en wateroppervlakken, onderscheiden naar geografische, abiotische en biotische kenmerken.19. Spreiding van soorten Geografische spreiding van dier- en plantensoorten per raster, regio, administratieve eenheid of andere analytische eenheid. 20. Energiebronnen Energiebronnen met inbegrip van koolwaterstof, waterkracht, bio-energie, zon, wind enz., waar passend met inbegrip van diepte/hoogte-informatie over de omvang van de bron. 21. Minerale bronnen Minerale bronnen met inbegrip van metaalertsen, industriële mineralen enz., waar passend met inbegrip van diepte/hoogte-informatie over de omvang van de bron.
Brussel, op 2 april 2010, in zoveel exemplaren als er contracterende Partijen zijn.
Voor de Federale Staat : De Eerste Minister, Y. LETERME Voor het Vlaamse Gewest : De Minister-President van de Vlaamse Regering, K. PEETERS De Vlaamse minister van Leefmilieu, Natuur en Cultuur, Mevr. J. SCHAUVLIEGE Voor het Waalse Gewest : De Minister-President van de Waalse Regering, R. DEMOTTE De Minister van Leefmilieu, Ruimtelijke Ordening en Mobiliteit, P. HENRY Voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest : De Minister-President van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, Ch. PICQUE De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Leefmilieu, Energie Waterbeleid, Stadsvernieuwing, Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp en Huisvesting, Mevr. E. HUYTEBROECK Kondigen deze ordonnantie af, bevelen dat ze in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.
Brussel, 7 april 2011.
De Minister-President van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Plaatselijke Besturen, Ruimtelijke Ordening, Monumenten en Landschappen, Openbare Netheid en Ontwikkelingssamenwerking, Ch. PICQUE De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Financiën, Begroting, Openbaar Ambt en Externe Betrekkingen, J.-L. VANRAES De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Leefmilieu, Energie, Waterbeleid, Stadsvernieuwing, Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp en Huisvesting Mevr. E. HUYTEBROECK De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Openbare Werken en Vervoer, Mevr. B. GROUWELS De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Tewerkstelling, Economie en Wetenschappelijk Onderzoek, B. CEREXHE _______ Nota (1) Documenten van het Parlement : Gewone zitting 2010-2011 A-152/1 Ontwerp van ordonnantie. A-152/2 Verslag.
Integraal verslag : Bespreking en aanneming : vergadering van vrijdag 25 maart 2011.