gepubliceerd op 28 november 2013
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 a. Bij vonnis van 8 oktober 2013 in zake Cyriel De Hondt tegen de Pensioendienst voor de Overheidssector, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen o « Was art. 4, § 7 van de wet van 5 april 1994 houdende regeling van de cumulatie van pensioene(...)
GRONDWETTELIJK HOF
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere
wet van 6 januari 1989Relevante gevonden documenten
type
wet
prom.
06/01/1989
pub.
18/02/2008
numac
2008000108
bron
federale overheidsdienst binnenlandse zaken
Bijzondere wet op het Arbitragehof
sluiten a. Bij vonnis van 8 oktober 2013 in zake Cyriel De Hondt tegen de Pensioendienst voor de Overheidssector, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 23 oktober 2013, heeft de Rechtbank van eerste aanleg te Brussel de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Was art.4, § 7 van de
wet van 5 april 1994Relevante gevonden documenten
type
wet
prom.
05/04/1994
pub.
10/08/2011
numac
2011000519
bron
federale overheidsdienst binnenlandse zaken
Wet houdende regeling van de cumulatie van pensioenen van de openbare sector met inkomsten voortvloeiend uit de uitoefening van een beroepsactiviteit of met een vervangingsinkomen. - Officieuze coördinatie in het Duits
sluiten houdende regeling van de cumulatie van pensioenen van de openbare sector met inkomsten voortvloeiend uit de uitoefening van een beroepsactiviteit of met een vervangingsinkomen (B.S. 7 mei 1994) zoals dit van kracht was in 2008, strijdig met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet in de mate waarin er een onderscheid in gemaakt werd tussen enerzijds de categorie van personen wiens inkomsten de vastgestelde grensbedragen met minder dan 15 % overschrijden, in welk geval een pro rata vermindering van het pensioen plaatsvindt en anderzijds de categorie van personen wiens inkomsten de vastgestelde grensbedragen met 15 % of meer overschrijden, in welk geval een volledige schorsing van het pensioen plaatsvindt ? Was art. 4, § 7 van dezelfde
wet van 5 april 1994Relevante gevonden documenten
type
wet
prom.
05/04/1994
pub.
10/08/2011
numac
2011000519
bron
federale overheidsdienst binnenlandse zaken
Wet houdende regeling van de cumulatie van pensioenen van de openbare sector met inkomsten voortvloeiend uit de uitoefening van een beroepsactiviteit of met een vervangingsinkomen. - Officieuze coördinatie in het Duits
sluiten (B.S. 7 mei 1994) zoals dit van kracht was in 2008, strijdig met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet in de mate waarin ongelijke situaties daarin gelijk werden behandeld in die zin dat zowel de categorie van personen die de grensbedragen beperkt (bv. met 15 of 16 %) hadden overschreden zowel als de categorie van personen die de grensbedragen aanzienlijk (bv. met 80, 90 of 100 %) hadden overschreden, beiden gesanctioneerd werden met een volledige schorsing van het pensioen ? ». b. Bij vonnis van 24 oktober 2013 in zake Alfred Naignot tegen de Pensioendienst voor de Overheidssector, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 29 oktober 2013, heeft de Rechtbank van eerste aanleg te Nijvel de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt artikel 4, § 7, eerste lid, van de
wet van 5 april 1994Relevante gevonden documenten
type
wet
prom.
05/04/1994
pub.
10/08/2011
numac
2011000519
bron
federale overheidsdienst binnenlandse zaken
Wet houdende regeling van de cumulatie van pensioenen van de openbare sector met inkomsten voortvloeiend uit de uitoefening van een beroepsactiviteit of met een vervangingsinkomen. - Officieuze coördinatie in het Duits
sluiten houdende regeling van de cumulatie van pensioenen van de openbare sector met inkomsten voortvloeiend uit de uitoefening van een beroepsactiviteit of met een vervangingsinkomen de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in zoverre daarin de schorsing wordt opgelegd van het pensioen van de gepensioneerde wiens beroepsinkomsten het in artikel 4, § 5, eerste lid, vastgestelde bedrag met meer dan 15 pct.hebben overschreden, terwijl in artikel 4, § 7, tweede lid, slechts een vermindering van het pensioen wordt opgelegd naar rata van het percentage waarmee de inkomsten het maximumbedrag overschrijden voor de gepensioneerden wier beroepsinkomsten het toegestane maximumbedrag met minder dan 15 pct. hebben overschreden ? ».
Die zaken, ingeschreven onder de nummers 5735 en 5738 van de rol van het Hof, werden samengevoegd.
De griffier, F. Meersschaut