gepubliceerd op 19 januari 2022
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij arrest nr. 252.335 van 7 december 2021, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 17 december 2021, heeft de Raad van State de volgende prejud « Schendt artikel 2 van het besluit van de Waalse Regering van bijzondere machten nr. 2 van 18 maar(...)
GRONDWETTELIJK HOF
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere
wet van 6 januari 1989Relevante gevonden documenten
type
wet
prom.
06/01/1989
pub.
18/02/2008
numac
2008000108
bron
federale overheidsdienst binnenlandse zaken
Bijzondere wet op het Arbitragehof
sluiten Bij arrest nr. 252.335 van 7 december 2021, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 17 december 2021, heeft de Raad van State de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt artikel 2 van het besluit van de Waalse Regering van bijzondere machten nr. 2 van 18 maart 2020 ' betreffende de tijdelijke opschorting van dwingende termijnen en termijnen voor het indienen van beroepen vastgesteld in de gezamenlijke Waalse wetgeving en reglementering of aangenomen krachtens deze, evenals die vastgesteld in de wetten en koninklijke besluiten vallend onder de bevoegdheden van het Waalse Gewest krachtens de bijzondere wet tot hervorming der instellingen van 8 augustus 1980 ', bekrachtigd bij artikel 2 van het
decreet van 3 december 2020Relevante gevonden documenten
type
decreet
prom.
03/12/2020
pub.
14/12/2020
numac
2020044211
bron
waalse overheidsdienst
Decreet houdende bekrachtiging van de besluiten van de Waalse Regering van bijzondere machten in het kader van het beheer van de gezondheidscrisis COVID-19
type
decreet
prom.
03/12/2020
pub.
14/12/2020
numac
2020044210
bron
waalse overheidsdienst
Decreet houdende bekrachtiging van de besluiten van de Waalse Regering van bijzondere machten in het kader van het beheer van de gezondheidscrisis COVID-19 voor de aangelegenheden bedoeld in artikel 138 van de Grondwet
sluiten ' houdende bekrachtiging van de besluiten van de Waalse Regering van bijzondere machten in het kader van het beheer van de gezondheidscrisis COVID-19 ', de bevoegdheidverdelende regels in zoverre het, met toepassing van de impliciete bevoegdheden die zijn toegekend bij artikel 10 van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, artikel 14 van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, aanvult met een paragraaf 4 teneinde een regeling in te stellen, voor bepaalde akten, tot opschorting van de termijnen die van toepassing zijn op het vernietigingscontentieux voor de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, terwijl de aangelegenheid onder de bevoegdheid van de federale overheid valt, overeenkomstig artikel 160 van de Grondwet ? ».
Die zaak is ingeschreven onder nummer 7706 van de rol van het Hof.
De griffier, P.-Y. Dutilleux