gepubliceerd op 29 april 1999
Wet houdende goedkeuring van de resolutie aangaande de elfde algemene herziening van de quota van de leden van het Internationaal Monetair Fonds
17 MAART 1999. - Wet houdende goedkeuring van de resolutie aangaande de elfde algemene herziening van de quota van de leden van het Internationaal Monetair Fonds (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
De Kamers hebben aangenomen en Wij bekrachtigen hetgeen volgt :
Artikel 1.Deze wet regelt een aangelegenheid bepaald in artikel 78 van de Grondwet.
Art. 2.De Koning wordt gemachtigd namens België toe te stemmen in de verhoging tot 4 605,2 miljoen bijzondere trekkingsrechten (BTR) van het huidig quotum van 3102,3 miljoen bijzondere trekkingsrechten (BTR) van België bij het Internationaal Monetair Fonds, zoals voorgesteld door de Raad van Gouverneurs van het Fonds, naar luid van zijn resolutie nr; 53-2 van 30 januari 1998, waarvan de tekst als bijlage is opgenomen.
Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.
Gegeven te Brussel, 17 maart 1999.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Begroting, H. VAN ROMPUY De Minister van Buitenlandse Zaken, E. DERYCKE De Minister van Financiën, J.-J. VISEUR _______ Nota (1) Parlementaire handelingen. Kamer van volksvertegenwoordigers : Parlementaire stukken. - 1997-1998 : Wetsontwerp nr. 1745/1. - Verslag nr. 1745/2. - Tekst aangenomen in plenaire vergadering en overgezonden aan de Senaat nr. 1745/3. - Corrigendum nr. 1745/4.
Parlementaire handelingen. - Zittingen van 17 december 1998.
Zie ook 1997-1998 : Wetsontwerp nr. 1744/1. - Verslag (art. 74 van de Grondwet) nr. 1744/5.
Senaat : Parlementaire stukken. - 1998-1999 : Ontwerp overgezonden door de Kamer van volksvertegenwoordigers nr. 1-1206/1. - Verslag nr. 1-1206/2. - Tekst aangenomen door de commissie nr. 1-1206/3.
Parlementaire handelingen. - Zitting van 4 maart 1997.
Bijlage Internationaal Monetair Fonds Resolutie nr. 53-2 van de Raad van Gouverneurs Verhoging van de quota's van de leden van het Fonds Elfde algemene herziening Overwegende dat de Raad van beheer aan de Raad van Gouverneurs een verslag heeft voorgelegd getiteld : « Verhoging van de quota's van de lid-staten - Elfde algemene herziening » dat aanbevelingen bevat over de individuele verhogingen van de quota's van de lid-staten van het Fonds; en Overwegende dat de Raad van beheer de Raad van Gouverneurs de aanbeveling heeft gegeven bij stemming buiten vergadering, overeenkomstig Sectie 13 van de algemene reglementering van het Fonds, de volgende resolutie aan te nemen, die de verhoging van de quota's van de lid-staten van het Fonds voorstelt als gevolg van de elfde algemene herziening van de quota's en sommige daarmee verbonden kwesties behandelt;
Besluit de Raad van Gouverneurs bijgevolgd : 1. Dat het Internationaal Monetair Fonds voorstelt dat de quota's van de lid-staten van het Fonds ingevolge de bepalingen van deze resolutie worden verhoogd tot de bedragen die voorkomen naast hun naam in de bijlage die bij deze resolutie gevoegd is.2. Dat een verhoging van de quota's van een lid-staat, zoals ze door deze resolutie is voorgesteld, niet van kracht kan worden vóór die lid-staat uiterlijk op de in lid 4 hieronder bepaalde datum aan het Fonds zijn instemming kenbaar heeft gemaakt en de verhoging van zijn quota's volledig heeft betaald binnen de in lid 5 hieronder voorgeschreven periode, met dien verstande dat geen enkele lid-staat met achterstallen uit hoofde van wederinkopen, provisies of aanslagen ten aanzien van de Algemene Middelenrekening mag instemmen met de verhoging van zijn quota's of ze mag betalen alvorens hij aan die verplichtingen heeft voldaan.3. Dat geen enkele verhoging van een quota van kracht wordt vóór de datum waarop het Fonds zal vastgesteld hebben dat de lidstaten waarvan de quota's ten minste 85 procent van het totaal van de quota's op 23 december 1997 bedragen, hebben toegestemd in de voorgestelde verhoging van hun quota's. 4. Dat de in lid 2 bedoelde kennisgevingen worden uitgevoerd door een behoorlijk gemachtigd vertegenwoordiger van de lid-staat en het Fonds moeten bereiken vóór 29 januari 1999, 6 uur p.m., Washington time, met dien verstande dat de Raad van beheer deze termijn kan verlengen indien hij dat noodzakelijk acht. 5. Dat elke lid-staat het Fonds de verhoging van zijn quota zal betalen binnen 30 dagen te rekenen vanaf de meest verwijderde van de volgende data : a) datum waarop hij het Fonds kennis heeft gegeven van zijn instemming, of;b) de datum waarop het Fonds de in lid 3 hierboven omschreven vaststelling heeft gemaakt, met dien verstande dat de Raad van beheer de betalingstermijn kan verlengen indien hij dat noodzakelijk acht.6. Dat de Raad van beheer, wanneer hij besluit de termijn voor de instemming met of de betaling van de quotaverhoging te verlengen, bijzondere aandacht zal schenken aan de situatie van lid-staten die nog zouden wensen in te stemmen met een verhoging van hun quota of daarvoor nog zouden willen betalen, met inbegrip van lid-staten met een aanhoudende betalingsachterstand ten aanzien van de Algemene Middelenrekening, bestaande uit achterstallen uit hoofde van wederinkopen, provisies of aanslagen tegenover de Algemene Middelenrekening, en die volgens de Raad met het Fonds samenwerken om aan die verplichtingen te voldoen.7. Dat voor lid-staten die nog niet hebben ingestemd met de verhoging van hun quota's ingevolge de negende algemene herziening, de termijn waarin ze kunnen instemmen met zulke quotaverhogingen zal lopen tot de in lid 3 hierboven bepaalde datum.Voor lid-staten die de verhoging van hun quota's ingevolge de negende algemene herziening nog niet hebben betaald, zal de termijn voor de betaling van zulke quotaverhogingen lopen tot 30 dagen na de in lid 3 hierboven bepaalde datum. 8. Elke lid-staat zal 25 procent van zijn quotaverhoging betalen hetzij in bijzondere trekkingsrechten, hetzij in de door het Fonds met hun instemming gespecificeerde valuta's van andere leden, of in enigerlei combinatie van bijzondere trekkingsrechten en dergelijke valuta's.Het resterende deel van de verhoging dient door het lid te worden voldaan in zijn eigen valuta.
Appendix International Manetary Fund Resolution No. 53-2 of the Board of Governors Increase in Quotas of Fund Members Eeleventh General Review Whereas the Executive Board has submitted tot the Board of Governors a report entitled « Increases in Quotas of Fund Members -Eleventh General Review » containing recommendations on increases in the quotas of individual members of the Fund; and Whereas the Executive Board has recommended the adoption of the following Resolution of the Board of Governors, which Resolution proposes increases in the quotas of members of the Fund as a result of the Eleventh General Review of Quotas and deals with, by vote without meeting pursuant to Section 13 of the By-Laws of the Fund;
Now, therefore, the Board of Governors hereby resolves that : 1. The International Monetary Fund proposes that, subject to the provisions of this Resolution, the quotas of members of the Fund shall be increased to the amounts shown against their names in the Annex to this Resolution.2. A member's increase in quota as proposed by this Resolution shall not become effective unless the member has notified the Fund of its consent to the increase not later than the date prescribed by or under paragraph 4 below and has paid the increase in quota in full within the period prescribed by or under paragraph 5 below, provided that no member with overdue repurchases, charges or assessments to the General Resources Account may consent to or pay for the increase in its quota until it becomes current in respect of these obligations.3. No increase in quotas shall become effective before the date of the Fund's determination that members having not less than 85 percent of the total of quotas on December 23, 1997 have consented to the increases in their quotas. 4. Notices in accordance with paragraph 2 above shall be executed by a duly authorized official of the member and must be received in the Fund before 6 p.m., Washington time, January 29, 1999, provided that the Executive Board may extend this period as it may determine. 5. Each member shall pay to the Fund the increase in its quota within 30 days after the later of : a) the date on which it notifies the Fund of its consent, or b) the date of the Fund's determination under paragraph 3 above, provided that the Executive Board may extend the payement period as it may determine.6. When deciding on an extension of the period for consent to or payement for the increase in quotas, the Executieve Board shall give particular consideration to the situation of members that may still wish to consent to or pay for the increase in quota, including members with protracted arrears to the General Resources Account, consisting of overdue repurchases, charges or assessments tot the General Resources Account, that, in its judgment, are cooperating with the Fund toward the settlement of these obligations.7. For members that have not yet consented to their increases in quotas under the Ninth Review, the period for consent to such quota increases shall extend to the date determined under paragraph 3 above. For members that have not yet paid for their quota increases under the Ninth Review, the period for payment for such quota increases shall extend to 30 days after the date determined under paragraph 3 above. 8. Each member shall pay 25 percent of its increase either in special drawing rights or in the currencies of other members specified, with their concurrence, by the Fund, or in any combination of special drawing rights and such currencies.The balance of the increase shall be paid by the member in its own currency.
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld