gepubliceerd op 13 juni 2022
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij arrest nr. 253.657 van 5 mei 2022, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 18 mei 2022, heeft de Raad van State de volgende prejudiciële vra « Schendt artikel 14, § 1, eerste lid, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State, gele(...)
GRONDWETTELIJK HOF
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere
wet van 6 januari 1989Relevante gevonden documenten
type
wet
prom.
06/01/1989
pub.
18/02/2008
numac
2008000108
bron
federale overheidsdienst binnenlandse zaken
Bijzondere wet op het Arbitragehof
sluiten Bij arrest nr. 253.657 van 5 mei 2022, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 18 mei 2022, heeft de Raad van State de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt artikel 14, § 1, eerste lid, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State, gelezen in samenhang met artikel 108, § 1, van de
wet van 3 december 2017Relevante gevonden documenten
type
wet
prom.
03/12/2017
pub.
10/01/2018
numac
2017031916
bron
federale overheidsdienst justitie
Wet tot oprichting van de Gegevensbeschermingsautoriteit
sluiten 'tot oprichting van de Gegevensbeschermingsautoriteit' de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, al dan niet gelezen in samenhang met artikel 78, lid 1, van de algemene verordening gegevensbescherming, in zoverre die wettelijke bepalingen zo worden gelezen dat de Raad van State, afdeling Bestuursrechtspraak, geen rechtsmacht heeft om uitspraak te doen over een beroep tot nietigverklaring dat door een derde-belanghebbende wordt ingesteld tegen een beslissing van de geschillenkamer van de Gegevensbeschermingsautoriteit ? ».
Die zaak is ingeschreven onder nummer 7807 van de rol van het Hof.
De griffier, F. Meersschaut