Etaamb.openjustice.be
Wet van 22 april 2003
gepubliceerd op 22 mei 2003

Wet tot wijziging van enkele bepalingen van het Burgerlijk Wetboek in verband met het erfrecht van de langstlevende echtgenoot

bron
federale overheidsdienst justitie
numac
2003009429
pub.
22/05/2003
prom.
22/04/2003
ELI
eli/wet/2003/04/22/2003009429/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

22 APRIL 2003. - Wet tot wijziging van enkele bepalingen van het Burgerlijk Wetboek in verband met het erfrecht van de langstlevende echtgenoot (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

De Kamers hebben aangenomen en Wij bekrachtigen hetgeen volgt :

Artikel 1.Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 78 van de Grondwet.

Art. 2.Artikel 791 van het Burgerlijk Wetboek wordt aangevuld als volgt : « , tenzij in de gevallen bij de wet bepaald ».

Art. 3.Artikel 915bis van hetzelfde Wetboek, ingevoegd bij de wet van 14 mei 1981 en gewijzigd bij de wet van 20 mei 1997, wordt aangevuld met een § 5, luidende : « § 5. Van het bepaalde in dit artikel kan worden afgeweken in het geval als bedoeld in artikel 1388, tweede lid. »

Art. 4.Artikel 1130, tweede lid, van hetzelfde Wetboek wordt aangevuld als volgt : « , tenzij in de gevallen bij de wet bepaald ».

Art. 5.Artikel 1388 van hetzelfde Wetboek wordt aangevuld met het volgende lid : « De echtgenoten kunnen bij huwelijkscontract of bij wijzigingsakte, wanneer op dat tijdstip een van hen één of meer afstammelingen heeft die voortkomen uit een andere relatie van voor hun huwelijk of die geadopteerd werden voor hun huwelijk, of afstammelingen van de geadopteerden, geheel of ten dele, zelfs zonder wederkerigheid, een regeling treffen over de rechten die de ene in de nalatenschap van de andere kan uitoefenen. Deze regeling doet geen afbreuk aan het recht van de ene, om bij testament of bij akte onder de levenden te beschikken ten gunste van de andere en kan in geen geval aan de langstlevende het recht van vruchtgebruik ontnemen van het onroerend goed dat bij het openvallen van de nalatenschap van de eerststervende het gezin tot voornaamste woning diende en van het daarin aanwezige huisraad, volgens de voorwaarden bepaald in artikel 915bis, §§ 2 tot 4. » Art.6. In artikel 1394 van hetzelfde Wetboek, gewijzigd bij de wet van 9 juli 1998, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° Het vierde lid wordt vervangen als volgt : « De boedelbeschrijving en de regeling van de wederzijdse rechten zijn niet vereist, wanneer de wijziging van het huwelijksvermogensstelsel niet de vereffening van het vorige stelsel of een dadelijke verandering van de samenstelling van de vermogens tot gevolg heeft, of wanneer de wijziging zich beperkt tot herroeping, in onderlinge overeenstemming tussen de echtgenoten, van de schenkingen die zij aan elkaar hebben gedaan of die de ene echtgenoot aan de andere heeft gedaan in het huwelijkscontract, of zich beperkt tot een regeling zoals bepaald in artikel 1388, lid 2.» 2° De eerste zin van het vijfde lid wordt vervangen als volgt : « De boedelbeschrijving en de regeling van wederzijdse rechten zijn evenmin vereist wanneer een wijziging wordt aangebracht in het gemeenschappelijk vermogen, zonder dat voor het overige het huwelijksvermogensstelsel dermate wordt gewijzigd dat het volledig moet worden vereffend.» Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Gegeven te Châteauneuf-de-Grasse, 22 april 2003.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Justitie, M. VERWILGHEN Met 's Lands zegel gezegeld : De Minister van Justitie, M. VERWILGHEN _______ Nota (1) Zitting 2000-2001. Kamer van volksvertegenwoordigers.

Parlementaire Stukken. - Wetsvoorstel van de heer Valkeniers, 50-1353 - nr. 1. - Amendementen, 50-1353 - nrs. 2 tot 4. - Verslag, 50-1353 - nr. 5. - Tekst aangenomen door de commissie voor de Justitie, 50-1353 - nr. 6. - Amendementen, 50-1353 - nr. 7. - Aanvullend verslag, 50-1353 - nr. 8. - Tekst aangenomen door de commissie, 50-1353 - nr. 9. - Tekst aangenomen door de plenaire vergadering en overgezonden aan de Senaat, 50-1353 - nr.10.

Parlementaire Handelingen. - Bespreking en aanneming. Vergadering van 16 mei 2002.

Zitting 2002-2003.

Senaat.

Parlementaire Stukken. - Ontwerp geëvoceerd door de Senaat, 2-1157 - nr. 1. - Amendementen, 2-1157 - nr. 2. - Advies van de Raad van State, 2-1157 - nr. 3. - Amendementen, 2-1157 - nr. 4. - Verslag, 2-1157 - nr. 5. - Tekst geamendeerd door de Commissie voor de Justitie, 2-1157 - nr. 6. -Amendementen, 2-1157 - nr. 7. - Tekst geamendeerd door de Senaat en teruggezonden naar de Kamer van volksvertegenwoordigers, 2-1157 - nr. 8.

Parlementaire Handelingen. - Bespreking en aanneming. Vergaderingen van 26 en 27 maart 2003.

Kamer van volksvertegenwoordigers.

Parlementaire Stukken. - Ontwerp geamendeerd door de Senaat, 50-1353 - nr. 11. - Verslag, 50-1353 - nr. 12. - Tekst aangenomen in plenaire vergadering en aan de Koning ter bekrachtiging voorgelegd, 50-1353 - nr. 13.

Parlementaire Handelingen. - Bespreking en aanneming. Vergadering van 1 april 2003.

^