gepubliceerd op 31 januari 2014
Bijzondere wet tot wijziging van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof en van de bijzondere wet van 12 januari 1989 met betrekking tot de Brusselse Instellingen teneinde de organisatie van gewestelijke volksraadplegingen toe te laten
6 JANUARI 2014. - Bijzondere wet tot wijziging van de bijzondere wet van 6 januari 1989Relevante gevonden documenten type wet prom. 06/01/1989 pub. 18/02/2008 numac 2008000108 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet op het Arbitragehof sluiten op het Grondwettelijk Hof en van de bijzondere wet van 12 januari 1989 met betrekking tot de Brusselse Instellingen teneinde de organisatie van gewestelijke volksraadplegingen toe te laten (1)
FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
De Kamers hebben aangenomen en Wij bekrachtigen hetgeen volgt : HOOFDSTUK 1. - Algemene bepaling
Artikel 1.Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 77 van de Grondwet. HOOFDSTUK 2. - Wijzigingen van de bijzondere wet van 6 januari 1989Relevante gevonden documenten type wet prom. 06/01/1989 pub. 18/02/2008 numac 2008000108 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet op het Arbitragehof sluiten op het Grondwettelijk Hof
Art. 2.In titel I van de bijzondere wet van 6 januari 1989Relevante gevonden documenten type wet prom. 06/01/1989 pub. 18/02/2008 numac 2008000108 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet op het Arbitragehof sluiten op het Grondwettelijk Hof, gewijzigd bij de bijzondere wetten van 13 juli 2001, 9 maart 2003, 12 juli 2009 en 21 februari 2010, wordt een hoofdstuk IV ingevoegd, luidende "Hoofdstuk IV. Controle op de volksraadplegingen".
Art. 3.In hoofdstuk IV, ingevoegd bij artikel 2, wordt een artikel 30ter ingevoegd, luidende : "
Art. 30ter.Het Grondwettelijk Hof doet, bij wege van beslissing, uitspraak over iedere gewestelijke volksraadpleging, voorafgaandelijk aan de organisatie ervan, door na te gaan of de in artikel 1 bedoelde normen alsmede de voorwaarden en nadere regels bepaald door of krachtens artikel 39bis van de Grondwet zijn nageleefd.
Het verzoek wordt ingediend door de voorzitter van het Gewestparlement. Dit verzoek wordt gedagtekend, omvat het voorwerp van de volksraadpleging, door aan te geven bij welke gewestelijke bevoegdheid ze aansluit, en bevat de formulering van de vraag die zal worden gesteld, de naam van de initiatiefnemer van de volksraadpleging of, als er meerdere initiatiefnemers zijn, de naam van hun vertegenwoordiger, de eventuele opmerkingen van de voorzitter van het Gewestparlement en het administratief dossier. Dit administratief dossier wordt toegezonden met een inventaris van de stukken waaruit het is samengesteld.
Het Grondwettelijk Hof doet uitspraak binnen zestig dagen na de indiening van het verzoek.
Indien de volksraadpleging een van de in het eerste lid bedoelde normen, voorwaarden of nadere regels niet naleeft, of indien het Grondwettelijk Hof niet wordt geadieerd, wordt de volksraadpleging niet georganiseerd. De volksraadpleging kan niet georganiseerd worden zolang het Hof zich niet heeft uitgesproken.".
Art. 4.In titel V van dezelfde bijzondere wet, gewijzigd bij de bijzondere wetten van 9 maart 2003, 27 maart 2006 en 21 februari 2010, wordt een hoofdstuk VIIIbis ingevoegd, luidende "Hoofdstuk VIIIbis.
Controleprocedure voor de volksraadplegingen".
Art. 5.In hoofdstuk VIIIbis, ingevoegd bij artikel 4, wordt een artikel 118bis ingevoegd, luidende : "
Art. 118bis.De artikelen 67, 79, 80 tot 82, 91, eerste lid, tweede lid, 1° tot 4°, en derde lid, 92, 93, 95, 101, 102, 108 en 119, zijn van toepassing op de controleprocedure voor de volksraadplegingen.
De artikelen 110, 111, 1°, 2° en 4°, 112, 113, 1° tot 3°, 115 tot 117 zijn van toepassing, mits het woord "arrest" telkens wordt vervangen door het woord "beslissing".
Artikel 68 is van toepassing, mits de woorden "ter rechtzitting" in het tweede lid worden geschrapt.
Artikel 98 is van toepassing, mits de woorden "en van hun verzoek" in het eerste lid worden toegevoegd na de woorden "beroep tot vernietiging".
Artikel 114 is eveneens van toepassing, mits de woorden "evenals de beslissingen bedoeld in artikel 30ter" in het eerste lid worden toegevoegd na de woorden "op prejudiciële vragen.".
Art. 6.In hetzelfde hoofdstuk VIIIbis, wordt een artikel 118ter ingevoegd, luidende : "
Art. 118ter.De griffier brengt de verzoeken onmiddellijk ter kennis van de Ministerraad, van de Gewest- en Gemeenschapsregeringen, van de voorzitters van de andere wetgevende vergaderingen dan die waarvan het verzoek uitgaat en van de initiatiefnemer van de volksraadpleging.".
Art. 7.In hetzelfde hoofdstuk VIIIbis wordt een artikel 118quater ingevoegd, luidende : "
Art. 118quater.Binnen tien dagen na ontvangst van de door de griffier krachtens artikel 118ter gedane kennisgevingen kunnen de Ministerraad, de Gewest- en Gemeenschapsregeringen, de voorzitters van de andere wetgevende vergaderingen dan die waarvan het verzoek uitgaat en de initiatiefnemer van de volksraadpleging een memorie tot het Hof richten. De memorie bevat een inventaris van de ter staving aangevoerde stukken.
Bij elk verzoek of memorie worden tien door de ondertekenaar voor eensluidend verklaarde afschriften gevoegd. Het indienen van bijkomende afschriften kan bevolen worden.
De memories die niet zijn ingediend binnen de in het eerste lid bepaalde termijn, worden uit de debatten geweerd.". HOOFDSTUK 3. - Wijziging van de bijzondere wet van 12 januari 1989 met Betrekking tot de Brusselse Instellingen
Art. 8.Artikel 28 van de bijzondere wet van 12 januari 1989 met betrekking tot de Brusselse Instellingen, gewijzigd bij de bijzondere wetten van 16 juli 1993, 13 juli 2001, 10 juli 2003 en 27 maart 2006, wordt aangevuld met een lid, luidende : "In afwijking van artikel 35, § 2, van de bijzondere wet, wordt de in artikel 39bis van de Grondwet bedoelde ordonnantie aangenomen met naleving van de in het voormelde artikel 39bis, tweede lid, bepaalde meerderheidsvereisten en, bijkomend, met een volstrekte meerderheid van de uitgebrachte stemmen in elke taalgroep.". HOOFDSTUK 4. - Inwerkingtreding
Art. 9.Deze bijzondere wet treedt in werking op 1 juli 2014.
Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.
Gegeven te Brussel, 6 januari 2014.
FILIP Van Koningswege : De Eerste Minister, E. DI RUPO De Staatssecretaris voor Staatshervorming, M. WATHELET De Staatssecretaris voor Staatshervorming, S. VERHERSTRAETEN Met 's Lands zegel gezegeld : De Minister van Justitie, Mevr. A. TURTELBOOM _______ Nota (1) Kamer van volksvertegenwoordigers (www.dekamer.be) : Stukken : 53-2968 Integraal Verslag : 27 en 28 november 2013.
Senaat (www.senate.be) : Stukken : 5-2373 Handelingen van de Senaat : 17 en 19 december 2013.