gepubliceerd op 17 juni 2011
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij arrest van 7 april 2011 in zake het auditoraat-generaal bij het Arbeidshof tegen Marc Libbrecht, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 9 m « Schendt artikel 35, § 1, vierde lid, van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de beslu(...)
GRONDWETTELIJK HOF
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere
wet van 6 januari 1989Relevante gevonden documenten
type
wet
prom.
06/01/1989
pub.
18/02/2008
numac
2008000108
bron
federale overheidsdienst binnenlandse zaken
Bijzondere wet op het Arbitragehof
sluiten Bij arrest van 7 april 2011 in zake het auditoraat-generaal bij het Arbeidshof tegen Marc Libbrecht, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 9 mei 2011, heeft het Hof van Beroep te Gent de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt artikel 35, § 1, vierde lid, van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders de artikelen 10 en 11 van de gecoördineerde Grondwet doordat het vierde lid van de voornoemde bepaling, in geval van bedrieglijke onderwerping van een of meer personeelsleden aan de toepassing van de RSZ-wet, voorziet in de ambtshalve veroordeling van de werkgever, diens aangestelden en lasthebber tot betaling van het drievoud van de bedrieglijk aangegeven bijdragen, terwijl, in geval van niet-onderwerping aan de toepassing van de RSZ-wet, artikel 35, § 1, vijfde lid, van de RSZ-wet enkel voorziet in de ambtshalve veroordeling van de werkgever en, in voorkomend geval, de hoofdelijke aansprakelijke aannemer, en niet in de ambtshalve veroordeling van de aangestelden en lasthebbers van de werkgever ? ».
Die zaak is ingeschreven onder nummer 5143 van de rol van het Hof.
De griffier, P.-Y. Dutilleux.