Etaamb.openjustice.be
Bericht
gepubliceerd op 14 september 2010

Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij vonnis van 25 juni 2010 in zake M. V.G. tegen B.G., waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 2 juli 2010, heeft de Rechtbank van eerste aanle « Schendt artikel 301, § 2, van het Burgerlijk Wetboek, zoals ingevoerd door de wet van 27 apr(...)

bron
grondwettelijk hof
numac
2010204761
pub.
14/09/2010
prom.
--
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

GRONDWETTELIJK HOF


Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989Relevante gevonden documenten type wet prom. 06/01/1989 pub. 18/02/2008 numac 2008000108 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet op het Arbitragehof sluiten Bij vonnis van 25 juni 2010 in zake M. V.G. tegen B.G., waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 2 juli 2010, heeft de Rechtbank van eerste aanleg te Antwerpen de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt artikel 301, § 2, van het Burgerlijk Wetboek, zoals ingevoerd door de wet van 27 april 2007Relevante gevonden documenten type wet prom. 27/04/2007 pub. 07/06/2007 numac 2007009493 bron federale overheidsdienst justitie Wet betreffende de hervorming van de echtscheiding sluiten de artikelen 10 en 11 van de Grondwet doordat de onderhoudsschuldeiser die strafrechtelijk veroordeeld werd voor de misdrijven opgesomd in lid 3 enerzijds verplicht dient uitgesloten te worden van een onderhoudsuitkering en anderzijds steeds dient uitgesloten te worden ongeacht het tijdstip waarop de feiten van de misdrijven vermeld in lid 3 plaatsvonden terwijl de onderhoudsschuldeiser die een zware fout beging die niet gelijk te stellen is met de in lid 3 gekwalificeerde strafrechtelijke veroordeling enerzijds slechts facultatief uitgesloten kan worden van een onderhoudsuitkering en anderzijds enkel in het geval dat de zware fout voorafging aan de onherstelbare ontwrichting van het huwelijk ? ».

Die zaak is ingeschreven onder nummer 4990 van de rol van het Hof.

De griffier, P.-Y. Dutilleux.

^