gepubliceerd op 01 november 2002
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof Bij vonnis van 3 oktober 2002 in zake T. van der Kooij tegen L. Goeminne, waarvan de expeditie ter griffie van het Arbitragehof is ingekomen op 11 Die zaak is ingeschreven onder nummer 2525 van de rol van het Hof. De griffier, L. Potoms (...)
ARBITRAGEHOF
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof Bij vonnis van 3 oktober 2002 in zake T. van der Kooij tegen L. Goeminne, waarvan de expeditie ter griffie van het Arbitragehof is ingekomen op 11 oktober 2002, heeft de Rechtbank van eerste aanleg te Antwerpen de prejudiciële vraag gesteld « of de artikelen 371 en volgende van het Burgerlijk Wetboek de artikelen 10 en 11 van de Grondwet schenden in zover het ouderlijk gezag enkel kan worden toegekend aan personen die met een kind een afstammingsband hebben ».
Die zaak is ingeschreven onder nummer 2525 van de rol van het Hof.
De griffier, L. Potoms