18 MEI 1998. - Wet tot wijziging van artikel 58, tweede lid, van de wet van 8 april 1965 betreffende de jeugdbescherming (1)

ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

De Kamers hebben aangenomen en Wij bekrachtigen hetgeen volgt :

Artikel 1.Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 78 van de Grondwet.

Art. 2.In artikel 58, tweede lid, van de wet van 8 april 1965 betreffende de jeugdbescherming worden de woorden « binnen een maand na de uitspraak » weggelaten.

Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Gegeven te Brussel, 18 mei 1998.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Justitie, T. VAN PARYS Met 's lands zegel gezegeld : De Minister van Justitie, T. VAN PARYS _______ Nota's (1) Kamer van volksvertegenwoordigers. Parlementaire stukken Gedr. St. 1024 - 96/97. - Nr. 1 : Wetsvoorstel van de heer Viseur. - Nr. 2 : Verslag. - Nr. 3 : Tekst aangenomen in plenaire vergadering en overgzonden aan de Senaat.

Senaat.

Parlementaire stukken, Gedr. St. 1-927 - 97/98. - Nr. 1 : Ontwerp overgezonden door de Kamer van volksvertegenwoordigers. - Nr. 2 : beslissing tot non-evocatie.