Etaamb.openjustice.be
Wet
gepubliceerd op 11 maart 2019

Sectoraal akkoord van 9 januari 2018 ter ondersteuning van het vervangen van microplastics in consumptieproducten Gelet op artikel 6 van de wet van 21 december 1998 betreffende productnormen ter bevordering van duurzame productie- en consumptiep Gelet op de Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisc(...)

bron
federale overheidsdienst volksgezondheid, veiligheid van de voedselketen en leefmilieu
numac
2019040482
pub.
11/03/2019
prom.
--
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

Sectoraal akkoord van 9 januari 2018 ter ondersteuning van het vervangen van microplastics in consumptieproducten Gelet op artikel 6 van de wet van 21 december 1998Relevante gevonden documenten type wet prom. 21/12/1998 pub. 11/02/1999 numac 1998022861 bron ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Wet betreffende de productnormen ter bevordering van duurzame productie- en consumptiepatronen en ter bescherming van het leefmilieu en de volksgezondheid sluiten betreffende productnormen ter bevordering van duurzame productie- en consumptiepatronen en ter bescherming van het leefmilieu, de volksgezondheid en de werknemers;

Gelet op de Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Régio's: Maak de cirkel rond - een EU-actieplan voor de circulaire economie van 2 december 2015;

Gelet op het groenboek over een Europese strategie voor kunststofafval in het milieu van 7 maart 2013;

Gelet op de conclusies van de Raad over het EU-actieplan voor de circulaire economie van 20 juni 2016;

Gelet op doelstelling nr. 14 van de duurzame ontwikkelingsdoelstellingen van de Verenigde Naties van 25 september 2015;

Gelet op "The clean seas global campaign on marine litter" van de Verenigde Naties;

Gelet op de uitnodiging die op 10 april 2017 werd bezorgd aan de betrokken representatieve organisaties van de Centrale Raad voor het Bedrijfsleven;

Gelet op de publicatie van (de samenvatting van) het ontwerp van sectoraal akkoord op 24 oktober 2017 in twee Franstalige dagbladen (La Dernière Heure en Le Soir), twee Nederlandstalige dagbladen (Het Laatste Nieuws en De Standaard), een Duitstalig dagblad (Grenz-Echo) evenals op de website van het Directoraat-generaal Leefmilieu van de FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu;

Gelet op de kennisgeving van (de samenvatting van) het ontwerp van akkoord aan de Federale Raad voor Duurzame Ontwikkeling, de Hoge Gezondheidsraad, de Raad voor het Verbruik en de Centrale Raad voor het Bedrijfsleven;

Gelet op de kennisgeving van (de samenvatting van) het ontwerp van sectoraal akkoord aan de Kamer van Volksvertegenwoordigers evenals aan de Waalse regering, de Vlaamse regering en de regering van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest;

Gelet op de kennisgeving van het ontwerp van akkoord aan de Europese Commissie op 2 oktober 2017;

Gelet op de (unanieme) goedkeuring door de Beheerraad van DETIC van onderhavig akkoord;

Overwegende dat het gebruik van primaire microplastics in producten afgebouwd moet worden om hun milieu-impact zoveel mogelijk te beperken, met name op de mariene ecosystemen en de biodiversiteit;

Overwegende dat de microplastics vervuiling van de oppervlaktewateren een globaal probleem is geworden, dat ecologische evenwichten in het aquatisch milieu bedreigt;

Overwegende dat in sommige gevallen de microplastics toegevoegd aan consumptieproducten, bij gebruik ervan, samen met deze producten met water worden afgespoeld en daardoor terechtkomen in de rioleringsstelsel en vervolgens in oppervlaktewateren; dat geen alternatieve manier van het omgaan met deze producten aan de gebruiker kan worden voorgesteld waarbij geen emissies van microplastics in de rioleringsstelsel zal gebeuren;

Overwegende dat door deze eigenschappen microplastics in sommige consumptieproducten slechts eenmalig zijn gebruikt en zonder mogelijkheid om deze te recupereren, wat tegenstrijdig is met het principe van duurzame productie- en consumptie;

Overwegende dat sommige types van microplastics in consumptieproducten, reeds vervangen kunnen worden door milieuvriendelijkere alternatieven en het verder onderzoek en productontwikkeling nodig is om ook andere types van microplastics te vervangen;

Overwegende dat het in het kader daarvan nodig is om, onder andere, producenten van consumptiegoederen bewust te maken, en de kmo's te ondersteunen bij hun inspanningen om microplastics te vervangen;

Overwegende dat de partijen de milieuprestaties van de op de markt gebrachte producten willen verbeteren, en daarbij rekening houden met de inspanningen van producenten;

Overwegende dat er publieke en private initiatieven bestaan om evaluatiecriteria uit te werken voor de producten en reductiedoelstellingen inzake milieuhinder door die producten;

Overwegende dat er publieke en private initiatieven bestaan die de productiewijzen milieuvriendelijker willen maken, met name de aanbeveling aangaande de vervanging van microplastics van Cosmetics Europe; komen de volgende partijen: 1°. De Federale Staat, vertegenwoordigd door Mevr. Marie-Christine Marghem, Minister van Energie, Leefmilieu en Duurzame Ontwikkeling, hierna de Federale Staat genoemd; 2°. De vzw DETIC, de Belgisch-Luxemburgse vereniging van producenten en verdelers van cosmetica, reinigings- en onderhoudsmiddelen, lijmen en mastieken, vertegenwoordigd door Coralie Boulez voorzitster DETIC en Françoise Van Tiggelen, secretaris-generaal van DETIC, hierna « DETIC » genoemd; overeen hetgeen volgt: HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen

Artikel 1.Doelstellingen van het sectoraal akkoord § 1. De artikelen van hoofdstuk III, sectie 3 van dit akkoord worden uitgevoerd krachtens artikel 6 (betreffende de sectorale akkoorden) van de wet van 21 december 1998Relevante gevonden documenten type wet prom. 21/12/1998 pub. 11/02/1999 numac 1998022861 bron ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Wet betreffende de productnormen ter bevordering van duurzame productie- en consumptiepatronen en ter bescherming van het leefmilieu en de volksgezondheid sluiten betreffende de productnormen ter bevordering van duurzame productie- en consumptiepatronen en ter bescherming van het leefmilieu, de volksgezondheid en de werknemers.

Dit akkoord is juridisch bindend voor de partijen krachtens artikel 6, § 4, 1° (eerste zin) van de wet van 21 december 1998Relevante gevonden documenten type wet prom. 21/12/1998 pub. 11/02/1999 numac 1998022861 bron ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Wet betreffende de productnormen ter bevordering van duurzame productie- en consumptiepatronen en ter bescherming van het leefmilieu en de volksgezondheid sluiten betreffende de productnormen ter bevordering van duurzame productie- en consumptiepatronen en ter bescherming van het leefmilieu, de volksgezondheid en de werknemers.

Dit akkoord bindt ook alle leden van DETIC, krachtens artikel 6 § 4, 1° (tweede zin), van dezelfde wet. § 2. Dit akkoord heeft tot doel de verbintenissen van de verschillende partijen te bepalen teneinde: - de progressieve vervanging van microplastics in consumptieproducten te ondersteunen, om de milieu-effecten van die producten te vermijden, rekening houdend met het voorzorgsbeginsel; - de wetenschappelijke en technologische evoluties op te volgen; - de producenten aan te moedigen om gebruik te maken van milieuvriendelijkere productiewijzen.

Art. 2.Algemene definities 1°. "Microplastic": vast deeltje, minder dan 5 mm groot, dat gebruikt wordt als ingrediënt in consumptieproducten en dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit synthetische polymeren die onoplosbaar zijn in water en niet biologisch afbreekbaar zijn in het aquatisch milieu.

Onder `polymeer' wordt verstaan een polymeer in de zin van artikel 3 (5) van Verordening (EG) nr.1907/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 inzake de registratie en beoordeling van en de autorisatie en beperkingen ten aanzien van chemische stoffen (REACH), tot oprichting van een Europees Agentschap voor chemische stoffen, houdende wijziging van Richtlijn 1999/45/EG en houdende intrekking van Verordening (EEG) nr. 793/93 van de Raad en Verordening (EG) nr. 1488/94 van de Commissie alsmede Richtlijn 76/769/EEG van de Raad en de Richtlijnen 91/155/EEG, 93/67/EEG, 93/105/EG en 2000/21/EG van de Commissie; 2°. "Consumptieproduct": elk tastbaar product dat op de Belgische markt wordt aangeboden door de leden van DETIC; 3°. "Productreferentie": kenmerk, naam of code dat/die een product onderscheidt en het uniek maakt; 4°. "Productproblematiek": problematiek/probleem veroorzaakt door de aanwezigheid van microplastics in een consumptieproduct; 5°. "Impactstudie": verzameling en analyse van milieu-, technische, technologische en marktgegevens die het mogelijk maken om te beslissen om nieuwe acties te ondernemen of niet. HOOFDSTUK II. - Opvolgingscomité en adviescomité

Art. 3.Definities 1°. "Opvolgingscomité": gemengd opvolgingscomité (openbaar/privé) paritair samengesteld uit leden van de ondertekenende partijen, namelijk: de overheid (één vertegenwoordiger van de FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu en één vertegenwoordiger van de minister van Leefmilieu) en twee vertegenwoordigers van DETIC. 2°. "Adviescomité": ad-hoc-comité belast met het geven van advies en raad op vraag van het opvolgingscomité. Het bestaat, afhankelijk van de behoeften, uit vertegenwoordigers van de verschillende overheden, consumenten, milieu-ngo's en/of universiteiten of onderzoekscentra.

Art. 4.Werking van het opvolgingscomité Het opvolgingscomité komt één keer per jaar samen (in de maand maart), of vaker, op eenvoudig verzoek van één van de partijen.

Het stelt een jaarverslag op waarin alle verbintenissen van het akkoord worden onderzocht.

Art. 5.Aanpassing van het sectoraal akkoord aan de wetenschappelijke en technologische kennis § 1. Wanneer één van ondertekenende partijen een probleem vaststelt bij een product, kan hij het opvolgingscomité bijeenroepen.

Wanneer er een nieuw productproblematiek wordt vastgesteld, kan het opvolgingscomité beslissen om een onderzoek uit te voeren dat het mogelijk maakt om het effectieve gebruik van microplastics in de producten die in België op de markt worden gebracht te identificeren en/of te kwantificeren.

Wanneer er een nieuw productproblematiek wordt vastgesteld, kan het opvolgingscomité een advies vragen aan het adviescomité.

Op basis van de elementen uit de vorige drie punten, kan het opvolgingscomité mogelijke acties formuleren met als doel het vervangen van de microplastics, het wijzigen van productkenmerken of het opzetten van een sensibiliseringsactie naar de bedrijven.

Desgevallend voert het opvolgingscomité een impactstudie uit aangaande de acties.

Als de resultaten van de impactstudie concluderend zijn, stelt het opvolgingscomité de modaliteiten op voor een of meerdere acties. § 2. FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu organiseert de opvolgings- en de adviescomités. HOOFDSTUK III. - Verbintenissen van de partijen Sectie 1. - Verbintenissen van de partijen aangaande de opvolging van de wetenschappelijke en technologische kennis

Art. 6.De ondertekenende partijen verbinden zich ertoe: 1°. De evolutie van de wetenschappelijke en technologische ontwikkeling van de microplasticsproblematiek op Europees en internationaal niveau op te volgen. 2°. De technologische oplossingen te identificeren die een alternatief bieden voor microplastics, in de doelstelling van artikel 8.1 (communicatie naar de bedrijven). 3°. Op basis van die evolutie, en rekening houdend met het voorzorgsbeginsel, de problemen veroorzaakt door microplastics in de consumptieproducten te identificeren. 4°. In antwoord op de geïdentificeerde problemen veroorzaakt door de consumptieproducten, de impact en de haalbaarheid van nieuwe acties te evalueren.

Sectie 2. - Verbintenissen van de partijen op het vlak van communicatie en opleiding

Art. 7.De ondertekenende partijen respecteren de inhoud en de geest van dit akkoord in alle communicatie naar het publiek.

Art. 8.De ondertekenende partijen gaan de volgende verbintenissen aan: § 1. Communicatie naar de bedrijven De ondertekenende partijen verbinden zich ertoe om bedrijven, en in het bijzonder kmo's, te sensibiliseren aangaande het vervangen van microplastics. De ondertekenende partijen verbinden zich er ook toe om de bedrijven te informeren over de ingrediënten die een alternatief vormen voor microplastics en die dezelfde functie hebben. Desgevallend zullen de ondertekenende partijen opleidingen organiseren voor de bedrijven. § 2. Institutionele communicatie Na akkoord van de ondertekenende partijen, publiceert de Federale Staat op de website van Directoraat-generaal Leefmilieu de tekst van dit akkoord, op de datum van de inwerkingtreding ervan, evenals de resultaten van de uitvoering ervan.

Sectie 3. - Verbintenis van de partijen op het vlak van acties m.b.t. productproblematieken

Art. 9.Vervanging van "plastic microbolletjes" in cosmetische producten die worden af-, uit- of weggespoeld en mondverzorgingsproducten De leden van DETIC verbinden zich ertoe om de "plastic microbolletjes" in cosmetische producten die worden af-, uit- of weggespoeld en mondverzorgingsproducten volledig te vervangen tegen 31 december 2019.

Vanaf die datum mag er geen enkel cosmetisch product dat wordt af-, uit- of weggespoeld (of productreferentie) en geen enkel mondverzorgingsproduct dat "plastic microbolletjes" bevat meer op de Belgische markt worden gebracht door de leden van DETIC.

Art. 10.Definities in verband met de vervanging van "plastic microbolletjes" in de cosmetische producten die worden af-, uit- of weggespoeld en de mondverzorgingsproducten. 1°. "Cosmetisch product": alle stoffen of mengsels die bestemd zijn om in aanraking te worden gebracht met de delen van het menselijke lichaamsoppervlak (opperhuid, beharing, haar, nagels, lippen en uitwendige geslachtsorganen) of met de tanden en kiezen en de mondslijmvliezen, met het uitsluitende of hoofdzakelijke oogmerk deze te reinigen, te parfumeren, het uiterlijk ervan te wijzigen en/of voornoemde lichaamsdelen te beschermen of in goede staat te houden of lichaamsgeuren te corrigeren (artikel 2, 1a) van Verordening (EG) nr. 1223/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 30 november 2009 betreffende cosmetische producten); 2°. "Cosmetische product dat wordt af-, uit- of weggespoeld": een cosmetisch product dat bedoeld is om te worden verwijderd na het aanbrengen op de huid, het haar of de slijmvliezen (Verordening (EG) nr. 1223/2009 betreffende cosmetische producten, aanhef van bijlagen II tot VI punt 1); 3°. "Mondverzorgingsproduct": een cosmetisch product dat bedoeld is om op de tanden of de mondslijmvliezen te worden aangebracht (Verordening (EG) nr. 1223/2009 betreffende cosmetische producten, aanhef van bijlagen II tot VI, punt 1); 4°. "Plastic microbolletje": microplastic dat gebruikt wordt als ingrediënt met een schurende werking en/of voor reiniging, onafhankelijk van de vorm en van de structuur van het deeltje; 5°. "Op de markt brengen": volgens art. 2, 3° van de wet van 21 december 1998Relevante gevonden documenten type wet prom. 21/12/1998 pub. 11/02/1999 numac 1998022861 bron ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Wet betreffende de productnormen ter bevordering van duurzame productie- en consumptiepatronen en ter bescherming van het leefmilieu en de volksgezondheid sluiten betreffende de productnormen ter bevordering van duurzame productie- en consumptiepatronen en ter bescherming van het leefmilieu, de volksgezondheid en de werknemers. HOOFDSTUK IV. - Modaliteiten inzake rapportage en controle op de acties bedoeld in sectie 3

Art. 11.Vanaf 1 januari 2018 en vervolgens elk jaar gedurende de looptijd van het akkoord, evalueert DETIC het percentage productreferenties die voldoen aan de vereiste kenmerken, zoals bepaald in sectie 3. Daartoe berekent DETIC de verhouding tussen het totale aantal productreferenties en het aantal productreferenties die het te vervangen ingrediënt bevatten. DETIC rapporteert eveneens het percentage van haar leden die hebben deelgenomen aan de rapportage.

Art. 12.De FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu voert een controle uit van de acties bedoeld in sectie 3.

Deze controle kan worden uitgevoerd op basis van documentatie en/of op basis van labotesten op consumentenproducten genomen in het kader van een steekproef. DETIC en haar leden engageren zich om op een gemotiveerd verzoek van de FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu de technische informatie te bezorgen met betrekking tot bepaalde ingrediënten, zodat de FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu de conformiteit ervan kan evalueren.

De resultaten van de controles worden voorgesteld op het opvolgingscomité.

Art. 13.Desgevallend, om de acties makkelijker te kunnen controleren, verbinden DETIC en haar leden zich ertoe de entiteit te identificeren die verantwoordelijk is voor het op de markt brengen in België (filiaal in België) van de consumptieproducten in kwestie. HOOFDSTUK V. - Slotbepalingen

Art. 14.Corrigerende maatregelen Als de doelstellingen die bepaald zijn in de verbintenissen niet worden bereikt, en dit door de Federale Staat wordt vastgesteld en gemeld aan DETIC, stellen de ondertekenende partijen binnen het opvolgingscomité samen een verbeteringsplan op binnen een termijn van twee maanden na de betekening van de vaststelling dat de doelstellingen niet werden bereikt.

Art. 15.Wijzigingen § 1. Dit akkoord kan gewijzigd worden met de instemming van alle partijen en met inachtneming van artikel 6 van de wet van 21 december 1998Relevante gevonden documenten type wet prom. 21/12/1998 pub. 11/02/1999 numac 1998022861 bron ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Wet betreffende de productnormen ter bevordering van duurzame productie- en consumptiepatronen en ter bescherming van het leefmilieu en de volksgezondheid sluiten betreffende de productnormen ter bevordering van duurzame productie- en consumptiepatronen en ter bescherming van het leefmilieu, de volksgezondheid en de werknemers. § 2. Elke wijziging of invoering van een Europese regelgeving die dezelfde materie dekt als dit akkoord, wordt geacht dit akkoord automatisch te wijzigen of, in desbetreffend geval, te schrappen.

Art. 16.Opzegging Dit akkoord kan door een van de partijen opgezegd worden mits een opzegtermijn van zes maanden. De opzegging wordt op straffe van nietigheid bij ter post aangetekend schrijven meegedeeld aan alle ondertekenaars van het akkoord. De opzegtermijn gaat in op de eerste dag van de maand na de betekening.

Art. 17.Bevoegdheidsclausule.

Elk geschil betreffende de interpretatie, de geldigheid, de uitvoering of de verbreking van onderhavig akkoord zal onder de uitsluitende bevoegdheid vallen van de rechtbanken van Brussel.

Art. 18.Inwerkingtreding en einde van het sectoraal akkoord Dit akkoord treedt in werking op 9 januari 2018 en eindigt vijf jaar na handtekening.

Art. 19.Slotbepaling Het akkoord werd op 9 januari 2018 te Brussel gesloten en ondertekend door de vertegenwoordigers van elke partij. Elke partij bericht ontvangst van één exemplaar van het akkoord.

M. C. MARGHEM, Minister van leefmilieu C. BOULEZ, Voorzitster van DETIC F. VAN TIGGELEN, Secretaris-generaal van DETIC

^