gepubliceerd op 23 mei 2018
Wet houdende instemming met het Samenwerkingsakkoord van 17 december 2015 tot wijziging van het Samenwerkingsakkoord van 2 maart 2007 tussen de Federale Staat, het Vlaamse Gewest, het Waalse Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest betreffende de uitvoering van de Overeenkomst tot verbod van de ontwikkeling, de productie, de aanleg van voorraden en het gebruik van chemische wapens en inzake de vernietiging van deze wapens, gedaan te Parijs op 13 januari 1993
3 AUGUSTUS 2016. - Wet houdende instemming met het Samenwerkingsakkoord van 17 december 2015 tot wijziging van het Samenwerkingsakkoord van 2 maart 2007 tussen de Federale Staat, het Vlaamse Gewest, het Waalse Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest betreffende de uitvoering van de Overeenkomst tot verbod van de ontwikkeling, de productie, de aanleg van voorraden en het gebruik van chemische wapens en inzake de vernietiging van deze wapens, gedaan te Parijs op 13 januari 1993 (1)
FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
De Kamer van volksvertegenwoordigers heeft aangenomen en Wij bekrachtigen, hetgeen volgt :
Artikel 1.Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 74 van de Grondwet.
Art. 2.Instemming wordt betuigd met het Samenwerkingsakkoord van 17 december 2015 tot wijziging van het Samenwerkingsakkoord van 2 maart 2007 tussen de Federale Staat, het Vlaamse Gewest, het Waalse Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest betreffende de uitvoering van de Overeenkomst tot verbod van de ontwikkeling, de productie, de aanleg van voorraden en het gebruik van chemische wapens en inzake de vernietiging van deze wapens, gedaan te Parijs, op 13 januari 1993.
Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.
Gegeven te Brussel, 3 augustus 2016.
FILIP Van Koningswege : De Minister van Buitenlandse Zaken, D. REYNDERS De Minister van Justitie, K. GEENS De Minister van Financiën, J. VAN OVERTVELDT De Minister van Binnenlandse Zaken, J. JAMBON De Minister van Defensie, S. VANDEPUT _______ Nota (1) Kamer van volksvertegenwoordigers zittingsperiode 2015/2016 Nr.54-1671 1. Wetsontwerp.2. Verslag.3. Tekst aangenomen door de commissie.4. Tekst aangenomen in plenaire vergadering en aan de Koning ter bekrachtiging voorgelegd. Integraal verslag van 26 mei 2016.
Samenwerkingsakkoord van 17 december 2015 tot wijziging van het Samenwerkingsakkoord van 2 maart 2007 tussen de Federale Staat, het Vlaamse Gewest, het Waalse Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest betreffende de uitvoering van de Overeenkomst tot verbod van de ontwikkeling, de productie, de aanleg van voorraden en het gebruik van chemische wapens en inzake de vernietiging van deze wapens, gedaan te Parijs op 13 januari 1993 (de Overeenkomst) Gelet op artikel 1, 3 en 39 van de Grondwet;
Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/08/1980 pub. 11/12/2007 numac 2007000980 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet tot hervorming der instellingen. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten tot hervorming van de instellingen inzonderheid op artikel 6, § 1, VI, eerste lid, 4°, hersteld bij de bijzondere wet van 12 augustus 2003, artikel 11, vervangen bij de bijzondere wet van 16 juli 1993, en artikel 92bis, ingevoegd bij de bijzondere wet van 8 augustus 1988 en het laatst gewijzigd bij de bijzondere wet van 6 januari 2014, § 1;
Gelet op de bijzondere wet van 12 januari 1989 met betrekking tot de Brusselse instellingen, artikel 4 en 42, het laatst gewijzigd bij de bijzondere wet van 6 januari 2014;
Gelet op de Overeenkomst tot verbod van de ontwikkeling, de productie, de aanleg van voorraden en het gebruik van chemische wapens en inzake de vernietiging van deze wapens, gedaan te Parijs op 13 januari 1993 (de Overeenkomst);
Gelet op het Samenwerkingsakkoord van 2 maart 2007 tussen de Federale Staat, het Vlaamse Gewest, het Waalse Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest betreffende de uitvoering van de Overeenkomst tot verbod van de ontwikkeling, de productie, de aanleg van voorraden en het gebruik van chemische wapens en inzake de vernietiging van deze wapens, gedaan te Parijs op 13 januari 1993 (het Samenwerkingsakkoord);
Overwegende de wet van 20 december 1996Relevante gevonden documenten type wet prom. 20/12/1996 pub. 06/06/1997 numac 1997015014 bron ministerie van buitenlandse zaken, buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking Wet houdende instemming met de Overeenkomst tot verbod van de ontwikkeling, de produktie, de aanleg van voorraden en het gebruik van chemische wapens en inzake de vernietiging van deze wapens, en van de drie Bijlagen, gedaan te Parijs op 13 januari 1993 sluiten, het decreet van het Vlaamse Gewest van 24 oktober 1996, het decreet van het Waalse Gewest van 5 december 1996, de ordonnantie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest van 18 juli 1996 houdende instemming met de Overeenkomst;
Overwegende de wet van 4 juni 2007Relevante gevonden documenten type wet prom. 04/06/2007 pub. 02/04/2009 numac 2009201465 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet houdende instemming met het Samenwerkingsakkoord van 2 maart 2007 betreffende de uitvoering van de overeenkomst tot verbod van de ontwikkeling, de productie, de aanleg van voorraden en het gebruik van chemische wapens en inzake de vernietiging van deze wapens (2) sluiten, het decreet van het Vlaamse Gewest van 4 juli 2008, het decreet van het Waalse Gewest van 21 maart 2008 en de ordonnantie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest van 19 juli 2007 houdende instemming met het Samenwerkingsakkoord;
De Federale Staat, vertegenwoordigd door de Minister van Justitie, de Minister van Financiën, de Minister van Binnenlandse Zaken, de Minister van Buitenlandse Zaken, de Minister van Defensie;
Het Vlaamse Gewest, vertegenwoordigd door de Vlaamse Regering, in de persoon van de Minister-president en Vlaams minister van Buitenlands Beleid en Onroerend Erfgoed;
Het Waalse Gewest, vertegenwoordigd door de Waalse Regering, in de persoon van de Minister-president en van de Minister van Economie, Industrie, Innovatie en Digitalisering;
Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, vertegenwoordigd door de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, in de persoon van de Minister-president, de Minister bevoegd voor Financiën, Begroting, Externe Betrekkingen en Ontwikkelingssamenwerking, en de Minister bevoegd voor Tewerkstelling, Economie en Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp;
Kwamen het volgende overeen:
Artikel 1.Artikel 5 van het Samenwerkingsakkoord van 2 maart 2007 tussen de Federale Staat, het Vlaamse Gewest, het Waalse Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest betreffende de uitvoering van de Overeenkomst tot verbod van de ontwikkeling, de productie, de aanleg van voorraden en het gebruik van chemische wapens en inzake de vernietiging van deze wapens, gedaan te Parijs op 13 januari 1993 (de Overeenkomst) wordt vervangen door wat volgt: «
Art. 5.Het is verboden stoffen van Lijst 1 te produceren, anderszins te verwerven, op te slaan, over te dragen, in bezit te houden of te gebruiken, met uitzondering van de bepalingen in de artikelen 6 en 7 van dit Samenwerkingsakkoord. »
Art. 2.Artikel 7 van hetzelfde Samenwerkingsakkoord wordt vervangen door wat volgt: «
Art. 7.§ 1. Het overdragen van stoffen van Lijst 1 is enkel toegestaan: 1° aan inrichtingen als bedoeld in artikel 6 voor zover die zich op Belgisch grondgebied bevinden;ofwel aan een Staat die partij is bij de Overeenkomst, tenzij de stoffen zijn bestemd voor doorvoer naar een Staat die geen partij is bij deze Overeenkomst; 2° op basis van een voorafgaande kennisgeving voor de internationale overdrachten. § 2. De Koning en de bevoegde Gewesten bepalen binnen de grenzen van hun bevoegdheden de nadere regels voor de overdracht in overeenstemming met de Verificatiebijlage, deel VI (B), §§ 3 tot en met 6 bij de Overeenkomst. »
Art. 3.In artikel 8 van hetzelfde Samenwerkingsakkoord wordt paragraaf 1 vervangen als volgt: « § 1. Degene die een inrichting als bedoeld in artikel 6, § 2, 1° en 2°, van dit Samenwerkingsakkoord in bedrijf houdt, verstrekt aan de Nationale Autoriteit de vereiste gegevens, zoals bedoeld in de Verificatiebijlage, deel VI (D), §§ 13 tot en met 20 bij de Overeenkomst. »
Art. 4.In artikel 9 van hetzelfde Samenwerkingsakkoord, in de Franstalige tekst, wordt het woord « transformés » vervangen door het woord « traités ».
Art. 5.In artikel 14 van hetzelfde Samenwerkingsakkoord wordt paragraaf 1 vervangen door wat volgt: « § 1. De Nationale Autoriteit roept, na ontvangst van de kennisgeving van een internationale routine-inspectie in de inrichtingen bedoeld in artikel 6, §§ 2 en 3, 9, § 1, 10, § 1 en 11, § 2 of in het geval van een uitdagingsinspectie onverwijld een ad hoc comité bijeen dat de praktische schikkingen coördineert. »
Art. 6.In artikel 15 van hetzelfde Samenwerkingsakkoord wordt paragraaf 1 vervangen door wat volgt: « § 1. De volgens artikel 3, §§ 3 en 5, samengestelde begeleidingsteams werken tijdens de uitoefening van hun taak constructief samen met de vertegenwoordiger van de geïnspecteerde Staat tijdens de voorbereiding en gedurende het verloop van de inspectie. »
Art. 7.In artikel 22 van hetzelfde Samenwerkingsakkoord wordt paragraaf 1 vervangen door wat volgt: « § 1. Hij die een inbreuk begaat op artikel 4, §§ 4 en 5, artikel 5, artikel 7, § 1, 1° of artikel 9, § 4, wordt gestraft met een gevangenisstraf van één maand tot drie jaar en een geldboete van 25 euro tot 12.500 euro. »
Art. 8.Artikel 24 van hetzelfde Samenwerkingsakkoord wordt vervangen door wat volgt: «
Art. 24.§ 1. Met een gevangenisstraf van acht dagen tot één maand en een geldboete van 3 euro tot 125 euro of één van die straffen alleen wordt gestraft hij die een inbreuk begaat op de bepalingen opgelegd in artikel 7, § 1, 2°, artikel 8, §§ 1 en 2, artikel 9, §§ 1, 2 en 3, artikel 10, §§ 1, 2 en 3 en artikel 11, § 2. § 2. Als een daartoe bevoegde instantie een inbreuk als vermeld in paragraaf 1 heeft vastgesteld en er, in voorkomend geval na een strafrechtelijk vooronderzoek, binnen twee maanden na die vaststelling geen strafvordering is ingesteld, kan het bevoegde Gewest beslissen om bij wijze van administratieve sanctie een geldboete op te leggen van 50 euro tot 5.000 euro. De bevoegde Gewesten bepalen de nadere regels voor het opleggen van die sanctie en de nadere regels van de uitvoering ervan. » Ondertekend te Brussel, op 17 december 2015 in vier originele exemplaren, in de Nederlandse en Franse taal.
Voor de Federale Staat : De Minister van Justitie, K. GEENS De Minister van Financiën, J. VAN OVERTVELDT De Minister van Binnenlandse Zaken, J. JAMBON De Minister van Buitenlandse Zaken, D. REYNDERS De Minister van Defensie, S. VANDEPUT Voor het Vlaamse Gewest : De Minister-president van de Vlaamse Regering, Vlaams minister van Buitenlands Beleid en Onroerend Erfgoed, G. BOURGEOIS Voor het Waalse Gewest : De Minister-president van de Waalse Regering, P. MAGNETTE De Minister van Economie, Industrie, Innovatie en Digitalisering, J.-Cl. MARCOURT Voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest : De Minister-president van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, R. VERVOORT De Minister bevoegd voor Financiën, Begroting, Externe Betrekkingen en Ontwikkelingssamenwerking, G. VANHENGEL De Minister bevoegd voor Tewerkstelling, Economie en Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp, D. GOSUIN