gepubliceerd op 23 september 2010
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij vonnis van 17 juni 2010 in zake de nv « Fortis Bank » tegen V.B., waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 8 juli 2010, heeft de Rechtbank va « Schenden de bepalingen van artikel 82, tweede lid, van de faillissementswet van 8 augustus 1997, (...)
GRONDWETTELIJK HOF
   Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere 
wet van 6    januari 1989Relevante gevonden documenten
	
		
			
				
					type
					wet
				
				
					prom.
					06/01/1989
				
				
					pub. 
					18/02/2008
				
				
					numac 
					2008000108
				
			
		
			
				
					
						bron
						federale overheidsdienst binnenlandse zaken
					
				
				
					Bijzondere wet op het Arbitragehof 
				
			
		
	sluiten    Bij vonnis van 17 juni 2010 in zake de nv « Fortis Bank » tegen V.B.,    waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 8 juli    2010, heeft de Rechtbank van eerste aanleg te Charleroi de volgende    prejudiciële vraag gesteld :    « Schenden de bepalingen van artikel 82, tweede lid, van de    faillissements
wet van 8 augustus 1997Relevante gevonden documenten
	
		
			
				
					type
					wet
				
				
					prom.
					08/08/1997
				
				
					pub. 
					28/10/1997
				
				
					numac 
					1997009766
				
			
		
			
				
					
						bron
						ministerie van justitie
					
				
				
					Faillissementswet  
				
			
		
	sluiten, zoals zij van kracht zijn sinds    28 augustus 2008, geïnterpreteerd in die zin dat de verschoonbaarheid    van de gefailleerde de echtgenoot van de gefailleerde automatisch    bevrijdt van de hoofdelijke verbintenissen die deze echtgenoot met de    gefailleerde heeft aangegaan, zonder een onderscheid te maken tussen    het vermogen van de echtgenoot zoals het vóór het vonnis van    verschoonbaarheid bestond en het vermogen dat werd gevormd na het    vonnis van verschoonbaarheid, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet    doordat zij een discriminatie creëren tussen : a) enerzijds, de gefailleerde, die door het vonnis van    faillietverklaring buiten het bezit is gesteld van zijn goederen en    wiens goederen door de curator te gelde zijn gemaakt en, anderzijds,    diens echtgenoot wiens eigen vermogen uit de failliete boedel wordt    gehouden en die niet door de schuldeisers kan worden vervolgd terwijl    dat eigen vermogen tot algemene waarborg strekt met toepassing van de    artikelen 7 en 8 van de hypotheekwet;b) enerzijds, de echtgenoot van de gefailleerde en, anderzijds, de    andere natuurlijke personen die zich ertoe hebben verbonden de schuld    van de gefailleerde af te lossen door een zakelijke zekerheid te    verlenen of door zich persoonlijk zeker te stellen, doordat in het    eerste geval niet in een bevrijding is voorzien en doordat in het    tweede geval een bevrijding slechts kan worden toegekend onder de    voorwaarden en volgens de vormvoorschriften van de artikelen 72bis en    72ter van de faillissementswet en met inachtneming van de procedure    die is voorgeschreven bij artikel 80 van de faillissementswet, waarbij    de schuldeiser behoorlijk wordt opgeroepen en gehoord ? ».   Die zaak is ingeschreven onder nummer 4996 van de rol van het Hof.
De griffier, P.-Y. Dutilleux.