4 MEI 2023. - Wet betreffende het Centraal register van bestuursverboden (1)

FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

De Kamer van volksvertegenwoordigers heeft aangenomen en Wij bekrachtigen, hetgeen volgt :

Artikel 1.Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 74 van de Grondwet.

Art. 2.Deze wet voorziet in de omzetting van artikel 1, lid 5, van Richtlijn (EU) 2019/1151 van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2019 tot wijziging van Richtlijn (EU) 2017/1132 met betrekking tot het gebruik van digitale instrumenten en processen in het kader van het vennootschapsrecht, inzonderheid wat artikel 13decies van Richtlijn (EU) 2017/1132 betreft.

Art. 3.Het Centraal register van bestuursverboden is een systeem van geautomatiseerde verwerking gehouden onder het gezag van de minister van Justitie waarin, overeenkomstig de bepalingen van deze wet, gegevens betreffende beslissingen over personen aan wie een bestuursverbod is opgelegd worden geregistreerd, bewaard en gewijzigd.

Art. 4.De Federale Overheidsdienst Justitie wordt beschouwd als de verantwoordelijke voor de verwerking in de zin van artikel 4, 7), van de Verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Richtlijn 95/46/EG (algemene verordening gegevensbescherming).

Art. 5.De doelstelling van het Centraal register van bestuursverboden bestaat erin de daarin geregistreerde gegevens ter beschikking te stellen opdat overheidsdiensten en derden kunnen nagaan of het de bestuurders, zaakvoerders, commissarissen, dagelijks bestuurders, leden van een directiecomité, directieraad of raad van toezicht of vereffenaars van een rechtspersoon, de vertegenwoordigers voor de werkzaamheden van een bijkantoor of de kandidaten voor de benoeming tot dergelijke functies niet is verboden om deze functies uit te voeren.

De in het Centraal register van bestuursverboden opgenomen gegevens kunnen, na pseudonimisering, dienen als grondslag voor statistieken uitgewerkt en verspreid op initiatief van de Federale Overheidsdienst Justitie.

Art. 6.Worden in het Centraal register van bestuursverboden opgenomen: 1° het verbod een werkzaamheid of een functie uit te oefenen overeenkomstig de artikelen 1, 1bis en 2 van het koninklijk besluit nr.22 van 24 oktober 1934 betreffende het rechterlijk verbod aan bepaalde veroordeelden en gefailleerden om bepaalde functies, beroepen of werkzaamheden uit te oefenen; 2° het verbod een werkzaamheid of een functie uit te oefenen overeenkomstig artikel 3quater van het koninklijk besluit nr.22 van 24 oktober 1934 betreffende het rechterlijk verbod aan bepaalde veroordeelden en gefailleerden om bepaalde functies, beroepen of werkzaamheden uit te oefenen, en het verbod aan gefailleerden of daarmee gelijkgestelde personen om bepaalde functies, beroepen of werkzaamheden uit te oefenen overeenkomstig artikel XX.229 van het Wetboek van economisch recht.

Art. 7.De inschrijving die gebeurt krachtens artikel 6 omvat de volgende gegevens: 1° voornaam, naam, geboortedatum en -plaats van de veroordeelde, of, ingeval het een rechtspersoon betreft, haar naam, rechtsvorm en ondernemingsnummer;de veroordeelde die beschikt over een rijksregisternummer of aan wie een identificatienummer van het bisregister werd toegekend in uitvoering van artikel 4, § 2, van de wet van 15 januari 1990Relevante gevonden documenten type wet prom. 15/01/1990 pub. 08/07/2010 numac 2010000396 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet houdende oprichting en organisatie van een Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten houdende oprichting en organisatie van een Kruispuntbank van de sociale zekerheid, wordt tevens met dit nummer vermeld; 2° de vermelding van de rechter of de rechtbank die de beslissing heeft uitgesproken;de vermelding en de datum van de uitspraak in openbare zitting; 3° de begin- en einddatum van het verbod;4° in voorkomend geval, de naam en het ondernemingsnummer van de rechtspersoon waarvoor de veroordeelde handelde;5° de gronden voor het verbod. Met uitzondering van persoonsgegevens kan de Koning de lijst bedoeld in het eerste lid aanvullen met andere gegevens.

De in het eerste en tweede lid bedoelde gegevens worden bewaard tot het overlijden van de natuurlijke persoon of gedurende vijf jaar te rekenen van de dag van het verlies van de rechtspersoonlijkheid voor de rechtspersonen.

Art. 8.§ 1. De overdracht van de in artikel 6, 1°, bedoelde beslissingen vanuit het Centraal Strafregister verloopt op geautomatiseerde wijze via de Federale Overheidsdienst Justitie die erover waakt dat uitsluitend de gegevens bedoeld in artikel 7 beschikbaar zijn in het Centraal register van bestuursverboden. § 2. De in artikel 6, 2°, bedoelde beslissingen worden in het Centraal register van bestuursverboden geregistreerd door de griffies van de hoven en rechtbanken, binnen de drie dagen die volgen op degene waarop die uitvoerbaar zijn geworden.

Reeds geregistreerde veroordelingen die zijn vernietigd of herroepen ingevolge een verzet aangetekend tijdens de buitengewone verzetstermijn of een verwijzing na nietigverklaring, worden door de griffies uit het Centraal register van bestuursverboden gewist.

Reeds geregistreerde veroordelingen die met toepassing van artikel XX.235 van het Wetboek van economisch recht ophouden gevolg te hebben, worden door de griffies uit het Centraal register van bestuursverboden gewist.

De griffiers zijn verantwoordelijk voor de conformiteit van de ingeschreven gegevens met de door de rechtscolleges uitgesproken beslissingen.

Art. 9.§ 1. De volgende gegevens van het Centraal register van bestuursverboden zijn tot het verstrijken van de termijn van het bestuursverbod via het internet toegankelijk: 1° de voornaam en de naam van de veroordeelde, of, ingeval het een rechtspersoon betreft, de naam, de rechtsvorm en het ondernemingsnummer;2° de begin- en einddatum van het verbod. § 2. De in paragraaf 1 bedoelde gegevens betreffende de in artikel 6, 2°, bedoelde beslissingen zijn via internet toegankelijk voor het grote publiek. § 3. De in paragraaf 1 bedoelde gegevens betreffende de in artikel 6, 1°, bedoelde beslissingen zijn via internet slechts beschikbaar na elektronische identificatie aan de hand van een elektronische identiteitskaart bedoeld in artikel 6 van de wet van 19 juli 1991 betreffende de bevolkingsregisters, de identiteitskaarten, de vreemdelingenkaarten en de verblijfsdocumenten, of van een digitale itsme eID of MyID.be; het gebruik van het rijksregisternummer is daarbij toegestaan.

De identiteit van de personen die om raadpleging van het Centraal register van bestuursverboden betreffende de beslissingen bedoeld in artikel 6, 1°, verzoeken, wordt geregistreerd in een controlesysteem.

Deze gegevens worden gedurende tien jaar door de Federale Overheidsdienst Justitie bewaard. § 4. De in paragraaf 1 bedoelde raadpleging van de gegevens is slechts mogelijk per persoon en op basis van de volgende opzoekingscriteria: 1° de naam, de voornaam en de geboortedatum;2° de naam, de voornaam en de woonplaats;3° het ondernemingsnummer.

Art. 10.§ 1. De hoofdgriffiers, de griffiers-hoofden van dienst en de griffiers van de hoven en rechtbanken van de rechterlijke orde hebben, uitsluitend in het kader van het beheer van het Centraal register van bestuursverboden, toegang tot de gegevens bedoeld in artikel 3, eerste lid, 1° tot 6°, en tweede lid, van de wet van 8 augustus 1983 tot regeling van een Rijksregister van de natuurlijke personen.

De personen bedoeld in artikel 11, tweede lid, hebben in het kader van de raadpleging van het Centraal register van bestuursverboden toegang tot de gegevens bedoeld in artikel 3, eerste lid, 1° tot 6°, en tweede lid, van de wet van 8 augustus 1983 tot regeling van een Rijksregister van de natuurlijke personen. § 2. De personen bedoeld in paragraaf 1 mogen de identificatienummers van het Rijksregister van de natuurlijke personen en van het bisregister bedoeld in artikel 4, § 2, van de wet van 15 januari 1990Relevante gevonden documenten type wet prom. 15/01/1990 pub. 08/07/2010 numac 2010000396 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet houdende oprichting en organisatie van een Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten houdende oprichting en organisatie van een Kruispuntbank van de sociale zekerheid alleen gebruiken voor de identificatie van de in het Centraal register van bestuursverboden opgenomen of op te nemen personen.

De personen bedoeld in paragraaf 1 mogen het inschrijvingsnummer in de Kruispuntbank van Ondernemingen bepaald in artikel III.49 van het Wetboek van economisch recht alleen gebruiken voor de identificatie van de in het Centraal register van bestuursverboden opgenomen of op te nemen rechtspersonen. § 3. De personen bedoeld in paragraaf 1 kunnen de bevoegdheden bedoeld in paragraaf 2 overdragen aan één of meer schriftelijk bij naam aangewezen personen binnen hun dienst. Deze delegaties moeten met redenen zijn omkleed en verantwoord door de behoeften van de dienst.

De Koning bepaalt de voorwaarden waaronder die delegaties worden verleend.

Art. 11.Uitsluitend in het kader van hun bij wet bepaalde opdrachten waarvoor kennis van gegevens uit het Centraal register van bestuursverboden is vereist hebben de in het tweede lid bedoelde personen toegang tot de daarin opgenomen persoonsgegevens, met inbegrip van het rijksregisternummer of identificatienummer van het bisregister van de veroordeelde natuurlijk persoon.

Hebben toegang tot het Centraal register van bestuursverboden: 1° de schriftelijk bij naam aangewezen ambtenaren van niveau A van de Federale Overheidsdienst Justitie;2° de leden van de politiediensten die een kennisbehoefte hebben en die voorafgaandelijk en bij naam worden aangewezen door de korpschefs van de lokale politie en door de commissaris-generaal, de directeurs-generaal en de directeurs van de federale politie;3° de griffiers van de ondernemingsrechtbank;4° de notarissen in de uitoefening van hun ambt;5° de schriftelijk bij naam aangewezen ambtenaren van niveau A van de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid;6° de schriftelijk bij naam aangewezen ambtenaren van niveau A van de Kruispuntbank van Ondernemingen;7° de procureur des Konings;8° de schriftelijk bij naam aangewezen ambtenaren van niveau A van de Federale Overheidsdienst Financiën. De in het tweede lid, 1°, 5°, 6° en 8°, bedoelde ambtenaren van niveau A kunnen deze bevoegdheid overdragen aan één of meer schriftelijk en bij naam aangewezen personen die onder hun gezag ressorteren.

De toegangsmodaliteiten maken het voorwerp uit van een protocolakkoord in de zin van artikel 20 van de wet van 30 juli 2018Relevante gevonden documenten type wet prom. 30/07/2018 pub. 05/09/2018 numac 2018040581 bron federale overheidsdienst justitie, federale overheidsdienst binnenlandse zaken en ministerie van landsverdediging 30 JULI 2018 - Wet betreffende de bescherming van natuurlijke personen met betrekking tot de verwerking van persoonsgegevens type wet prom. 30/07/2018 pub. 30/03/2021 numac 2021030655 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de bescherming van natuurlijke personen met betrekking tot de verwerking van persoonsgegevens. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de bescherming van natuurlijke personen met betrekking tot de verwerking van persoonsgegevens tussen de verantwoordelijke van de verwerking van het Centraal register van bestuursverboden en de aanvrager, zijnde de diensten bedoeld in het tweede lid of hun overkoepelende vertegenwoordigende instelling. Dit protocol bevat eveneens de gepaste maatregelen om de rechten en vrijheden van de betrokken personen te beschermen, in het bijzonder deze met betrekking tot: 1° de registratie van de toegangen;2° de verplichting gehouden te zijn aan het beroepsgeheim of aan de vertrouwelijkheidsplicht;3° de technische en organisatorische maatregelen betreffende het beheer van de toegangen. De registratie van de toegangen moet het minstens mogelijk maken vast te stellen wie wanneer toegang had tot welke gegevens en vanuit welke post alsook voor welke doeleinden de toegang tot stand kwam.

De identiteit van de personen die om raadpleging van het Centraal register van bestuursverboden verzoeken, wordt geregistreerd in een controlesysteem. Deze gegevens worden gedurende zes maanden bewaard.

Art. 12.Via het Europese systeem van gekoppelde registers bedoeld in artikel 22 van Richtlijn (EU) 2017/1132 van het Europees Parlement en de Raad van 14 juni 2017 aangaande bepaalde aspecten van het vennootschapsrecht antwoordt de Federale Overheidsdienst Justitie op vragen vanwege de centrale, handels- of vennootschapsregisters van de lidstaten van de Europese Economische Ruimte aangaande van kracht zijnde verboden om als bestuurder van een in bijlage II bij voormelde richtlijn genoemde vennootschap op te treden.

Hiertoe beschikt zij over alle in artikel 7 bedoelde gegevens.

Art. 13.De neerlegging bedoeld in de artikelen 2:8, § 1, eerste lid, 5°, a), b), c) en e), 2:9, § 1, eerste lid, 4°, a), b) en c), en 7°, 2:10, § 1, eerste lid, 4°, a), b) en c), en 7°, 2:11, § 1, 4°, a), b) en c), en 7°, 2:24, § 1, eerste lid, 6°, b), en § 2, eerste lid, 6°, b), 2:25, § 1, eerste lid, 3°, b), en 2:26, § 1, eerste lid, 3°, b) van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen van de benoeming van een persoon als bestuurder, zaakvoerder, commissaris, dagelijks bestuurder, lid van een directiecomité, directieraad of raad van toezicht of vereffenaar van een vennootschap, vzw, IVZW of stichting of vertegenwoordiger voor de werkzaamheden van een bijkantoor wordt geweigerd: 1° door de griffie van de ondernemingsrechtbank in geval van een neerlegging op papier;2° in geval van een elektronische neerlegging;3° door de notaris die overgaat tot de neerlegging; indien aan die persoon een in het artikel 3 bedoelde register opgenomen bestuursverbod is opgelegd.

Bij de neerlegging bedoeld in het eerste lid van de benoeming van een persoon als bestuurder, zaakvoerder, commissaris, dagelijks bestuurder, lid van een directiecomité, directieraad of raad van toezicht of vereffenaar van een vennootschap, vzw, IVZW of stichting of vertegenwoordiger voor de werkzaamheden van een bijkantoor wordt een verklaring, ondertekend door de bevoegde organen van de vennootschap, vzw, IVZW of stichting gevoegd, waarin wordt vermeld dat geen veroordeling tot een verbod dat soortgelijk is aan één van de in artikel 6 bedoelde verboden werd uitgesproken door een rechtscollege van een lidstaat van de Europese Economische Ruimte.

Bij gebrek aan de verklaring bedoeld in het tweede lid, versturen de griffies van de ondernemingsrechtbank en de notarissen een mededeling met als onderwerp het ontbreken van deze verklaring aan de bevoegde kamer van inbeschuldigingstelling. Deze laatste kan, via de Federale Overheidsdienst Justitie en het Europese systeem van gekoppelde registers bedoeld in artikel 12, nagaan of het de betrokken persoon niet is verboden om de functie van bestuurder, zaakvoerder, commissaris, dagelijks bestuurder, lid van een directiecomité, directieraad of raad van toezicht, vereffenaar of vertegenwoordiger voor de werkzaamheden van een bijkantoor uit te oefenen ingevolge een door een rechtscollege van een lidstaat van de Europese Economische Ruimte uitgesproken veroordeling.

Art. 14.De in het Centraal register van bestuursverboden opgenomen gegevens vormen geen bewijs van de rechterlijke beslissingen waarop zij betrekking hebben.

Art. 15.De personen die in de uitoefening van hun ambt meewerken aan het opnemen, het bewaren, het beheren en het ter inzage stellen van de in artikel 7 bedoelde gegevens, zijn gebonden door het beroepsgeheim.

Artikel 458 van het Strafwetboek is op hen van toepassing.

Zij nemen alle maatregelen die nodig zijn om de veiligheid van de geregistreerde gegevens te waarborgen, waarbij zij inzonderheid verhinderen dat deze worden vervalst, beschadigd of meegedeeld aan personen die geen machtiging hebben om er kennis van te nemen.

Zij waken over de rechtmatigheid van de mededeling van de gegevens.

Art. 16.De Koning kan maatregelen vaststellen die erop zijn gericht de veiligheid van de gegevens opgenomen in het Centraal register van bestuursverboden te waarborgen.

Art. 17.Deze wet treedt in werking op 1 augustus 2023, met uitzondering van artikel 10 dat in werking treedt op de datum bepaald door de Koning en uiterlijk op 1 augustus 2024.

Artikel 8, § 2, eerste lid, is van toepassing op rechterlijke beslissingen die uitgesproken worden vanaf 1 augustus 2023.

Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Gegeven te Brussel, 4 mei 2023.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Justitie, V. VANQUICKENBORNE Met 's Lands zegel gezegeld : De Minister van Justitie, V. VAN QUICKENBORNE _______ Nota (1) Kamer van volksvertegenwoordigers (www.dekamer.be) Stukken: 55 3218 Integraal Verslag: 27 april 2023