gepubliceerd op 01 april 2021
Verslag over de werking van de Centrale voor kredieten aan particulieren. - Jaar 2020 1. OVERZICHT VAN DE GERE(...) 1.1. INHOUD VAN HET BESTAND De Centrale voor kredieten aan particulieren, die werd opgericht in (...)
FEDERALE OVERHEIDSDIENST ECONOMIE, K.M.O., MIDDENSTAND EN ENERGIE
Verslag over de werking van de Centrale voor kredieten aan particulieren. - Jaar 2020 (Opgesteld door de Nationale Bank van België overeenkomstig de bepalingen van artikel VII.157 van het Wetboek van economisch recht) 1. OVERZICHT VAN DE GEREGISTREERDE INLICHTINGEN 1.1. INHOUD VAN HET BESTAND De Centrale voor kredieten aan particulieren, die werd opgericht in het kader van het beleid ter voorkoming van overmatige schuldenlast, registreert alle overeenkomsten inzake consumentenkredieten en hypothecaire kredieten die door natuurlijke personen om privé-doeleinden worden afgesloten, evenals de eventuele betalingsachterstanden die eruit voortvloeien.
Daarnaast worden ook de berichten van collectieve schuldenregeling in de Centrale geregistreerd.
De kredietgevers moeten de Centrale verplicht raadplegen alvorens een krediet toe te kennen en krijgen op die manier een vollediger beeld van de financiële verbintenissen en de kredietwaardigheid van de potentiële kredietnemers.
Eind 2020 bevatte het bestand van de Centrale gegevens over 6 199 991 personen en 10 677 273 kredietovereenkomsten.
Er stonden respectievelijk 315 165 wanbetalers en 452 890 achterstallige kredietovereenkomsten geregistreerd. Het totale achterstallige bedrag bedroeg 2,4 miljard EUR, hetzij gemiddeld 3 359 EUR per consumentenkrediet en 37 920 EUR per hypothecair krediet. 1.2. EVOLUTIE VAN HET AANTAL GEREGISTREERDE CONTRACTEN EN PERSONEN De evolutie van het aantal geregistreerde kredietovereenkomsten en personen kan als volgt worden samengevat (toestand op het einde van het jaar):
Contrats/Contracten
Personnes/Personen
Total/Totaal
dont défaillants waarvan achterstallig
Total/Totaal
dont avec contrats défaillants waarvan met achterstallige contracten
2016
11 299 140
555 936
6 256 394
370 701
2017
11 246 316
541 114
6 263 062
363 573
2018
11 136 334
521 878
6 270 641
354 879
2019
10 813 363
488 781
6 230 295
336 691
2020
10 677 273
452 890
6 199 991
315 165
In de loop van het jaar werden 1 224 299 nieuwe kredietovereenkomsten geregistreerd. Er werden in 2020 17,8 % minder nieuwe kredieten toegekend dan in 2019. Dit kan grotendeels worden toegeschreven aan de COVID-19-crisis en de verminderde vraag naar kredieten bij particulieren. De daling was het grootst tijdens de lockdown in de lente. Zo werden in april bijna 70 % minder leningen op afbetaling en kredietopeningen in de Centrale geregistreerd dan in dezelfde maand van het jaar voordien. Vanaf de zomermaanden kwam het kredietverleningsproces stilaan terug op gang, zonder echter het niveau van 2019 te benaderen. Op jaarbasis gaat het bij de kredietopeningen en de leningen op afbetaling om een terugval van respectievelijk 29,6 % en 18,7 %. De daling bij de hypothecaire kredieten bedraagt 14,8 %. De verkopen op afbetaling ten slotte kenden een groei van 7,6 %.
Er werden in 2020 110 910 nieuwe betalingsachterstanden in de Centrale geregistreerd. Voor 102 968 kredieten (- 18,2 % in vergelijking met 2019) was het de eerste keer dat er een wanbetaling werd gemeld.De daling doet zich voor bij de verkopen op afbetaling (- 29,0 %), de leningen op afbetaling (- 20, %) en de kredietopeningen (- 19,1 %), terwijl er een toename is bij de hypothecaire kredieten (+ 5,2 %). De stijging bij de hypothecaire kredieten lijkt op het eerste gezicht onverwacht. Naar aanleiding van de COVID-19-crisis heeft de wetgever immers de mogelijkheid voorzien om een tijdelijk uitstel van betaling te bekomen, zonder dat dit de registratie van een wanbetaling in een Centrale tot gevolg heeft. Aangezien veel kredietnemers daar ook gebruik van gemaakt hebben (voor ongeveer 145 000 hypothecaire kredieten werd een betalingsuitstel aan de Centrale gemeld), zou dit in principe een positief effect moeten hebben op het aantal wanbetalingen. Dat het aantal nieuwe betalingsachterstanden bij hypothecaire kredieten desondanks is toegenomen, is echter het gevolg van het feit dat enkele kredietgevers aanpassingen hebben gedaan aan hun interne processen met betrekking tot het vaststellen en de opvolging van wanbetalingen. Omgekeerd is de daling van het aantal nieuwe wanbetalingen bij de andere kredietvormen dan weer veel sterker dan men zou veronderstellen, vermits slechts relatief weinig gebruik werd gemaakt van de mogelijkheid om ook een uitstel van betaling te krijgen voor consumentenkredieten. Mogelijk is deze daling deels een onrechtstreeks effect van een toegekend betalingsuitstel voor een hypothecair krediet, waarbij het tijdelijk wegvallen van een zware maandelijkse terugbetalingslast voor wat financiële ademruimte heeft gezorgd en de terugbetaling van het consumentenkrediet als gevolg daarvan correct kon blijven doorgaan.
Het aantal achterstallige kredietovereenkomsten neemt voor het vierde opeenvolgende jaar af. Eind 2020 staan er 452 890 wanbetalingen geregistreerd, hetgeen overeenkomt met een daling van 7,3 % tegenover 2019. Deze evolutie doet zich voor bij alle kredietvormen: de hypothecaire kredieten (- 10,2 %), de kredietopeningen (- 9,5 %), de leningen op afbetaling (- 4,4 %) en de verkopen op afbetaling (- 2,3 %). Een gedetailleerde verdeling van het aantal personen volgens het aantal geregistreerde krediet-overeenkomsten wordt in de volgende tabellen weergegeven: Tous les contrats Alle contracten Nombre de personnes enregistrées pour Aantal personen geregistreerd voor
2019
%
2020
%
1 contrat/contract
2 323 755
37,3
2 345 970
37,8
2 contrats/contracten
1 555 301
25,0
1 551 395
25,0
3 contrats/contracten
1 021 743
16,4
1 006 508
16,2
4 contrats/contracten
616 786
9,9
601 310
9,7
5 contrats ou plus/contracten of meer
712 710
11,4
694 808
11,2
Contrat défaillants Achterstallige contracten Nombre des personnes enregistrées pour Aantal personen geregistreerd voor
2019
%
2020
%
1 contrat défaillant/achterstallig contract
207 208
61,5
198 040
62,8
2 contrats défaillants/achterstallige contracten
72 387
21,5
66 280
21,0
3 contrats défaillants/achterstallige contracten
32 150
9,5
28 757
9,1
4 contrats défaillants/achterstallige contracten
14 077
4,2
12 429
3,9
5 contrats défaillants ou plus/achterstallige contracten of meer
10 869
3,2
9 659
3,1
1.3. EVOLUTIE VAN HET AANTAL BIJWERKINGEN In 2020 heeft de Centrale ongeveer 5 miljoen bijwerkingen verwerkt. In 1,2 miljoen gevallen ging het om de registratie van een nieuwe kredietovereenkomst. De bijwerkingen werden uitgevoerd door ongeveer 200 deelnemers. 1.4. COLLECTIEVE SCHULDENREGELINGEN Personen die geconfronteerd worden met overmatige schuldenlast of ernstige financiële moeilijkheden kunnen beroep doen op de procedure van collectieve schuldenregeling. In dat kader werd de Centrale voor kredieten aan particulieren er door de wetgever mee belast bepaalde gegevens met betrekking tot deze regelingen te centraliseren. Naast de identificatiegegevens van de persoon die de regeling geniet, registreert de Centrale ook de datums van de belangrijkste stappen in de procedure zoals bijvoorbeeld de datum van de beslissing van toelaatbaarheid van de collectieve schuldenregeling en de begin en einddatum van de aanzuiveringsregeling. De inlichtingen worden meegedeeld door de arbeidsrechtbanken en de schuldbemiddelaars, via het Centraal bestand van berichten van beslag, delegatie, overdracht, collectieve schuldenregeling en protest.
De arbeidsrechtbanken hebben het voorbije jaar 9 584 nieuwe aanvragen tot collectieve schuldenregeling toelaatbaar verklaard, een daling met 22,7 % in vergelijking met 2019.
Op het einde van het jaar staan in de Centrale 74 765 lopende procedures geregistreerd (- 10,3 %), waarvan 58,7 % ook met een minnelijke of gerechtelijke aanzuiveringsregeling. In de andere dossiers hebben de rechtbanken en schuldbemiddelaars nog geen melding gedaan van een aanzuiveringsregeling.
Naarmate de datum van de beslissing echter meer in het verleden ligt, kan verondersteld worden dat ofwel geen aanzuiveringsregeling bereikt is maar de procedure toch niet werd afgesloten, ofwel de bereikte aanzuiveringsregeling niet gemeld werd door de rechtbank en/of schuldbemiddelaar. In beide gevallen is de impact van deze onvolledige registratie voor de consument zeer ingrijpend. Aangezien de collectieve schuldenregeling immers pas uit de Centrale verdwijnt na afloop van de aanzuiveringsregeling, betekent dit dat bij het ontbreken van informatie hierover, de consument toch vermeld blijft, zelfs indien zijn aanzuiveringsregeling in werkelijkheid reeds beëindigd zou zijn. Op dat ogenblik voldoet de registratie niet langer aan de wettelijke voorwaarden. Bovendien loopt de consument het risico dat hem de toegang tot krediet ontzegd blijft.
Ten slotte dient opgemerkt te worden dat de problematiek van de overmatige schuldenlast zich niet beperkt tot het krediet: 35,8 % van de personen doet een beroep op de procedure van collectieve schuldenregeling zonder met een achterstallige kredietovereenkomst geregistreerd te zijn. Consumenten kampen immers vaak ook met andere betalingsmoeilijkheden, zoals bijvoorbeeld schulden met betrekking tot gezondheidszorg, energiefacturen, telefoon, huur of fiscale schulden. 2. AANTAL RAADPLEGINGEN De kredietgevers zijn wettelijk verplicht het bestand van de Centrale te raadplegen vóór de toekenning van een krediet dat valt onder het toepassingsgebied van artikel VII.148 van het Wetboek van economisch recht. De evolutie van het aantal individuele raadplegingen, het percentage antwoorden dat personen betreft die geregistreerd zijn zonder betalingsachterstand en het percentage antwoorden dat personen betreft die geregistreerd zijn met een betalingsachterstand, worden opgenomen in volgende tabel:
Nombre de consultations
Personnes non
Personnes sans défaut
Personnes avec défaut
individuelles
enregistrées
de paiement
de paiement
Aantal individuele
Niet geregistreerde
Personen zonder
Personen met
raadplegingen
personen
achterstand
achterstand
(%)
(%)
(%)
2016
8 426 567
18,4
74,9
6,6
2017
7 769 188
19,7
74,2
6,1
2018
8 237 863
20,3
73,8
5,9
2019
8 415 824
20,7
73,2
6,1
2020
7 171 548
21,1
73,0
6,0
De impact van de COVID-19-crisis is duidelijk merkbaar in de individuele raadplegingen. In het bijzonder tijdens de lockdown in het tweede kwartaal maar ook nadien nog, is de vraag naar kredieten bij particulieren immers sterk teruggevallen. Als gevolg daarvan is het aantal individuele raadplegingen in 2020 met 14,8 % afgenomen tot 7,2 miljoen. Dit komt overeen met een gemiddelde van 26 543 raadplegingen per werkdag. In 6,0 % van de gevallen was de persoon op wie de raadpleging betrekking had, met een betalingsachterstand en/of een collectieve schuldenregeling geregistreerd.
Daarnaast kan de Centrale ook geraadpleegd worden in het kader van het beheer van lopende kredieten of in het kader van de toekenning en het beheer van betalingsmiddelen. In 2020 werden met dit doel 7 496 814 gegroepeerde raadplegingen uitgevoerd. 3. ONT.V.A.NGSTEN EN WERKINGSKOSTEN VAN DE CENTRALE Krachtens artikel VII.155 van het Wetboek van economisch recht, is de Nationale Bank van België gemachtigd de kosten die zij maakt voor de werking van de Centrale, te recupereren bij de kredietgevers.
De ontvangsten en werkingskosten voor boekjaar 2020 kunnen als volgt worden samengevat:
Recettes
3 590 486 EUR
Omzet
3 590 486 EUR
Frais de fonctionnement
Werkingskosten
Personnel
1 394 341 EUR
Personeel
1 394 341 EUR
Informatique
1 297 741 EUR
Informatica
1 297 741 EUR
Autres frais d'exploitation
1 056 684 EUR
Andere werkingskosten
1 056 684 EUR
Accès au Registre national
163 326 EUR
Toegang tot het Rijksregister
163 326 EUR
____________
_____________
3 912 092 EUR
3 912 092 EUR
Résultat
-321 606 EUR
Resultaat
-321 606 EUR
Het boekjaar wordt afgesloten met een tekort van 321 606 EUR. 4. INZAGERECHT EN RECHT OP RECHTZETTING Overeenkomstig de wettelijke bepalingen wordt de geregistreerde persoon automatisch en schriftelijk verwittigd wanneer hij voor de eerste keer met een betalingsachterstand geregistreerd wordt in de Centrale.In de loop van 2020 werden in die context 77 150 kennisgevingen verstuurd.
Het aantal aanvragen tot inzage is in 2020 met 2,9 % gestegen tot 377 504. Meer dan 85 % van de aanvragen gebeurt via internet.De overige werden schriftelijk aangevraagd of rechtstreeks aan het loket van de Nationale Bank van België.
In geval van betwisting van de op zijn naam geregistreerde gegevens kan de persoon beroep doen op de diensten van de Centrale, die contact zal opnemen met de kredietgever die de melding gedaan heeft, teneinde het dossier opnieuw te onderzoeken. In voorkomend geval wordt het bestaan van een betwisting toegevoegd aan het bestand en meegedeeld aan de kredietgevers naar aanleiding van een eventuele raadpleging. 5. STATISTISCH VERSLAG In het kader van de problematiek van de overmatige schuldenlast vragen verschillende instellingen en instanties regelmatig aan de Nationale Bank van België allerhande informatie betreffende het aantal en de evolutie van de in de Centrale geregistreerde personen en contracten. Om aan deze vraag te voldoen, publiceert de Nationale Bank van België een serie kerncijfers en statistieken die maandelijks worden geactualiseerd. Daarnaast publiceert ze tevens een jaarlijks statistisch verslag. Al deze documenten kunnen op de website van de Nationale Bank van België (www.nbb.be) worden geraadpleegd.