gepubliceerd op 11 februari 2016
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij vonnis van 14 januari 2016 in zake de stad Brussel tegen de gemeente Sint-Pieters-Leeuw en in zake van de gemeente Sint-Pieters-Leeuw tegen het Vlaamse Gewest en « Schenden de artikelen 21, § 1 en 30 van het decreet van 16 januari 2004 op de begraafplaatse(...)
GRONDWETTELIJK HOF
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere
wet van 6 januari 1989Relevante gevonden documenten
type
wet
prom.
06/01/1989
pub.
18/02/2008
numac
2008000108
bron
federale overheidsdienst binnenlandse zaken
Bijzondere wet op het Arbitragehof
sluiten Bij vonnis van 14 januari 2016 in zake de stad Brussel tegen de gemeente Sint-Pieters-Leeuw en in zake van de gemeente Sint-Pieters-Leeuw tegen het Vlaamse Gewest en het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 18 januari 2016, heeft de Vrederechter van het kanton Herne-Sint-Pieters-Leeuw, zetel Sint-Pieters-Leeuw, de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schenden de artikelen 21, § 1 en 30 van het decreet van 16 januari 2004 op de begraafplaatsen en de lijkbezorging (B.S. 10 februari 2004) en/of artikel 22, § 1, van de
wet van 20 juli 1971Relevante gevonden documenten
type
wet
prom.
20/07/1971
pub.
19/08/2009
numac
2009000536
bron
federale overheidsdienst binnenlandse zaken
Wet tot instelling van gewaarborgde gezinsbijslag. - Officieuze coördinatie in het Duits
sluiten op de begraafplaatsen en lijkbezorging (B.S. 3 augustus 1971) zoals vervangen bij
wet van 20 september 1998Relevante gevonden documenten
type
wet
prom.
20/09/1998
pub.
28/10/1998
numac
1998000628
bron
ministerie van binnenlandse zaken
Wet tot wijziging van de wet van 20 juli 1971 op de begraafplaatsen en de lijkbezorging
sluiten (B.S. 28 oktober 1998) de regels die door of krachtens de Grondwet zijn vastgesteld voor het bepalen van de onderscheiden bevoegdheden van de Staat, de gemeenschappen en de gewesten en het evenredigheidsbeginsel, of de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in die zin geïnterpreteerd dat gemeenten uit een gewest de honoraria van de aangestelde geneesheer niet terugbetaald krijgen wanneer deze het overlijden op hun grondgebied vaststelt van een persoon die in een ander gewest is gedomicilieerd ? ».
Die zaak is ingeschreven onder nummer 6337 van de rol van het Hof.
De griffier, F. Meersschaut