gepubliceerd op 21 februari 2005
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof Bij vonnis van 7 januari 2005 in zake J. Bronckart tegen de n.v. Fortis Bank, waarvan de expeditie ter griffie van het Arbitragehof is ingekomen « Schendt artikel 82 van de faillissementswet van 8 augustus 1997, in die zin geïnterpreteerd dat h(...)
ARBITRAGEHOF
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof Bij vonnis van 7 januari 2005 in zake J. Bronckart tegen de n.v.
Fortis Bank, waarvan de expeditie ter griffie van het Arbitragehof is ingekomen op 14 januari 2005, heeft de Rechtbank van eerste aanleg te Luik de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt artikel 82 van de faillissementswet van 8 augustus 1997, in die zin geïnterpreteerd dat het alleen betrekking heeft op de natuurlijke personen die zich kosteloos ' als persoonlijke borgen ' hebben verbonden, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in zoverre het een discriminatie invoert onder de natuurlijke personen die zich kosteloos ertoe hebben verbonden zich borg te stellen voor de schuld(en) van de gefailleerde naargelang zij als persoonlijke zekerheden of propter rem gebonden zijn ? » Die zaak is ingeschreven onder nummer 3335 van de rol van het Hof.
De griffier, P.-Y. Dutilleux.