Etaamb.openjustice.be
Bericht
gepubliceerd op 18 juli 2017

Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij vonnis van 15 mei 2017 in zake Jan Van Nuffel tegen de nv « Terreos EU », waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 29 mei 2017, heeft de Arbei « Schendt artikel 68 van de wet van 26 december 2013 betreffende de invoering van een eenheidsstatu(...)

bron
grondwettelijk hof
numac
2017203820
pub.
18/07/2017
prom.
--
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

GRONDWETTELIJK HOF


Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989Relevante gevonden documenten type wet prom. 06/01/1989 pub. 18/02/2008 numac 2008000108 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet op het Arbitragehof sluiten Bij vonnis van 15 mei 2017 in zake Jan Van Nuffel tegen de nv « Terreos EU », waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 29 mei 2017, heeft de Arbeidsrechtbank te Gent, afdeling Aalst, de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt artikel 68 van de wet van 26 december 2013 betreffende de invoering van een eenheidsstatuut tussen arbeiders en bedienden inzake de opzeggingstermijnen en de carenzdag en de begeleidende maatregelen, in de interpretatie dat voor de hogere bedienden geen rekening kan gehouden worden met een geldige voorafgaande overeenkomst over de door de werkgever in acht te nemen opzeggingstermijn en deze overeengekomen opzeggingstermijn wordt vervangen door het forfait van 1 maand per begonnen jaar anciënniteit, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet doordat : - enerzijds voor de hogere bediende, die een geldige overeenkomst sloot over de door de werkgever te respecteren opzeggingstermijn, geen rekening wordt gehouden met die opzeggingstermijn en die termijn wordt vervangen door een opzeggingstermijn, gelijk aan één maand per begonnen jaar anciënniteit, terwijl voor alle andere werknemers wél rekening gehouden wordt met de opzeggingstermijn die geldig was overeengekomen met de werkgever; - anderzijds voor de hogere bediende de op 31 december 2013 toepasselijke opzeggingstermijn terzijde wordt geschoven, terwijl voor alle andere werknemers wel rekening wordt gehouden met de op 31 december 2013 toepasselijke opzeggingstermijn ? ».

Die zaak is ingeschreven onder nummer 6668 van de rol van het Hof.

De griffier, F. Meersschaut

^