gepubliceerd op 10 januari 2024
Benoeming van de voorzitter en van de eerste en de tweede plaatsvervangende voorzitter van het Vast Comité van Toezicht op de politiediensten De Kamer van volksvertegenwoordigers dient met toepassing van artikel 4, eerste lid, van de (...) De voorzitter uitgezonderd, telt het Comité P evenveel Nederlandstalige als Franstalige leden. De(...)
WETGEVENDE KAMERS, KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS
Benoeming van de voorzitter en van de eerste en de tweede plaatsvervangende voorzitter van het Vast Comité van Toezicht op de politiediensten (Comité P) De Kamer van volksvertegenwoordigers dient met toepassing van artikel 4, eerste lid, van de
wet van 18 juli 1991Relevante gevonden documenten
type
wet
prom.
18/07/1991
pub.
04/04/2018
numac
2018030682
bron
federale overheidsdienst binnenlandse zaken
Wet tot regeling van het toezicht op politie- en inlichtingendiensten en op het Coördinatieorgaan voor de dreigingsanalyse. - Officieuze coördinatie in het Duits
sluiten tot regeling van het toezicht op politie- en inlichtingendiensten en op het Coördinatieorgaan voor de dreigingsanalyse over te gaan tot de benoeming van de voorzitter en van de eerste en de tweede plaatsvervangende voorzitter van het Comité P. De voorzitter uitgezonderd, telt het Comité P evenveel Nederlandstalige als Franstalige leden.
De voorzitter van één van de Vaste Comités van toezicht op de politiediensten of de inlichtingendiensten is Nederlandstalig, de andere Franstalig.
Duur van het mandaat De leden van het Comité P worden benoemd voor een vernieuwbare termijn van zes jaar die begint te lopen vanaf hun eedaflegging.
De plaatsvervangers worden benoemd voor een vernieuwbare termijn van zes jaar die begint te lopen vanaf de eedaflegging van het lid van wie ze de plaatsvervanging verzekeren.
Het lid wiens mandaat een einde neemt vóór het verstrijken van de termijn van zes jaar wordt voor de resterende duur van het mandaat vervangen door zijn eerste plaatsvervanger, en indien deze daaraan verzaakt, door zijn tweede plaatsvervanger.
Opdrachten Het toezicht uitgeoefend door het Comité P heeft betrekking op de bescherming van de rechten die de Grondwet en de wet aan de personen waarborgen, alsook op de coördinatie en de doelmatigheid van de politiediensten. De precieze taak is omschreven in de artikelen 8 en volgende van de voormelde wet van 18 juli 1991Relevante gevonden documenten type wet prom. 18/07/1991 pub. 04/04/2018 numac 2018030682 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot regeling van het toezicht op politie- en inlichtingendiensten en op het Coördinatieorgaan voor de dreigingsanalyse. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten.
Benoemingsvoorwaarden Op het moment van hun benoeming dienen de leden en hun plaatsvervangers aan de volgende voorwaarden te voldoen: 1° Belg zijn;2° beschikken over de burgerlijke en politieke rechten;3° de volle leeftijd van 35 jaar hebben bereikt;4° hun woonplaats in België hebben;5° kunnen aantonen over een relevante ervaring te beschikken van ten minste zeven jaar in het domein van het strafrecht of de criminologie, het publiek recht, of technieken inzake management, verworven in functies die bij de werking, activiteiten en organisatie van de politiediensten, inlichtingen- en veiligheidsdiensten aanleunen, alsook functies met een hoge graad van verantwoordelijkheid te hebben uitgeoefend;6° houder zijn van een veiligheidsmachtiging van het niveau « zeer geheim » krachtens de wet van 11 december 1998Relevante gevonden documenten type wet prom. 11/12/1998 pub. 28/12/2023 numac 2023047806 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de classificatie, de veiligheidsmachtigingen, veiligheidsattesten, veiligheidsadviezen en de publiek gereguleerde dienst. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen, veiligheidsattesten en veiligheidsadviezen (zie verder). De voorzitter van het Comité P moet een magistraat zijn.
Onverenigbaarheden De leden en hun plaatsvervangers mogen: - geen bij verkiezing verleend openbaar mandaat uitoefenen; - geen openbare of particuliere betrekking of activiteit uitoefenen die de onafhankelijkheid of de waardigheid van het ambt in gevaar zou kunnen brengen; - geen lid zijn van het Vast Comité van toezicht op de inlichtingendiensten, van een politiedienst of van een inlichtingendienst, van het Coördinatieorgaan voor de dreigingsanalyse of van een andere ondersteunende dienst.
Voor de plaatsvervangende leden worden deze voorwaarden door de Kamer gecontroleerd op het ogenblik dat hij/zij in functie treedt.
Bijzondere bepalingen (artikel 65 van de wet van 18 juli 1991Relevante gevonden documenten type wet prom. 18/07/1991 pub. 04/04/2018 numac 2018030682 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot regeling van het toezicht op politie- en inlichtingendiensten en op het Coördinatieorgaan voor de dreigingsanalyse. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten) - de artikelen 1, 6, 11 en 12 van de wet van 18 september1986 tot instelling van het politiek verlof voor de personeelsleden van de overheidsdiensten zijn, in voorkomend geval en met de nodige aanpassingen, van toepassing op de leden van het Comité P; - de magistraten van de rechterlijke orde kunnen worden benoemd tot lid van het Comité P. Artikel 293 van het Gerechtelijk Wetboek is niet van toepassing op die benoemingen; - de magistraat van het openbaar ministerie die wordt benoemd tot lid van het Comité P behoudt zijn plaats op de ranglijst en wordt geacht zijn ambt of functie te hebben uitgeoefend. Gedurende de opdracht ontvangt hij de wedde verbonden aan zijn ambt in de rechterlijke orde niet meer. Voor zover het een voltijdse opdracht betreft, kan in de vervanging van een magistraat bij het hof van beroep of bij het arbeidshof worden voorzien door een benoeming en, in voorkomend geval, een aanwijzing in overtal. Is de betrokken magistraat van het openbaar ministerie een korpschef dan is artikel 323bis, derde lid, van het Gerechtelijk Wetboek van toepassing.
Statuut De leden van het Comité P hebben een statuut dat gelijk is aan dat van de raadsheren bij het Rekenhof. De regels in verband met het geldelijk statuut van de raadsheren bij het Rekenhof zoals vervat in de wet van 21 maart 1964 betreffende de wedden van de leden van het Rekenhof zijn op hen van toepassing.
Kandidaatstelling De kandidaturen, met curriculum vitj, dienen binnen dertig dagen na bekendmaking van dit bericht bij ter post aangetekende brief te worden gericht aan de Voorzitster van de Kamer van volksvertegenwoordigers, Paleis der Natie, 1008 Brussel.
De kandidaten dienen te preciseren voor welk mandaat (voorzitter, eerste plaatsvervangende voorzitter en/of tweede plaatsvervangende voorzitter) zij zich kandidaat stellen.
De kandidaturen moeten vergezeld zijn van de documenten die het bewijs leveren dat voornoemde benoemingsvoorwaarden vervuld zijn, de voorwaarde van de veiligheidsmachtiging uitgezonderd.
De kandidaten dienen in hun kandidatuur te vermelden of zij al dan niet beschikken over een veiligheidsmachtiging van het niveau 'zeer geheim'.
De kandidaten die nog niet over een veiligheidsmachtiging beschikken, dienen het bewijs te leveren dat hun aanvraag tot veiligheidsmachtiging geldig werd ingediend.
Bijkomende inlichtingen kunnen worden bekomen op het Secretariaat-Generaal van de Kamer van volksvertegenwoordigers, tel. : 02/549.84.21, e-mail: secretariaat.generaal@dekamer.be Zie: https://www.dekamer.be/kvvcr/pdf_sections/declconf/ Privacyverklaring_benoemingen_NL.pdf