Etaamb.openjustice.be
Arrest
gepubliceerd op 30 november 2004

Uittreksel uit arrest nr. 194/2004 van 24 november 2004 Rolnummer 3073 In zake : het beroep tot vernietiging van artikel 68 van de programmawet van 9 juli 2004 - houdende bekrachtiging van het koninklijk besluit van 27 mei 2004 betreffende Het Arbitragehof, beperkte kamer, samengesteld uit voorzitter M. Melchior en de rechters-verslag(...)

bron
arbitragehof
numac
2004203573
pub.
30/11/2004
prom.
--
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

ARBITRAGEHOF


Uittreksel uit arrest nr. 194/2004 van 24 november 2004 Rolnummer 3073 In zake : het beroep tot vernietiging van artikel 68 van de programmawet van 9 juli 2004 - houdende bekrachtiging van het koninklijk besluit van 27 mei 2004 betreffende de omzetting van Brussels International Airport Company (B.I.A.C.) in een naamloze vennootschap van privaatrecht en betreffende de luchthaveninstallaties - en van dat koninklijk besluit van 27 mei 2004, ingesteld door de Brusselse Hoofdstedelijke Regering.

Het Arbitragehof, beperkte kamer, samengesteld uit voorzitter M. Melchior en de rechters-verslaggevers R. Henneuse en E. Derycke, bijgestaan door de griffier L. Potoms, wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van het beroep en rechtspleging Bij verzoekschrift dat aan het Hof is toegezonden bij op 10 augustus 2004 ter post aangetekende brief en ter griffie is ingekomen op 11 augustus 2004, is beroep tot vernietiging ingesteld van artikel 68 van de programmawet van 9 juli 2004 (bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad van 15 juli 2004, tweede uitgave) - houdende bekrachtiging van het koninklijk besluit van 27 mei 2004 betreffende de omzetting van Brussels International Airport Company (B.I.A.C.) in een naamloze vennootschap van privaatrecht en betreffende de luchthaveninstallaties - en van dat koninklijk besluit van 27 mei 2004, door de Brusselse Hoofdstedelijke Regering.

Op 9 september 2004 hebben de rechters-verslaggevers R. Henneuse en E. Derycke, met toepassing van artikel 71, eerste lid, van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof, de voorzitter ervan in kennis gesteld dat zij ertoe zouden kunnen worden gebracht aan het Hof, zitting houdende in beperkte kamer, voor te stellen een arrest te wijzen waarbij wordt vastgesteld dat het beroep tot vernietiging klaarblijkelijk niet ontvankelijk is. (...) II. In rechte (...) B.1. De Brusselse Hoofdstedelijke Regering vordert de vernietiging van artikel 68 van de programmawet van 9 juli 2004 - houdende bekrachtiging van het koninklijk besluit van 27 mei 2004 betreffende de omzetting van Brussels International Airport Company (B.I.A.C.) in een naamloze vennootschap van privaatrecht en betreffende de luchthaveninstallaties - en van dat koninklijk besluit van 27 mei 2004.

B.2. Het beroep tot vernietiging is ingesteld naar aanleiding van een beslissing van de Brusselse Minister van Leefmilieu, E. Huytebroeck, op grond van een delegatie van bevoegdheden om op te treden voor de rechtscolleges « krachtens het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Executieve van 25 januari 1990 houdende delegatie van bevoegdheid betreffende de procedures voor de gerechten en krachtens artikel 5, s), van het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 18 juli 2000 tot regeling van haar werkwijze en tot regeling van de ondertekening van de akten van de Regering ».

B.3. Teneinde te voldoen aan de vereisten van artikel 7, tweede lid, van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof, moet de verzoekende partij, indien het beroep tot vernietiging wordt ingesteld door een Gemeenschaps- of Gewestregering, bij haar verzoekschrift een eensluidend verklaard afschrift voegen van de beslissing waarbij zij besloten heeft het beroep in te stellen.

B.4. Het Hof stelt voorafgaandelijk vast dat de voormelde besluiten van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering geen delegatie van bevoegdheden bevatten op grond waarvan een minister alleen kan beslissen om een beroep voor het Hof in te stellen.

B.5. Ongeacht die overweging voldoet het beroep tot vernietiging, ingesteld naar aanleiding van de enkele beslissing van de Brusselse Minister van Leefmilieu, Energie en Toerisme, bij ontstentenis van een beslissing van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering die voorafgaat aan de datum van instelling van het beroep, niet aan de vereisten van het voormelde artikel 7, tweede lid.

Een latere beslissing tot bekrachtiging, aangenomen door de Brusselse Hoofdstedelijke Regering nadat de griffier kennis had gegeven van de conclusies van de rechters-verslaggevers, kan die leemte niet verhelpen.

B.6. Het beroep tot vernietiging is klaarblijkelijk onontvankelijk.

Om die redenen, het Hof, beperkte kamer, met eenparigheid van stemmen uitspraak doende, verwerpt het beroep.

Aldus uitgesproken in het Frans, het Nederlands en het Duits, overeenkomstig artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof, op de openbare terechtzitting van 24 november 2004.

De griffier, L. Potoms.

De voorzitter, M. Melchior.

^